Gorillaz – The Now Now (Parlophone / Warner Music)

Het is ‘m toch weer gelukt, Damon Albarn; een paar songs op een Gorillaz-album knallen die zo verslavend zijn als de pest. Daar slaagde hij op de vier voorgangers (sinds 2001) ook al in. Albarn heeft, zoals hij zelf ook vertelt, een “zomerplaat” afgeleverd. Met voornamelijk barbecueliedjes en niet te versmaden tuinstoelsongs. Het tekent de brille van Albarn dat het allemaal weer zo vakkundig in elkaar is gesleuteld.

Neem een nummer als Tranz. Een synthpopkraker om je vingers bij af te likken. Wanneer Neil Tennant het aan die andere Pet Shop Boy Chris Lowe had laten horen, zonder dat die zou weten dat hij het niet geschreven had, zou Lowe zweren dat het wel zo zou zijn. Het doet wat denken aan het briljante Rent (1987), zonder dat er sprake is van plagiaat.

The Now Now lijkt een album waarvoor Albarn niet al te gek veel tijd heeft ingeruimd om het te schrijven. Maar wie beter luistert, hoort dat de klasse er toch weer geregeld vanaf druipt. En dat zonder al te veel gastvocalen. Dat is wel opvallend.

Tijdens de lome openingstrack Humility is George Benson van de partij en Snoop Dogg en Jamie Principle doen mee op Hollywood, een elektrosoulnummer dat zo opwindend is dat je pardoes uitschiet met de sjaslieksaus op je zwartgeblakerde satéstokken. Hoe barbecue wil je het hebben?

Albarn en consorten zijn tijdens Lowlands van de partij. Vergeet je dansschoenen niet! Pieter Visscher

LIVEDATUM 17/08 Lowlands, Biddinghuizen

 

Oneindig veel hoogtepunten tijdens zonovergoten Rock Werchter 2018

Rock Werchter 2018 had niet beter kunnen worden afgetrapt dan door Rival Sons. Schatplichtig aan Led Zeppelin en The Doors zorgen de Amerikanen voor veel sfeer op de zonovergoten weide voor het hoofdpodium. Waar velen nog de slaap uit de ogen wrijven, want het is nog maar 13 uur. Veel te veel goeie rockliedjes om nog zo onbekend te zijn en zo vroeg geprogrammeerd te staan bovendien. De band lost alle verwachtingen in. We zijn van start.

Tekst en foto’s Pieter Visscher

The Vaccines hebben recentelijk hun vierde album Combat Sports afgeleverd en de daarop geëtaleerde vorm wordt meegenomen naar België. De kracht van de Londense band zit in de wat achteloos gezongen nummers. Een glansrol andermaal, zowel op plaat als live voor Justin Young , die, net wanneer het misschien wat al te laconiek wordt, zijn toehoorders bij de les weet te houden. De massa lezen, zeggen ze dan.

Natuurlijk was de glans eraf nadat Layne Staley in 2002 te veel heroïne in een onderarm spoot en Alice In Chains zonder haar boegbeeld verder moest. De band stond noodgedwongen even op non-actief, totdat in 2005 besloten werd verder te gaan. Met zanger William DuVall, die qua uiterlijk niet doet denken aan Staley, maar zangtechnisch in de buurt komt. Sindsdien heeft de band domweg weer bestaansrecht, werd een tweetal redelijke albums opgenomen en wordt weer veel opgetreden. Krenten in de pap blijven hits als Them Bones en Rooster, terwijl Would? natuurlijk nog altijd tot de allerbeste rocksongs in de muziekgeschiedenis behoort. Ook met DuVall zorgt het voor kippenvel.

De overgang naar het poppy geluid van The Script is groot en misschien zelfs een beetje pijnlijk. De steeds meer op Brandon Flowers lijkende zanger Danny O’Donoghue zorgt voor vreugde op de Belgische ondergrond door een shirt van de Rode Duivels aan te trekken. Heimelijk is de Ier natuurlijk geen overdreven grote fan van het Engelse team, dat ook nog op het WK actief is. Al is dat een interpretatie.

