Phoxjaw – Half House

In de clip van Half House van Phoxjaw zie je de vier bandleden gebroederlijk aan een kampvuur zitten keuvelen. Dan tovert een van hen een reuzenpad uit zijn rugzak. Hij likt aan het beest en geeft hem door. Het schijnt dat je van het likken van sommigen amfibiesoorten behoorlijk high kunt worden. Nu komt er toch een partij freaky muziek denk je dan, maar dat valt erg mee. Of tegen dat kan natuurlijk ook. Het paddenspul lijkt vooral invloed te hebben op de cameraman, die beeft alsof hij met een drilboor in de weer is.

Half House is een vrij aardse rocktrack, grungy en stevig, maar niet echt metal. Tenminste zo lijkt het. Halverwege verandert de wind plotseling van richting, gaat de beuk er in en worden reeds betreden paden verlaten. In het met gitaren overgoten slot duiken zelfs blazers op! 

Half House is typisch zo’n nummer dat baat heeft bij een paar keer luisteren. Pas dan hoor je hoe knap alles in elkaar zit en hoe goed bezig dat Phoxjaw wel niet is.

Twee eerder verschenen EP’s bezorgden Phoxjaw het predikaat veelbelovend. Die belofte wordt op 5 juli ingelost met de release van   debuutalbum Royal Swan. Die pad uit de clip is overigens niet echt, Phoxjaw des te meer!

Spare Parts For Broken Hearts – Cold Wave

Spare Parts For Broken Hearts is een alternatief rocktrio uit L.A. Baas van de band is Sarah Green. Zij schrijft en zingt de songs. Haar secondanten zijn Jessica Langford op drums en Johnny Cifuentes die de bas hanteert.  Spare Parts For Broken Hearts presenteert gruizige grunge in een poppy jasje. Dat klinkt misschien wat vaag, maar luister naar Cold Heart en je begrijpt wat we bedoelen.

Cold Wave is een smeulende rocktrack met dikke lagen gitaar. Boven de donkere snaren uit torent de stem van Jessica Langford, die echt geweldig kan uithalen. Het zou niet verbazen als ze  genoeg adem heeft om het kanaal over te zwemmen. Onder water.

Spare Parts For Broken Hearts stamt uit de LGBTQIA scene van L.A. maar crosste vanwege de hoge kwaliteit van songs en shows al snel over naar de rockscene aldaar. Net als Nirvana ooit spontaan de oversteek maakte van de undergroundscene van Seattle naar een mondiaal podium. Nu willen we niet beweren dat Spare Parts For Broken Hearts een legende in spe is, maar wel dat de band potentieel een groot bereik heeft.

De dames en heer zijn nu zo’n zes jaar actief. Van het maken van een album was het nog niet gekomen. Maar wat niet is komt er aan. Cold Wave is de opmaat voor het langverwachte debuutalbum van Spare Parts For Broken Hearts.

All Time Low – Wake Up Sunshine

Het Amerikaanse All Time Low viert zijn 12 en half jarig bestaan met een gloedjenieuw album, langspeler nummer 8 om precies te zijn.

Op het titelnummer van de plaat, Wake Up Sunshine treffen we de band uit Baltimore in standje pop. Dat kan ook moeilijk anders met een song met het woord Sunshine in de titel. Maar pop bij All Time Low komt altijd met een scherp randje. Al is de band in de loop der jaren iets van hun wilde haren kwijt geraakt, hun verleden als emo rockers wordt niet verloochend.

All Time Low, genoemd naar een tekstregel in een song van New Found Glory hoort sinds het So Wrong, It’s Right (2008) album tot de grote bands der aarde. Die status doet de band alle eer aan met het zoveelste sterke album op rij. Of zoals een fan opmerkt in de comments van Wake Up Sunshine op Youtube, ‘it’s official there are no band songs on this record.’

KALEO – Alter Ego

Deze week weer eens een lekker ouderwets rock ‘n’ roll plaatje als Breekijzer, Alter Ego van het IJslandse KALEO. Ja dat lees je goed IJslands. Wie denkt dat er in IJsland alleen maar esoterische, artistiek verantwoorde postfolk wordt geproduceerd a la Bjork en Sigur Ross mag zijn vooroordeel overboord gooien en zijn luchtgitaar uit het vet halen.

