Declan McKenna is de anti-Ed Sheeran. Niet dat de jonge Brit geen succes wil hebben, maar niet tegen elke prijs. Waar Sheeran uit de lange traditie komt van rasentertainers als Tom Jones en Robbie Williams volgt jonge Declan meer het spoor van Bob Dylan en Morrissey. McKenna’s debuutsingle, Brazil gaat over corruptie, opvolger Paracetamol over het beeld van transgenders in de media, Bethlehem gaat over religie en zo heeft tot nu toe elke release van de 18 jarige Brit een politiek of actueel thema. Declan ziet zichzelf niet als protestzanger, maar voelt wel de behoefte om zijn gedachte en meningen in zijn songs te verwoorden. Eerlijk gezegd zijn het niet de onderwerpen van zijn songs die hem binnen korte tijd een vrij groot publiek hebben bezorgd, maar de kwaliteit van de composities en productie. Declan kwam speelde en overwon vorige week op Eurosonic en is nu ook op andere zenders dan Pinguin te beluisteren. Ondertussen blijft hij een van de productievere artiesten van dit moment en kwam hij vorige week met alweer een nieuwe single, The Kids Don’t Wanna Go Home, zijn respons op de aanslagen in Parijs. Het is niet alleen bewonderenswaardig dat Declan ernstige onderwerpen aansnijdt, maar ook dat hij de kunst verstaat zijn boodschappen zo te verpakken dat ze te horen zijn op plekken, die doorgaans bezet worden gehouden door de Ed Sheerans van deze wereld.