Album Reviews: The Love Compartment en The Minus 5

The Love Compartment - Coconut & CrabThe Love Compartment – Coconut & Crab (Noisesome Records / Caroline Benelux)
The Love Compartment lijkt in eerste instantie een wat zoetsappige bandnaam, maar is eigenlijk een gevatte woordspeling op ‘glove compartment’, de Engelse term voor een handschoenenkastje. Het is dus een band met humor, maar die zit slechts subtiel in de teksten verwerkt. Het gaat om een Leuvens vijftal, dat vooral geïnspireerd is door Amerikaanse muziek. Ze doen nog het meest denken aan een poppy variant van Wilco; toegankelijke pop/rock met lichte americana-invloeden. Toegankelijk, maar zeker niet oppervlakkig. Zo zijn er de vermakelijke teksten, en staat de plaat bovendien vol met pakkende, melodieuze liedjes. Van de opzwepende meezinger Spare Parts tot de rustige afsluiter Love U More, waarbij het heerlijk wegdromen is. Erg prettig is de heldere productie, wat de muziek net wat meer laat sprankelen. Uitdagend of spannend wordt de muziek weliswaar nergens, maar wie op zoek is naar aangenaam in het gehoor liggende popliedjes, is bij The Love Compartment aan het goede adres. Op Coconut & Crab is de kwaliteit continu hoog, en daarmee is het een knap debuut. Arnout de Vries

LP-YEP-2420 M4 Dungeon Golds GD30OB2-N outlinesThe Minus 5 – Dungeon Golds (Yep Roc Records)
Bijna een jaar na de release tijdens de Record Store Day 2014, is de extreem gelimiteerde vinylplaat Dungeon Golds van The Minus 5 nu ook in een digitale variant uitgebracht. Het materiaal van dit album is eigenlijk afkomstig van de uit 5 platen bestaande box-set die toen in een oplage van 750 stuks verscheen. En eerlijk gezegd wijkt een deel van het nu uitgebrachte album ook nog eens af van de uitvoeringen zoals die in de box te vinden waren. Scott McCaughey, oprichter en creatieve leider van The Minus 5 die voor de R.E.M.-fans geen onbekende zal zijn, heeft de tracks nog eens onder handen genomen. Een mooie manier dus om de fans van Michael Stipe’s ter ziele gegane bandje nog eens te prikkelen en te bewegen om tot aanschaf over te gaan. Ze zullen er geen spijt van krijgen. McCaughey heeft met de iedere keer roulerende samenstelling een stel geweldig interessante muzikanten om zich heen verzameld die wel raad weten met de diverse rootsgeoriënteerde stijlen.

Wat te denken van Peter Buck, Jeff Tweedy of de recentelijk overleden (Small) Faces-toetsenist Ian McLagan? Daarnaast komen we ook nog enkele leden van The Decemberists tegen in het rijtje muzikale begeleiders of moet je ze eigenlijk bandleden noemen? Je kunt in ieder geval wel bedenken in welke muzikale hoek we ons begeven maar met de leuke tekstverwijzingen naar The Who’s My Generation in de gelijknamige track, of de Byrds-achtige Rickenbacker gitaarpartijen in Hold Down The Fort wordt het album ook nog eens zeer interessant voor de wat oudere muziekliefhebbers die in de jaren zestig zijn blijven hangen. Zo zit er dus voor iedereen wel iets bij in deze ‘best of the box’-verzameling. Jeroen Bakker

 

