Interview: Animal Collective over Dino’s en John Cale

Animal Collective“De titel oogt als een soort open invitatie om iets met een ander te doen.” Deze uitspraak van Avey Tare slaat op Painting With, het nieuwe album van Animal Collective. Daarop lijkt aan de uitnodiging tot samenwerken al lang en breed gehoor te zijn gegeven, en bepaald niet door de minst imposante schepsels uit de geschiedenis van onze miljoenen lentes oude aardkloot. Tijd om eens even met Dave Portner, zoals Avey Tare echt heet, de coolste collaboraties op een rijtje te zetten.

Tekst LiveGuideNL | Sven Bersee

Painting With John Cale
Als je niet weet wie John Cale is, dan ben je een enorme cultuurbarbaar of een naïeve droplul en raden we je aan om eens de platen van zijn bandje The Velvet Underground te checken. Leuk hoor, echt waar. Maar goed, diezelfde legende werkte dus gewoon mee aan Painting With. Cale nam de drones op die gebruikt zijn in het nummer Hocus Pocus.
“John Cales werk met The Velvet Underground is natuurlijk behoorlijk awesome. Daarnaast houden we van de platen die hij heeft geproduceerd, zoals ons favoriete werk van The Stooges. We hadden al waterig contact met John omdat mijn zus sinds een tijdje de visuals doet tijdens zijn liveshows. Zo kwamen we erachter dat hij ook fan van Animal Collective is. Dat maakte het natuurlijk een stuk makkelijker om hem bij de plaat te betrekken. Net als wij is hij heel visueel ingesteld, wat het een goede match maakt. Hij is een soort soulmate van ons.”

Painting With Bea Arthur
De track Golden Gal begint met een sample van actrice Bea Arthurs stemgeluid. Het is een snerende zin die ze als het personage Dorothy Zbornak uitsprak in de Amerikaanse komedieserie The Golden Girls (1985-1992): ‘No, Blanche, she’s upset because they keep changing the taste of Coke!’.
“Die opmerking hebben we een beetje uit zijn context gerukt, maar hij was in de serie sarcastisch bedoeld. Ik vind Dorothy hilarisch en we kunnen een goede grap in Animal Collective wel waarderen. Het is goed om af en toe een paar seconden te lachen. Hij is er niet per se ingestopt for the sake of comedy, maar ik vind het leuk dat je het wel zo kunt opvatten. Ik hou ervan als mensen niet zeker weten waarom iets gebeurt in onze muziek. Verrassing is belangrijk in de psychedelische ervaring en in het leven in het algemeen.”

Painting With dinosaurs
Die gekke malle zus van Avey Tare is wel handig met visuals. Niet alleen on stage bij John Cale, maar ook in de studio bij AnCo. Zo zorgde zij voor non-stop projecties van dinosaurussen op de muren van de EastWest Studios in Hollywood, waar ooit ook platen van The Beach Boys en Marvin Gaye werden opgenomen.
“In Animal Collective vinden wij het makkelijker om te communiceren met visuals dan om te zeggen: laten we hier eens even een stukje in fis mineur spelen. Zo praten wij niet. Op Painting With is de invloed van dinosaurussen dus vrij groot. We hadden twee filmrollen met dinobeelden die we elke dag non-stop afspeelden. Of Jurassic Park erbij zat? Misschien een paar scènes uit deel één, verder was het vooral vreemd seventies-spul: reclames met dino’s, dinocartoons en films met animatronics.”Painting With Colin Stetson
In FloriDada wordt een ode gebracht aan het dadaïsme, maar de track is ook opvallend omdat in het refrein het geblaas van topsaxofonist Colin Stetson te horen is. Het lijkt misschien niet per se baanbrekend dat de virtuoos samenwerkt met een progressieve groep als Animal Collective, maar dat is het voor Avey Tare wel degelijk.
“Ik heb altijd een groot probleem gehad met de saxofoon. Als kind had ik er al helemaal niks mee. Er was iets met het geluid dat mij afstootte – vooral in rockmuziek, maar ook in jazz. Ik hield wel van bijvoorbeeld Eric Dolphy en Chico Hamilton, maar voor sax-georiënteerde jazz voelde ik weinig. En dat is precies waarom we dat instrument nu juist wel gebruiken. Een tijdje terug vroeg ik Noah (Lennox, Panda Bear) of hij weleens een techniek of methode toepast waar hij niks mee heeft met als doel die te begrijpen. Hij zei meteen: ‘Ja, natuurlijk!’. Dat zette me over mijn twijfels heen om een keer de sax te gebruiken. Het is leuk om muziek te maken die je uitdaagt. Colin Stetson was een van de weinige saxofonisten die ik al wel kon waarderen, dus hij moest het worden.”

Painting With AnCo
Je zou het bijna vergeten, maar Avey Tare schilderde op Painting With ook nog met zijn vaste bandmaatjes Panda Bear en Geologist. (Deakin, het vierde bandlid, doet deze keer niet mee). En ondanks dat dit alweer studioalbum nummer tien is, is de vernieuwingsdrang nog altijd gigantisch.
“Ik wil dat mensen ons respecteren om onze experimenteerzucht. Dat is wat we leuk vinden, luisteraars steeds tot iets nieuws bekeren. We willen niet succesvol zijn met iets en datzelfde ding steeds herhalen. Als je de gok neemt om een trucje uit te halen, loop je het risico om irrelevant te worden. Dat betekent niet dat je daarmee niet succesvol kunt zijn. Die aanpak heeft voor veel bands gewerkt, zoals Coldplay, maar wij maken nooit muziek uit commerciële motieven. Al hebben we overigens niks te klagen. Voor een band als de onze hebben we qua geld best wel geluk. Echt rijk zullen we er niet van worden, maar dat zorgt er wel voor dat we hard blijven werken. Dat we niet lui worden.”