Alter Ego klinkt zoals de oudjes rockten en met oudjes bedoelen we dan bands als Aerosmith, AC/DC en Free. Rock dus met een flinke scheut blues. Zanger JJ Julius Son heeft de perfecte stem voor de stijl. De vijf KALEO‘s zijn aan hun achtste jaar bezig en niet zonder succes mogen we wel stellen. Eén van hun songs, ‘Way Down Now’ heeft op Spotify het astronomische aantal van 399 miljoen plays gehaald. En counting. Nee dat is geen typefout.

Nu moeten we er bij zeggen dat ‘Way Down Now’ een ballad is, want zo gaat dat in het hardere band-segment, die scoren vooral met langzame nummers. Deze Jezus hit staat op het debuutalbum van KALEO uit 2016. Dit jaar verschijnt dan eindelijk de langverwachte opvolger. KALEO album 2 gaat ‘Surface Sounds’ heten en komt op 5 juni uit.. Alter Ego is daar een voorbode van.

Dat de band zo lang over album twee heeft gedaan is natuurlijk niet vreemd, Als je debuut zo gigantisch aanslaat wil je dat de opvolger ook een succes wordt. Nu is het onverstandig te denken dat KALEO ooit een tweede hit zal scoren van het kaliber van ‘Way Down Now’. Maar als er meer tracks als Alter Ego op het nieuwe album staan dan hoeven ze zich geen zorgen te maken.

Steven Wilson – Personal Shopper

Steven Wilson was de mainman van Porcupine Tree. Met die band liet Wilson al horen niet echt in hokjes te denken. Onder eigen naam hanteert hij een nog breder palet aan smaken en stijlen. Maar welk pad Wilson ook verkent, ouderwetse instrumentbeheersing staat altijd voorop. Dat maakte hem een gewilde sparringpartner van acts als King Crimson, Jethro Tull en Tears For Fears.

Al zijn projecten meegerekend bevat de Steven Wilson collectie nu meer dan 30 albums. Aangezien zijn meest recente solo-album alweer zo’n jaar of drie oud is, is het weer tijd voor nieuw werk. Het -als we goed geteld hebben- tiende studioalbum van de inmiddels 52 jarige multi-instrumentalist heet Steven Wilson x The Future Bites en staat voor half juli..

Om alvast in de stemming te komen heeft Wilson Personal Shopper vrij gegeven. Als de single de album-lading enigszins dekt, wordt Wilson’s nieuwe langspeler een rockopera of op zijn minst een conceptalbum.

Het dik negen minuten durende Personal Shopper wordt voortgestuwd door elektronica, maar vrees niet fans de EDM wordt ver buiten de deur gehouden. De tekst is een aanklacht tegen de consumptiemaatschappij. Als Personal Shopper ergens aan doet denken dan is het aan The Wall van Pink Floyd of War Of The Worlds van Jeff Wayne. Redelijk retro dus. Of tijdloos, dat kan je ook zeggen. 

Blue October – Oh My My

Is het pop, is het rock, is het indie? Het is Blue October uit Texas dat zich al een kwart eeuw weinig aantrekt van genregrenzen. Dat de band het zo lang volhoudt mag een wonder heten, want de leiding bestaat uit uit twee broers en we weten dat broedertwisten schering en inslag zijn in de popmuziek. Maar dit dus geheel terzijde.

In de landen om ons heen is Blue October een grote band. Bij ons zijn ze om de een of andere reden nooit echt doorgebroken. Maar voor de Blue October fans die er hier zijn is het een belangrijke band. Hun songs gaan namelijk ergens over, bipolariteit bijvoorbeeld en hoe daar mee om te gaan.

Of met nieuwe single Oh My My de poorten der succes wel op een kier gaan kan je je afvragen. De nieuwe single is Blue October ten voeten uit, een mid tempo ballad gezongen met de gedubbelde leadvocal, die zo typerend is voor de sound van de band. Het onderwerp van Oh My My is wel anders, Liefde seks eigenlijk) op het eerste gezicht. Het tiende Blue October album heet ‘This Is What I Live For’ en zal niet lang meer op zich laten wachten.

Hockey Dad – Itch

De nieuwe single van het Australische Hockey Dad (niet te verwarren met Soccer Mom)  is een variatie op het thema Creep. Het groots en meeslepende Itch doet, zeker in het begin sterk aan de classic van Radiohead  denken. Is dat een probleem? Misschien voor de advocaten van Yorke en co, maar niet voor luchtgitaristen en fans van aansteker-ballads.