Het mooiste blijft nog altijd het spelplezier dat ervan afdruipt bij Queens Of The Stone Age (foto). Terwijl er tijdens het concert op Down The Rabbit Hole, een weekeinde eerder, nog stemmen opgingen waarin de band blasé werd genoemd, is daar in Werchter geen sprake van. Josh Homme en zijn kornuiten zijn begeesterd tot op het bot en zetten een gejaagde, bij vlagen ronduit overrompelende show neer. Een dikke 9.

Terwijl Air Traffic en The Kooks tegen degelijkheid aanschurende shows afwerken op de mainstage wordt spannende muziek gebracht op het nieuwe podium The Slope, dat een blijvertje belooft te zijn. Aankomende indiegrootheden Isaac Gracie en Wolf Alice zijn het bijzónder smaakvolle voorprogramma van de uit Newcastle afkomstige Sam Fender, die in veel doet denken aan, jawel, Jeff Buckley, en als hij niet dronken de Mississippi in loopt nog véél groter gaat worden. Naar verluidt verschijnt dit jaar zijn debuutalbum. Meesterlijke singles als Play God en Leave Fast zijn daarop te vinden. Fender is een van de hoogtepunten van Rock Werchter 2018.

Het optreden van Curtis Harding in The Barn is ook groots en muzikaal rijk. Geweldige band meegenomen en vocaal is Harding een jongen van de buitencategorie. Hij laat horen waarom hij in de Eredivisie van de soulrock speelt. Had absoluut niet misstaan op het hoofdpodium. Volgend jaar? Hij speelt veel werk van zijn in 2017 verschenen plaat Face Your Fear, en die puilt werkelijk uit van de sterke songs.

Een glansrol bovendien is weggelegd voor Angus and Julia Stone, die live vele malen steviger klinken dan op plaat. The Barn is overvol, want de massa is inmiddels wel bekend met de klasse van het countryrockduo. Vooral Julia heeft iets onweerstaanbaars in haar stem. Zeker als ze een klein gehouden versie van For You brengt. Je ziet mensen wegsmelten.

Snow Patrol-zanger Gary Lightbody is zichtbaar ontroerd tijdens de bevlogen show die de Schotten neerzetten op het hoofdpodium. De waardering vanaf de afgeladen weide is enorm. Lightbody kan helemaal niet meer stuk wanneer hij een België-shirt onder zijn blouse vandaan tovert. Twee uur later hebben de Rode Duivels de Kanaries uitgeschakeld. Het is één groot gekkenhuis op Rock Werchter. Muziek wordt tijdelijk naar het tweede plan verwezen. London Grammar heeft daar behoorlijk last van. Zouden ze vaker voor zo weinig volk hebben gespeeld?

Vrijdagafsluiter The Killers kan dan wel weer rekenen op een afgeladen weide. Het speelplezier druipt eraf bij de band, die natuurlijk helemaal niet zoveel goeie liedjes hebben. Het is dan ook vooral het enthousiasme van frontman Brandon Flowers dat overslaat op zijn toehoorders, velen nog bedwelmd door het voetbalsucces dezelfde avond. Flowers moet onlangs naar dezelfde tandarts zijn geweest als Gerard Joling. Wanneer hij lacht, we zijn inmiddels de nacht ingegaan, worden alsnog zonnebrillen opgezet. Mr. Brightside, zegt u? Beste nummer van de set.

Nadat de Werchterzaterdag op overdonderende wijze is gestart met zowel Millionaire als The Last Internationale is het Stereophonics dat op het hoofdpodium muziek speelt die beter bij het weer past. Lome poprock, met niet al te veel bravoure gebracht door Kelly Jones en zijn mannen. Degelijk en zonder verrassingen. We hebben er vrede mee.