LIVEDATUM 02/04 Rewire @ Paard van Troje, Den Haag

Klinkt als: een stel quasi-elektronische, van de Captain Beefheart-school gekickte psychdino’s

Het maart-nummer van
LiveGuideNL is nu uit en gratis verkrijgbaar op meer dan 550 adressen.

Interview: DeWolff heeft de juiste formule gevonden

Volgens de heren zelf heeft DeWolff met Roux-Ga-Roux het ultieme album uitgebracht. Aan stoppen op het hoogtepunt wordt echter geen moment gedacht. Zanger en gitarist Pablo van de Poel vertelde ons alles over de totstandkoming van het nieuwe album in de eigen studio en op het eigen label.

Tekst Chris Dekker Foto Satellite June

De drie heren van DeWolff hebben de leeftijd waarop de meeste muzikanten net een beetje succes beginnen te krijgen, terwijl deze Limburgse band met zeven studioalbums al bijna tot de oudgedienden behoort. Toch zijn de nu in Utrecht wonende heren populairder en actueler dan ooit. Twee jaar geleden spraken we Pablo bij het uitkomen van het livealbum Live & Outta Sight waarbij hij vertelde hoe de band afscheid had genomen van het oude management en hoe de band het heft in eigen hand had genomen met een eigen studio en label. Roux-Ga-Roux is het eerste echte resultaat van deze stap, maar er gebeurde meer.

Pablo: “Na het uitbrengen van ons livealbum zijn we eerst bezig geweest om onze back catalogue, onze eerdere platen, uit te brengen via ons eigen Electrosaurus Records. Daarna zijn we eens goed na gaan denken wat we met het volgende album wilden en dat werd al snel duidelijk. We wilden de ultieme DeWolff-plaat maken, die na tien jaar nog vet is. Geen plaat waarbij je na drie maanden denkt dat bepaalde dingen beter of anders hadden gekund. We hebben echt nagedacht over hoe we hem er echt bovenuit konden laten steken.”DeWolffNatuurlijk is Roux-Ga-Roux weer een plaat vol psychedelica, Southern Rock en Americana, maar het grootste voordeel voor de band was dat het in de eigen studio ongelimiteerd de tijd had om het te verfijnen.
“Ik heb de afgelopen jaren veel andere bands opgenomen en daardoor weet ik precies wat er kan in onze studio. We gebruikten het echt als extra instrument. En in plaats van tien dagen konden we nu twee maanden de studio in en dan soms van ‘s morgens vroeg tot diep in de nacht.”

Het gevaar van zelf produceren is dat er geen criticus van buitenaf is, die met een fris oor naar de muziek luistert en die eventuele meningsverschillen oplost, maar volgens Pablo was dat geen probleem.
“We zijn zelf juist zeer kritisch én we weten precies wat we willen. Daarom gaat het proces snel. Na jaren met een soort Limburgs minderwaardigheidscomplex weten we nu dat we dit kunnen. Na tien jaar vertrouwen we elkaar nog steeds volop, we hebben dezelfde smaak en we verrassen elkaar nog steeds met nieuwe dingen. We groeien met elkaar mee qua smaak. Het is bij ons nooit gebeurd dat iemand opeens helemaal into indie was en met zwarte kleren en een kortgeknipt kapsel bij een repetitie aankwam, haha!”

Maar wat is er dan anders dan de andere platen?
“Dit album is rijker, er zijn extra geluiden en de productie is constant interessant. We hebben niet veel standaardliedjes met couplet, refrein en een brug. In plaats van A naar B, gaan we misschien wel van A naar Z. Een boom met takken. Ik denk dat we een soort formule hebben gevonden, hoewel dat wat gemaakt klinkt. Ik denk echt dat we de volgende keer weer zo aan de slag gaan.”

Op de plaat speelt Joep Bollinger bas, er werd gebruik gemaakt van de zangeressen Sarah Jane Wijdenbosch, Altagracia Nortan en zanger Mitch Rivers. De blazers van Maison du Malheur voegden partijen toe en daarmee zoekt de band toch weer wat andere stijlen op, zoals de New Orleans-sound.
“Natuurlijk blijven we altijd geïnspireerd door Deep Purple, met wie we binnenkort spelen, maar we combineren dat altijd met een dosis Americana, een beetje Muscle Shoas en Stax en zeker ook New Orleans. Live gaan we ook wat shows doen met gasten, zoals Joep, maar we weten nog niet hoe en wat we precies gaan doen.”

De komende maanden staat voor DeWolff vooral in het teken van touren.
“We spelen in Nederland, Duitsland en Frankrijk en we keren, na wat optredens hier, weer terug naar die landen. Er is ook veel vraag naar onze studio van andere bands, maar het probleem is dat die studio in toetsenist Robin’s huis is. Ik weet niet of die er na een paar weken touren wel op zit te wachten dat ik de dag erna weer voor zijn neus sta met een bandje!”

