Bijna zeven jaar na En Exilio brengt de Delftse band Mala Vita dit jaar hun derde studio-album uit: So Far So Good. En op 30 april staan ze op Pinguins in Paradiso. Goed nieuws dus, want de band heeft een flinke live-reputatie. Maar vergeet het studiowerk niet! Na een jarenlang en moeizaam proces heeft de band een muzikale ommezwaai gemaakt en een album afgeleverd dat ook geschikt is voor in de huiskamer. Pinguin Radio sprak met zanger Mickael Franci over het album, de totstandkoming ervan en over politiek.
Tekst Arnout de Vries Foto Dean Zulich
“Het album is geen politiek statement, het is een artistiek statement”, haast Mickael Franci zich al snel te zeggen als het onderwerp vluchtelingen ter sprake komt. Hij beaamt dat het vluchtelingenthema dicht bij hun staat, dat het ook zeker terugkomt in de teksten en vooruit, dat er af en toe wel enigszins een politiek statement wordt gemaakt, “maar”, zo benadrukt Franci, “ondanks dat soort thema’s er op terugkomen en wij ons verbonden voelen met de vluchtelingen, staan er ook gewoon verhalen op over ervaringen van reizen die we gemaakt hebben.”
De band voelt zich zo verbonden met de vluchtelingen omdat een belangrijk deel van de band zelf uit het buitenland komt of er zijn oorsprong heeft liggen. Zo liggen Mickael Franci’s roots in Italië en komen andere leden uit het Balkan-gebied. Dat beïnvloedt niet alleen de thematiek, ook laat het duidelijke sporen achter in de muziek. Mala Vita staat bekend als een band die hun opzwepende punk- en rockmuziek aankleedt met allerlei exotische genres, van de zigeunermuziek uit het Balkan-gebied tot de tropische klanken uit Zuid-Amerika en het Caribische gebied. Voor hun nieuwe plaat, So Far So Good, lijken die echter een stuk meer op de achtergrond geraakt. Het heeft plaats gemaakt voor een rustiger geluid dat doet denken aan de Amerikaanse en Mexicaanse woestijnen.
De zanger legt uit: “het is de muziek waar we allemaal erg van houden. Onze accordeonist is bijvoorbeeld groot liefhebber van de Queens of the Stone Age en we houden ook erg van een band als Calexico. Het desolate en ruime van die muziek, dat vinden we mooi en hebben we in onze eigen muziek verwerkt. Dat heeft een hoop ruimte gecrëerd en het ook een andere sfeer gegeven. De woestijnsound is bovendien goed te combineren met de gypsy-sound; dat komt heel dicht bij elkaar en dat vonden we een mooie combinatie. Door het te mengen hebben we het gevoel dat we iets hebben gemaakt dat breder is dan alleen de Europese sound die we eerst hadden. Dat was interessant om mee bezig te zijn en ik denk ook dat het goed heeft uitgepakt.”Wat opvalt aan het nieuwe album is niet alleen de inhoud van de teksten die bij momenten erg geëngageerd zijn, maar ook het feit dat ze voornamelijk in het Engels zijn, in tegenstelling tot de vorige albums. Daar heeft Franci drie redenen voor. Hij vertelt dat hij Spaans en Italiaans erg mooie en muzikale talen vindt, maar dat hij het toch jammer vond dat mensen zijn teksten niet konden verstaan. Bovendien is hij tegenwoordig samen met een Amerikaanse vrouw, waardoor hij dagelijks Engels spreekt en zich er veel comfortabeler in voelt. Bovendien, zo legt hij uit, heeft de band veel meer liedjes opgenomen dan er op het album staan, waarvan aardig wat in het Italiaans. Met wat andere keuzes had het dus zomaar een overwegend Italiaans album kunnen zijn.
Het Engels zorgt echter wel voor eenheid, iets waar Mala Vita ook naar op zoek was: “Wij zijn een band die altijd alle kanten op schoot. Dat doen we nog steeds wel maar we wilden hier toch een wat coherentere plaat van maken. Dat maakt het iets breder en duwt het wat minder in het hokje wereldmuziek waar we ons nooit zo thuisgevoeld hebben.”
Over thuisvoelen gesproken, dat doet meteen denken aan het nummer Heartbreak Island (‘get back, back to heartbreak island / back to where we belong’). Heartbreak Island is de bijnaam van Ellis Island, een eiland dat in het begin van de twintigste eeuw dienst deed als grenspost voor de Europeanen die als immigranten Amerika binnenkwamen.
“Voor dat nummer heb ik de parallel getrokken tussen wat er nu gebeurt en wat er honderd jaar geleden gebeurde; toen er nog veel meer mensen uit Europa weggingen dan dat er nu uit het Midden-Oosten komen, op weg naar een beter leven. Dat waren in feite economische vluchtelingen, maar dat is nog niet zo lang geleden. Alleen daarom al vind ik dat je begrip zou moeten hebben voor de mensen die hierheen komen. Zeker omdat men dat nu onder heel andere omstandigheden doet.”
Het is slechts één van de voorbeelden van de betrokken teksten. Maar zoals gezegd, So Far So Good is geen politiek statement. Het is minstens zo belangrijk om de luisteraars een goed gevoel mee te geven: “Ik vond het altijd wat jammer dat men de band afdeed als een feestband. Dat mag ook, maar wat mij betreft is de muziek meer dan dat alleen. Ik denk ook dat het heel goed samen kan gaan; vrolijke nummers, minder vrolijke nummers, nummers met een boodschap, dat kan allemaal samen. Dat kan in één optreden, dat kan op één plaat,” aldus Mickael Franci. Waarvan akte.
LIVEDATA 30/04 Pinguins in Paradiso, Amsterdam (Samen met My Baby, Gengahr, Pretty Vicious, The Great Communicators, Bombay, Lucas Hamming, Yorick van Norden, Rita Zipora en Shakey Graves)