Kent iemand Gram Parsons? Max Jury wel. Parsons was een van de grondleggers van de countryrock. Dat deed hij als lid van The Byrds, oprichter van The Flying Buritto Brothers en maker van twee soloalbums. En toen ging de boezemvriend van Keith Richards dood, veel te jong aan de drank en de drugs. En nu is Gram Parsons een legende, die dus nog steeds zieltjes wint. Parsons wilde kosmische Amerikaanse muziek maken, een mix van oerstijlen als country, gospel en blues. Dat wil Max dus ook. De 22 jarige inwoner van Des Moines, Iowa laat de release van zijn tweede album vooraf gaan door de single Numb, waarop hij wordt begeleid door een gospelkoor(tje). Jury die vorig jaar redelijk succes had met zijn debuutalbum en de daarvan afkomstige single, Black Metal toert in mei door Europa, de 22ste zal hij te zien zijn in de Paradiso.
Author: Flip van der Enden
Rival Sons – Hollow Bones pt 1
Dat degelijk helemaal niet saai hoeft te zijn en retro ook niet altijd ouderwets bewijst Rival Sons met hun nieuwe stadionrocker, Hollow Bones pt 1. Rival Sons is een hardwerkende band. Als ze niet toeren dan zijn ze wel in de studio te vinden. Hollow Bones pt 1 is de voorbode en tevens titelnummer van een vijfde langspeler.
De band uit Long Beach California is vaak te vinden in gezelschap van acts die teren op oude roem. Zo staan ze momenteel in het voorprogramma van Black Sabbath. In het verleden heeft de band regelmatig geopend voor rimpelrockers als Kiss en Alice Cooper. Eigenlijk is dat jammer om niet te zeggen zonde, Rival Sons is veel te goed om als waterdragers van ooit illustere voorgangers door het leven te gaan. Hollow Bones pt 1 is bijvoorbeeld beter dan het recente werk van Wolfmother. Daarnaast heeft de band met nummers als Open My Eyes, Keep On Swinging, Good Times en nu Hollow Bones bewezen zelf blijvertjes te kunnen schrijven. Echt origineel kan je de band niet noemen, maar wat maakt dat uit als je gewoon goed bent.
Yeasayer – Gerson’s Whistle
Yeasayer brengt zo’n beetje iedere week een nieuwe track uit. Spaar ze allemaal en je hebt uiteindelijk het nieuwe album van de band uit Brooklyn. De vier songs die tot nu toe online zijn gekomen, verschillen nogal van elkaar. Wie Yeasayer een beetje heeft gevolgd in de loop der jaren, weet dat de band geen toe recht aan popliedjes maakt. Experimenteren staat hoog in het vaandel, desondanks zijn alle nieuwe nummers redelijk toegankelijk. Je moet ze een keer of tien horen voordat je kan een beetje mee kunt zingen, maar toch.
Opvallend aan de nieuwe songs is de prachtige samenzang, niveau Beach Boys. Nergens klinken de vocalen zo mooi en zo hemels als in Gerson’s Whistle. Met vier tracks in de pocket begint het vermoeden wortel te schieten dat Amen & Goodbye, album nummer vier van Yeasayer wel eens hun meesterwerk zou kunnen zijn. Mid juni staat de band op Best Kept Secret, zorg dat je er bij bent.
Whitney – Golden Days
Het is moeilijk om op te vallen tussen de dik 1400 bands op een new music festijn als SXSW in Austin, maar Whitney is het gelukt. Nu had de band ook een streepje voor, een hit en een stamboom. Die hit heet Woman, de nobele afkomst is een verleden in Smith Western (de gitarist) en Unknown Mortal Orchestra (de drummer). Wat ook helpt is dat Whitney een countryrock band is, een stijl die momenteel weer helemaal hip is.
De single Woman was een mooie introductie, de opvolger Golden Days is minstens zo aantrekkelijk, hoge stemmen, akoestische gitaren, een strijkje en een karaktervolle slidegitaar. Sinds het enthousiast ontvangen optreden in Austin weten we dat de band ook op de bühne weet te boeien, goed nieuws dus dat de band onze kant op komt. Whitney is nu bezig aan een uitgebreide tournee door de VS en zal dus beslagen ten ijs komen als ze op 22 juni neerstrijken in het het sympathieke krakershol OT133 in Amsterdam. Tegen die tijd is het album ook al lang en breed verkrijgbaar.
Tourist LeMC
Tourist LeMC is Johannes Maes, een taaltovenaar uit Antwerpen die vaak gepresenteerd wordt als rapper, maar wat vorm en inhoud van zijn songs betreft minder gemeen heeft met Lil’ Kleine dan met bijvoorbeeld Raymond van het Groenwoud. Sinds zijn debuut in 2013 met het Antwerps Testament album uit Maes zich in een persoonlijke stijl die weliswaar nauw verwant is aan rap, maar gespeend is van vrijwel alle clichés die het genre typeren. Je zult Johannes niet vaak horen vloeken, aan valse rijm doet hij niet, straattaal bezigt hij met mate, eventueel drank en drugs misbruik houdt hij voor zich en pochen over zijn libido is niet zijn ding. Maes is een man met een missie. Hij is geen onverbeterlijke wereldverbeteraar, maar voelt wel de behoefte om goed te doen en indien mogelijk hoop en troost te bieden. Dat dat niet altijd even makkelijk is, is een thema van het mooie melancholieke Horizon.