Album Reviews: Chadwick Stokes en Jimmy Sommerville

Chadwick Stokes - Horse ComancheChadwick Stokes – The Horse Comanche (Nettwerk Music Group / Ruff Shod)
Chadwick Stokes is lid van de indiebands Dispatch en State Radio, bands die in Amerika een stevige fanbase hebben. Met die bands doet hij al lange tijd grote podia in de VS aan, en is hij zeer politiek geëngageerd. Voor zijn solocarrière besloot hij het roer echter eens om te gooien. Hij heeft een reeks van intieme huiskamerconcerten gedaan, en tijdens die tour heeft hij de songs voor zijn nieuwe album geschreven, en meteen live uitgeprobeerd. Zo vormde zich een persoonlijk album, verder uitgewerkt met topproducers als Samuel Beam (Iron & Wine). Met dit in je achterhoofd verwacht je een heel sober en rustig album, maar dat blijkt heel erg mee te vallen. Een groot deel van de liedjes heeft een erg positief geluid en is bovendien flink opgefraaid met mooie arrangementen. Dit resulteert in een album dat aan de ene kant erg fijn voor op de achtergrond is, maar bovendien vol met mooie luisterliedjes staat. Het is op een prettige manier gevarieerd, van vrolijke liedjes als Prison Blue Eyes, tot het wat psychedelische Hazy Maze. Tot slot is de tekstuele thematiek erg interessant. Stokes heeft zich gebaseerd op een verhaal over het paard Comanche dat de enige overlevende van The Battle of Little Bighorn was. Stokes zag daar een levensles in en zingt ons toe: ‘we are on the great adventure of our lives, but we hardly know it’. Het titelnummer vormt hiermee het hoogtepunt van een verdienstelijk folkalbum. Arnout de Vries

LIVEDATA 08/05 Zwerver Café, Oostend (BE)Jimmy Somerville - HomageJimmy Sommerville – Homage (Cherry Red)
“There’s a massive glitter ball in my head and it has never stopped turning”, zou voormalig Bronski Beat- en Communards-zanger Jimmy Sommerville onlangs gezegd hebben. “Toen ik naar mijn nieuwe album luisterde deed het me denken aan de tijd dat ik als 15-jarige, zittend op de rand van mijn bed, het vinyl uit de hoes haalde en het op mijn platenspelertje legde”. Hiermee heeft hij, wellicht onbedoeld, in twee zinnen zijn zesde en nieuwe album samengevat. Homage bevat namelijk twaalf tracks die niet hadden misstaan in de tijd dat de hitlijsten er nog toe deden en ook singletjes met zijn vertolkingen van Don’t Leave Me This Way en Never Can Say Goodbye enorm goed verkochten. Sommerville heeft eigenlijk alleen maar gedaan wat hij zelf zo graag wilde. Een werkwijze die hij, naar verluidt, niet meer heeft gehad sinds de ontbinding van zijn Communards in 1988. Eigenlijk zijn het allemaal mooie excuusjes voor een artiest die een poosje heeft stilgestaan maar dat doet waar hij goed in is. Het resultaat? Een dozijn discostampers en zo catchy als de neten. Sterke voeten die op deze muziek niet in beweging komen en ach, Nile Rodgers doet toch ook al bijna veertig jaar hetzelfde? Homage doet de disco-tijden herleven en laat zich goed smaken op de betere ‘foute’ feestjes. Jeroen Bakker

Album Reviews: Xavier Rudd en Sven Hammond

xavier rudd nannaXavier Rudd & the United Nations – Nanna (Nettwerk Music Group)
Wie Xavier Rudd weleens heeft zien optreden, zal onder de indruk zijn geweest van het aantal instrumenten dat de man bespeelt, vaak zelfs tegelijkertijd. Het typeert de man: een rasartiest die zoveel mogelijk zelf doet. Zeer atypisch is dan ook dat hij voor zijn nieuwe album juist gebruik maakt van een breed scala aan artiesten, afkomstig uit alle windstreken (o.a. aboriginals, Zuid-Afrikanen, en Duitsers). Dit laat een andere kant van Xavier Rudd zien: de activist die streeft naar een wereld waarin iedereen vredig samenleeft, iets dat ook veel terugkomt in zijn teksten.

Ook veel reggae staat in het teken van dat gedachtengoed, het is dus niet raar dat hij voor dit album naar Jamaica is gegaan en zich heeft laten inspireren door de Caribische sferen. Dit is duidelijk terug te horen op het album. De muziek van Xavier Rudd is altijd al erg laidback, maar het reggae-geluid van Nanna is bijzonder relaxed en straalt bovendien een en al optimisme uit. Het grote verschil met reggae is vooral dat het net wat vlotter is (maar niet zo vlot als ska). Dat in combinatie met invloeden van allerlei wereldmuziek, zo zijn er didgeridoo’s en panfluiten te horen, zorgt voor een uniek geluid. Bovendien heeft Rudd zichzelf overtroffen in het schrijven van pakkende liedjes, want nummers als Hanalei en Creancient gaan na een paar keer al niet meer uit je hoofd. Hij wisselt het mooi af met een rustiger nummer als Nanna, dat overigens Hawaiiaans voor ‘lente’ is. Een zeer toepasselijke albumtitel, want zet de cd op, en het zonnetje begint in ieder geval bij jou thuis te schijnen. Laat de lente maar komen! Arnout de Vries

