Album Reviews: Lou Barlow en Electric Tears

Lou Barlow - Brace the WaveLou Barlow – Brace The Wave (Domino/V2 Benelux)
Lou Barlow heeft zijn sporen in de popmuziek inmiddels ruimschoots verdiend als lid van roemruchte bands als Dinosaur Jr, Folk Implosion, Sentridoh en Sebadoh.

De Amerikaanse muzikant heeft Los Angeles het afgelopen jaar verruild voor zijn geboortegrond in Massachusetts en nam daar zijn eerste soloplaat in 7 jaar op. Brace The Wave is een back to basics plaat, waarop Lou Barlow verrast met betrekkelijk spaarzaam geïnstrumenteerde (folk)songs. Veel meer dan gitaar, zang en spaarzaam ingezette keyboards en een ukelele had Lou Barlow niet nodig voor zijn plaat, maar Brace The Wave is zeker geen doorsnee singer-songwriter plaat geworden.

De muziek van Barlow rammelt nog altijd aan alle kanten, kan af en toe stevig uithalen, treedt steeds buiten de gebaande paden, sluit geen compromissen, maar levert ook verrassend vaak memorabele popsongs op. Brace The Wave is een plaat vol ruwe diamanten van een groot muzikant, al heeft helaas lang niet iedereen dit door. Tekst ManiaErwin Zijleman

https://soundcloud.com/joyful-noise-recordings/lou-barlow-wave

Electric Tears - Dazzling Highs to Crushing LowsElectric Tears – Dazzling Highs To Crushing Lows (Excelsior)
Kilometers maken! Vanaf 2013 wilden de drie muzikanten van Electric Tears, voor er opnames zouden worden gemaakt voor een album, op pad. Een zaal plat spelen en dan zo snel mogelijk op weg naar een volgende locatie. Kilometers maken, heet dat in muzikaal jargon. Na een optreden in 2013 op Noorderslag wilde het label Excelsior de groep al naar de studio halen. Els van Tol, Bas de Vries en Niels de Wit stapten echter in een busje en parkeerden twee jaar later het vehikel. Na twee dagen waren er twaalf nummers vastgelegd.

Electric Tears heeft powerpop riekend naar transpiratie opgenomen, muziek die het podium als fundament heeft, liedjes waarbij de versnelling pas na afloop opvalt. Forget Tomorrow en Blast Away zijn nummers voor in de bebouwde kom, bij de andere twaalf nummers kunnen het dak en de ramen open en het gaspedaal tot de grond worden ingetrapt.

Niels de Wit is een muzikant met een bijna jaloersmakende geschiedenis. Vernon Walters en Johan zijn maar twee groepen die een muzikaal c.v. tot dankbaar leesvoer maken. In 2013 wilde De Vries weer eens ongecompliceerd met een bandje op pad. En de rest is, zoals dat zo fraai heet, geschiedenis. Dazzling Highs To Crushing Lows is niet een langspeler die opgaat voor de originaliteitsprijs. Electric Tears maakt powerpop zoals powerpop al tientallen jaren wordt gemaakt.

Toch is dit debuut speciaal. Electric Tears is onbevangen, stampt heerlijk door, klinkt nergens gejaagd en geeft de luisteraar na beluistering een keuze. Of na een keer luisteren zo snel mogelijk de startknop weer indrukken of de lokale muziekagenda checken om te zien of de groep een dezer dagen in de buurt speelt. Na het checken van die agenda en het noteren van een zaal en een tijdstip, wordt Dazzling Highs To Crushing Lows opnieuw beluisterd. Ruim een half uur genieten van pretentieloos vakmanschap en veel speelplezier. Jaks Schuit

LIVEDATA 24/09 Luxor Live, Arnhem 25/10 Little Devil, Tilburg

Album Reviews: The Arcs en Rock Candy Funk Party

The Arcs - Yours, DreamilyThe Arcs – Yours, Dreamily (Warner)
Vele Europese fans werden teleurgesteld toen The Black Keys hun Europese tournee van dit voorjaar moesten afzeggen wegens de schouderblessure van drummer Patrick Carney. Aangezien andere helft Dan Auerbach niet in staat is stil te zitten dook hij de studio in met onder andere Leon Michels, vaste saxofonist van het Daptone label, en ook vaak doublerend als keyboard toevoeging bij The Black Keys.