Klassiek zijn The Breeders. Graaggeziene gasten in Werchter, waar de band een volgepakte Barn verwent met oud en nieuw werk. Van de onlangs verschenen, prima plaat All Nerve bijvoorbeeld, die goed is ontvangen door fans en critici. Kim Deal heeft Gigantic in petto, van haar voormalige formatie Pixies. Niettemin gaat het dak er maar één keer echt af. Cannonball blijft magisch, onweerstaanbaar, grandioos, en elk ander superlatief dat er op los te laten is. Oké, weergaloos.

Die superlatieven zijn niet van toepassing op STIKSTOF (met hoofdletters), een Brussels hiphopcollectief, dat een equivalent is van Duitse vakbroeders Die Fantastischen Vier en het Hollandse Opgezwolle. Straffe beats en dito rhymes doen vooral het publiek voor in de volle Klub C meedeinen. Het gezelschap sleept een voldoende in de wacht.

How do you do Belgium? Standing in the sun, all day long?” Nou hebben we Jack White vaker zien schitteren op de mainstage van Rock Werchter; zo frivool als nu zagen we hem nog nooit. White zit duidelijk retegoed in zijn vel en deelt dat gevoel maar al te graag met zijn publiek. De Amerikaan heeft zelf overigens weinig van de koperen ploert gezien de afgelopen weken, of hij moet zonnebrandcrème met factor 150 op het gelaat smeren. Toch: de man heet niet voor niets Jack White. Veel werk van het dit jaar verschenen, behoorlijk experimentele Boarding House Reach komt voorbij. Belachelijke titel, maar wat een plaat hè, wanneer je ‘m na een draaibeurt of 18 doorgrondt. Wat minder analoog dan we van White gewend zijn en ook dat staat hem prima. Hij zingt afwisselend door drie microfoons. Het is een stukje stemvervorming dat misschien niet eens nodig is. Dat weet Jack ook wel. Maar het kleurt prachtig in zijn muziekpalet, dat toch al aan alle kanten schittert door de experimenteerdrift van White, die Donald Trump ook nog even een veeg uit de pan geeft. Muzikaal gezien de talentrijkste artiest van Rock Werchter en dan knalt-ie – uiteraard – ook nog even een Seven Nation Army eruit. Meegeblèrd uit 80.000 kelen. “From the queen of England to the hounds of hell.” Het mag wat kosten.

The greatest power is love!” En dan wordt Jack Johnson op het podium getoverd. Imagine van John Lennon wordt ingezet. Terwijl Pearl Jam al een bevlogen show afwerkt, wordt deze alleen maar legendarischer. 80.000 gsm’s met het lampje aan. Dat werk. “And no religion too”, zingen Johnson en Vedder harmonieus. Nou, als dat toch eens zou kunnen. Eroverheen een overweldigende versie van Once. Alsof we niet meer bij de les zouden zijn. Is het zo’n avond? Ja, het is zo’n avond. Pearl Jam is god. In levende lijve. In de finale trekt Eddie Vedder het rode tricot van België om zijn schouders. Alive wordt ingezet en de wei trilt. De band uit Seattle maakt alle verwachtingen waar.

Albert Hammond Jr. krijgt in The Barn slechts een halfuur toebedeeld op de vroege zondagmiddag. Maar dat is genoeg om te overtuigen. Hip tourshirt van AC/DC om de schouders en ‘de zoon van’ heeft een sterke band meegenomen. Het songmateriaal, zoals een sterk liedje als Far Away Truths ligt in het verlengde van dat van The Strokes, de formatie waarmee Hammond Jr. doorbrak en die al een tijdje op zijn gat zit. Het publiek wil wel meer, terwijl de stekker er na ruim 30 minuten toch echt uit gaat. Volgend jaar een uur? Even kijken of Hammonds drummer dan weer die Walt Disney-sokken aan heeft inclusief een te korte lange broek. Vakkundig inzoomwerk van de cameraman.