LIVEDATA 24/03 Vera, Groningen 25/03 Burgerweeshuis, Deventer 25/03 Paaspop, Schijndel 26/03 Asteriks, Leeuwarden 31/03 Nieuw Nor, Heerlen 01/04 Doornroosje, Nijmegen 02/04 Metropool, Hengelo 03/04 Mezz, Breda 05/05 Bevrijdingsfestival Amsterdam 05/05 Bevrijdingsfestival Rotterdam 06/05 Moulin Blues, Ospel 07/05 TivoliVredenburg, Utrecht 08/05 Hootchie Koe, Doetichem 19/06 Julianapop, Den Helder 30/06 North Sea Jazz Club, Amsterdam 24/07 Zwarte Cross, Lichtenvoorde

Interview: The Sore Losers “Muziek maken is als verliefd zijn”

The Sore LosersThe Sore Losers zijn terug met hun derde studioalbum Skydogs, release 18 maart. Ze hadden zin om een echte rock ‘n roll plaat te maken en dat is ze gelukt. Betere songs en meer de kern blootgelegd van wie ze zijn en wat ze doen. Graag doen!

Tekst Martje Schoemaker Foto Toon Aerts

En daar praten ze dan ook voluit over, op een zonnige middag in Amsterdam Noord. “Het is een metier, aan de ene kant leert ge als jong manneke, leert ge een instrument spelen. En een song schrijven moet ge ook leren. Dus het is logisch dat ge er beter in wordt.” Vertelt Cedric Maes. De heren schrijven wat ze willen, maar gaan vooral voor een bepaalde vibe. “Voor mij moet het niet allemaal Morrisey zijn. Niets tegen Morrisey hoor! Hij doet dat echt heel goed. Maar ik heb dus geen enkele nood om daar iets aan toe te voegen en de grote boodschap uit te hangen.”

Het is een rock ‘n roll band en die schrijven dus rock ‘n roll liedjes. Een proces waar ze als band gelukkig de juiste ingrediënten voor hebben. “Je weet gewoon dat het klopt. Gelijk als ge verliefd wordt. Als ge verliefd wordt dan gaat gewoon alle logica weg, dan weet ge ‘ja, ik ben verliefd’.”
The Sore Losers hebben dus juist dat, het samen in een hok spelen en de ene keer gebeurt er iets, dan ontstaat er een spark, en dan kijken ze elkaar alle vier aan en dan weten ze het; dit is het. “It’s fucking magic.”De samenwerking met Dave Cobb, ook wel bekend als ‘Nashville’s Rick Rubin’ was een groot risico. Ze hadden een goed gevoel bij hem, en hij met hen. Maar het blijft toch een grote stap om hem hierheen te laten komen. “Ongelooflijk maar waar. Vanaf dag 1 in de studio, klikte het zo goed, dat hij zelf al die spark al mee aanvoelde met de band. En dat is een risico, want voor hetzelfde geld was dat niet gebeurd. Maar daar waren we ons ook van bewust.” Het resultaat, Skydogs, bewijst dat de band ‘duzend procent’ gelijk had om met hem samen te werken.

Als een stel jonge ‘sky’ honden zitten ze vol trots te vertellen over het nieuwe album. De teaser ernaar toe doet ook al reikhalzend uitkijken naar de hele plaat, die op 18 maart officieel uitkomt. De enige competitie die ze voelen is met zichzelf. Ieder volgend optreden kan en moet beter. Zo ook met hun albums. Deze nummer drie is weer beter dan de volgende. En zo zal nummer vier ook weer beter worden dan Skydogs. “Als wij als ons vieren het gevoel hebben van ‘Yes’, deze plaat is beter dan de vorige, dan hebben we gewonnen. We hadden echt niets anders willen doen dan dat we gedaan hebben.”

LIVEDATA 08/04 Alter Schlachthof, Eupen (B) 09/04 De Pit, Terneuzen 15/04 Ancienne Belgique, Brussel 20/04 Bitterzoet, Amsterdam 06/05 Hedon, Zwolle 07/05 Klomppop, Borsele 20/05 Mezz, Breda 11/06 Pinkpop, Landgraaf

=> Zaterdag 19 maart is de rest van het interview te horen op Pinguin Radio bij Festival Info Live vanaf 17:00 uur.

Interview: Bombay laat z’n tanden zien

BombayEen mysterieus meisje met naast haar een stoere hond staart de lens in. Bombay, Show Your Teeth staat er onder. Het artwork van de nieuwe langspeler van de Amsterdammers zegt eigenlijk al genoeg. De plaat staat bol van de onderhuidse spanning. Spanning die de bandleden ook voelde tijdens het maken van de plaat. De samenstelling van de band bereikte z’n houdbaarheidsdatum. Drumster Linda van Leeuwen verliet na de opnames het schip en is vervangen door Lisa Ann Jonker.

Tekst Milo Lambers Foto’s Nick Helderman

Tegenover ons zit nu een band vol overtuiging, zelfvertrouwen en energie. “Alles zit goed. Deze karakters passen bij elkaar”, zo zegt multi-instrumentalist en songwriter Mathias Janmaat zelfverzekerd.
De spanning die de band lange tijd beheerste horen we wel terug op de plaat. “Het laatste jaar zat het intern in de band niet goed. Er was veel onderhuidse spanning. Dat hoor je terug in de muziek. Songs als Slow-motion gaan over in een bad place zitten en dat achter je willen laten.”