Eerste single Stay In My Corner, vol mooie muzikale verwijzingen naar met name de Chess soul, bleek een voorbode van een geheel album van deze nieuwe band. Klinkend als een, je gelooft het niet, kruising tussen The Black Keys en The Dap Kings, blijkt echter ook dat beide voormannen hun sporen in de hiphop, respectievelijk met Blak Roc en The Wu-Tang Clan, hebben. De vocalen van Dan Auerbach worden met het jaar soulvoller, en gecombineerd met het prachtige achtergrondkoor, zoals in Chains Of Love, en de als altijd fraaie retro productie vormen ze de kers op de taart op dit zeer muzikale, stevige soulalbum. Tekst Mania | Jurgen VreugdenhilRock Candy Funk Party - Groove Is KingRock Candy Funk Party – Groove Is King (Mascot Records/Provogue)
Rock Candy Funk Party wordt vaak afgekort naar RCFP. Rock Candy Funk Party klinkt meer als een genre dan als een naam. Op Groove Is King staan maar liefst zeventien nummers. Vreemd is dat drie nummers louter bestaan uit tekst. Mr. Funkademus opent de langspeler met een introductie, halverwege bedankt hij de sponsoren en in het voorlaatste nummer bedankt hij de heren en vooral dames luisteraars. Bij het beluisteren van Groove Is King is het alsof de reclameboodschappen van Spottify zijn meegeleverd op het schijfje.

Tot zover de zaken die verbazen. De muziek op dit debuut is een mix van funk, rock, dans, elektronica, jazz en r&b. Openingsnummer Groove Is King zet de toon. RCFP maakt muziek waarbij bewegen noodzaak is, de muziek neemt bezit van de heupen, de instrumenten zetten de voeten aan het werk. RCFP wil amuseren en doet dat met professioneel gespeelde dansmuziek. In het vijfde nummer East Village begint het wat te wringen. Na drie minuten gaan de voeten nog slechts mechanisch een paar centimeter omhoog, de handen bewegen als op een automatische piloot. East Village duurt minimaal twee minuten te lang en eindigt als een routineus gespeeld nummer op een bruiloft die niet op gang komt.

RCFP bestaat uit zeer ervaren muzikanten. Joe Bonamassa, Mike Merritt, Randy Brecker en Billy Gibbons hebben op honderden releases meegespeeld. Het zijn muzikanten die veel zo niet alles met hun instrument kunnen. Geef deze musici studiotijd en er rollen nummers uit. Niet persé origineel, maar wel goed gemaakte muziek. Met RCFP kregen Bonamassa en kornuiten veel studiotijd.

Groove Is King is dan ook geen schijfje dat uitblinkt door originele muziek. Beste voorbeeld is afsluiter The Fabulous Tales Of Two Bands. In het schrijven dat is meegestuurd met het schijfje wordt vermeldt dat er sporen van Firestarter van Prodigy in het nummer te vinden zijn. Bij beluistering is The Fabulous Tales Of Two Bands een nummer dat in de buurt van ‘bekwaam gejat kopieerwerk’ komt. En dat is precies wat RCFP zo leuk maakt. Het is in alle veertien gevallen eerder gedaan, maar klinkt steeds bekwaam en soms wat routineus. Groove Is King duurt ruim zeventig minuten. Minus de drie nummers van Mr. Funkademus blijft er 68 minuten over. Dat is ruim een kwartier te lang, maar dat is gemakkelijk te programmeren. Voor elke luisteraar is er met Groove Is King een uur lang opwindende funky dansmuziek te beluisteren. Jaks Schuit

Album Reviews: Foals en Jessica Hernandez & the Deltas

foals-what-went-downFoals – What Went Down (Warner)
Foals. Zo’n band waar vrijwel iedere muziekliefhebber wel eens van gehoord heeft. Maar van welk nummer ook weer? Waar komen ze vandaan? Is het indierock? Of toch pop? Al drie albums op zak? Wat zijn hun meest bekende nummers? Dergelijke vragen staan naar alle waarschijnlijkheid symbool voor waar Foals op dit moment staat. Na Antidotes (2008), Total Life Forever (2010) en Holy Fire (2013) is het vijftal uit Oxford op het punt gekomen een album te creëren waar lang over nagepraat wordt.

Het is voortkabbelen of versnellen, evenwichtig zijn of pieken. Alle voorgangers van What Went Down waren luisterrijk, met op elk album uitschieters en hoogtepuntjes. En eindelijk, ja eindelijk, is daar die plaat. De vierde. De titelsong trapt in alle hevigheid af, alsof de tere ziel van zanger Yannis Philippakis na twee jaar dan eindelijk alle persoonlijke sores van zich af mag schreeuwen. Samen met zijn bandleden schakelt hij duidelijk een tandje bij, zoals later op het album evenzo tijdens runner-up Mountain At My Gates en Snake Oil het geval is. Zelf vond ik Foals altijd een bandje met enkele aanstekelijke nummers, zoals het dansbare Cassius en My Number. Het luchtige gevoel van dergelijke nummers keert tevens terug op What Went Down, onder meer tijdens het ritmische Birch Tree en het dynamische Night Swimmers. Diverse muziekgenres lopen in elkaar over, waarbij tevens Afrikaanse invloeden hoorbaar zijn. Het intense A Knife In The Ocean sluit de boel af en wat rest is opwinding. Een dijk van een plaat. Tekst Mania | Jelle Teitsma

LIVEDATUM 07/09 Melkweg, Amsterdam (Uitverkocht)