Een gitarist met pornosnor, die in een te klein onderbroekje op het podium staat. Dan scoor je punten. De Britse punkband IDLES (ja, weer die hoofdletters) is een van de formaties die de lakens uitdelen in het huidige punklandschap wereldwijd. Met METZ (ja) uit Canada moeten ze maar uitvechten wie nu het energiekst is. De vijf van IDLES (foto) zijn duidelijk het actiefst op het podium. Het is woest, in-your-face, ziedend en dan ook nog eens melodieus uit de hoek kunnen komen. Ik geef het je te doen. IDLES is een van de winnaars van Rock Werchter 2018.

David Byrne (66) is nooit een bijzonder sterke danser geweest, terwijl hij een merkwaardige beweging ook nooit uit de weg is gegaan. Inmiddels is het wat houterig en dat oogt dan weer vertederend. Twaalf man sterk, waaronder een vrouw, staat het imposante gezelschap dat hij heeft meegenomen op het podium van de uitpuilende Barn. Allemaal in strak blauw pak en blootsvoets. Alles beweegt. Byrne acteert en neemt geregeld opvallende poses aan. Zo lijkt hij plots op Raymond van Barneveld, nadat die voor het eerst Lakeside wint. Het zijn bijzondere beelden. De toetsenist heeft een keyboard voor zijn buik gebonden en vaak zijn zes man met mobiele percussie in de weer. Byrne cum suis spelen een staalkaart uit het imposante artrockoeuvre van de Brit, die wereldhits als Slippery People, Once In A Lifetime en Burning Down The House niet links laat liggen en zet op latere leeftijd een nieuwe standaard neer, tijdens een monumentaal optreden.

Het is rennen en vliegen op de zondag van Rock Werchter als solitaire verslaggever van Pinguin Radio. Overlappingen zijn talrijk. Zo staat Eels (geweldig volgens aanwezigen) tegelijkertijd geprogrammeerd met David Byrne en overlapt Noel Gallagher gedeeltelijk Nine Inch Nails. Gallagher, wat we ervan hebben gezien, verkeert nog immer in de bloedvorm waarin we hem de laatste keren zagen op Lowlands en Pinkpop. NIN speelt in The Barn, maar had natuurlijk veel beter op het hoofdpodium kunnen staan, want het is in no time afgeladen. We doen het in eerste instantie met het beeldscherm, op een tribune. In de schaduw, met een frisse bries in de rug. Reznor jaagt er intussen een partij hits doorheen om U tegen te zeggen. March Of The Pigs, van het klassieke The Downward Spiral, blijft magisch. Zo ook het onverslijtbare Closer. “I want to fuck you like an animal. You bring me closer to god.” En dat op zondag.
In feite is elke klap die Reznor uitdeelt raak. We kunnen Nine Inch Nails inmiddels tot een van de belangrijkste bands in de muziekgeschiedenis rekenen. Zo, dat is eruit. Het is bijvoorbeeld ongelooflijk hoe fris en urgent het uit 1989 daterende Head Like A Hole nog klinkt. Zó furieus gespeeld. Het is de afsluiter van een wervelende zegetocht. Denk je. Want dan volgt een door de ziel snijdende uitvoering van Hurt. Intens. Reznor vecht tegen de tranen. Hij weet dat hij geschiedenis heeft geschreven in de werkelijk extatische Barn.

Nick Cave speelt geen al te uitgelaten set. Wel veel kwaliteit die hij voorbij laat komen. Hoogtepunten zijn Do You Love Me?, Jubilee Street en Into My Arms, alsook afsluiter Rings Of Saturn, afkomstig van het gitzwarte Skeleton Tree, opgenomen net na het verongelukken van zijn vijftienjarige zoon Arthur. Arctic Monkeys sluiten de welhaast tropische editie van Rock Werchter, met vier dagen lang temperaturen rond de 30 graden op vlekkeloze wijze af. Amai, wat een voortreffelijk muzikaal feest toch weer in Werchter.

