Gutterdämmerung of “the loudest silent movie on earth”… De Zweeds-Belgische multimedia-artiest Bjorn Tagemose creëerde dit visueel spektakel, een ongeziene muzikale impressie met tal van zijn rockgoden. De ingrediënten? Een droom, onbreekbaar zelfvertrouwen, doorzettingsvermogen en vooral heel veel lef.
Tekst Ruud Van De Locht © Pix @ Stories
Een Sinjoor met Viking-roots die opgroeide in de Antwerpe ‘hipscene’ van de jaren zeventig en tachtig onder de vleugels van een erg liefhebbende moeder-kunstenares. Hét DNA van multimedia-artiest Bjorn Tagemose die met zijn rockopera Gutterdämmerung een staaltje van lefgozerij, humor maar bovenal rock and roll in onvervalste vorm aflevert.
“De Wolstraat en het Conscienceplein waar Antwerpse art-iconen zoals An Saelens, Ferre Grignard en Nicole Van Goethem ronddoolden en zich letterlijk dood dronken… Dat waren de plaatsen waar ik als kind mijn onuitputtelijke energie botvierde. Mijn moeder leefde als kunstenares wat tijdens de jaren zestig in Antwerpen gold als een regelrechte verzetsdaad. Zij ontmoette trouwens mijn Deense vader, die haar nadien met een berg schulden opzadelde, op dé Academie.”
Dat zijn moeder een bijzondere dame was – met een sterke voorkeur voor Scandinavische mannen, want Bjorn’s stiefvader is een Zweed – én een aanhangster van de eerste feministengolf, straalt ook af op Gutterdämmerung, waar heldinnen de boventoon voeren. Zelfs God blijkt een vrouw te zijn. “Bjorn droomt teveel”, vermeldde zijn schoolrapport regelmatig. Maar dat vond zijn moeder eerder een voor- als een nadeel. “Dat is niks, jongen én eigen aan kunstenaars”, vertelde ze trots. “Ooit zul je er je geld nog mee verdienen!” Van visie gesproken.Antwerpse gutterboy
“In feite ben ik, zelf in de Antwerpse ‘gutter’ opgegroeid”, vertelt Bjorn. “Want met de punkers – die elke dag stipt om vijf uur werden opgepakt door de politie – en legendarische café’s als het Pannenhuis, de Cinderella, de Babylon of metalcafé De Gans in de buurt, bevond mijn letterlijke speelveld zich in het epicentrum van de ‘straatrevolutie’ die Antwerpen destijds beleefde. Het is trouwens met een bende metalheads van café De Gans dat ik op mijn dertiende voor het eerst Motörhead live aan het werk zag in Vorst Nationaal. Het Bomber-concert dat de eerste kiemen voor mijn levenslange Lemmy-idolatrie zaaide. Datzelfde Bomber-album stond centraal tijdens het laatste concert dat ik van hem zag, een week voor zijn dood. Eén van de vele fascinerende ervaringen die ik de voorbije jaren beleefde.”
Toch heeft Bjorn ook veel respect voor zijn stiefvader omdat die hem op een bepaald moment naar een strenge katholieke school stuurde. “Het is daar dat ik de discipline aanleerde om ook je boterham te verdienen met creatieve uitspattingen. Zonder een stevige portie economisch inzicht, lukt het nooit. Kijk maar naar mensen als Coppola, Hitchcock, Elon Musk, Steve Jobs of Picasso; allemaal meesters van zakelijk inzicht. Daarom omschrijf ik mezelf ook als een toegepaste kunstenaar. Dergelijke aanpak dwingt je tot een strak kader waarin je met financiele beperkingen dient af te rekenen. Dat vergt een hoop intellectueel denkwerk dat veel inspanning vergt, maar de beloning des te groter maakt. Voor Gutterdämmerung ontving ik niet één euro subsidie. Terwijl een nominatie voor een Oscar reeds enkele honderdduizenden euro’s kost. Pure flauwekul, want met dat geld kun je veel beter een talentvolle student helpen. Wanneer een product goed is, komt het sowieso boven drijven.”
Gelukkig kon Tagemose rekenen op enkele Antwerpse filantropen met een erg groot ‘kunst-hart’. “Twee fantastische ondernemers die al een heleboel artiesten hielpen vanuit pure, onversneden passie. Het budget van Gutterdämmerung ligt trouwens een stuk lager dan het gemiddelde van een Belgische independent film. Alle muzikanten werkten gratis mee omdat ze er zo enorm sterk in geloofden. Ik ben absoluut niet tegen subsidies maar in een aantal gevallen incarneren ze wel de heroïne die de kunst zwak maakt.”
Multimediale junk
Muziek en jongerencultuur waren sterk verbonden met Bjorn’s jeugdervaringen. “Mijn interesse ging trouwens uit naar een heleboel diverse kunstvormen, maar het was in die tijd absoluut ‘not done’ in Antwerpen of België om multimediaal te gaan. Bovendien was filmen in die tijd onbetaalbaar. Je was al snel vijfhonderd euro per minuut kwijt en de weinige videocamera’s die er bestonden, waren erg duur en van een bijzonder lage kwaliteit.”
Wat volgde, was een opleiding fotografie aan de Antwerpse Academie en wat geëxperimenteer met een Super 8 camera. “Tot ik op een gegeven dag Walter Van Beirendonck ontmoette die me vroeg een fotoreeks voor hem te schieten, al snel gevolgd door een aantal van zijn collega’s. Zo rolde ik ongewild in de modefotografie. Walter is trouwens de grootste visionaire kunstenaar die ik ken, en hij zag blijkbaar mogelijkheden in mij, waarvan ik mezelf op dat moment allesbehalve bewust was.”