Jessica Hernandez & The Deltas - Secret EvilJessica Hernandez & the Deltas – Secret Evil (Suburban Records)
Tegenwoordig is het, paradoxaal genoeg, helemaal hip om ouderwets te klinken. Artiesten als Ben L’oncle Soul, Charles Bradley en Leon Bridges grijpen veelvuldig terug op de soulmuziek van de jaren ’60 en ’70. Ook Jessica Hernandez doet dat. Haar muziek doet bij vlagen wat denken aan het Stax-label (een Amerikaans soullabel en de rauwe tegenhanger van Motown), inclusief het karakteristieke orgeltje, maar weet zich te onderscheiden door er de nodige rock aan toe te voegen. Combineer dat met een ietwat rauw stemgeluid en je hebt een soulvolle variant van Alabama Shakes.

Op de hoes zien we een lief, onschuldig ogend meisje met een bloemetje in haar haar en een keurig strikje. Draaien we de cd echter om, dan zien we een uitgezoomde versie van dezelfde foto; nu zien we tatoeages op haar benen en schedel-achtige voorwerpen om haar heen. Het sluit mooi aan op de albumtitel: Secret Evil. Het grappige is dat het op het album precies andersom is: ze komt over als een femme fatale (zeker met titels als Sorry I Stole Your Man) maar blijkt toch een gevoelig meisje te zijn. Dit komt vooral naar voren in de paar rustpunten. Zo blijkt op Cry Cry Cry dat Jessica’s stem een prachtige klankkleur bezit, waarmee ze ze emotie van het lied als geen ander weet te vertolken.

De rest van het album bestaat grotendeels uit pakkende, opzwepende rock-nummers met, zoals gezegde, een vintage aandoende instrumentatie. Nergens weet Jessica Hernandez zo te raken als op de paar ballads, maar als je van ouderwetse rock en soul houdt, zit je goed. Neem bijvoorbeeld de opener, No Place Left to Hide. We horen een gedreven ritmesectie, funky blazers, een broeierig orgeltje, een zangeres die wel haar mannetje staat, en een spannende bridge om het af te maken. En het klinkt allemaal als een klok. Dat is wellicht het enige puntje: het is soms net iets te gelikt. Maar met een strakke band als The Deltas, en louter sterke songs, is dat een kleinigheidje. Je zou haast vergeten dat het nog maar hun debuutalbum is. Arnout de Vries

Album Reviews: The Strypes en Sea + Air

The Strypes - Little VictoriesThe Strypes – The Little Victories (Virgin)
Een potje vuige rock ’n roll in de beste Bo Diddley traditie is altijd meer dan welkom, en toen dat twee jaar geleden op spetterende wijze door vier Ierse snotapen gedaan werd was de sensatie compleet. Een dergelijke gimmick werkt niet altijd lang, maar The Strypes bewezen serieus mee te kunnen door onvermoeibaar de wereld rond te toeren, waarbij live, naast de zeer strakke ritmesectie, vooral gitarist Josh McClorey de hoofdrol opeiste. Reikhalzend werd dan ook uitgekeken naar het tweede album, en de druk die daar op lag blijkt juist een uitdaging te zijn die de mannen, want jochies zijn het alleen nog maar in leeftijd, met plezier te lijf gaan.

Vanaf opener Get Into It ligt het tempo opnieuw ongemeen hoog met veel sterke riffs en solo’s, van zowel gitaar als harmonica. Zonder enige opsmuk wordt er dit keer vooral eigen materiaal gebracht, die natuurlijk wel sterk verankerd ligt in vooral de historie van het Chess label. Eigentijdse rockers als Eighty Four laten horen dat het Stiff label ook in de platenkast van de ouders aanwezig was, terwijl Scumbag City net poppy genoeg is voor de grote massa maar rhythm ’n blues genoeg voor de purist. Het gebeurt niet vaak dat een zo gehypte band het heft in eigen handen weet te nemen en zich op deze manier weet te ontwikkelen. Na de introductie op Snapshot is een in alle opzichten beter album afgeleverd door een band, waar we nog lang niet op uitgeluisterd zijn. Tekst Mania | Jurgen Vreugdenhil

LIVEDATA 20/10 Paradiso Noord, Amsterdam 21/10 Ancienne Belgique, BrusselSea + Air - EvropiSea + Air – Evropi (Glitterhouse Records)
Daniel Benjamin en Eleni Zafiriadou debuteerden met My Heart Sick Sick Chord als Sea + Air in 2012. Na 600 shows in tweeëntwintig landen hadden ze het debuut voldoende gespeeld en genoeg nummers geschreven voor een opvolger.

