POM – Kim

POM legde de lat meteen heel hoog met ijzersterke debuutsingle, Down The Rabbit Hole. Helaas haalde de band dat niveau niet nog een keer met de twee daaropvolgende singles. Niet dat Eat Me, I’m Sad en Two slecht waren, ze staken alleen wat bleekjes af bij het geweldige openingssalvo.

Gelukkig herpakt de Amsterdams band zich met single nummer 4, Kim. Wie Kim is weten we niet maar zij(?) weet te inspireren. Kim heeft pit, fantasie en flair.

Nederland heeft geen gebrek aan lekker gekke indie-bands met een meid aan kop. Je moet dus van goede huize komen wil je positief opvallen. Maar dat doet POM dus met Kim. Alles klopt, de song, de productie, de sfeer, maar bovenal de assertieve zang van cynical girl Liza.

The Limiñanas & Laurent Garnier – Saul

Vrijwel alles was The Limiñanas uitbrengt valt in goede aarde bij de Pinguin people. Naar verwachting zal dan ook nieuwe single Saul zijn weg naar de Graadmeter wel weer weten te vinden.

Ondanks de inbreng van dance notabel, monsieur Laurent Garnier is Saul geen dansnummer pur sang. De samenwerking van het Zuid-Franse psychedelische garage rockduo met de Noord-Franse techno producer is een song in de lijn van de aartsvader van de Franse popmuziek, Serge Gainsbourg. Dat komt niet zozeer door de monotone en daardoor hypnotische beat als wel de mompelende tekstvoordracht van, naar wij aannemen Lionel Limiñana. 

De samenwerking tussen Lionel , Marie en Laurent is niet beperkt gebleven tot deze ene track. Het trio heeft een compleet album gefabriceerd, De Película dat in het najaar wordt verwacht.

Liz Lawrence – Down For Fun

Liz Lawrence heeft een naam op te houden en dat is precies wat de maakster van None Of My Friends en California Screaming doet met nieuwe single Down For Fun.

Wie ons Liz een beetje kent, weet dat Down For Fun een ironische titel is. Liz is nou eenmaal geen fuifnummer. We hebben hier te maken met iemand die haar zelfgebouwde studio The Coffin heeft genoemd. Down For Fun gaat over het voornemen om ooit open te staan voor meer lol in het leven, maar nu dus even niet.

De nieuwe single begint met een gitaargeluid dat klinkt als een zwerm muggen, met haar zang brengt Liz rust in een nummer dat zich ontpopt als donker getinte semi-ballad in eigentijdse indie-diva stijl, Angel, Sharon, Lana die fiets. Die muggen komen nog wel een paar keer terug, maar blijkbaar zijn het mannetjes want steken doen ze niet.

The Effens – Pavement Age

Er blijkt dus ook zoiets als post-grunge te bestaan. Pavement Age van The Effens uit Toronto zou een voorbeeld zijn van de stijl. Inderdaad wordt er stevig gerockt, klinken de gitaren flink gruizig en haalt de zanger af en toe uit op zijn Corbain-iaans.

Wat nieuw is vandaar waarschijnlijk dat post is een saxbreak halverwege het nummer. Ja dat lees je goed, een break, soort solo zelfs van een saxofoon! En juist die onverwachte inbraak maakt Pavement Age meer dan gewoon een lekker liedje en The Effens een band om in de smiezen te houden.

Pond – America’s Cup

Pond volgt het prima Pink Lunettes op met het nog betere America’s Cup. Aan de nieuwe single valt goed af te horen dat de band afstamt van Tame Impala. Pre-disco Tame Impala dan.

America’s Cup heeft weliswaar een dansbare beat, maar is niet perse een dance-track. Het is eerder een protestsong over de teloorgang, lees gentrificatie van het ooit lieflijke Fremantle, een voorstad van Perth in Australië. Voor projectontwikkelaars grip op de kuststad kregen was het een hippe plek vol kunstenaars en ander creatief volk. De band legt de schuld van de verandering bij de America’s Cup, een prestigieuze zeilwedstrijd die in 1983 werd gewonnen door de jachtclub van Perth. Daarna is het grootkapitaal op Fremantle neergestreken met alle volgens Pond rampzalige gevolgen.

America’s Cup is de tweede single van het alweer 9e album van Pond, de eerste die niet is geproduceerd door Kevin Parker. Er zullen waarschijnlijk nog wel meer singles uitkomen voor de album release, want Pond 9 verschijnt pas in oktober.

Sons of Raphael – Yeah Yeah Yeah

De verhalen die over Sons Of Raphael de ronde doen zijn te mooi om waar te zijn. Zo zou het duo het complete opnamebudget van hun debuutalbum op de uitkomst van een basketbalwedstrijd hebben gezet. Hun club won waarna ze de winst besteedden aan een orkest van 35 man. Een ander waarschijnlijk apocrief verhaal is dat ze tijdens de opname van een videoclip in een kapel voor het nummer ‘Eating People’ door een pastor het gebouw zijn uitgezet omdat hij dacht dat ze duivelaanbidders waren. En zo zijn er nog wel meer voorvallen die waar of niet waar in ieder geval illustreren dat Sons Of Rafael niet je zoveelste popduo is.

Lorel en Ronnel Raphael hebben hun jeugd grotendeels doorgebracht in Engelse kostscholen. Hun ouders zouden het te druk hebben gehad met hun werk als theoloog. Ze zouden op een gegeven  moment zo diep in leven en werk van L. Ron Hubbard zijn gedoken dat iedereen dacht dat ze tot de Scientology kerk waren toegetreden, iets wat de broers sterk ontkennen.

