Girls Skin – Forever & Always

Forever & Always van Girls Skin is zo’n song die zijn geheimen pas na een paar draaibeurten prijs geeft. Maar -zoals het gezegde luidt- dan heb je ook wat.

Girls Skin is een vier man en drie vrouw sterke band onder aanvoering van Sid Simons. Hij is de auteur van de songs, die de band opnam in de slaapkamer van zijn appartement in Brooklyn.

De band bracht onlangs hun eerste album uit met de mysterieuze titel, Shade Is On The Other Side.  Forever & Always doet dienst als loktrack en vervult die functie met verve. Het dominante instrument op de slepende ballad is een viool. Dat geeft het nummer een country kleur, die vervaagt echter als tegen het eind een elektrische gitaar de leiding over neemt. Verder valt drukt een (meer)stemmig koor zijn stempel op de productie. Voor de verandering is de single representatief voor het album dat is gevuld met gelijksoortige verzorgde rocksongs met folky signatuur. Nummers die net als de single per luisterbeurt aan waarde winnen.

MaPuches – I Am Somewhere

Mapuches is een studioproject van voormalig Absynthe Minded violist Renaud Ghilbert. In 2016 verscheen er een eerste single van de band uit Gent, een jaar later een debuut EP. En nu dus eindelijk een vervolg.

Het Mapuches van toen is niet meer het MaPuches van nu. De belangrijkste verandering is de komst van een nieuwe zangeres. Helena Casella heet de coole sirene die de luisteraar op I Am Somewhere meelokt naar een magisch realistisch muzieklandschap waarin we echo’s horen van Portishead en Ennio Morricone. Je zou van ‘spaghetti trip hop’ kunnen spreken als dat niet zo lullig zou klinken. Daarom houden we het voorlopig even op ‘ogen dicht dansmuziek’.

Het heeft er alle schijn van dat er dit keer geen gat van vier jaar zal vallen tussen de releases van MaPuches. I Am Somewhere is de veelbelovende titeltrack van een album dat nog dit jaar zou moeten verschijnen.

Gus Dapperton – First Aid

Gus Dapperton is de man van het rare haar en niet minder vreemde liedjes als Prune You Talk Funny en My Favorite Fish. Daarnaast wisselt hij van stijl als een toneelspeler van kostuum. Zijn excentriciteit heeft zijn carrière allerminst gehinderd. Vrijwel al zijn singles hebben een miljoenen publiek gevonden. Toch is het goed om hem een keer in aller ernst te horen.

Zo straight als First Aid hebben we Gus Dapperton namelijk nog niet eerder gehoord. Een traditionele singer-songwriter zal de 23 jarige Brendan Rice uit Warwick, New York niet snel worden. Maar vanaf het intro op akoestische gitaar is het duidelijk dat hij dit keer op standje serieus staat.

Wilde Dapperton op oudere singles nog wel eens lijzig klinken. Op First Aid verheft hij  zijn stem als ware hij John Lennon. De tekst loopt ook in de pas met de muziek, of andersom eigenlijk. First Aid is een lied over eenzaamheid, maar ook een cryptisch verwoorde liefdesverklaring aan zijn zus Amadelle. Zonder haar zou hij het namelijk niet rooien. Ook muzikaal niet. Amadelle is zijn steun en toeverlaat. ook muzikaal. Op First Aid is ze te horen als tweede stem tijdens de refreinen.

First Aid is de eerste single van het tweede album van de Dappertons, een plaat die wel eens heel anders zou kunnen uitpakken dan het debuut.

Waltzburg – Cleo

Waltzburg, de op één na beste band uit Nimma maakt zijn faam weer helemaal waar met de zoveelste topsingle op rij. Met Cleo legt de band o.l.v. Menno Krivokuya de basis voor een nieuwe EP, die eind dit jaar zou moeten verschijnen. Dat duurt dus nog wel even. Dat is echter geen probleem zolang de tijd wordt gevuld met sterk nieuw werk als Cleo.