De ‘ghost pop’, zoals het echtpaar de muziek noemt, wordt gekleurd door de vele reizen door Europa. Demonstraties in Ukraine, onlusten in Lissabon, vluchtelingen in vele kustplaatsen, Sea + Air had in 2014 na twee jaar toeren meer dan voldoende indrukken om een langspeler te maken onder de titel Evropi. Dit tweede album van Sea + Air is moeilijk te labelen. De muziek is sfeervol, atmosferisch en door het stemgeluid van Eleni Zafiriadou gaan de gedachten uit naar groepen als Dead Can Dance en Cocteau Twins. Benjamin meldt in een interview dat deze Engelse groepen invloed hebben op het geluid van de groep, maar dat dit slechts een deel is van het unieke geluid van het duo. Sea + Air meldt dat Europa vele gezichten telt en dat deze gedachte reflecteert in de muziek.

Evropi telt twaalf nummers en in deze nummers vertelt Sea + Air het verhaal van een gezin op weg naar een woonplek. Ondanks de afwijzingen in vele landen is er geen wanhoop. De problemen krijgen een plek in nummers als Should I Care en Peace Begins At Home. Het zijn radiovriendelijke nummers, die bijna swingend klinken. In het boekje dat bij de langspeler wordt geleverd, vertellen Benjamin en Zafiriadou over het ontstaan van de nummers. Evropi is een integer product van twee muzikanten, die musicerend politieke en sociale problemen tegemoet treden. Het verhaal kan worden herkend door de vele vluchtelingen die Europa aandoen. Daarbij is Evropi een spannende en inspirerende ontdekkingsreis voor vele popmuziekliefhebbers. Jaks Schuit

Album Reviews: The Bohicas en Georgia

The Bohicas - The Making OfThe Bohicas – The Making Of (Domino)
Jaren lang, vooral in het vorige decennium, leek er geen einde te komen aan de golf bandjes die met ‘The’ begonnen en brutale en springerige rock ‘n’ roll brachten. Vaak kwamen ze uit Engeland en regelmatig sierden ze ook de cover van de Mania. De laatste tijd had het er soms schijn van dat de stroom een beetje aan het opdrogen was. Wie dat een zorgwekkende ontwikkeling vond, kan gerust ademhalen, want onder de naam The Bohicas komt er weer een stel opgewonden standjes van de overzijde van het Kanaal.

De singles XXX, Swarm, To Die For en Where You At wekten daar al de nodige beroering en in sommige kringen werden ze al de nieuwe Arctic Monkeys genoemd. Een pure Britpopband zijn de uit Essex afkomstige The Bohicas overigens niet. De attitude en de soms snerende zang zijn typisch Engels, maar de felle riffs en pompende baslijnen neigen zeker zoveel naar Amerikaanse powerpop. Maar liefst drie ervaren producers ontfermden zich over de opnames van The Making Of, maar het lijkt erop dat ze geen van allen een eigen stempel op de muziek hebben willen drukken, want alles klinkt namelijk even strak, straf en catchy. Van opener I Do It For Your Love tot en met afsluiter Somehow You Know What I Mean is dit pure en opwindende rock ‘n’ roll die geen moment verveelt en het best tot zijn recht komt met de volumeknop wagenwijd open. Tekst Mania | Marco van Ravenhorst

LIVEDATA 22/08 Lowlands, Biddinghuizen 22/10 Botanique, BrusselGeorgia - GeorgiaGeorgia – Georgia (Domino)
De appel valt niet ver van de boom. In de jaren ’90 maakte Neil Barnes furore als helft van dance-duo Leftfield. Na twee albums gingen de twee uit elkaar, maar dit jaar heeft Neil Barnes de naam Leftfield in z’n eentje nieuw leven ingeblazen met een derde album. Je zou dus kunnen zeggen dat hij zijn solodebuut maakt. Wellicht is hij geïnspireerd door zijn dochter, want ook zij heeft dit jaar haar solodebuut gemaakt, onder de naam Georgia.

Georgia’s muziek is niet vergelijkbaar met die van haar vader, maar ze heeft wel de voorliefde voor elektronische klanken geërfd. Haar muziek sluit nog het meest aan op de huidige synthpop/electropop-scene, maar daarbinnen heeft ze zeker haar eigen geluid. Zo kan je haar zien als een stoerdere versie van CHVRCHES maar ook als een donkere versie van Kate Boy. Knallende synthdrums zorgen voor vaart en punch in de muziek, en verdere electronica zuigen je mee in de mysterieuze wereld van de jonge zangeres en drumster (ze is livedrummer voor o.a. Kate Tempest geweest).

Tekstueel tapt ze veel uit het vaatje gebroken harten en stukgelopen relaties. Dit doet ze echter zeker niet als een zielig figuur. Integendeel, Georgia bijt aardig van zich af. Dit komt al helemaal tot uiting op het geëngageerde Move Systems. Muzikaal is dat nummer beïnvloed door de chaotische hiphop van Death Grips en qua zang door de punkmuziek, waardoor het nummer minstens zo krachtig is als de statements die ze in de tekst maakt (‘Systems always lie about who we are‘). De krachtige beat laat ook mooi haar achtergrond als drummer horen.