Dat is precies wat de band met de plaat nu doet. Show Your Teeth is in vergelijking met z’n voorganger Vulture / Provider (2012) minder groots en klinkt een stuk grauwer en stemmiger. Dat wordt bij opener Dolly Doesn’t Want To Face The Facts al duidelijk. Een dijk van opener. “Dat is een nummer waar we heel tevreden mee zijn. We vonden die track tekenend voor de hele plaat, voor onze nieuwe sound. Het is zo anders en uitgesponnen in vergelijking met ons eerdere werk. We vinden het vet om het album op deze manier in te cruisen”, zo vertelt Mathias enthousiast.BombayVerfijnd
De rock van de voorganger wordt gedag gezegd. “Deze plaat heeft meer een garagegeluid. Dat heeft vooral te maken met het drumgeluid”, zo legt Mathias uit. “We wilden heel graag een tape-achtig drumgeluid. Op de vorige plaat stonden een paar nummers die we beter niet uit hadden kunnen uitbrengen. Die klonken te groots. Als ik dat nu hoor, denk ik: ‘wat dacht ik?’ De sound die we nu hebben, voelt veel beter, natuurlijker.” “We zien het als een volgende stap. We zijn nu verfijnder”, zo voegt bassist Gijs Loots toe.

Lo-fi

Bombay klinkt op zijn nieuwe plaat alsof het bij je op de slaapkamer speelt. En dat bedoelen we positief. Het heeft een heerlijke lo-fifeel. Een bewuste keuze. “We hebben de drums allemaal op tape opgenomen. De mix is ook op tape gedaan. Soms hoor je nog wat tape-suizen op de achtergrond. Dat nemen we op de koop toe, want qua sound is het voor ons echt the way to go”, zo lacht Mathias.

Met de plaat in de handen, kan Bombay de wijde wereld in. En dat gaat de komende tijd volop gebeuren. Niet alleen in Nederland, maar ook daarbuiten. Vooral in Frankrijk begint de band steeds meer naamsbekendheid te krijgen. Een nummer wat het live erg goed doet is Slowmotion. “Dat is echt de hit”, zegt het trio in koor. “Het is meteen al de hoeksteen van de set geworden. Het werd de eerste keer meteen duidelijk. De reactie van het publiek was enorm. We dachten ‘wauw, dit hebben we nog nooit gehad.”

Livedata 17/03 Patronaat, Haarlem 18/03 Asteriks, Leeuwarden 19/03 Metropool, Hengelo 24/03 Hedon, Zwolle 25/03 013, Tilburg 26/03 Ekko, Utrecht 27/03 Paaspop, Schijndel 27/04 Oranjepop, Nijmegen 30/04 Pinguins in Paradiso, Amsterdam

Interview: Nothing But Thieves

Nothing But Thieves“Dat was een van onze beste shows ooit.” Met een twinkeling in zijn ogen blikt zanger Conor Mason van Nothing But Thieves even terug op augustus vorig jaar, toen de Britse rockers Lowlands verpletterden. Destijds keken ze uit op een uitpuilende Charlie-tent, nu hebben ze ook een boeking voor Pinkpop op zak en gaan ze vol voor de internationale doorbraak. Net voordat Conor het vliegtuig naar Amerika instapt, spreken we de sympathieke frontman nog even.

Tekst LiveGuideNL | Tim Arets

Voor een jonge band is het moeilijk om voet aan overzeese grond te krijgen, maar Nothing But Thieves zou daar zomaar in kunnen slagen. Tijdens de zes weken durende tour door de VS, waar het titelloze debuut in elke club en saloon gespeeld wordt, staat onder meer een bezoekje aan de talkshow van Jimmy Kimmel op het programma. Al zou Conor eigenlijk het liefst succes boeken aan de andere kant van de wereld. “Ik ben echt verliefd op Japan! Ik wil gewoon daarnaartoe verhuizen.”

Tijdens een Japanse tour raakte de Engelsman onder de indruk van de bevolking. “Heel speciaal hoe zij elkaar en nieuwe mensen behandelen. Zo beleefd en zo professioneel. Ik voelde me erg welkom en het gaf echt een goed gevoel. Een stad als New York is net zo goed heel tof, maar daar kijk je toch sneller over je schouder, als je begrijpt wat ik bedoel. Tokio is ook gigantisch, maar daar heb je dat gevoel niet. Het is er heel relaxed en dat is voor mij erg belangrijk.”

De kalme zanger kon het dan ook goed vinden met het publiek. Waar hier de monden nooit dicht lijken te gaan tijdens een concert, is dat in Japan heel anders. “Het publiek is daar waanzinnig. Als ze alleen al zien dat ik iets in de microfoon ga zeggen, worden ze doodstil. Op Lowlands hoorde je continu gegil van enthousiasme. Dat is te gek, maar in Japan gaat dat dus heel anders. Daar bleven ze stil tot ik klaar was met praten, waarna ze als een soort leger begonnen te klappen en gillen.”

Maar wat vindt Conor dan van dat luidruchtige publiek in de rest van de wereld? “Je hebt concertbezoekers die overal doorheen lullen. Dat is voor mij heel lastig, omdat ik er soms iets van wil zeggen, maar tegelijkertijd zal er vast ook wel een reden zijn dat ze zo hard praten. Ik vind het moeilijk om daar dan wat van te zeggen, aangezien ik bang ben dat het dan ongemakkelijk wordt. Je zult mij dat dus niet zo snel zien doen. Als wij gewoon ons best doen, worden ze uiteindelijk vanzelf wel stil.”

