Revolver bracht een culturele verandering teweeg

Revolver: het album van The Beatles uit 1966 dat alles veranderde. Door populaire muziek van zijn as te laten draaien en een levendig nieuw tijdperk van experimentele, avant-gardistische sonische psychedelica in te luiden, bracht Revolver een culturele verandering teweeg en markeerde een belangrijke wending in de eigen creatieve evolutie van The Beatles. Met Revolver zetten John Lennon, Paul McCartney, George Harrison en Ringo Starr samen koers naar een nieuwe muzikale zee aan schoonheid.

Revolver is nu wereldwijd uitgebracht in een reeks prachtig gepresenteerde, nieuw gemixte en uitgebreide special edition-pakketten door Apple Corps Ltd./Capitol/UMe. De 14 nummers van het Revolver-album zijn opnieuw gemixt door producer Giles Martin (de zoon van) en engineer Sam Okell in stereo en Dolby Atmos, en de originele monomix van het album is afkomstig van de monomastertape uit 1966. De meeslepende nieuwe Special Edition van Revolver volgt op de alom geprezen geremixte en uitgebreide Special Editions van Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band (2017), The Beatles (White Album) (2018), Abbey Road (2019) en Let It Be (2021). Het is ongelooflijk dat Martin jr. er toch maar weer in geslaagd is geluiden naar voren te halen die we in vorige opnames nog niet hoorden. Luisteren is geloven.

Alle nieuwe releases van Revolver bevatten de nieuwe stereomix van het album, rechtstreeks afkomstig van de originele mastertapes met vier nummers. De audio wordt met verbluffende helderheid weergegeven met behulp van geavanceerde de-mixing-technologie die is ontwikkeld door het bekroonde geluidsteam onder leiding van Emile de la Rey van Peter Jacksons WingNut Films Productions Ltd. De fysieke en digitale superdeluxe-collecties bevatten ook de de originele monomix van het album, 28 vroege opnames van de sessies en drie homedemo’s, en een ep met vier nummers met nieuwe stereomixen en geremasterde originele monomixen voor Paperback Writer en Rain.

6 april 1966 verzamelden The Beatles zich in Studio Three van EMI Studios (nu Abbey Road Studios genoemd) voor hun eerste Revolver-opnamesessie. Met hun producer George Martin, geflankeerd door opnametechnicus Geoff Emerick en technisch ingenieur Ken Townsend gingen ze er als een speer vandoor. Te beginnen met Tomorrow Never Knows. De etherische zang van John (gevoed door zijn microfoon via een roterende Leslie-luidspreker), vernieuwende bandloops – waaronder Paul die ‘ah, ah, ah, ah’ zegt, die wanneer versneld een geluid produceerde dat lijkt op het gekrijs van een zeemeeuw – komen samen met Ringo’s donderende gedrum. Weergaloos is een understatement.

Ásgeir – Time On My Hands

Ásgeir – Time On My Hands (One Little Independent)

Om maar even met de deur in huis te vallen: Bury The Moon (2020) van Ásgeir is een van de allermooiste albums die het daglicht hebben gezien op onze planeet. Een ongekend meesterwerk. Moet bij iedereen in de platenkast staan. Wat een óngelooflijke schoonheid. Ásgeir schreef het in 2020 toen hij kapot was van een verbroken relatie en zich ergens een paar weken solitair opsloot in the middle of fucking nowhere in IJsland. Ásgeir Trausti Einarsson steeg naar grote hoogtes.

Inmiddels gaat het weer een stuk beter met Ásgeir en dat heeft zijn weerslag op de muziek. Niet dat die ineens stúkken minder is geworden, maar laten we het zo zeggen: een nieuwe, pijnlijke relatiebreuk had Time On My Hands zonder twijfel ten goede gekomen. Want nu hebben we ‘slechts’ te maken met een uitstekend album. Met tien liedjes. Die ook tien jaar Ásgeir markeren. We zijn blij voor Ásgeir, uiteraard, die weer goed in zijn vel zit. Laat dat voorop staan.

Time On My Hands is een typische Ásgeir-plaat, zonder de experimenteerdrift van Afterglow (2017), waarop Ásgeir te veel stoeide met allerhande elektronica en de compositie plots uit het oog verloor. Het liedje eist de hoofdrol op op Time On My Hands en dan hoor je weer dat de IJslander vol in z’n kracht staat (vreselijk marketingzinnetje). De liedjes zijn dartel en hebben geen productionele hoogstandjes nodig om tot volle wasdom te komen. Voor de productie is Ásgeir ook ditmaal voor het grootste deel verantwoordelijk.

Hij schreef alles weer zelf en bespeelt bovendien alle instrumenten. Op de hoorns, trombone, saxofoon en trompet na. Time On My Hands is een heerlijke herfstplaat, die je omhelst wanneer je dat even nodig hebt. Het zijn immers donkere dagen. Ásgeir sleept ons er hoogstpersoonlijk doorheen. Het verrukkelijke Snowblind sleept ons zelfs de dansvloer op. Doe je mee? Pieter Visscher

 

 

 

 

Beach Bunny – Emotional Creature

Beach Bunny – Emotional Creature (Mom+Pop Music/Mattan)

Al heel even uit, maar wat in het vat zit verzuurt niet. Wees eerlijk. Goede wijn moet je ook altijd even laten liggen. Een maand of twee. Heb ik me laten influisteren.