Ook de rest van het album mag er wezen. Van de vervormde stemmen op Kombine tot de ingetogen ballad Heart Wrecking Animals (jawel, ook dat kan ze!), continu weet Georgia te boeien met spannende, intrigerende electropop. Een sterk debuut dat minstens zoveel aandacht verdient (hoewel net iets minder poppy) als de genregenoten van CHVRCHES. Arnout de Vries

Album Reviews: Lianne La Havas en Smutfish

Lianne La Havas - BloodLianne La Havas – Blood (Nonesuch/Warner Music)
Dit tweede album, genaamd Blood, van de Britse Lianne La Havas is het superfood voor onze zintuigen. De mix van stijlen samen met de persoonlijke invloeden die de 25 jarige La Havas weet samen te brengen op dit album overstijgen alle mogelijke voordelen die chiapudding en een wheatgrass shot samen ooit zouden kunnen bereiken voor ons welzijn.

Lianne’s verdieping in haar familiegeschiedenis heeft geleid tot de teksten waaruit tien nieuwe tracks geboren zijn. Jamaica, Griekenland en Engeland is de combinatie aan culturele invloeden waarin La Havas’s geschiedenis te vinden is. Met name de Jamaicaanse reggae vibe schijnt door vrijwel alle nummers heen, zoals op Unstoppable.

La Havas heeft op dit album samengewerkt met bekende namen en dat hoor je. Jamie Lidell is degene waarmee ze het nummer Green And Gold schreef en produceerde. Mark Batson tekende tevens als co-producer voor dit album. Batson werkte samen met onder andere India Arie en Alicia Keys, luister het album èèn keer en je zult deze invloeden er meteen uitpikken. La Havas laat zien dat haar nieuwe album het voorbeeld is van hoe een verfijnde wijnproeverij zou moeten zijn; alle nuances van smaak worden stapsgewijs bedekt. Lianne’s album is een muzikale bevestiging dat het Blood zeker kruipt waar het, in dit geval, gaan kan. Tekst Mania | Linda Rettenwander

LIVEDATA 20/08 Pukkelpop, Hasselt 22/08 Lowlands, BiddinghuizenSmutfish - TroubleSmutfish – Trouble (Excelsior)
Achter Smutfish schuilt liedjesschrijver Melle de Boer. Ben je een liefhebber van zangers die elke noot loepzuiver zingen (Neil Finn, Freddie Mercury, Jasper Steverlinck), dan is de plaat misschien niet direct je kopje thee maar het zou ook weer zonde zijn om deze plaats nooit een kans te geven.

Trouble van Smutfish staat namelijk voor lekkere blues, country (I See Myself In Everyone’s Eye), americana, indie en (classic) rock die geregeld doet denken aan het werk van de groten der aarde. De vijfde track op de schijf genaamd Silver Rabbit lijkt zelfs behoorlijk op een willekeurige grote hit van The Rolling Stones, misschien ook wel door Melle’s Mick Jagger-achtige zangstem.

Een toevalstreffer? Nee zeker niet, want de volgende song op de plaat genaamd Angel heeft wel weer wat weg van de melodie uit Leonard Cohens klassieker Hallelujah. Melle de Boer zingt met zijn ziel, geeft de songs daarmee karakter en dat het soms aan de valse kant is maakt hem eerlijk gezegd juist sympathiek, kwetsbaar en integer.

Bij Melleville Park zijn wat echo’s van Eels te horen en kijkend naar de tekeningen van Melle heeft zijn creatieve tekenstijl ook heel wat raakvlakken met deze laatstgenoemde artiest. Smutfish is zodoende een tof artistiek project voor de open minded muziekliefhebber die een valse noot best door de vingers kan zien als de muziek en de teksten maar authentiek zijn. En hoorbaar uit het leven gegrepen is het dozijn aan liedjes op Trouble zeker. Tikkeltje excentriek, maar zeker een bijzonder en prima album. Thomas Spiekerman

LIVEDATA 29/08 Wolfslaar (Melle Solo), Breda 05/09 Into The Great Wide Open, Vlieland 11/09 Gigant (Filmhuistour), Apeldoorn 13/09 De Oversteek, Nijmegen 18/09 De Literaire Hemel (Melle & Dick), IJhorst 27/09 Cafe de Stad (Melle & Dick), Utrecht 01/10 Het Huis Verloren (Filmhuistour), Hoorn 08/10 Rietveld Theater (Filmhuistour), Delft 29/11 RKZ Bios (Filmhuistour), Groningen