De nieuwe single heeft ondanks het vlotte tempo, een lekker landerige, bijna slacker achtige sfeer. In een interview zegt Menno dat de band tijdens de opname veel naar Tom Petty heeft geluisterd. Dat is niet echt te horen. Cleo klinkt meer als Mac DeMarco met peper in zijn reet. De zang is als vanouds trefzeker net als de subtiele dubbelingen van Nicole Jansen. Maar de show wordt dit keer gestolen door gitarist Jesse Smits die tekent voor het opwindende slot van Cleo.

Woodkid – Goliath

Negen jaar geleden alweer dook de naam Woodkid voor het eerst op. Het nummer waarmee de muzikale magiër zich in één klap aan het front van de elektropop vestigde heette Iron. Snel daarop volgden Run Boy Run, dat nog harder insloeg en een vrijwel vlekkeloos debuutalbum.

En toen werd het stil rond monsieur Yoann Lemoine uit Lyon zich noemende Woodkid. Hoewel niet helemaal. Er verscheen nog een vrij vage soundtrack en een paar gastoptredens die zich net als zijn filmmuziek in de ambient sfeer afspeelden. Maar nu is Woodkid zoals we hem kennen en waarderen weer terug met een zwaar overtuigende single. Goliath is anders genoeg om van progressie te kunnen spreken, maar direct herkenbaar als het werk van Woodkid

De Fransman is een meester in het ontwerpen van sounds, meestal groots en meeslepend, maar vergeet nooit om zijn auditieve landschap in de vorm van een song te gieten. Ondanks de batterij elektronische instrumenten die hij inzet is zijn muziek geschikter voor de radio, of concertzaal dan de club.

Als gerenommeerd filmer en clipmaker -Lemoine voorzag o.a. Katy Perry, Lana Del Rey en Taylor Swift van beeldmateriaal- gaat ook Goliath gepaard met bijzondere video, een documentaire-achtige clip over mijnwerkers met mega machines in een futuristisch ogende dagbouwmijn. Wat dat te maken heeft me de tekst over liefde is onduidelijk, maar drukt de pret geenszins.

Nieuws over een opvolger van The Golden Age is er nog niet. Wel staat Woodkid geboekt voor een optreden in Tivoli/Vredenburg op 30 oktober, een concert dat theoretisch door zou kunnen gaan.

Lucky Blue – Alone

Als het oude Hollandse gezegde dat de eerste klap een daalder waard is ook maar enigszins waar is dan kan Lucky Blue binnenkort een nieuwe bankrekening openen.

Zo’n sterke debuutsingle als Alone hoor je maar zelden. Er is dan ook geen zelfrespecterend radiostation dat Alone links laat liggen. Het verhaal wordt nog mooier als je weet dat Lucky Blue geen stel veteranen is dat eindelijk beet heeft, maar een roedel jonge honden uit Rotterdam waarvan de grootste claim to fame tot nu toe deelname was aan de popronde.

Wie Alone hoort weet meteen waarom het zo hard gaat. Los van het feit dat Lucky Blue met slackerrock een hip genre beoefent is het liedje zelf zo aanstekelijk als ……. (vul zelf in). Het spelplezier spat uit de virtuele groeven en de door de zanger gegeven voorzet wordt met stijl door de gitarist in de rechter bovenhoek gekopt. Alone is zo geslaagd dat we er alle vertrouwen in hebben dat ook de volgende singles doel zullen treffen.

Tijuana Panthers – Current Outfit

‘Tijuana is een stad in Noord Mexico net over de grens met Californië, waar jong Amerika graag naar de knoppen mag gaan, omdat daar is toegestaan wat God in de VS verboden heeft. Tijuana Panthers uit het nabij gelegen Longbeach maakt muziek die prima past bij liederlijk gedrag, een mix van punk en surf en garage.

