Het nieuwe album van Woods heet City Sun Eater in the River of Light. Zo’n titel belooft wel iets. Het is album negen van de band uit Brooklyn, die in 2005 leven werd ingeblazen. Woods noemt zichzelf een psychedelische folkband. Die twee termen zijn een beetje met elkaar in tegenspraak. Psychedelisch betekent dat je alle kanten op kunt gaan, waar de trip maar heen lijdt. Folk is daarentegen een vorm van muziek met oog voor traditie en respect voor het voorgaande. Toch klopt de beschrijving, Woods experimenteert er lustig op los met sounds en stijlen en instrumenten, maar de klassieke liedjesvorm verlaten ze zelden. Ondanks Ethiopische blazerspartijen, geestverruimende gitaren, tapemanipulaties en koortjes van mogelijk dronken monniken blijven de songs kop en staart houden en is de meezing-factor onveranderd hoog. Net als de zangstem van Jeremy Earl, die het tegenwoordig moet doen zonder bassist Kevin Morby, die voor zichzelf is begonnen. Getuige Can’t See It All en de andere songs op City Sun Eater wordt hij echter niet heel erg gemist.