Nine Inch Nails – Bad Witch (Caroline Benelux)

Not The Actual Events (2016) en Add Violence (2017) zijn de voorlopers van een trilogie van korte albums, waarvan Bad Witch nummer drie. Het drieluik van Nine Inch Nails is gecompleteerd derhalve. En we kunnen definitief constateren dat de vorm waarin Trent Reznor verkeert groots is.

Een vorm waarin hij het experiment niet uit de weg gaat. Zo debuteren jazzy elementen binnen zijn muzikale spectrum in het opwindende God Break Down The Door. Terwijl Reznor zich ook van zijn allerdonkerste kant laat horen in het bloedstollende, met veel noise aangeklede I’m Not From This World, dat wat doet denken aan A Warm Place van Nine Inch Nails’ magnum opus The Downward Spiral uit 1994.

Het is een wat dystopische geluidscollage, die met de koptelefoon op het hoofd zonder meer het best uit de verf komt. Dan hoor je per draaibeurt nieuwe geluiden.

Ouderwets gebeukt wordt er in albumopener (Reznor neemt het woord ep niet in de mond) Bad Witch, als Reznors stem wat vervormd wordt en de woede nog sterker binnendringt.

Qua stemvervorming slaat de Amerikaan dan wat door in Ahead Of Ourselves, terwijl je het hem terstond vergeeft, omdat het muzikaal Nine Inch Nails in optima forma is. Er wordt je eigenlijk geen moment gegund om even adem te halen. En zo horen we de band het liefst. Het belooft allemaal nogal wat voor Rock Werchter, aankomende zondag. Pieter Visscher

LIVEDATUM 08/07 Rock Werchter, Werchter

 

Rolling Blackouts Coastal Fever – Hope Downs (SubPop/Konkurrent)

Rolling Blackouts Coastal Fever – Hope Downs (SubPop/Konkurrent)

Na twee ontzettend smaakvolle ep’s was het wachten op het debuutalbum van Rolling Blackouts Coastal Fever. De band heeft laten horen excellente indierockliedjes op plaat te kunnen zetten en doet op Hope Downs niets anders. Alsof het de gewoonste zaak van de wereld is, maar dat is natuurlijk niet zo.

Grootste wapen van de band is misschien wel het feit dat de vijf stuk voor stuk liedjes schrijven en die liedjes passen ook nog eens verdomde goed bij elkaar. Maar dan ook nog eens verdómde goed. Wanneer je die gasten ziet, heb je bovendien het idee dat ze snel tot consensus komen over de koers van de songs. Het is een vriendenteam. Dat kan niet anders. Ze zullen het langer over de albumcover hebben gehad. Iemand moet geroepen hebben: “We kunnen ook een foto doen van een wat desolaat ogend zwembad, maar dan met een berg op de achtergrond en wat bomen in de buurt.”

Hope Downs is met zijn 35 minuten muziek niet eens zo heel veel langer dan de twee ep’s die eraan vooraf gingen; Talk Tight (2016) en de fraaiste van de twee, The French Press (2017). Het niveau van die laatstgenoemde wordt geregeld gehaald op Hope Downs, waarop voor het eerst enigszins wordt gerefereerd aan The Smiths. In Bellarine bijvoorbeeld. Al is het vaak niet meer dan een gitaarriffje.

De flirt met punk en surf is veel sterker en zorgt er ook voor dat de band over een geheel eigen geluid beschikt. Zonder te constateren dat er sprake is van iets unieks. Zo is het nu ook weer niet. De kracht van Hope Downs is het feit dat de tien nummers stuk voor stuk sprankelen, opwindend zijn, vrolijk, fris en overlopen van levensgeluk. Australië is dan ook fantastisch. Je zou er maar wonen. Pieter Visscher

LIVEDATA 11/08 Haldern Pop, Rees-Haldern 17/08 Lowlands, Biddinghuizen 18/08 Pukkelpop, Kiewit 01/11 Trix, Antwerpen 03/11 Paradiso-Noord, Amsterdam 04/11 Doornroosje, Nijmegen

Father John Misty – God’s Favorite Customer (Bella Union/PIAS)

father john mistyEen nummer naar jezelf vernoemen. Dat is het in feite. Father John Misty, die Josh Tillman in zijn paspoort heeft staan, komt er uiteraard mee weg. Zoals hij overal mee wegkomt. Een artiest zó humorvol en dermate vol van zichzelf dat je maar niet weet of het nou allemaal welgemeend is, of slechts tongue-in-cheek.

