Whole New Mess volgt op All Mirrors, Olsen’s grootse meesterwerk uit 2019. Minstens negen van de elf nummers op Whole New Mess moeten bekend voorkomen bij iedereen die All Mirrors heeft gehoord. “Lark,” “Summer,” “Chance” – ze zijn er allemaal, tenminste in een of andere skeletvorm en met iets andere titels.
Hier hebben we meteen de ultieme test, wie leest deze tekst en wie gaat luisteren zonder te lezen? In het meest waarschijnlijke tweede geval, toch nog eens nalezen wat er eigenlijk stond…. Geef maar toe en gun ons dat lolletje!
Laten we duidelijk zijn, dit zijn niet de demo’s voor All Mirrors. In plaats daarvan is Whole New Mess zijn eigen plaat met een eigen onbeweeglijke sfeer.
Daar waar de weelderige orkestarrangementen en de filmische reikwijdte van All Mirrors het geluid zijn van Olsen die haar littekens voorbereidt zodat de rest van de wereld het kan zien, is Whole New Mess het geluid van haar oorspronkelijke verwondingen die nog vorm zoeken, wat logisch is bij het verwerken ervan. Om Whole New Mess op te nemen zocht Olsen een ruimte waar, zoals ze het uitdrukt, “vulnerability exists.” Ze vestigden zich in The Unknown, de katholieke kerk die Phil Everum van Mount Eerie en producer Nicholas Wilbur ombouwden tot een opnamestudio in het kleine stadje Anacortes, Washington.
Whole New Mess wordt naast All Mirrors beschouwd als een aangrijpende en puntige herinnering dat nummers meer zijn dan louter verzamelingen van woorden, akkoorden en zelfs melodieën. Het zijn webben van stemmingen en momenten en ideeën, kwaliteiten die van maand tot maand kunnen veranderen en die net zoveel kunnen zeggen als de perfecte progressie of een voortreffelijk akkoord. In die zin zijn deze 11 nummers – eenzame, openhartige en onwankelbare onderzoeken naar hoe het is om lief te hebben, te verliezen en te overleven – geheel nieuw.