Nieuwe producer en dan is het altijd maar weer afwachten wat dat doet met het geluid van een band. Interpol trok voor Marauder landgenoot Dave Fridmann aan, die een enkeling mogelijk kent van zijn werk voor onder meer Mogwai, The Flaming Lips en MGMT. Wie een wat avontuurlijker geluid verwacht met die wetenschap komt evenwel bedrogen uit.
Gelukkig doet de New Yorkse band nog gewoon waar ze goed in is, op het zesde album sinds 2002, toen de muziekwereld verblijd werd met het onverslijtbare Turn On The Bright Lights. Ook op de tussenliggende vier albums hebben de Amerikanen geen steken laten vallen. Je kunt blindvaren op een bepaalde klasse wanneer Interpol een langspeler uitbrengt.
Marauder is niet het beste wat de band heeft gecomponeerd. Het is geen meesterwerk, een kwalificatie waar de heren een paar keer aanspraak op mochten maken. De grootste kracht van Interpol is misschien wel dat er nooit sprake is van een bepaalde degelijkheid. Die bovendien ook nooit op de loer ligt. Verzekerde kwaliteit derhalve.
Voor een bepaald gedeelte is die toe te schrijven aan het charismatische stemgeluid van Paul Banks, terwijl Marauder geen zwakke composities kent. Tekstueel is Banks geregeld op z’n persoonlijkst. Kapotte relaties komen voorbij. De schatplichtigheid aan Joy Division is in de loop der jaren wat minder prominent aanwezig, hoewel Curtis cum suis nog altijd na-echoën. The Rover, met dat verslavende bas- en drumritme en het meeslepende NYSMAW (now you see me at work) zijn klassiekers in wording. Pieter Visscher
LIVEDATA 27/11 TivoliVredenburg, Utrecht 28/11 Vorst National, Brussel (BE)