Dat Mr. Tillman, want daar hebben we het over, is een gezongen gesprek dat hij voert met een hotelemployee. “Mr. Tillman, good to see you again. There’s a few outstanding charges, just before we check you in. Let’s see here, you left your passport in the mini fridge. And the message with the desk says here the picture isn’t his. And oh, just a reminder about our policy. Don’t leave your mattress in the rain if you sleep on the balcony.”

Tekstueel ouderwets onnavolgbaar en, dat is minstens zo belangrijk, muzikaal weer op de goede weg, na het wat te vlakke Pure Comedy (2017). Een album dat verscheen na I Love You, Honeybear (2015), dat zonder enige twijfel het allerbeste was dat dat jaar verscheen op muziekgebied.

Die bloedvorm is nog niet helemáál terug, terwijl we zonder meer genoegen nemen met God’s Favorite Customer, waarmee Tillman revanche neemt op zichzelf. Op weergaloze wijze, zij het zo nu en dan. Hoewel het album opnieuw zo narratief is als de pest, is het venijn dat Pure Comedy miste terug. Geregeld in volle glorie. Er staan tien nummers op de plaat en hoewel je Tillman her en der voelt zoeken in de songs – welke richting hij op wil – belandt hij toch altijd weer waar hij terecht wil komen. Neem de tijd voor deze plaat. Dat heeft Tillman ook gedaan.

Ja, Father John Misty ís God’s Favorite Customer. Zolang de Amerikaan daarvan is overtuigd gaan we hem niet tegenspreken. Alsof we dat zouden durven. Hij laat dan ook weer eens horen welk een begenadigd zanger hij is. Want laten we dat ook niet vergeten. Die onnoemelijk grote bek van ‘m, die megalomane trekjes, zijn natuurlijk niet geheel onterecht. Father John Misty ís een van de sterkste zangers die er hebben rondgelopen en nog lopen van pakweg de laatste honderd jaar. Je houdt van ‘m, of je houdt niet van ‘m, oké, maar wie zijn ongekende zangtalent miskent, moet met gezwinde spoed richting oorarts. En als songschrijver kan hij zich ook nog eens meten met de allerbesten. Pieter Visscher

LIVEDATA 10/06 Best Kept Secret Festival, Hilvarenbeek 01/11 De Roma, Antwerpen 02/11 Effenaar, Eindhoven 05/11 Paradiso, Amsterdam

Hilary Woods – Colt (Sacred Bones/Konkurrent)

Eens in de zoveel tijd verschijnt er een plaat waardoor je wordt overweldigd. Door zijn pure schoonheid. Het gaat om het debuutalbum van Hilary Woods, die sommigen mogelijk al kenden van een tweetal ep’s dat ze liet verschijnen. Daarop was haar klasse reeds te ontwaren. Maar op Colt openbaart die zich pas echt.

Colt werd in de winter van 2017 al opgenomen en verschijnt nu pas. Vast om organisatorische redenen, terwijl we toch graag een halfjaar eerder al hadden willen genieten van de acht meesterwerkjes die Woods op plaat heeft gezet. Nummers van zo’n vijf minuten per stuk.

Woods doet onherroepelijk denken aan Julee Cruise, al klinkt ze tientallen malen spannender en bovendien indringender. Aan alles hoor je dat er heel erg goed is nagedacht over dit album. Voortreffelijk geproduceerd door de betrekkelijk onbekende James Kelly, die dat deed in Kreuzberg in Berlijn. Met name de elektrische piano komt verdomd goed uit de verf.