LIVEDATA 28/06 Mundial festival, Tilburg 05/07 Couleur Café Festival, Brussel 15/07 Woodstock ’69, Overveen
Sven-Hammond-IVSven Hammond – IV (Caroline Benelux)
“Het is aardig uit de hand gelopen”, zo verzuchtte Sven Figee onlangs toen hij terugblikte op de carriere van Sven Hammond Soul, een naar hem vernoemde band waarin een prominente rol was weggelegd voor het Hammond-orgel. “Gieren op dat orgel, dat was wat ik wilde,” aldus de toetsenist die na drie eerdere albums met IV het ultieme bandgevoel heeft gevonden. Sinds de komst van zanger Ivan Peroti heeft de band een vaste vorm aangenomen die zowel op het podium als in de studio maar wat graag het avontuur opzoekt. Met die muzikanten weet Sven Hammond het beste van rock, blues, soul en funk samen te brengen waarbij de creatieve manier van werken in de jazz niet vreemd is. De Soul is inmiddels van de naam gehaald wat overigens niet wil zeggen dat er op dit album niets meer is terug te vinden van het zwarte goud. Wel ligt de nadruk meer op een gitaargeoriënteerd geluid waarbij het aantal Hammondsolo’s iets is afgenomen. De band bevindt zich sinds enige tijd in een rocktrip en dat komt goed uit aangezien na een uitgebreide clubtour de festivals er dit jaar aan moeten geloven. Vanaf de rauwe opener Brother Drunk lijken de bedoelingen duidelijk. Drumvirtuoos Joost Kroon, regelmatig te vinden bij de New Cool Collective, en bassist Glenn Gaddum vormen een ronduit unieke ritmetandem. Ook de rol van gitarist Tim Eijmaal blijkt aanzienlijk in het huidige geluid. Vuige riffs en subtiele melodielijnen wisselen elkaar met groot gemak af. Een goed voorbeeld is het stevig rockende Fly dat met die zware Hammond-tonen een behoorlijk heavy karakter krijgt. De hoofdrol lijkt op IV toch echt weggelegd voor zanger Ivan Peroti die ook het merendeel van de teksten voor zijn rekening heeft genomen. Peroti heeft een enorm bereik waarmee hij in een grote diversiteit aan stijlen goed uit de voeten kan. Zo is er het pakkende Empire, met het geniale piano-loopje van Figee, waarin hij heerlijk ‘los kan’ of de zwaar funky falsetstem in Diamond Drink waarin een vergelijking met Prince voor de hand ligt. Ook in het gevoelige King zijn het de vocalen die alle aandacht opeisen. Dikwijls is er gebruik gemaakt van distortion waarmee deze zijn opgenomen maar dat we hier ook zonder effecten en trucs te maken hebben met één van de beste stemmen uit de Benelux lijdt geen twijfel.

Sven Figee zou tijdens de opnamen van IV als ‘Voorzitter van de Stichting’, dus niet als bandleider, zijn muzikanten in geen enkel opzicht creatieve beperkingen willen opleggen. Het blijkt een uitstekende beslissing die hopelijk positieve gevolgen gaat krijgen op de Nederlandse festivalweiden in 2015. Jeroen Bakker

LIVEDATA 05/03 Paard van Troje, Den Haag 12/03 Doornroosje, Nijmegen 20/03 Burgerweeshuis, Deventer 21/03 Atak, Enschede 26/03 Patronaat, Haarlem 27/03 Simplon, Groningen 28/03 Hedon, Zwolle 02/04 Rotown, Rotterdam 09/04 Effenaar, Eindhoven 10/04 Tivoli de Helling, Utrecht 14/04 Melkweg, Amsterdam 16/04 W2, ’s Hertogenbosch 17/04 Nieuwe Nor, Heerlen 24/04 De Kelder, Amersfoort 01/05 Grenswerk, Venlo