Cullen Omori – Cinnamon
Tot voor kort was Cullen Omori zanger van Smith-Westerns, een band die zeker wist te boeien met prima powerpop songs als Weekend en 3 AM Special. Waarom de band geïmplodeerd is weten we niet. Gelukkig wordt het gemis grotendeels goed gemaakt door de release van Omori’s eerste album onder eigen naam. De overeenkomsten tussen Smith Westerns en Omori solo zijn groter dan de verschillen. Ook zonder band maakt Omori toegankelijke muziek met een twist en invloeden die lopen van sixties pop tot new wave uit de eighties. Vergeleken met de toch wel gelikte glam sound van zijn oude band klinkt Omori’s album bijna lo-fi. De ‘ongelikte’ productie accentueert de spontaniteit en urgentie van Omori’s bij tijd en wijle donkere popsongs. Hij noemde zijn album niet voor niets New Misery. De plaat is uit bij Sub Pop (Beach House, Fleet Foxes, Father John Misty) dat al sinds ze het debuutalbum van Nirvana de wereld inslingerden garant staat voor eigenzinnige indie van uitzonderlijk hoog niveau.
IJsbreker: Spring King – Rectifier
Een jaar geleden nog nam Spring King demootje’s op in de woonkamer van de moeder van de zanger. Nu staat de band onder contract bij een multinational en spelen ze de concurrentie onder tafel. Vraag maar aan Kaiser Chiefs dat zo (on)verstandig was het kwartet uit Manchester te charteren als voorprogramma. Spring King maakt deel uit van de nieuwe golf jonge Britse gitaarbands, die niet op een decibelletje meer of minder kijken. Stagediven en crowdsurfen zijn veelvoorkomende activiteiten bij optredens van de lente koninkjes.
Baas van de band is drummende zanger Tarek Musa. Musa, de naam is Pools noemt The Beach Boys als zijn favoriete band, maar als je de de enerverende ruisrock van Spring King hoort denk je eerder aan The Pixies of aan een opgevoerde Jesus & Mary Chain dan aan de mooi weer pop van de Wilson broers. Rectifier is niet de eerste track die we draaien van Spring King. Eind vorig jaar dreef het eveneens zeer enerverende Who Are You in ons net. Sindsdien zijn we hooked en er aardig van overtuigd dat de band een speler van formaat gaat worden, is het niet dit voorjaar dan toch zeker dit najaar.
Nothing But Thieves – Excuse Me
Dat Thieves in de bandnaam moet ironisch bedoeld zijn. Nothing But Thieves is namelijk een van de meest oorspronkelijke bands die momenteel actief zijn. Het bewijs, indien niet eerder geleverd is de nieuwe single van de Britten. Excuse Me is een meer dan uitstekende song die niet direct te herleiden is tot een bepaalde bron. Onze liefde voor de dievenbende uit Essex moge duidelijk zijn. De band maakte zijn Nederlandse podiumdebuut op ons feest in Paradiso vorig jaar en Excuse Me is de 5e track die we van ze draaien. Alle songs staan op het vorig jaar verschenen debuut van Nothing But Thieves. Meestal vinden we het na drie singles van een album wel welletjes, maar de singles van Nothing But Thieves zijn allemaal anders en allemaal goed. En niks ten nadele van Tripswitch, oud-IJsbreker Wake Up Call en Ban All The Music, maar Excuse Me is misschien nog wel de beste en oorspronkelijkste track van het imposante debuutalbum van Nothing But Thieves.
Haelos – Pray
Triphop, ken je die uitdrukking? Als je de jaren negentig hebt meegemaakt zeker. Grote kans dat je dan albums in de kast hebt staan van Portishead en Massive Attack, net als de leden van Haelo. Het zal niemand ontgaan zijn dat de jaren negentig bezig zijn aan een comeback. Niet alleen muzikaal maar ook wat mode betreft. Zo gaat dat. Er komt een moment dat een generatie oud genoeg wordt om nostalgische gevoelens te koesteren. Dat geldt overigens niet voor Arthur, Dom en Lotti, die kwamen nog maar net kijken toen feestgangers weer een beetje neerdaalden op de klanken van songs als Glory Box en Teardrop. Dat verklaart ook de voortvarendheid waarmee het trio de muziek naar hun hand zet. Haelos is zeker geen eerbiedig naboots -orkest, eerder een een stel jonge honden dat zijn voordeel doet met een stijl die tegelijkertijd een herwaardering toe is en wel wat vers bloed kon gebruiken. Haelos treedt ook op, heel veel zelfs. Helaas (nog) niet bij ons.
Orange Maplewood – Sorry (I Never Believed In A Rock ‘n Roll Star)
Twee aan elkaar gewaagde gitaren, een bassist die regelmatig vergeet dat de traditie voorschrijft dat bassisten cool en ongenaakbaar horen te zijn en een drummer die gelukkig een uitlaatklep heeft gevonden voor zijn tomeloze energie anders was hij waarschijnlijk in aanraking gekomen met justitie. De naam van de band is Orange Maplewood. Het kwartet met wortels in het oosten en connecties met (alweer) het Conservatorium van A’dam, heeft een nieuwe EP uit met drie opmerkelijke nummers in een stijl die het midden houdt tussen grunge en Britpop, tussen post-rock en powerpop. Sorry (I Never Believed In A Rock ‘n Roll Star) is het openingsnummer van de EP en voor wie het debuutalbum uit 2014 heeft gemist een prima introductie tot de stevig rockende band. Orange Maplewood wil de start van een nieuwe fase in hun bestaan niet onopgemerkt voorbij laten gaan en heeft daarom een releasefeestje georganiseerd en wel op 1 april (geen grap, wel leuk) in Cinetol in Amsterdam. Op 8 april verzorgd de band de aftershow van Weezer in de HMH. Verder is de kans groot dat je Orange Maplewood deze zomer tegen gaat komen op een festival bij jou in de buurt.