Er zijn twee Hockey Dads, Zach Stephenson en Billy Flemming. Het duo maakt sinds 2013 deel uit van de surfrock scene van New South Wales. Samen spelen doen de jeugdvrienden al veel langer. Hockey Dad heeft twee albums uit, de release van Itch kondigt de komst van een derde aan. Die gaat Brain Candy heten en eind mei uitkomen. Afgaande op de nieuwe single kan album 3 best wel anders gaan klinken, minder lo-fi meer classic rock. In mei weten we dus meer. 

Enter Shikari – The Dreamer’s Hotel

Enter Shikari meldt zich weer. Dat mag ook wel, want het vorige album, The Spark is alweer drie jaar oud.

The Dreamer’s Hotel is Enter Shikari zoals we ze kennen, luidruchtig, chaotisch, hard, opwindend en eigenwijs. Het is bewonderenswaardig hoe een band die toch ook alweer zo’n dikke tien jaar meedraait nog zo vurig en verwoestend klinken kan. ‘I Think It Has A General Exitement To It’, zegt zanger Rou Reynolds in een recent interview in wat het  understatement van het jaar moet zijn.

The Dreamer’s Hotel is de eerste single van het nieuwe Enter Shikari album Het achtste studioalbum van de Britse onruststokers gaat Nothing Is True & Everything Is Possible heten en is vanaf 18 april over te koop/streamen..

…And You Will Know Us By The Trail Of Dead – Something Like This

Wie denk dat een band die zich And You Will Know Us By The Trail Of Dead noemt metal of een andere vorm van hard rock maakt heeft het bij het verkeerde eind. De band maakt zeker geen softe muziek, maar wie wil headbangen, stagediven of gewoon zich even lekker stoer voelen komt bedrogen uit. Tenminste in de studio. Live is een ander verhaal. Dan willen de stoppen nog wel eens doorslaan.

De rock van Trail Of Dead zoals de fans hun helden noemen. Of T.O.D. voor intimi is experimenteel en onvoorspelbaar, maar altijd spannend. Hun muziek heeft de energie van punk en de complexiteit van barok.

Het spoor leidt terug naar 1994 en de Texaanse stadAustin. In de loop der decennia heeft T.O.D. heel wat personeelswisselingen gekend, maar de kern is in al die jaren onveranderd. Conrad Keely en Jason Reece zijn te horen op elk van de 9 + 1 albums die de band heeft uitgebracht. Die + 1 heet ‘The Godless Void And Other Stories’ en is net verschenen. Hoewel de band live gewoon is blijven doordraaien, ze stonden twee jaar geleden nog op Best Kept Secret gaapt er een gat van zo’n zes jaar tussen album IX en de nieuwe. Something Like This is los uitgegeven met videoclip als smaakmaker van het album. En gaat er -zoals het gezegde luidt-  in als jenever in een ouderling.  

Concert: 26 februari –woensdag a.s.!– in de Melkweg in Amsterdam.

Local H – Innocents 2020

De eerste incarnatie van Local H stak zo’n dertig jaar geleden de kop op. Inmiddels zijn we toe aan de vierde. Van de oorspronkelijke band is alleen zanger/gitarist Scott Lucas nog present. Als de band niet zoveel personeelsproblemen had gehad en uit Seattle was gekomen i.p.v. het gehucht Zion in de Amerikaanse staat Illinois, dan had Local H zeker tot de grunge top behoord.

Maar het is dus ander gelopen. Nu is Local H vooral bij fijnproevers bekend en is het grote publiek altijd buiten net bereik gebleven. Slechts één echt succes staat er op naam van Local H, ‘Bound For The Floor’ een nummer van het ’12 Angry Months’ album uit 2008.

Local H is echter altijd stug door blijven rocken. Er staat weer een nieuw album op de planning, Lifers. Daarvan is vorige week een eerste single verschenen, een remake van het nummer Innocents, een single uit 2018. Dat Local H een ouder nummer heeft afgestoft en opgevoerd is geen zwaktebod. De song was al bedoeld voor Lifers. Alleen heeft het album om de een of andere reden vertraging opgelopen.

De 2020 versie is gemaakt met Steve Albini aan de knoppen. De naam Albini ken je waarschijnlijk wel van Nirvana. Hij produceerde het ‘In Utero’ album. Nirvana is ook de naam die je te binnen schiet als je Innocents 2020 hoort. Het nummer had zo uit de koker van Kurt kunnen komen. Of Local H met het nieuwe album eindelijk loon naar werken krijgt? Het zal wel niet, maar als het aan ons ligt dus wel. Ergo de nieuwe Breekijzer is de 2020 versie van Innocents van Local H.