In niets herinnert Woods aan rockband JJ72, waarmee ze doorbrak, als bassiste. Het Ierse gezelschap, dat enkele hits scoorde, waaronder het meesterlijke October Swimmer.

Colt is vooral en alleen Hilary Woods. De inwoonster van Dublin heeft een plaat gemaakt die overloopt van klasse. Atmosferische, wat onheilspellende, gedragen popliedjes met een fijne donkere rand, op intrigerende wijze gezongen. De Ierse is ontwapenend en streelt de trommelvliezen. Sprookjesachtig wordt het als ook een harp het elektronische kleurenpalet verrijkt.

Prijsnummer is Jesus Said, wanneer piano en drumcomputer lijken te vechten om de hoofdrol, terwijl ze elkaar opzwepen en heel stiekem zelfs de liefde bedrijven. Pieter Visscher

 

 

Warmduscher – Whale City

warmduscherWarmduscher – Whale City (Konkurrent)

Er zit humor in de teksten van Warmduscher en daar houden wij wel van, bij Pinguin Radio. Ook in de bijnamen die de vijf mannen zichzelf hebben gegeven. Zo gaat Saul Adamczewski bijvoorbeeld door het leven als The Saulcano. Vreemde knapen dus. Zo zien we ze graag.

Warmduscher is het Londense gezelschap dat in 2013 met debuut Khaki Tears op de proppen kwam en daarmee een soort rommelpostpunk afleverde, waarin weinig lijn viel te bespeuren en het echt zoeken was naar een aardig liedje. Daar is met opvolger Whale City verandering in gekomen. Er is sprake van een spectaculaire omslag. Een bijzonder positieve ommekeer. Met gevoel voor overdrijving: Whale City swingt bij vlagen zoals Donna Summer tijdens haar meest wulpse jaren.

Bijvoorbeeld tijdens Big Wilma, wanneer er een heerlijke surfsaus over de postpunk van de heren wordt gegoten en stilzitten geen optie meer is. Dat geldt voor meer nummers op de nieuwe plaat. Zoals Standing On The Corner en de titeltrack.

Tijd voor raadselachtige idioterie is er ook nog altijd, al is die voornamelijk gestopt in de drie korte tracks, van ongeveer een minuut: Bright Lights, No Way Out en The Beginning.

Een soulvolle song als 1000 Whispers is ook een vreemde eend in de bijt, terwijl de stem van Clams Baker Jr (Craig Louis Higgins Jr) zich er uitstekend voor leent.

Krautrock, garagerock en elementen uit de jazz maken het avontuur compleet. Whale City is een enórme sprong in de juiste richting. Vanavond in Paradiso! Pieter Visscher

LIVEDATA 25/05 London Calling Festival @ Paradiso, Amsterdam 29/06 Down The Rabbit Hole, Beuningen

Gaz Coombes – World’s Strongest Man

Gaz Coombes – World’s Strongest Man (Caroline)

Op zijn derde soloalbum, World’s Strongest Man, herinnert er nog maar weinig aan het Supergrass-verleden van Gaz Coombes. De onrust, de speelsheid en de springerigheid lijken voorgoed te zijn verdwenen uit zijn muziek. Het tempo is gezakt en World’s Strongest Man klinkt bedachtzaam, zweverig en op de langere nummers Slow Motion Life en Weird Dreams ronduit psychedelisch.

Net als op Shit (I’ve done it again) zijn hier de invloeden van Todd Rundgren ten tijde van A Wizzard A True Star volop aanwezig. Die plaat verscheen toen de inmiddels 42-jarige Gaz Coombes nog geboren moest worden.

