Treehook – X (eigen beheer)
In de altijd prettig verteerbare categorie ‘leuke verrassingen’ wederom een belachelijk talentvol bandje van eigen bodem. Uit Zeeland, of all places.
Treehook is een trio dat debuteert met een, laten we het beestje maar gewoon bij de naam noemen, overdonderend album dat zowat uit elkaar barst van de drang om het eruit te gooien. Tien compromisloze songs waarin crediblereferenties als METZ, Death From Above, Fugazi en Jane’s Addiction vechten om de aandacht, en alle mindere goden met gemak vrij genadeloos omver worden geblazen.
X knalt er direct lekker in met Sun Sets Too Soon, dat klinkt als Killing Joke in zijn beste dagen, en dat is niet in de laatste plaats te danken aan de energieke en ongelofelijk strakke drummer die de onvoorspelbare capriolen van zijn twee bandmaatjes moeiteloos bij elkaar houdt.
Treehook is meedogenloos in songs als single Animal en het absolute prijsnummer Queen To Be, kan even gas terugnemen tijdens Live By The Sea, maar weet ook te verrassen met een instrumentale track als Extraordinary Farmer, waarin een saxofoon plots de hoofdrol opeist.
Is er dan niets om over te zeiken? Jawel, want Hey Die is een beetje een miskleun op X, maar dat komt vooral omdat het, in totale tegenstelling tot de rest van het album, nogal rommelig uitgevoerd wordt. Maar dat is slechts een klein smetje op een spannend debuut van een bandje dat de genialiteit van een band als METZ nog niet helemaal in de vingers heeft, maar het zeker in zich heeft om daar naartoe te groeien. Sterke plaat! Tekst Muzine | Ronald Renirie
LIVEDATUM 10/03 Patronaat Café, Haarlem
In Nederland hebben we Anton Corbijn. Zijn Engelse equivalent
POP is een uitgebreide bloemlezing van de muziekfotografie van Brian Griffin. Foto’s voor albumhoezen, singlehoezen, posters en bandfoto’s voor mediedoeleindens. De bijna 400 pagina’s van het lijvige boek worden geïllustreerd met meer dan 160 platenhoezen van meer dan 100 bands en muzikanten waaronder vele foto’s die nog niet eerder zijn gepubliceerd, waaronder die van Ian Dury, The Clash, Depeche Mode, Echo And The Bunnymen, Iggy Pop, Kate Bush, The Specials en Elvis Costello om enkele namen te noemen.
Brian Griffin startte zijn fotografiecarrière met het nemen van foto’s voor Stiff Records in de late jaren 1970 en werd al snel de belangrijkste fotograaf van artiesten in de new wave, postpunk en new romantics. Griffin moest het vaak doen met lage budgetten en dat leverde toch de fraaiste platen op. Hoe deze foto’s werden gemaakt en welke technieken werden gebruikt of bedacht, wordt uitgelegd in een vraag-en-antwoordsessie tussen Griffin en de auteur Terry Rawlings.
Het zorgt voor verhelderende en hoogstpersoonlijke inzichten achter de schermen tijdens deze specifieke creatieve periode in de visuele muziekgeschiedenis.
Brian Griffin werd in 1948 in Birmingham geboren. Van zijn zestiende tot zijn eenentwintigste levensjaar werkte Griffin in een fabriek, tot hij fotografie ging studeren in Manchester. Na zijn afstuderen verhuisde Griffin naar Londen met de bedoeling modefotograaf te worden.
Griffin wordt erkend als een van de meest vooraanstaande Britse fotografen van de jaren zeventig en tachtig en als lid van de British Photographers of the Thatcher Years, met Martin Parr, Paul Graham, Graham Smith, Jo Spence en Victor Burgin, met wie hij vele exposities deelde.
Null + Void – Cryosleep (SEN Music/hfn music)
Modern Studies – Swell To Great (Fire Records/Konkurrent)