Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de beste albums van het moment samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant.
De kroniek van de nieuwe muziek
Door Robert van Gijssel
Waarom popmuziektrends komen en ook weer gaan, is soms lastig te verklaren. De popmode verloopt nu eenmaal cyclisch, net als alle andere modes. Zo doken de afgelopen weken ineens héél veel bandjes uit de jaren negentig op, die allen terugkeerden naar onze huidige popmuziektijd met meer dan uitstekende comebackplaten. Het verheugende golfje werd helaas gevolgd door minder vrolijk ninetiesmuzieknieuws. Chris Cornell van de grungeband Soundgarden beroofde zich plotseling van het leven en dus hoorden we ook zijn hits uit de jaren negentig voorbijkomen, van Black Hole Sun tot Jesus Christ Pose. Het was een prachtige tijd.
De eerste verrassende comebackplaat kwam begin mei van de Britse shoegazeband Slowdive. De band was totaal uit het zicht geraakt, maar kwam met de titelloze plaat ineens terug met etherische en soms ontroerend mooi zoemende gitaarmelodieën. En in dezelfde week verscheen In Spades van de Afghan Whigs, een band die in de jaren negentig sensuele rock mengde met soul, en dat nu plotseling weer heel goed lijkt te kunnen, na een aantal minder florissante platen in de jaren tien.
Bijzonder is ook het verhaal van de Amerikaanse metalband Life Of Agony. Die band was een van de smaakmakers van de melodieuze en toegankelijke metal van de jaren negentig, maar zakte na de gloriejaren ook al weg in het moeras der vergetelheid. Naar nu is gebleken ook omdat de zanger werd gekweld door psychische klachten en genderissues. Frontman Keith Caputo is inmiddels een frontvrouw, genaamd Mina Caputo, en op de plaat A Place Where There’s No More Pain zingt zij over haar transitie in emotionele en persoonlijke maar erg oprechte metalliedjes, die toch ook weer doen terugverlangen naar vervlogen tijden.
Maar de grootste terugkeerklapper kwam van de zangeres Oumou Sangaré. De Malinese strijdster voor vrouwenrechten werd in 1990 in een klap een Afrikaanse ster met het album Oumou. Het afgelopen decennium hoorden we weinig meer van haar, maar twee weken geleden sloeg zij de muziekwereld om de oren met de daverende plaat Mogoya. Haar stem is nog altijd steengoed en dwingend, maar wat Mogoya vooral bijzonder maakt: de traditionele Malinese muziek is door de Franse producers uiterst smaakvol naast retro-keyboardjes en psychedelische studio-effecten gelegd, waardoor Sangaré ineens heel fris en hip uit de speakers spat. Een onmisbare Afrikaanse topplaat, en een kroon op de afgelopen muziekmaand.
Andere toppers: From A Room: Vol. 1 van de nieuwe countryster Chris Stapleton, en Rouge van Thomas Azier. Beluister ze allemaal, in de Volkskrant Radio-podcast op Pinguin radio.
Lees hieronder alle cd-reviews van de albums van het moment volgens de redactie van de Volkskrant.
—
The Mountain Goats – Goths (Merge/Konkurrent)
The Mountain Goats bestaan al meer dan twintig jaar en brachten in die periode vijftien albums uit. Toch lijkt de band van de Amerikaanse John Darnielle altijd een beetje onder de radar te zijn gebleven.
26 mei 2017
Dat ligt voor een deel aan de band zelf; die begon als een typisch voorbeeld van de in de jaren negentig hippe lo-fi-beweging, maar stilaan werd de muziek van Darnielle wat vager. Zijn sterke teksten hadden bovendien niet alleen literaire ambities, Darnielle leek ermee net iets te vaak het slimste jongetje van de klas uit te willen hangen.
Goths is eindelijk weer een plaat van The Mountain Goats waarop alle kwaliteiten goed tot uiting komen. Het is, zoals wel vaker bij de band, een heus conceptalbum gewijd aan de gothic subcultuur die in de jaren tachtig opkwam.
Vleermuizen werden ze ook wel genoemd, die in het zwart geklede jongens en meisjes met hun voorliefde voor bands als The Sisters of Mercy, The Cure en Siouxsie & The Banshees. Ze voelden zich miskend en vonden elkaar in de muziek, zoals Darnielle in zijn sterke nieuw liedjes met veel humor beschrijft. Alle voornoemde artiesten komen op het album voorbij in muziek die allesbehalve gothic klinkt.