Dat schreven was zes jaar geleden. Inmiddels is het leeg in de straten van Tijuana. Ook daar heerst het Coronavirus. Maar Tijuana Panthers laat zich niet ontmoedigen door de nieuwe situatie. De band heeft een nieuw album in aanslag en ziet geen reden dat uit te stellen. Goed voor hen en voor ons. We kunnen wel wat vrolijkheid gebruiken. En vrolijk is Current Outfit zeker, twee minuten niets aan de hand rock ‘n’ roll. Precies wat de dokter voorschrijft, maar ook verkrijgbaar zonder recept.

Het Pull The Chute album verschijnt op 8 mei.

DeWolff – Live Like You

DeWolff laat zich niet uit het veld slaan door een akkefietje als de Corona-crisis. Het trio uit Limburg rockt gewoon door. Op nieuwe single Live Like You doen ze dat een stuk steviger dan we de laatste tijd van hen zijn gewend.

Niks mis met DeWolff in schaapskleren -het heeft deuren voor ze geopend die tot dan toe gesloten waren- maar wij horen Pablo, Robin en Luka toch liever met de vlam in de pijp. DeWolff staat mede door hun online activiteiten momenteel zo in het zonnetje dat je bijna zou vergeten dat de band al dertien jaar aan de weg timmert. En hard ook. In die tijd produceerde de enige echte Nederlandse Southern rockband zeven studio en twee live albums. En speelden ze heel Nederland en half Europa plat. Het succes is dus puur het gevolg van hard werken en daarom dubbel en dwars verdiend. Op de lauweren rusten zit echter niet de aard van het beestje. Zolang het live-circuit op zijn gat ligt heeft de band zijn activiteiten verplaats naar het internet. Het is maar dat je het weet. 

Peach Pit – Shampoo Bottles

Peach Pit zou je kunnen kennen van Feeling Low(Fuckboy Blues), een nummer dat het eind vorig jaar tot IJsbreker schopte. De eerlijkheid gebied te zeggen dat dat geen succes was. Een paar weken in de Graadmeter en weg was-ie.

Een foutje van de regie dus. Maar niet helemaal. Met nieuwe single Shampoo Bottles laat de Canadese band horen wel degelijk iets in hun mars te hebben. Blijkbaar waren wij met Feeling Low die enigen die dat hoorden, maar Shampoo Bottles slaat breed aan.

Shampoo Bottles, de tweede single van het verse tweede Peach Pit album, You an Your Friends begint als een ballad maar komt gaandeweg op stoom. Het nummer gaat over een gast die spijt heeft dat hij het heeft uitgemaakt met zijn vriendin. De Shampoo Bottles op in de badkamer herinneren hem dagelijks aan zijn domme daad.

Goed nummer. Nu maar hopen dat we niet de enige zijn die die mening zijn toegedaan.

Ist Ist – You’re Mine

Wie een nieuw geluid zoekt is bij Ist Ist aan het verkeerde adres. Fans van Interpol, Editors en White Lies kunnen echter hun hart op halen aan You’re Mine. Alsof er na Joy Division, Killing Joke en The Sound helemaal niks meer is gebeurd. Zo klinkt Ist Ist. Geen grunge, geen Britpop, laat staan hip hop of EDM.

Als ingezetenen van Manchester, de geboorteplaats van de sombermansrock heeft Ist Ist echter het volste recht om de geest van Ian Curtis op te roepen.

Een nummer als You’re Mine zou niet veel meer dan een geslaagde pastiche zijn als zanger Adam Houghton niet zo overtuigend zou klinken. Hij is behept met een stem, een donkere bariton die net zo voorwaardelijk is voor het genre als een flinke dot galm en een prominente bassist.

Als je heel cynisch bent kan je Ist Ist afdoen als een coverband met eigen nummers. Maar het zijn wel verdomd sterke songs en de flair en liefde waarmee ze worden gebracht maakt veel zo niet alles goed.