Marika Hackman is een apart geval. Ze begon haar loopbaan al vrij ongebruikelijk door te debuteren met een EP vol covers. Elke act begint met het naspelen van nummers van anderen, maar je brengt pas platen uit als je eigen nummers hebt. Daar denkt Miss Hackman dus anders over.
Haar debuutalbum was een cyclus van twaalf stemmige luisterliedjes, sfeervol maar bescheiden geproduceerd waardoor de aandacht uitging naar de fijne stem van de songwriter. De plaat was een succes, alle reden dus om op de zelfde voet verder te gaan. Maar niet voor Marika. Met zijn nukkige rocksongs leek album twee wel van een andere artieste. Haar stem klonk niet half zo lief en kwam maar net boven het elektrische gitaarrumoer uit.
Afgaand op de twee songs die voorafgaand aan de release van haar derde album zijn verschenen heeft Marika weer een draai gemaakt. Niet zo’n grote als tussen albums 1 en 2, maar waar op het vorige album min of meer conventionele songs stonden, lijkt album 3 gevuld met barokke popliedjes vol wendingen, productiegeintjes, rare koortjes en idem teksten.
The One bijvoorbeeld gaat over een megaster die zijn/haar glazen ingooit door bijna alleen nog maar droevige liedjes te schrijven, die niemand wil horen. De auteur noemt The One misschien wel haar meest poppy nummer tot dusver. Als je het hoort, besef je dat Marika zo haar eigen opvatting heeft van wat poppy is. De song doet aan een beetje Blondie denken, dat wel. Maar de kans dat je The One op Radio 538 hoort is net zo groot als de kans op Dotan bij ons. De opvolger van We Slept At Last en I’m Not Your Man heet Any Human Friend en komt op 9 augustus uit.