Voor het eerst hoor je op een album van The Mountain Goats geen gitaren, maar wel veel blazers, een piano en Fender Rhodes en die typerende afgeknepen tegen het theatrale aan schurkende stem van Darnielle.
Is de muziek al opmerkelijk genoeg, de teksten zijn pas echt om van te smullen. Liefdevol en met een vleugje melancholie beschrijft Darnielle erin de scene van vroeger en nu en stelt hij vast dat Siouxsie en Robert Smith wereldberoemd zijn maar dat niemand meer weet wie Gene Loves Jezebel was.
Fraai stukje pophistorie.
Thomas Azier – Rouge (Virgin/Universal)
Het was een mooi verhaal. Thomas Azier, een jonge ambitieuze muzikant trekt op zijn 19de van Friesland naar Berlijn en komt drie jaar later met een opvallend sterk album vol stevige elektropop: Hylas.
19 mei 2017
Dat was drie jaar geleden, toen Azier Berlijn al min of meer had ingeruild voor Parijs. De nu verschenen opvolger Rouge is in alle opzichten beter dan Hylas. Azier is betere liedjes gaan schrijven die hij wat minder verstopt achter elektronische bombast. Zijn stem, nog altijd een beetje hees, klinkt gepassioneerder en meer uitgesproken.
Waar je op Hylas nog wel eens het idee had dat Azier zich geen rustmomentjes gunde, is Rouge evenwichtiger. Zijn keuze voor de piano als dragend instrument pakt goed uit. De klankkleur van het instrument laat zich beter mengen met zijn eigen stemgeluid dan de elektronica die op Hylas domineerde.
De productie is ingetogen, met op de juiste momenten een kleine oprisping. In Sandglass horen we een subtiel koortje als ondersteuning van Aziers falset, en zo zijn er meer fraaie details.
Rouge kent ook een sterke opbouw, het lijkt alsof de tien liedjes in de enige juiste volgorde zijn gerangschikt. Verwondering, angst, liefde, lust, woede en zorgen worden door Azier mooi verklankt. Minder gericht op de dansvloer en meer voor consumptie in de huiskamer, ontvouwt Rouge zich als een wonderschone, tot in de puntjes verzorgde collectie liedjes die ook buiten Nederland moet opvallen. Zulke sterke fris en modern klinkende popplaten zijn ook internationaal een zeldzaamheid.
Perfume Genius – No Shape (Matador/Beggars)
Drie albums lang trachtte de Amerikaanse zanger-componist Mike Hadreas zijn demonen te bezweren met zijn muziek. Hoe knap hij zijn vaak teder aangezette pianoliedjes ook liet uitmonden in schurend bombast, hij leek maar moeilijk los te komen van zijn door verslavingen en homofoob geweld geteisterde jonge jaren.
12 mei 2017
Op No Shape, het vierde album dat hij als Perfume Genius maakte, richt hij zijn vizier wat meer naar buiten en lijken zijn gemoedsaandoeningen enigszins tot bedaren te zijn gekomen. Zijn liedjes blijven opgebouwd volgens eenzelfde esthetiek: elegant piano-intro, waarbij zich gaandeweg steeds meer dwarse elementen bijvoegen. Zijn stem is nog altijd even flexibel. Theatraal met een androgyn, aan Antony verwant stemgeluid.
De grootste verbetering zit hem echter in de productie. Hiervoor tekende Blake Mills, die onlangs ook al zulk verbazingwekkend werk met John Legend verrichtte. Mills weet op de juiste momenten de goede ontregelende elementen toe te voegen, zodat elk nummer extra spanning krijgt.
Muzikaal gaat Perfume Genius ook op dit album nooit voor de gemakkelijkste weg. Zijn geluid lijkt beïnvloed door Kate Bush en de moeilijk te doorgronden poprock van Talk Talk. Dan denk je net lekker behaaglijk in een liedje te zitten en dan stuurt Hadreas het samen met Blake Mills rakelings langs de afgrond.
Spannend en bij vlagen betoverend mooi, dit No Shape, dat afsluit met Alan, een buitengewoon mooi liefdesliedje.
Mary J. Blige – Strength of a Woman (Capitol/Universal)
Mary J Blige draait alweer meer dan een kwarteeuw mee in de hiphop- en r&b- wereld, maar het lijkt wel alsof haar status mettertijd groeit. Nog altijd beschikt ze over de uitzonderlijke gave rap moeiteloos in zang te laten overgaan.