Album Reviews: The Phoenix Foundation en The Mountain Goats

The Phoenix Foundation - Give Up Your DreamsThe Phoenix Foundation – Give Up Your Dreams (Memphis Industries/V2)
The Phoenix Foundation is nu al een jaar of tien op zoek naar het perfecte popliedje en komt op Give Up Your Dreams een aantal malen akelig dicht in de buurt. Die albumtitel is misleidend: de Nieuw-Zeelanders klinken eerder optimistisch dan verdrietig – met dank aan de stuwende drummer, die in meerdere nummers de hoofdrol opeist. In het kielzog van licht psychedelische groepen als Caribou en Tame Impala werd het maar eens tijd dat ook The Phoenix Foundation doorbreekt. Tekst Mania | Max MajoranaThe Mountain Goats - Beat the ChampThe Mountain Goats
 – Beat the Champ (Merge Records / de Konkurrent)
Een conceptplaat over worstelen. Het idee alleen al. Maar het werkt! Teksten als ‘I’m gonna stap you in the eye with an foreign object’ klinken natuurlijk ridicuul, maar zijn tegelijkertijd naargeestig. De Amerikanen trekken je mee het bizarre leven van een worstelaar in: de arena juicht voor je, jij bent de held. Ondertussen bepaal jij wel over leven en dood van een ander. En realiseer je dat elke stoot de laatste kan zijn.

Eigenlijk gaat deze plaat dan ook vooral over de dood die ons voortdurend op de hielen zit. En dan weten ze dat muzikaal ook nog eens prachtig in te kleuren. Het is alsof we in net aan driekwartier de hele carrière van een worstelaar doorlopen: Soms rockt dat als de roes van de overwinning, op de eenzame hotelkamers klinkt de akoestische gitaar en de adrenaline van het gevecht klinkt bij vlagen als freakjazz waar Zappa goedkeurend zou knikken.

Zanger John Darnielle heeft een zelfde soort manie als Mark Everett. Dat z’n stem niet zo diep en karakteristiek klinkt als die van het brein achter Eels stoort eigenlijk geen moment. The Mountain Goats mogen dan al twintig jaar meedraaien, ze klinken hier als een band die net uit het repetitiekot komt gekropen en klaar is om de wereld te veroveren. K.O. 
Milo Lambers

LIVEDATA 20/11 Botanique, Brussel 22/11 Paradiso Noord, Amsterdam

Album Reviews: Albert Hammond Jr en The Jon Spencer Blues Explosion

Albert Hammond Jr - Momentary MastersAlbert Hammond Jr – Momentary Masters (Infectious / PIAS)
Na de solo albums Yours To Keep en ¿Cómo Te Llama? komt Albert Hammond Jr met zijn 3e plaat; Momentary Masters. Niet alleen deze titel maakt je nieuwsgierig, ook het profiel van de uit Los Angeles komende Albert Jr is interessant. Hij werd geboren als zoon van de singer-songwriter Albert Hammond die onder andere nummers schreef voor Tina Turner en Willie Nelson. Daarnaast kennen we Hammond Jr als gitarist van The Strokes.

Momentary Masters laat een geluid horen waarin de vibe van The Strokes zonder twijfel te horen is als een soort baseline, met name op nummers als Drunched in Crunch en Power Hungry. Albert Hammond Jr’s eigen twist en fantastische gitaarkunsten beheersen echter de nummers waarbij de cover van Bob Dylan’s Don’t Think Twice een mooie verassing is. Momenteel tourt Albert Jr nog door Noord-Amerika maar op 02 december van dit jaar staat hij in de kleine zaal van Paradiso, Amsterdam. Tekst Mania | Linda Rettenwander

LIVEDATA 30/11 Orangerie, Brussel 02/12 Paradiso, AmsterdamThe Jon Spencer Blues Explosion - Freedom TowerThe Jon Spencer Blues Explosion – Freedom Tower / No Wave Dance Party 2015  (Mom + Pop / Munich)
Met de stoere kreet Come On Fellas, We Got To Pay Respect!, trapt The Jon Spencer Blues Explosion af op het onlangs uitgebrachte album Freedom Tower / No Wave Dance Party 2015. Het klinkt misschien wat raar uit de mond van de 50-jarige Spencer, de muzikant die vrijwel nooit een blad voor de mond nam ten aanzien van… ja van alles en iedereen eigenlijk. De man die altijd een ongezouten mening klaar had over wat dan ook en bij wie je het al helemaal niet moest wagen om iets negatiefs over zijn stad te zeggen. Hoewel hij er niet eens is geboren heeft het hiervoor genoemde respect dan ook betrekking op ‘zijn’ stad, ‘zijn’ New York.

Op Freedom Tower / No Wave Dance Party 2015 pakt Spencer als een doorgedraaide stadsgids de luisteraar bij de kladden om deze door de Big Apple heen te sleuren, zowel bovengronds als ondergronds en dat is inclusief het riool met alle viezigheid die je maar kunt voorstellen. Bijna net zo smerig als de groovende mix van punk, blues, soul en funk die te horen was op zijn beste platen uit de jaren negentig zoals Acme en Orange waar zowel soul als hiphop-beats op geraffineerde wijze in het rauwe garage-punkgeluid werden geïmplanteerd.