Opvallend is wel dat de gitaren weer ruimte krijgen in zijn muziek. Zijn vorige twee platen waren toch vooral elektronische aangelegenheden. Niet dat World’s Strongest Man, tevens de titel van de ijzersterke opener van dit fraaie album, een gitaarplaat is geworden.

Categoriseren van Gaz Coombes’ derde is niet eenvoudig. Laten we het maar op opzienbarend houden. Het is ook zijn beste tot nog toe zonder Supergrass. Gaz Coombes is namelijk enorm gegroeid als zanger, tekstschrijver en componist en ook qua productie is World’s Strongest Man een hoogvlieger. Tekst Mania | Wim Koevoet

Cut Worms – Hollow Ground

cut wormsCut Worms – Hollow Ground (Jagjaguwar/Konkurrent)

New Yorker Max Clarke is nog geen 30 jaar, maar heeft met zijn band Cut Worms een debuutalbum afgeleverd dat ook in 1965 had kunnen worden gemaakt. Zó retro krijgen we het niet vaak voorgeschoteld en dat is knap.

Clarkes muzikale helden zijn natuurlijk Bob Dylan en The Beatles, hoewel The Everly Bothers, Buddy Holly en Beach Boys ook overduidelijk de kop opsteken. En laten we Simon & Garfunkel niet vergeten. Maar vergelijk ‘m er niet te veel mee. “I think comparing me or any other young act to one of the greats is like comparing the guy who invented the laser pointer to the guy who invented lasers. The former wouldn’t exist without the latter, and the former is also, generally not exploiting the full potential of the groundwork laid for them. With that in mind, what I do isn’t exactly like what those guys have done.”

Clarke schreef al liedjes op zijn gitaar toen hij een jaar of 12 was en dat is niet zo uitzonderlijk. Wel het feit dat hij en zijn Cut Worms een plaat hebben afgeleverd die zó zestiger jaren klinkt dat je als leek niet zou kunnen geloven dat de songs in 2017/2018 zijn geschreven en op cd en vinyl zijn verschenen. En het is nog hartstikke mooi ook.

Neem een song als Like Going Down Sideways. Een gevoelig gitaarliedje, waarmee Clarke zijn gevoeligste kant laat horen. Zo nonchalant als The Beatles op hun eerste albums kan hij ook klinken. Zoals in het lichtvoetige Think I Might Be In Love, met een hoog shalala-gehalte. Zo’n onbezorgd barbecueliedje, dat vaker voorbij komt op Hollow Ground. Soms misschien iets te vaak en dan ligt vervlakking op de loer. Pas daar de volgende plaat mee op, Max. Pieter Visscher

Goat Girl – Goat Girl

goat girlGoat Girl – Goat Girl (Rough Trade/Konkurrent)

Dat is nou net de pest met die Engelsen hè; die schrijven alle samenstellingen los van elkaar. Neem een woord als geitenmeisje. Prima woord toch? De Engelsen zetten er een spatie tussen. Amerikanen en zo trouwens ook. Dan wordt geitenmeisje dus goat girl. En omdat het een bandnaam betreft, natuurlijk met twee hoofdletters. Goat Girl dus. Wat dat betreft zijn het dan net weer Duitsers, die zo nodig élk zelfstandig naamwoord willen laten beginnen met een kapitale letter. Maar dat doen wij zelf ook! In bandnamen dan. Denk aan Doe Maar en Gruppo Sportivo.

Enfin, Goat Girl dus. Een jong, Londens dameskwartet, dat debuteert met een net zo getiteld album. Waarop 19 (!) nummers zijn te vinden. Hetgeen een ruime 40 minuten muziek oplevert. Korte, wat obscure liedjes derhalve. Soms doet de band aan Hole denken, van Courtney Love. Maar dan wat minder grungy. Elementen uit punk en country komen prominenter naar voren. Stukje blues bovendien. Goat Girl is een uitdagende plaat geworden, die wat tijd nodig heeft. Na enkele draaibeurten word je beloond. Pieter Visscher

LIVEDATUM 14/05 Paradiso, Amsterdam