Net als in zalen, vindt trouwens ook on the road nog weleens een cultuurclash plaats. “Onze geluidsman Dave was in een Italiaanse kroeg met een meisje aan het praten. Dave houdt van flirten, he loves the ladies. Op een gegeven moment komt een brede vent naar hem toe, grijpt hem in zijn nek, sleept hem mee naar buiten en vraagt wat hij met zijn vriendin moet. Dave antwoordt iets als: ‘Ik vroeg haar alleen maar wat het Italiaanse woord voor bier is’. Komen er opeens twaalf vrienden van die kerel de hoek om, waarna ze de achtervolging op Dave inzetten. Ze hebben hem flink toegetakeld. Niemand van de band was erbij, we waren aan het pitten, dus hij was alleen. Hij is gelukkig opgelapt, maar je leert van zoiets wel dat je beter niet in je eentje op pad kan gaan in een onbekend land.”

LIVEDATA 7-9-10/03 Ziggo Dome, Amsterdam (voorprogramma Muse) (uitverkocht) 11/03 Doornroosje, Nijmegen (uitverkocht) 12/03 London Calling Festival @ Paradiso, Amsterdam 17/03 Vera, Groningen (uitverkocht) 11/06 Pinkpop, Landgraaf

Nothing But Thieves klinkt als: high-pitched vocals op zielsnijdende rock, stiekem ook nog eens catchy als fock

Het maart-nummer van LiveGuideNL is nu uit en gratis verkrijgbaar op meer dan 550 adressen.

Interview: Causes

Niemand zit te wachten op jolige nummers over bloemen en konijntjes, denkt Causes-zanger Rupert Blackman. Debuutalbum Under Bridges That You Built For Me staat dan ook vol melancholische tracks die perfect passen bij een met tranen besprenkelde bak Ben & Jerry’s. Maar de indiepopgroep, bestaande uit gitarist Jan Schröder, twee andere Nederlanders en Rupert als eenzame Brit, maakt heus niet alléén liedjes over struggles en gebroken harten.

Tekst LiveGuideNL | Caya Forman

Jullie nummers lijken vaak over rampen en dramatische gebeurtenissen te gaan. Zinkende schepen, stormen…
Rupert: “Is een storm een ramp? Slecht weer kan juist heel mooi zijn. Wel hebben onze songtitels inderdaad vaak met water of andere natuurverschijnselen te maken, maar de songs zelf gaan daar natuurlijk niet letterlijk over. Het draait om het overleven van moeilijke situaties en saamhorigheid. Sparrows gaat bijvoorbeeld over het feit dat je nooit ergens alleen voor staat.”

Wat is een ‘sparrow’ ook al weer voor vogel?
Rupert: “Ik heb nog nooit een ‘sparrow’ gezien, maar ik geloof dat het gestoorde muizen met vleugels zijn.”
Jan: “Is het een zwaluw?”
Rupert: “Wat?”
Jan: “Of is het een specht? Wacht… Even Google Translate erbij pakken.”
Rupert: “Oké, is dit waar het interview nu over gaat? Waar ben je mee bezig?”
Jan: “Ik kan de Nederlands-knop nergens vinden.”
Rupert: “Bij de letter N…”
Jan: “Aha! Een ‘sparrow’ is een mus!”
Rupert: “Een mus? Klinkt als ‘mouse’. Ik zei toch dat het muizen met vleugels waren.”Uhm, meer to the point: jullie nummers draaien dus vaak om redelijk zware thema’s. Wat is het heftigste dat jullie als band hebben meegemaakt?
Jan: “Dat we geen airplay kregen na het uitbrengen van Teach Me How To Dance With You.”
Rupert: “Toen hield Causes bijna op te bestaan. Kijk, als je veel moeite en geld steekt in een single waarvan jij denkt dat hij echt hot is, maar ‘ie vervolgens nergens wordt gedraaid en je minder dan duizend plays krijgt op Spotify… Toen dachten we: fuck it, we houden ermee op. Maar gelukkig kwam het goed.”

Ja, Teach Me How To Dance With You is toch een hitje geworden. Kunnen jullie zelf een beetje dansen?
Rupert: “Het is bevestigd dat we allemaal verschrikkelijke dansers zijn.”
Jan: “Robert – onze bassist – kan wel redelijk goed bewegen op muziek, geloof ik. Hij heeft wel wat ‘salsa’.”
Rupert: “Maar als onze drummer probeert te dansen, ziet het eruit alsof hij verdrinkt op land. Maar tijdens onze shows doen we dat niet echt. We kunnen allemaal prima ritmisch met ons hoofd knikken, maar vraag me niet de chachacha te doen.”

Ik heb nog nooit een man goed zien dansen, dus jullie hoeven je er niet slecht over te voelen.
Rupert: “Gelukkig, dat is fijn om te weten.”

LIVEDATA 03/03 Burgerweeshuis, Deventer 10/03 Patronaat, Haarlem 11/03 Het Bolwerk, Sneek 12/03 Manifesto, Hoorn 18/03 Doornroosje, Nijmegen 25/03 Atak, Enschede 26/03 Paaspop, Schijndel 30/03 Het Depot, Leuven 31/03 Mezz, Breda 01/04 Simplon, Groningen

Causes klinkt als: een moderne Backstreet Boys zonder synchrone danspasjes en doorschijnende T-shirts

Het maart-nummer van LiveGuideNL is nu uit en gratis verkrijgbaar op meer dan 550 adressen.

Interview: met Torre Florim De Staat

De StaatHet vorig jaar verschenen tussendoortje Vinticious Versions lijkt de perfecte opmaat voor O; de vierde langspeler van De Staat. Het superstrakke rockgeluid van de Nijmeegse groep is er nog steeds, maar dan voorzien van een speelse bovenlaag. “We willen niet nog een Sweatshop maken, want die hebben we al”, zegt frontman Torre Florim over de constante progressie die zijn band sinds het zeven jaar geleden verschenen debuut Wait For Evolution maakt.