Dat het geestelijke leven van hun ouders zijn sporen heeft nagelaten op hun kroost mag je afleiden aan songtitels als ‘He Who Makes The Morning Darkness’, ‘On Dreams That Are Send By God’ en ‘I Sing Songs For The Dead’. Het debuutalbum van  Sons of Raphael  draagt de titel Full-Throated Messianic Homage, vurig messiaans eerbetoon. Vergeleken bij de ideeënwereld van het tweetal is hun muziek relatief orthodox. Net zo orthodox en ook net zo retro, zeg maar als de muziek van acts als Jacco Gardner, Foxygen en MGMT. 

Single Yeah Yeah Yeah is een van de songs waarop het eerder genoemde orkest te horen is. Vanwege Ronnel’s lenige falsetstem heeft het nummer wel iets weg van de Beach-Boys in hun psychedelische periode.  Of je Sons Of Raphael trekt of niet is smaak afhankelijk, dat het een interessant stel is zal niemand ontkennen.

Sharon Van Etten & Angel Olsen – Like I Used To

Gastoptredens zijn aan de orde van de dag. Bekijk willekeurig welke hitlijst en het woord ‘featuring’ danst voor je ogen. Ouderwetse duetten daarentegen zijn vrij zeldzaam. Het muzikale samengaan van Sharon van Etten en Angel Olsen laat horen wat we missen. ‘A match made in heaven’ heet dat in het Engels.

De samenwerking tussen de indie-diva’s lag ook wel voor de hand, ze zijn muzikale familie en er is al jaren sprake van een wederzijdse bewondering. Van een echte ontmoeting was het echter nog nooit gekomen. Het was Sharon die de stoute schoenen aantrok. Ze belde Angel en toen die enthousiast reageerde stuurde ze vrijwel meteen een nummer op waar ze aan bezig was. Anglel dook er gelijk volop in en ‘the rest, as they say is history’.

Like I Used To klinkt precies als je zou verwachten, maar dan nog net iets beter. Het is een ballade van Spectoriaanse proporties. Twee violen erbij en een vergelijking met Meatloaf zou zich hebben opgedrongen. Maar zoals het nu is is het precies goed, bombastisch, maar bevlogen. Voor de gelegenheid heeft producer John Congleton, die eerder met beide dames heeft gewerkt iets van een supergroep weten te charteren, met leden van The War On Drugs, Death Cab For Cutie en Dawes.

We kunnen alleen maar hope dat de dames de smaak te pakken hebben.

Pop Evil – Survivor

Versatile, zo heet het nieuwe alweer zesde studioalbum van het Amerikaanse Pop Evil. De band heeft grofweg twee soorten nummers, dak-eraf rockers en aansteker-ballads beiden gestoken in een glimmend metalen harnas.

Nieuwe single Survivor is een beetje van alle twee wat. Het tempo ligt relatief laag maar het stoerheidsgehalte is daarentegen weer flink hoog. Dat kan ook moeilijk met een trotse tekst als ‘I’m A Survivor”. De potige, meerstemmige leadzang wordt afgewisseld met sterke stukjes gitaarwerk. Halverwege is er een spacey break die ons er aan herinnert dat we in de 21ste eeuw leven en niet in de jaren zeventig/tachtig van de vorige. Versatile is uit.

Phoebe Green – IDK

Phoebe Green houdt de bal hoog. Maakte ze indruk met Reinvent. Opvolger IDK, wat staat voor I Don’t Know is misschien nog sterker. Phoebe’s nieuwe single gaat over apathie,  over het verlammende gevoel dat ze soms krijgt als ze teveel op haar bordje krijgt en dan even niet meer weet wat ze moet doen.

De muziek weerspiegelt de emotie. Je zou IDK kunnen omschrijven als een nerveuze ballad. De nervositeit uit zich in een vrijwel constant aanwezige synthesizer dat een geluid produceert dat nog het meest wegheeft van een mug op oorlogspad. De onrust wordt nog eens extra gevoed door een gitaarbreak die niet had misstaan op een van Bowie’s Berlijn albums.

Dat IDK toch de sfeer van een ballad heeft komt door de lekker loom gezongen refreinen. Kortom alweer een bijzonder plaatje van de 22 jarige indie-diva in spe uit Manchester.

 

Hamish Hawk – Calls To Tiree

Hamish Hawk is een jonge Schotse zanger die niet vies is van een beetje pathetiek. Ondanks het feit dat hij al twee albums op zijn naam staan heeft Hamish nog wel wat terrein te winnen wat bekendheid betreft. Maar wat er nog niet is lijkt in aantocht. Zijn vorige single haalde de playlist van een Amerikaans en een Duits radiostation en zijn nieuwe die van een Nederlandse!

Hawk’s bariton doet wel aan de legendarische Scott Walker denken. Ook fans van Marlon Williams zullen de oren spitsen. Al presenteert Hamish Hawk zich als solo-artiest. Zijn songs schrijft en speelt hij met een vaste band. Die komen vol aan de bak in het slot van Call To Tiree dat bijna ontspoort met zijn wervelende gospelorgel en sterk vervormde gitaar.

Call To Tiree is één van de tien tracks van het binnenkort te verschijnen Heavy Elevator album van Hamish Hawk.