Tony Hadley in het state of the art-poppodium Victorie in Alkmaar betekent een uitverkocht huis voor de voormalig zanger van Spandau Ballet. De Britse band die in de jaren 80 erg productief was en grote successen vierde. Wereldwijd. De band is vanwege hommeles al weer even ter ziele. Hadley (65) weet van geen ophouden.

Gezien: Podium Victorie Alkmaar, 27 oktober 2025
Tekst en foto: Pieter Visscher
“Are there any crazy girls in the audience?”, vraagt Hadley, na openingsnummer Feelin’ Good. Een liedje uit 1964 van Anthony Newley en Leslie Bricusse. Hadley zittend op een barkruk. Hij hangt even de crooner uit en dat jasje zit prima. Nog immer een charmeur vanjewelste. Zeer goedgemutst. Prima bij stem bovendien. Hadley smokkelt vocaal her en der met een octaafje lager, maar daar is tijdens publieksfavoriet True geen sprake van. Spatzuiver als in de jaren 80. Wat een ijzersterke popsong blijft dat toch.
Hadley is open over zijn moeizame huidige relatie met de andere leden van Spandau Ballet zonder overdreven in detail te treden. Hij heeft alles aan de band te danken, zegt-ie. Gasten die begonnen als schoolbandje en samen de wereld veroverden vanaf 1981. Through The Barricades is met afstand het beste nummer dat Spandau Ballet op plaat heeft gezet, volgens Hadley, die de rotzooi op onze planeet nog even aanstipt en associeert met de tekst van Gary Kemp, over de ellende in Noord-Ierland in de jaren 80. Kemp schreef vrijwel alles voor de band.
Hadley proost op het leven met een glas Jack Daniels in een hand. “My favourite drink for more than 45 years. I love it.” Er volgt een Queen-cover: Somebody To Love. Hadley vertelt groot fan te zijn van de band en heeft het zelfs over zijn vriend Freddie, die hij enkele keren ontmoette. Hadley is zichtbaar wat strammer in de heupen dan vroeger, terwijl hij aan expressie niets heeft ingeleverd. Wat kilootjes erbij. Dat wel. Het zweet druipt na enkele nummers van zijn voorhoofd, maar Hadley weigert z’n gedistingeerde sjaaltje af te doen, laat staan zijn colbert. Soigné tot op het bot. Er is niet veel veranderd. Bloesjesman gebleven.
Een opvallende rol tijdens de show is weggelegd voor de beweeglijke percussioniste, die ook nog eens over een geweldige stem blijkt te beschikken. De band staat sowieso als een huis en dan klinken hits als Chant No. 1 (I Don’t Need This Pressure On), het meesterlijke I’ll Fly for You en de te verwachten afsluiter Gold nog altijd alsof de tijd heeft stilgestaan.