Hoeveel albums er al aan deze vooraf zijn gegaan is in het geval van JSBX een lastige vraag, vrijwel alles wordt opgenomen en gebruiksklaar gemaakt voor bijvoorbeeld een officieel album, ep, compilatie of single B-kant, maar dat Spencer nauwelijks tijd neemt om eens rustig de aangerichte schade te overzien is duidelijk. Plotseling werd er besloten om een paar jaar gas terug te nemen maar met Meat And Bone werd de stilte in 2012 weer ouderwets lekker wreed verstoord. De tijdelijke break heeft het trio duidelijk goed gedaan, nergens is aan energie ingeboet. Ook nu schiet de JSBX weer alle kanten uit, knalt het van links naar rechts en vliegt het geregeld uit de bocht. Je zou haast van een ‘vertrouwd geluid’ kunnen spreken. Gebleven zijn ook de echootjes en distortion op zijn vocalen en uiteraard het begeleidende kabaal van gitarist Judah Bauer en drummer Russell Simins. Het goede nieuws is bovendien dat ook deze weer uiterst ‘dansbaar’ is geworden. Clubeigenaars zijn gewaarschuwd: de JSBX is terug en er is geen verzekering die de schade zal dekken. Jeroen Bakker

LIVEDATA 09/10 Muziekgieterij, Maastricht 10/10 TivoliVredenburg, Utrecht

Album Reviews: The Maccabees en Galactic

The Maccabees - Marks to Prove ItThe Maccabees – Marks To Prove It (Fiction Records)
The Maccabees, ik zag ze enkele jaren geleden groots presteren in een goedgevulde Alpha op Lowlands. Wall Of Arms, Ayla, Love You Better, Pelican en vele andere hits kwamen voorbij. ’t Was een heerlijk feestje. Speels was in 2007 debuutalbum Colour It In, waarbij Wall Of Arms twee jaar later liet zien dat de band flinke stappen had gemaakt. Datzelfde gold tevens voor de meesterlijke groeiplaat Given To The Wild uit 2012. Album nummer vier heet Marks To Prove It en trapt af met de gelijknamige, oppeppende titelsong. Straf gitaarwerk, tempoversnellingen, repetitieve drums, de herkenbare stem van Orlando Weeks: we zijn wakker. Wakker en verdwaald. Verdwaald in een grote stad vol duistere plekken. Donker, doch duizelingwekkend mooi zijn nummers als Kamakura, Ribbon Road, Spit It Out (Radiohead, iemand?) en Something Like Happiness. De grijze wolken verdwijnen derhalve zodra afsluiter Dawn Chorus begint. Koperkleurige trompetten perfectioneren een kleine veertig minuten aan geloofwaardige muziek. Prachtig album! Tekst Mania | Jelle Teitsma

LIVEDATA 22/08 Pukkelpop, Hasselt 23/08 Lowlands, Biddinghuizen

Galactic - Into the DeepGalactic – Into the Deep (Mascot Label Group)
Galactic is een funkband met een flinke live-reputatie. Sinds halverwege de jaren ’90 heeft de band aardig wat optredens gedaan, waaronder veel jamsessie, bovendien vaak vergezeld door andere artiesten. Het podium is de plaats waar deze band hoort en volledig tot leven komt. Maar dat betekent niet dat ze in de studio niet goed klinken.

Dat bewijst het collectief eens te meer op Into the Deep. Hierop hebben ze een mooi compromis gevonden tussen studio-muziek en live-ervaring. Het live-gevoel zit er op de instrumentale opener Sugar Doosie namelijk al meteen flink in. Je hoort de bandleden de titel meeneuriën op de melodie, alsof ze heerlijk aan het jammen zijn, maar bovenal geeft de openingstrack heel mooi het beeld weer van een band die staat te swingen oo het podium. Je zit meteen in het album.

Verder hebben ze gekozen om ook op het album veel gastartiesten te laten meedoen. Dit varieert van grote namen als Macy Gray en Mavis Staples (Staple Singers) tot grote onbekenden als Ms. Charm Taylor en Brushy One String. Dit zorgt voor aangename variatie. Het gevaar ligt op de loer dat het wat rommelig wordt, maar het knappe is dat de band continu zijn stempel op de nummers weet te drukken waardoor het toch als een eenheid klinkt.