Album Reviews: The Districts en Team Me

the_districts_AFlourishAndASpoil_coverThe Districts – A Flourish And A Spoil (Fat Possum Records / PIAS)
Bij de eerste paar seconden van openingsnummer 4th And Roebling weet je eigenlijk al genoeg. Een vuig intro van bas en tamboerijn roept associaties op die ene bekende hit van Jet. Als de lekker overstuurde zang van Rob Grote invalt, dan is het helemaal duidelijk wat voor vlees we in de kuip hebben. The District vult moeiteloos het gat dat the Strokes liet vallen door afwezigheid en Kings Of Leon door een meer poppy richting. De band is, ondanks de zang, meer dan een Strokes-kopie. De ruig opgenomen songs zijn fijn en vallen op door veel dynamiek binnen de nummers en door de afwisseling van een dikke fuzzsound met fijne, sixties-achtige jingle-janglegitaren, een snufje folk, frisse koortjes en fijne toetsenpartijen. Rocknummers worden afgewisseld door ballads en iedere song is ambachtelijk en af. Echt opzienbarend of nieuw is het natuurlijk allemaal niet en voor de volgende plaat mag de band best wat meer naar een eigen smoel zoeken. Door de pakkende nummers, het herkenbare geluid en de frisse uitstraling van de vier net-twintigers, is het daarentegen wel heel raar als The District geen hit wordt op de zomerfestivals. Chris Dekker

LIVEDATA 09/04 Rotonde, Brussel 10/04 Motel Mozaïque, Rotterdam 24/04 London Calling @ Paradiso, Amsterdam 21/22/23/08 Lowlands, BiddinghuizenTeam-Me-Blind-As-NightTeam Me – Blind As Night (Propellor Music)
Team Me is een Noorse rockband wiens debuutalbum, To the Treetops! uit 2011, in hun thuisland werd overladen met lof. Het is één van de vele door Arcade Fire geïnspireerde bands: krachtige, gedreven rock met aardig wat bombast en strijkers. Op Blind As Night gaan ze op diezelfde toer door. Het grote verschil met Arcade Fire is dat de muziek wat meer rechttoe-rechtaan rock is, maar dan wel vol passie en overtuiging gespeelde rock, zoals de pakkende single F is for Faker. Op een enkel rustpunt na, knalt elk nummer uit je speakers en lijkt de band te spelen alsof hun leven er vanaf hangt. Wellicht dat het album door dat gebrek aan variatie een wat lange zit is, maar voor de liefhebbers van theatrale rockmuziek zal dat geen enkel probleem zijn. Hoogtepunten zijn de indrukwekkende opener Riding My Bicycle en het eerder genoemde rustpunt, het emotionele Steven. Arnout de Vries

Album Reviews: Echosmith en Danko Jones

echosmith talking dreamsEchosmith – Talking Dreams (Warner Music)
Wat is de overeenkomst tussen The Osmonds, Hanson en Kings of Leon? Juist, dat het alledrie familiebands zijn, en aan dat rijtje kunnen we nu Echosmith toevoegen. Echosmith bestaat uit drie broers en een zus, die met de nodige hulp van hun vader (hij heeft namelijk meegeschreven aan al hun nummers), met een prima debuutalbum komen. De band zegt beïnvloed te zijn door onder andere The Smiths en Joy Division, maar laat je niet misleiden: die invloeden zijn slechts sporadisch te herkennen. In werkelijkheid maakt Echosmith gezellige, vrolijke en pretentieloze popliedjes, in de lijn van hun doorbraaksingle Cool Kids. De jaren ’80-invloeden zijn wel te horen, maar dan meer de hitparadekant. Ook songs als Come Together en Let’s Love zijn pakkende deuntjes die lekker wegluisteren. Af en toe doet de band het wat rustiger aan, zoals op Bright, maar over het algemeen zit er een lekkere vaart in. Prima vermaak, zo tussen The Smiths en Joy Division door. Arnout de Vriesdanko jones fire musicDanko Jones – Fire Music (Suburban)
Met een paar snoeiharde riffs en agressief beukend drumwerk wordt het startsein gegeven voor Danko Jones’ nieuwe album ‘Fire Music’. De behandelsessies die de stoere Canadees al achttien jaar lang ondergaat heeft menig relatietherapeut de moed in de schoenen doen laten zakken. Is er dan geen enkele hoop meer op het gebied van liefde voor de grofgebekte brulboei? Nee dus, maar het heeft wel mooi een half dozijn prachtalbums opgeleverd voor de liefhebbers van ruwe, ongepolijste en vooral compromisloze rock. Op ‘Fire Music’ slaagt het trio er in om nog een stapje verder te gaan. Frustraties hebben plaatsgemaakt voor een oorlogsverklaring, tissues zijn vervangen door ‘Body Bags’. ‘You Don’t Listen To Love Anymore’, snauwt hij zijn ‘Wild Woman’ toe om zich vervolgens hardop af te vragen: ‘Perhaps She’ll Listen To Hate?’. Ook de ellenlange smeekbedes behoren nu voorgoed tot het verleden. ‘Gonna Be A Fight Tonight’, aldus een strijdbare Danko die zijn vorige drummer wegens een gebrek aan pro-activiteit de laan uitstuurde. Nee, Danko heeft het zichzelf wederom niet gemakkelijk gemaakt maar laten we alsjeblieft hopen dat de ware liefde voor hem nog minimaal vijf albums op zich laat wachten. Jeroen Bakker