Tekst Mania | Ruben Eg

Waar presentator Matthijs van Nieuwkerk na afloop van een maandagavonduitzending van De Wereld Draait Door tijd tekort komt om met alle bezoekers van het populaire tv-programma op de foto te gaan, daar schuift Florim in opvallend relatieve anonimiteit aan bij een tafeltje in het cafe van de studio. Tijdens de uitzending kreeg de band een minuut om de single Peptalk op te voeren. Vooraf werd het studiopubliek opgewarmd met Get On A Screen van O. Een nummer waarvan de tekst overigens akelig over een tv-programma als DWDD lijkt te gaan.

“Daar gaat het ook deels over”, bevestigt Florim glimlachend. “Voor RTL 4 deed ik ooit mee aan een programma over Nijmegen. Toen besefte ik dat je voor tv steeds een scene moet spelen. Van de ene naar de andere plek lopen moest vaak opnieuw. En ergens naar binnen gaan moest spontaan lijken, terwijl je eerst moest wachten voor de camera was opgezet. Daar is het nummer in eerste instantie erg door geïnspireerd. ‘Are you ready for your presentation?’, zing ik. ‘I’m only living when I get on a screen.’ Maar het gaat ook over het gevoel om in een band te zitten. Je moet de media heel vaak iets van jezelf laten weten; laten weten dat je leeft. Van sommige mensen die je op Twitter volgt, vergeet je dat ze bestaan als ze geen berichten meer plaatsen. Dat is met bands net zo. Dat vond ik een leuke ingang. Maar het is geen aanklacht, hè? Het heeft ook wel iets leuks. In een band zitten gaat niet alleen maar over de muziek. Het gaat ook over het gevoel dat je uitdraagt. Dat is toch ook niet erg?”

De StaatO is in zijn geheel gemaakt in het oude pand van popzaal Doornroosje in Nijmegen. Nooit meer thuis opnemen?
“Ik was er na De Speeldoos met Roos, Janne Schra en Vinticious Versions wel klaar voor om een volgend album helemaal zelf te doen. Met De Staat was het altijd eerst thuis, dan tien dagen in een studio met een engineer alles zo snel mogelijk opnemen en vervolgens ergens mixen. Al dan niet toevallig kwam het oude pand van Doornroosje op ons pad. Daar zitten we voorlopig antikraak. We hopen er op termijn een plek met meerdere studio’s van te maken. Het idee was een repetitieruimte en thuisstudio in een te maken. Om songideeën te maken, te repeteren, op te nemen en te mixen. Ik kon op een dinsdagmiddag aan een ideetje werken en dat aan het eind van de avond naar de jongens te sturen. Dan woensdag eerst de drums soundchecken en dan met elkaar uitproberen. De repetities nam ik op, om ze dan te mixen terwijl de rest met koffie zat te luisteren. Uiteindelijk is zo’n repetitie dan de eindopname.”

De Staat-presentatie O - 2Vandaar dat de plaat, ondanks dat je er oneindig aan kunt werken, toch zo spontaan klinkt?
“Het repeteren nam best wat tijd in beslag, maar het is allemaal live ingespeeld. Dat is een heel fijn proces. Het kon zijn dat de nummers direct helemaal afgemixed waren zodat we de dag erna aan een compleet nieuw nummer konden beginnen. Een heel leuke manier om een plaat te maken. Dat ga ik voorlopig niet meer anders doen.”

Mag ik stellen dat de sound van De Staat is gegroeid van strak naar strak met veel spontaniteit?
“Goh. Strak is het nog zeker, maar we proberen nu ook op sommige momenten juist expres niet strak te spelen zodat je wat meer uit je evenwicht kunt raken. We hebben bij deze nummers expres meer ruimte gelaten. Hierdoor valt, denk ik, iets geks juist heel erg op en krijgt het ook veel meer ruimte.”Life Is A Game vind ik op die manier een heel typisch strak De Staat-nummer. Murder Death heeft weer dat nieuwe losse strakke geluid.
“Murder Death is wel een voorbeeld van iets dat we nog niet eerder hebben gedaan. We zijn als band na acht jaar nog steeds bij elkaar, we mogen elkaar nog steeds, het werkt nog steeds en er komen nog steeds mensen kijken. Dat is best wel bijzonder. Dus we zijn nu op een punt dat we er erg graag andere nummers bij willen maken; nummers die we nog missen in het repertoire. Niet nog een Sweatshop maken, want die hebben we al. Daarom is deze plaat heel anders. Dat is ook het doel.”

Dat is de grootste uitdaging?
“Sommige mensen vergelijken een band met een bedrijf. Maar het is veel heftiger. Collega’s gaan om vijf, zes uur ’s avonds naar huis en hebben weekend. Wij zien elkaar veel meer dan onze vriendinnetjes. Eigenlijk een compleet onlogische situatie. Hoe iemand een cracker eet kan zo het belangrijkste van de dag worden. Daar kun je helemaal aan kapot gaan. Het slaat helemaal nergens op, maar het gebeurt wel. Ik ben blij dat het bij ons nog goed gaat en dat nog helemaal los daarvan mensen ook nog geïnteresseerd blijven. Nederland is toch een klein land, en de media is natuurlijk altijd op zoek naar iets nieuws om te ontdekken. De Wereld Draait Door is daar een goed voorbeeld van. Die zoeken een primeur. En dat snap ik ook. Je moet altijd een verhaal hebben. En dat is niet makkelijk als je tien jaar samen bent. Wat is dan je verhaal?”