12 mei 2017
Bijna geen zangeres kan dat zo snel en vaardig als de inmiddels 46-jarige Blige. Als ze zich boos of verdrietig voelt, levert dat altijd haar beste platen op.
Zo blikt ze op Strength of a Woman, haar dertiende album, terug op haar echtscheiding. Die blues weet ze knap te laten voelen in bijvoorbeeld U + Me (Love Lesson). Wat dit album haar beste maakt sinds No More Drama (2000) is de rust die ze neemt in slepende bluesy raps en het feit dat ze nergens al te opzichtig hip of jeugdig wil klinken. Haar stem is krachtiger dan ooit en ze geeft dit wapen meer ruimte dan voorheen, lijkt het.
Hulp van Kanye West in het eerste nummer Love Yourself is eigenlijk overbodig, Mary J Blige redt zichzelf wel. Al jaren. Hoe prachtig alleen al is het slotstuk Hello Father.
Oumou Sangaré – Mogoya (No Format/V2 Benelux)
Met het land Mali gaat het nog steeds niet goed: in het noorden woedt een strijd met islamistische groeperingen en Toearegs, in het zuiden heerst de noodtoestand. Gelukkig laat de kunst zich er niet onder krijgen. De afgelopen jaren stroomde de Malinese muziek als nooit tevoren, met werk van nieuwe helden Fatoumata Diawara en Bassekou Kouyaté en Toearegbands als Tinariwen en Tamikrest.
26 mei 2017
Het album Mogoya van de Malinese zangeres Oumou Sangaré is zelfs een nieuwe Malinese mijlpaal: een plaat om vast te pakken en niet meer los te laten, zeker in bange tijden. Op haar eerste nieuwe plaat in acht jaar zingt Sangaré als altijd over empowerment voor vrouwen, met een stem die de verpersoonlijking lijkt van vrouwelijke kracht: gedecideerd, messcherp gearticuleerd maar in de opstijgende toonladders ook magisch mooi.
Natuurlijk is ook in haar laatste werk de erfenis van de grote Ali Farka Touré te horen, de man die de wereld de Malinese gitaarblues schonk. In het openingsnummer Bena Bena fonkelt de gitaar in een dreinende groove, en wordt de stem van Sangaré ondersteund door zachte maar spanningsverhogende achtergrondvocalen. Op de rest van de plaat heerst vooral de n’goni, de kleine houten Malinese gitaar, en het traditionele percussiewerk.
Maar het mooie van Mogoya: die traditionele Malinese muziek wordt door de Franse producers van collectief Albert gelegd naast precies de goede – en dus smaakvolle – funky keyboardjes en synthesizers, die de tracks heerlijk fris en eigentijds maken, zonder in te boeten aan pure Malinese muziekkracht. Het nummer Yere Faga, met drummer Tony Allen, is een psychedelisch trancenummer met ineens een scheurende elektrische gitaar en langzaam overdrijvende, licht vervreemdende stemmenwolken. In de liedjes Kamelemba en Djoukourou werkt die mix van hippe retrosynths en echoënde studio-effecten met Sangarés gebiedende topstem geweldig.
Een in alle opzichten hoopgevende plaat, die in negen strakke nummers bewijst dat onder deprimerende omstandigheden nog altijd vernieuwende, steengoede en belangrijke popmuziek kan worden gemaakt. Mis haar niet op het Afrika Festival te Hertme (Overijssel), op 2 juli.
Chris Stapleton – From a Room Vol. 1 (Mercury/Universal)
Sinds zijn verbluffende debuutplaat Traveller uit 2015 geldt Chris Stapleton als de hoop voor de Amerikaanse southern soul. Die status dankt Stapleton vooral aan zijn machtige, krassende en knauwende bariton, waarmee hij diepe soul in prachtige countryliedjes verpakt.
Luister hieronder de vorige editie!
Volkskrant Radio – mei 2017
Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!
===> Lees hier alle recencies van:
Father John Misty – Pure Comedy, Andrew Combs – Canyons of my Mind, Future Islands – The Far Field, Wire – Silver/Lead, Kendrick Lamar – Damn., Sam Outlaw – Tenderheart, Arca – Arca, Clark – Death Peak en GAS – Narkopop.