Album Reviews: Dan Deacon en Father John Misty

deacon_glissrifferDan Deacon – Gliss Riffer (Domino)
Hij studeerde ‘compositie in elektro-akoestische en computermuziek’ aan het conservatorium, speelde ondertussen in een skaband en een grindcoreband, speelde tuba bij een singer-songwriter, en had een klein kamerensemble. Kortom, Dan Deacon is zeer veelzijdig. Hij is nog altijd veel met klassieke muziek bezig en sinds 2007 is hij doorgebroken als solo-artiest. In die hoedanigheid maakt hij elektronische muziek vol met rare sampletjes en stemmetjes die elkaar in hoog tempo opvolgen. Niet voor iedereen weggelegd dus, sommigen noemen het dan ook ADHD-muziek.

Op zijn nieuwe album Gliss Riffer doet Deacon het echter wat rustiger aan. Zo is opener Feel the Lightning een heel gemoedelijk begin, eigenlijk gewoon een wat apart maar wel pakkend popliedje. Grappig detail is dat de vrouwenzang aan het begin geen vrouwenzang is, Deacon heeft zijn eigen stem vervormd. Verder in het album komt er wel wat meer tempo in, maar nergens verliest Dan Deacon de melodie uit het oog, wat vooral Meme Generator tot een hoogtepunt maakt. Ook Learning to Relax, ironisch genoeg het drukste nummer van het album, is erg sterk en doet het meest denken aan zijn vorige albums. De laatste twee instrumentale nummers weten wat minder te overtuigen, maar al met al heeft Deacon weer een zeer vermakelijk album afgeleverd. Arnout de VriesFjm-iloveyouhoneybearFather John Misty – I Love You, Honeybear (Bella Union / PIAS) 
Lovende recensies en een uitverkocht optreden in Paradiso Noord (Tolhuistuin). Het gaat heel erg goed met Father John Misty en om dat te begrijpen hoef je alleen zijn nieuwste plaat maar eens op te zetten. Vanaf het eerste liedje, meteen de titeltrack van het album, overtuigt deze Amerikaanse folkartiest namelijk onmiddellijk. Een mooie warme sound en een toegankelijke song nestelt zich in je gehoor en al snel valt de dagelijkse sleur van je af. Weinig liedjes zorgen zo snel voor dat effect, maar dit is er eentje.

Joshua Tillman, die in de muziekscene door het leven gaat als Father John Misty, voegt wat knisperende electronica toe aan die heerlijke folksound in een song als True Affection, maar een nog groter hoogtepunt is te vinden in The Ideal Husband. Het volume gaat flink omhoog en in het outro wordt een scheurende elektrische gitaar van het slot gehaald op een bijna net zo legendarische wijze als in Radioheads Creep.

Ook opmerkelijk goed is de ballad Bored In The USA. Niet zozeer een parodie op de grote hit van Bruce Springsteen, maar een Elton John of Don McLean-achtige ballade compleet met lachbandjes die normaal alleen gebruikt worden voor comedy shows op televisie. Zeer aparte luisterervaring, die misschien wel symbool kan staan voor dit gehele album. Want dit album staat tjokvol met mooie liedjes en door de vele verrassende wendingen die ze hebben, weet het steeds een avontuurlijk en experimenteel randje te behouden. Zodoende heb je erg lang plezier van I Love You, HoneybearThomas Spiekerman