LIVEDATA 25/02 Paard van Troje, Den Haag (Sold Out) 26/02 Patronaat, Haarlem (Sold Out) 27/02 TivoliVredenburg, Utrecht (Sold Out) 01/03 Het Depot, Leuven BE 02/03 Charlatan, Gent (Sold Out) 03/03 Muziekodroom, Hasselt (Sold Out) 05/03 Trix, Antwerpen 06/03 Where The Wild Things Are, Zeewolde 26/03 Paaspop, Schijndel 28/05 Dauwpop, Hellendoorn 10/06 Pinkpop, Landgraaf

Interview: The Black Cult

The Black Cult C_Rosa MeiningerZwetend en hijgend stapt Douwe Doorduin van zijn crosstrainer. De zanger/gitarist van garagepunktrio The Black Cult wil fit om na de release van het absurd frisse, self-titled debuutalbum gelijk op tour te gaan. En de jonge Groninger weet dat zijn lichamelijke conditie daarvoor niets minder dan top moet zijn, zo met het oog op alle peukies, biertjes en feestjes tussen de shows door.

Tekst LiveGuideNL | Sven Bersee Foto Rosa Meininger

Voor een punkalbum is 28 minuten een mooie tijdsduur, maar is The Black Cult wel echt punk?
“Wij maken punk, maar tegelijk zijn we zelf absoluut niet punk. Daar ben ik een veel te normaal jongetje voor. Noem het daarom maar gelegenheidspunk, zoals Bert Scholten het noemt in zijn liedje Mij Best. Het betekent volgens mij zoiets als punk voor de Volkskrant-lezer. Voor het brede publiek.”

Maar toch klinken jullie zeker niet als een stel brave mainstream jongetjes in de oren…
“Hmm, nee, je kunt ons beter zien als een stel begin-twintigers die een beetje zijn blijven hangen in de puberteit.”

Sounds more like it! Veel muzikanten gaan tegenwoordig prat op smoothies en een goede nachtrust. Die brave leefstijl is dus aan jullie niet besteed?
“We doen wel aan sport, maar verder zijn we nog steeds kettingrokende en te-veel-bier-drinkende jochies. Dat zie ik ook niet zo snel veranderen… Daar hebben we veel te veel plezier voor en we zijn hartstikke blij dat we straks weer op tour elke dag een feestje kunnen vieren!”Lemmy zou trots op je zijn!
“Nou, ik leef niet als Lemmy hoor… Hij dronk een fles Jack per dag, pff! Ik drink alleen bier, want van sterke drank ga ik helemaal kapot. Oh man, Lemmy, de held… Ik ben opgegroeid met Motörhead. Jammer dat ‘ie dood is, maar het werd ook wel echt een keer tijd. Rouwen doe ik er dus niet om. Zijn dood was vooral een mooi excuus om weer eens een week lang non-stop Motörhead te luisteren.”

Jullie staan zelf juist nog aan het begin van een hopelijk lange carrière. Al zenuwachtig voor de albumrelease?
“We werken er al een jaar naartoe, dus ja: ik ben hartstikke nerveus. Na die releasetour willen we verder, en of dat lukt hangt voor een groot deel af van het succes van deze eerste plaat. Dat is natuurlijk spannend en ik heb sowieso al een groot probleem met zenuwen. Voor optredens stort ik half in. Dan word ik een verschrikkelijke klootzak waar je beter niet tegen kan praten. Achteraf ben ik weer superduper gezellig, maar vooraf moet je vooral geen moeilijke gesprekken met me aanknopen. Voor een show drink ik daarom zeker vijf bier, want als ik nuchter ben gaat het helemáál fout.”

LIVEDATA 06/02 Grasnapolsky, Radio Kootwijk 12/02 Pier 15, Breda 13/02 Zwarte Ruiter, Den Haag 17/02 Burgerweeshuis, Deventer 19/02 Asteriks, Leeuwarden 20/02 Groene Engel, Oss 21/02 EKKO, Utrecht 26/02 Altstadt, Eindhoven 03/03 Patronaat, Haarlem 04/03 Hall of Fame, Tilburg 02/04 Fluor, Amersfoort

Klinkt als: zorgeloze punkpop voor nonchalante dansers in spijkerjacks

Het februari-nummer van LiveGuideNL is nu uit en gratis verkrijgbaar op meer dan 550 adressen.

Interview: Dez Mona

De kleine Lola boft maar. Ze is net twee jaar geworden, woont in het schitterende Antwerpen en dan ook nog eens in een heel tof (en verre van doorsnee) gezin. Mama en papa zijn namelijk geen stel, maar heel goede vrienden die samen onder één dak wonen. Papa is homoseksueel en, zo wil het toeval, zanger van Dez Mona. Als dat niet cool is, dan weten wij het ook niet meer.

Tekst LiveGuideNL | Jeroen Haneveer Foto Mous Lamrabat

En met Dez Mona bracht papa, die wij beter kennen als Gregory Frateur, een paar maanden geleden de nieuwste plaat Origin uit. Dat doet ons afvragen: waar is toch de jazz gebleven? Gregory: “Ik weet eigenlijk niet of we ooit jazz hebben gemaakt. Het is een vrij poppy plaat geworden die een groter publiek lijkt aan te spreken, maar live kan het nog steeds alle kanten opgaan.”