Into the Deep bevat niet alleen swingende funk. Het titelnummer en Does It Really Make a Difference zijn twee soulballads en daarmee rustpuntjes, evenals de Booker T. & the M.G.’s-achtige afsluiter. Het grootste gedeelte draait echter wel om groove en is heerlijk dansbaar. Na twintig jaar op de bühne is de band zeer ervaren en heel goed op elkaar ingespeeld, en dat hoor je terug. Dit album is puur vakmanschap, maar wel vakmanschap mét bezieling. Deze mannen houden van funk, spelen al twintig jaar de daken eraf, en die passie stoppen ze ook in hun studiowerk. Natuurlijk: het is niet bepaald vernieuwend, het album had zo veertig jaar oud kunnen zijn, maar wie Uptown Funk al een leuke terugblik op de seventies vond, kan hier geen buil aan vallen. Arnout de Vries

Album Reviews: Joss Stone en Warren Haynes

Joss Stone - Water for Your SoulJoss Stone – Water For Your Soul (Stone’d Records/Suburban)
Joss Stone was nog maar zestien jaar oud toen ze haar debuutalbum Soul Sessions uitbracht. De Britse zangeres baarde opzien met haar volwassen vertolkingen van, niet de meest voor de hand liggende covers uit de jaren zestig en zeventig. Publiek en media waren het er unaniem over eens dat dit eigenwijze meisje nog wel eens veel meer in haar mars kon hebben. Dat bleek te kloppen en er volgden al spoedig Brit Awards en Grammy-nominaties. Nog geen zes jaar later en enkele million-sellers verder, besloot ze om het contract met haar platenmaatschappij te verbreken. Na over de hele wereld aan allerlei muzikale culturen geroken te hebben, voelde ze zich beperkt in haar artistieke vrijheid, iets wat ze terugvond in SuperHeavy, een door Dave A. Stewart opgericht project waarvan ook de indiase muzikant A.R. Rahman, Damian Marley en een andere Stone, namelijk Mick Jagger, deel uitmaakten. Deze samenwerking van Stewart en Jagger was gebaseerd op hun liefde voor zowel reggae als Indiase muziek. Hoewel dit eenmalige project op prima recensies kon rekenen bleef commercieel succes uit maar voor Stone was haar doel bereikt en haar ‘muzikale horizon eindelijk verbreed’.

Inmiddels heeft de 28-jarige Stone haar eigen platenmaatschappij opgericht en is Water For Your Soul, haar zevende album in eigen beheer uitgebracht. Juist de toenmalige samenwerking met de zoon van die reggae-legende blijkt nu van doorslaggevende betekenis te zijn geweest en daarnaast zijn er nog diverse andere ‘wereldse’ geluiden zoals Afrikaanse percussie of Indiase snaren aan toegevoegd.

De angst dat de zangeres zich van haar fans vervreemd ligt met al die invloeden uiteraard op de loer maar Stone is er in geslaagd om desondanks een juiste balans hierin te vinden en een toch zeer toegankelijk album, en een logisch vervolg op SuperHeavy, te produceren. Samenvattend kunnen we stellen dat de soulvolle pop is gebleven maar dat het alleen wat meer laid-back is geworden. Water For Your Soul is bovendien zeer geschikt voor het publiek dat na beluistering van Star meent zich heel erg open te stellen voor niet-westerse invloeden. Zeg maar: fris fruitige muziek voor tijdens de barbecue op een broeierige avond met een Radler in de hand om vervolgens de hele tijd maar keihard te beweren dat er toch echt La Chouffe in het glas zit. Jeroen BakkerWarren Haynes featuring Railroad Earth - Ashes & DustWarren Haynes featuring Railroad Earth – Ashes & Dust (Provogue)
Ashes & Dust klinkt als het debuut van een jonge, frisse muzikant. Het is echter de derde soloschijf van een gitarist die al vanaf 1995 in studio’s is te vinden. Warren Haynes is bandleider van Gov’t Mule, de groep die het coveren van groepen als Pink Floyd en The Rolling Stones tot kunst(je) verheft. In The Dead neemt Haynes de plek in van de overleden Jerry Garcia en heeft daarmee The Grateful Dead nieuw leven in geblazen. Haynes is als gitarist van vele markten thuis en als componist passen hem meerdere maatpakken.

Live At Bonnaroo was in 2004 de laatste release onder zijn eigen naam. De afgelopen jaren verzamelde Haynes nummers, die niet bij zijn andere projecten pasten. Ashes & Dust is het huis wat de Amerikaan voor deze nummers bouwde. Het is een huis geworden dat door diverse muzikanten is opgetrokken. Bassist Oteil Burbridge nam wat tijd vrijaf van The Allman Brothers, Grace Potter zingt mee in Gold Dust Woman en de groep Railroad Earth bracht de Americana sfeer mee naar de studio.

Solo blijkt Warren Haynes vooral gegrepen te worden door americana. Hij verzamelde kwaliteit en niet zo zeer routine om de nummers in diverse studio’s op te nemen. Nummers als Is It Me Or You en Blue Maiden´s Tale laten een fris geluid horen. Nergens klinken de muzikanten routineus, steeds klinken de nummers alsof tijdens de eerste opname het nummer op de juiste manier werd vastgelegd. Ashes & Dust is een feest voor de oren van de luisteraar, die in de beschutting van de eigen huiskamer muziek wil beluisteren die telkens verrast. Jaks Schuit

LIVEDATUM 19/11 North Sea Jazz Club, Amsterdam