Meer dan twintig jaar later creëert de veertiger zijn eerste grootste visuele productie totnogtoe met een cast waarvan elke regisseur ongetwijfeld gifgroen wordt: Iggy Pop, Jesse Hughes, Josh Homme, Lemmy Kilmister, Henry Rollins, Mark Lanegan, Volbeat, Tom Araya, Slash, Grace Jones…. “In feite is dit de langste tribute-videoclip ooit die de twaalf apostelen, zoals ik mijn artiesten omschrijf, samen bespraken. Het mooie aan dit project is dat ze allemaal fan van elkaar zijn, waardoor deze productie uitgroeide tot een bijzonder opwindend proces waarbij iedereen erg persoonlijk betrokken was. Met heel veel humor trouwens. Net als bij The Simpsons bulkt Gutterdämmerung van kleine verborgen grappen. We wilden absoluut geen ‘arty farty bulshitt’, maar lol en rock and roll maken. Dat leidde trouwens ook voor mezelf tot de meest bizarre situaties. Op een gegeven moment vroeg de manager van Iggy Pop bijv. om hem voor te stellen aan die van Josh Homme. Prompt maakten ze samen een nieuwe plaat waarmee ze nu live rondtoeren. Te gek voor woorden!”
Maar Tagemose belandde evenzeer in een emotionele rollercoaster waaraan hij in totaal zes jaar werkte (drie jaar voltijds) en die soms duizelingwekkend hard naar beneden denderde. “Op een gegeven moment was Lemmy erg ziek en leek zijn einde nabij. Ik zat toen zeven dagen met hem op een hotelkamer in Berlijn tot hij zich toch weer wat beter voelde en we alsnog konden filmen. Gelukkig kon ik op een geniale Henry (Rollins) rekenen die het verhaal en de dialogen van Gutterdämmerung schreef. “Hij is daar een crack in. Zelf kan ik zaken perfect verbeelden, maar absoluut niet schrijven. Bovendien kent Rollins alle figuren die in de film aan bod komen persoonlijk.”
Gauss-curve richting moshpit
Tagemose noemt zijn nieuwste creatie allerminst een film in letterlijke zin. “Veeleer een rockopera waar het medium film als een rode draad doorheen loopt. De show is geschreven als één grote Gauss-curve die traag begint maar uiteindelijk snoeihard eindigt in de ‘moshpit’. En ook nooit gemaakt om in een klassieke cinema te vertonen. Want elke voorstelling gaat gepaard met een live-concert door muzikanten die letterlijk uit het scherm lijken te stappen. De ritmesectie vormt een constante. Maar de rest van de band varieert voortdurend en houdt telkens zoveel mogelijk verrassingen in petto. We bieden zowel een podium voor acteurs, dj’s, gitaristen, zangers, skinheads, een soulzanger, man of vrouw, stand-up comedian… zonder enige beperking!”
Dat het concept werkt, bleek uit de allereerste live-voorstelling voor een groot publiek tijdens het openluchtfestival Rockavaria in München. “Dertigduizend muziekfans die staarden naar een filmscherm; een geweldige maar tegelijk onwezenlijke ervaring! Die festivalbezoekers krijgen een voorstelling van zeventig minuten voorgeschoteld, maar het is de bedoeling om een langere versie naar de concertzalen te brengen. We gaan dan nog een theatrale stap verder met diverse schermen en een full surround geluidssysteem.”
Een fenomenaal succes dus, dat de internationale pers evenmin onberoerd liet. Zowel The Guardian, Rolling Stone en Metal Hammer haalden hun superlatieven boven. En zelfs de VS lonkt met veel lust naar Gutterdämmerung. Maar Tagemose is er de man niet naar om die pluim exclusief op zijn hoed te steken. “Mijn beste wapen is wel die camera, maar ik geloof niet in de magie van een regisseur die een film maakt of kraakt. Het leuke aan dit genre en multimediale kunst tout court, is dat je intens moet samenwerken met andere mensen om iets te bereiken. En het resultaat ook weer loslaten. Nu Gutterdämmerung op tour gaat, nemen de artiesten de heldenrol over en beperk ik me tot dirigent achter de schermen.”
De ‘gutter’ of het ruwe straatleven vormen een onuitputtelijke inspiratiebron voor Bjorn. “Op dat vlak voel ik me verwant met een figuur als Jan Fabre. Hij wendt diezelfde ‘goot-tragiek’ aan voor ontelbare culturele mediavormen. Ik voel mezelf vaak een rauwe biefstuk en kan niet stoppen met denken of praten vanwege mijn hyperenergieke karakter. Daarom verblijf ik ook vaak alleen in Zweden. Na Rockavaria slaap ik voor het eerst weer normaal. Jaren hoorde ik dat ik droomde en dit project totaal onrealistisch was. Tijdens de emotionele odespeech van Henry Rollins tijdens datzelfde festival, huilde ik tranen van geluk. Dergelijke ontlading doet wat met een mens. Daarom wil ik iedereen aanmoedigen om voor zijn dromen te gaan en daar ook uitzonderlijke inspanningen voor te leveren. Blijf proberen en zeg waar het op staat want als je hard genoeg iets wilt bereiken, kom je vaak heel ver. Die lef moeten Belgen zich nog meer aankweken want hier leeft erg veel intelligent talent. Daarom hoop ik dat Gutterdämmerung voor een aantal ‘jonge wolven’ een sterke inspiratiebron vormt. Ik betrok Brent Vanneste (Steak Number Eight) bij dit project omdat ik hem zo’n ongelooflijk rock & rollbeest vind. De dag na de première van Gutterdämmerung boekten de programmatoren van het Hellfest-festival (Frankrijk) hem. Je merkt het: “The gutter is not that bad!”
Gutterdämmerung staat op het programma van Rock Werchter op donderdag 30 juni.