Op het podium doet de Belgische band dan ook zeker niet onder voor grote headliners. Dat bleek wel toen de mannen in augustus in Kiewit rondhingen om te spelen op Pukkelpop. Ze zagen de bui al hangen, zo aan het eind van de laatste festivaldag met op exact hetzelfde moment de giganten van alt-J op het hoofdpodium. Niet de meest gunstige plaats op de programmering, waardoor Frateur vreesde dat het helemaal mis zou lopen. “Maar het tegenovergestelde was het geval. De tent stond vol en het publiek was laaiend enthousiast! Dat was écht een belevenis. Als je graag op het podium staat zoals wij, dan is dat het grootste cadeau dat je kan krijgen.”FC Bergman
Op het podium staan deed Gregory de afgelopen jaren ook met het gezelschap FC Bergman, met het theaterstuk Van Den Vos. Een rol waarvoor hij zijn haar en baard liet groeien. “Maar”, zo verzekert-ie ons, “er staat er nog één op het programma volgend jaar en daarna gaat alles er weer af.”

Of de kleine Lola – die immers niet beter weet – hem dan nog wel herkent? “Ach, ze herkent me gelukkig aan mijn stem.” Logisch eigenlijk, als je vader de hele dag zingt. “Er moet meer en meer gezongen worden. Dus ik hoop dat zij ook veel zal zingen in het leven.”

LIVEDATA 29/01 Merleyn, Nijmegen 30/01 Rotown, Rotterdam 31/01 Patronaat, Haarlem 10/03 Hedon, Zwolle 13/03 Roepaen, Ottersum 21/03 Paradiso, Amsterdam 28/03 Paard van Troje, Den Haag 22-24/04 Ik Zie U Graag… @ Mezz, Breda

We mogen 2×2 Tickets weg geven voor de januari-shows (Merleyn / Rotown / Patronaat) ===> Mail je naam + voorkeur naar prijsvraag@pinguinradio.com en wie weet ben jij één van de gelukkigen!!!

Klinkt als: een zwierige doch vaderlijke vos die zijn haren (nog) niet verloren is

Het dec/jan-nummer van LiveGuideNL is nu uit en gratis verkrijgbaar op meer dan 550 adressen.

Interview: The Maccabees

Mocht je The Maccabees nog niet kennen: je vindt ze bij de ‘i’ van indierock in het woordenboek. De Britse mannen bezingen de zwarte bladzijden van een liefdesverhaal met diepgang en worden er met elk album beter in. Als je in zo’n rockband zit, ben je per definitie gewoon heel cool. Zo ook frontman Orlando Weeks. Hij zit rustig op zijn dakterras een verjaardagskaartje te schrijven, terwijl hij met zijn andere hand podcasts in elkaar knutselt voor het nieuwste album Marks To Prove It én even handsfree belt met LiveGuide.

Tekst LiveGuideNL | Jolien Eijsink

Heb je bijzondere markeringen op je lichaam die je graag wil laten zien met de nieuwe plaat?
“Nee, zeker niet. De titel Marks To Prove It ontstond uit het idee dat mensen in de zomer graag pronken met hun gebruinde huid. Ze komen terug van vakantie en laten veel te veel naakte huid zien om het te bewijzen, vooral op internet en Instagram. Ze doen zich meer glamourous voor dan ze eigenlijk zijn.”

Je klinkt minder liefdevol dan op jullie voorgaande platen. Was je dat voor je gevoel ook?
“Ja, ik had even geen zin om over liefde te schrijven… Ik schreef deze teksten op basis van toevalligheden: een zin die ik stiekem opving tussen twee mensen of een regel in de krant. Dat wil niet zeggen dat het geen romantisch verhaal is geworden. WW1 Portraits gaat bijvoorbeeld over geïdealiseerde liefde. Ik zag tijdens een tentoonstelling portretten van al die jonge, knappe mannen. Het waren echte helden en dat inspireerde me.”

Toen Jamie T afgelopen zomer op Glastonbury met jullie het podium deelde, noemde je hem ook een held. Wat is jouw definitie van een echte held?
“Helden moeten moedig zijn. Jamie T maakt de muziek die hij wil maken en daarom is hij enorm cool en moedig.”

Nu we het toch over Glastonbury hebben: heb jij ook de petitie getekend om Kanye West van het festival te weren of zong je vrolijk mee met Bohemian Rhapsody?
“Ik heb die petitie absoluut niet getekend. Dat is toch een heel interessante act? Die actie was complete energieverspilling. Leuk dat mensen zich druk maken om de line-up van een festival, maar ik heb soms het idee dat festivalgangers denken dat Glastonbury hun eigendom is. Ik snap alleen de keus van Kanye zelf niet om mee te doen met die hele poppenkast. Ik vond het geen goede representatie van de geweldige artiest die hij is.”

Wie had er beter op zijn plek kunnen staan?
“David Bowie natuurlijk. Een betere headliner voor een Brits festival bestaat niet, toch?” (Red. – Interview is al gedaan in november 2015!)

Kanye heeft aardig veel haters in de UK. Waar worden jullie het meest gehaat?
“Ik weet zeker dat we over de hele wereld gehaat worden. Er kwam eens iemand naar mij toe die zei dat ik op een robot leek. Maar ja, dat boeit me dus echt niet.”

LIVEDATUM 26/01 Paradiso, Amsterdam 27/01 Ancienne Belgique, Brussel

The Maccabees klinkt als: sombere herrieschoppers op een feestje voor intellectuelen

Het dec/jan-nummer van LiveGuideNL is nu uit en gratis verkrijgbaar op meer dan 550 adressen.