Gezien: Pixies, 23 maart 2024, Paradiso, Amsterdam
Tekst en foto’s: Pieter Visscher
The Pale White opent de avond van het derde achtereenvolgende optreden van Pixies in een drie dagen lang uitverkocht Paradiso. De twee dagen ervoor stond de band uit Newcastle ook in het voorprogramma van de Amerikanen. Natuurlijk draait het allemaal om Pixies vanavond, maar de zaal is al goed volgestroomd tijdens het voorprogramma en wat een enthousiasme valt het trio ten deel. Zij, beïnvloed door onder meer Nirvana, Pixies (!), QOTSA en Interpol, zijn een band om in de gaten te houden de komende tijd. De indierock van de heren is overtuigend. Zanger/gitarist en bassist met identieke kapsels (messcherpe middenscheiding) en een zeer enthousiaste én grappige drummer. Uit Newcastle komen ze. Een van de luidere applauzen die we hoorden in al die jaren voor een voorprogramma in Paradiso. Dat zegt genoeg.
Briljante opwarmer voor Pixies. Dat sinds kort weer een nieuwe bassist heeft. Het gaat om Emma Richardson, die bekend is van de Engelse rockformatie Band of Skulls. Ze heeft een uitstekende stem, die wel wat aan het geluid van een van haar voorgangsters Kim Deal doet denken. Frank Black zelf is ook in vorm, terwijl hij toch wel wat vraagt van zijn stembanden, avond na avond. Niet waar het aankondigingen van nummers betreft of ander gereutel. Black houdt het bij een korte babbel vooraf, waarin hij vertelt dat chronologisch Bossanova (1990) en Trompe Le Monde (1991) worden gespeeld. Alsof er iemand is die dat niet wist. “Did anybody lose any teeth during te pandemic? I lost two teeth, but I put them in my guitar”, zijn wat andere zinnen die hij bezigt. Charles Michael Kittridge Thompson (echte naam) en ook nog bekend onder alter ego Black Francis heeft nog wat kleine feitjes over een enkel liedje in petto en daar houdt het dan ook op. Klokslag 20.30 uur starten de vier en na anderhalf uur keert de massa, murw gebeukt, huiswaarts. Tevreden, uitgelaten. Drukte bij de T-shirts.
Gestart wordt dus met Bossanova met zijn veertien tracks. Zo’n goeie plaat dat het wel lijkt alsof je de greatest hits voorbij hoort komen. Want zo goed is Pixies nou eenmaal. De band maakte vier prachtalbums tussen 1988 en 1991. Na die periode ging Black solo verder en niet zonder succes. Teenager of the Year (1994) is bijvoorbeeld een meesterwerk. In 2004 hergroepeerde de band en tien jaar later verscheen ook een vers album: Indie Cindy.
Maar het draait in Paradiso om de twee eerdergenoemde platen. Na het afronden van een oorverdovend hard gespeeld Bossanavo vertelt Black toch maar even dat ze nu verder gaan met Trompe Le Monde. Track één, het titelnummer, zorgt meteen voor de grootste moshpit voor in de zaal. Waar jong en oud in opgaat. Mooi om te zien dat er publiek van alle leeftijden afkomt op Pixies. Vaders met dochters of zoons en moeders met hun kroost. Of jeugdigen zonder ouders, die zijn er ook voldoende. Tijdens Planet Of Sound gaat het dan voor het eerst écht los. Wat een energie en kracht zit er toch in de song. Black gebruikt de nodige reverb, zoals ook op plaat gebeurt, waardoor de benadering van zijn originele studiostem dichtbij komt. Hij krijgt na elk nummer een andere gitaar om z’n nek gehangen door roadies. De onverstoorbaar briljante Joey Santiago gebruikt wat vaker dezelfde snaren. Minstens zo stoïcijns is drummer David Lovering. Nog altijd retestrak overigens. Net als Pixies zelf. Er zit geen spoortje sleet op een van de beste rockbands aller tijden. Fenomenaal en nog immer in een grandioze topvorm. Overrompelend.