Beach Bunny is als die goede wijn. Het tweede album van de band heet Emotional Creature en we weten dat Butch Vig fan is. Dan heb je ons. Butch omarmde BB al tijdens het debuut. Butch produceerde Nevermind. Weet je nog? Zijn enthousiasme is na het beluisteren van Emotional Creature geenszins getemd. Want die immer moeilijke tweede is een geslaagd geheel geworden. Gevuld met allemaal uitstekend in het gehoor liggende indiepop/rockliedjes.

Grootste troef die de band uit Chicago in handen heeft is noch gitarist Matt Henkels, noch drummer Jon Alvarado, noch bassist Anthony Vaccaro, maar zangeres Lili Trifilio. Zij draagt de gitaarsongs van het kwartet, met haar prettige, emotievolle stem. Een nummer als Oxygen gaat in huize Visscher zo 20 keer op repeat als we niet oppassen. Heerlijk, beklijvend rockliedje met wat punky kartelranden. Zo horen we het zo graag.

They don’t wanna see you the way I do
But life looks better through my worldview
Suddenly, everything is easy
I’ve never felt something so deeply
‘Cause with you, with you, I breathe again
Baby, you’re my oxygen

En met die tekst kunnen we ook wel uit de voeten. Heeft ze in Oxygen nou een dubbelzinnigheid verstopt? Vast. Liefdesliedjes zonder al te veel platitudes blijven sowieso onze voorkeur houden, hier bij Pinguin Radio. Oxygen zouden we, zonder de rest van de plaat tekort te willen doen, het prijsnummer kunnen noemen op Emotional Creature. Een album dat alle kaaarten op tafel legt. Trifilio zingt over haar worstelingen in het leven, haar onzekerheden, terwijl de vrolijke zaken in ons zinloze bestaan bovendien de revue passeren. Met een snuf cynisme. Zwarte humor om hartstikke vrolijk van te worden. Pieter Visscher

High Vis – Blending

High Vis – Blending (Dais)

Woede en hoop zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zoveel wordt wel duidelijk wanneer je luistert naar het tweede album van de Liverpoolse band High Vis, die met Blending een van de lekkerste rockalbums van dit jaar heeft afgeleverd.

Rock die uitwaaiert naar diverse richtingen – zullen we het postpunk noemen? – en die evenzoveel referenties oproept aan allerhande bands. We horen flarden van Joy Division, Oasis, Fontaines D.C. en ook wel wat Idles en Eagulls (voor de kenners).
De mannen zijn boos. Zo horen we het graag in roerige tijden zoals die van vandaag de dag. De arbeidersklasse is zo goed als dood roept Graham Sayle en je gelooft ‘m terstond. Woeste gitaren en rammende drums zetten de toon. Een tekst over fabrieken en scheepsdokken. Sayle hunkert naar oude tijden. Kon hij die situatie maar herstellen. “Als je het niet geeft, nemen we het, verdomme!” Sayle windt er natuurlijk geen doekjes om. Het nummer heet 0151, wat het netnummer van Liverpool is.

Trauma Bonds gaat over de nasleep van de zelfmoord van een vriend. Er klinkt wanhoop in Sayles stem. En die is niet gespeeld. Zo is Blending überhaupt een fantastische, oprechte plaat, van een band met een hoge urgentie en gunfactor. Hebben we nog geluk dat we hier zijn, vraagt-ie zichzelf af. Terwijl er bovendien wat licht door de wolken schijnt op Blending, waarmee we terugkomen bij die eerdergenoemde hoop.

Blending is een tekstueel geregeld grauwe plaat, maar lang niet alles is somber te noemen op deze negen tracks tellende plaat en ook niet in dit bestaan. Wees eerlijk. Niettemin staat Blending bol van de boodschappen, meningen, waarschuwingen. Oppervlakkigheid drijft ons uit elkaar, waarschuwt Sayle. Het kapitalisme krijgt uiteraard een flinke veeg uit de pan. De band borduurt tekstueel voort op de razernij die de toon voert op het debuut No Sense No Feeling uit 2019. Een plaat met dezelfde diepgang en geldingsdrang. 15 februari staat High Vis in de heerlijke Rotterdamse Rotown. Iets om nu al naar uit te kijken. Pieter Visscher

Zappa ’75: Zagreb/Ljubljana belangrijk stuk Zappa-geschiedenis

In de herfst van 1975, tegen het einde van een productief jaar waarin de productie van het One Size Fits All-album werd voltooid, een lentetour met Captain Beefheart (vereeuwigd op het livealbum Bongo Fury, uitgebracht in oktober van dat jaar) en een uitvoering van orkestwerken, speelden Frank Zappa en zijn band The Mothers hun eerste en enige shows in Joegoslavië, terwijl ze midden in hun herfsttournee zaten.

De Mothers of Invention Joegoslavische Extravaganza, zoals Zappa het noemde, vond plaats in Zagreb en Ljubljana (nu respectievelijk de hoofdsteden van Kroatië en Slovenië) op 21 en 22 november 1975 met de kortstondige en enigszins uitgeklede line-up van Andre Lewis (keyboards), Napoleon Murphy Brock (tenorsax en zang), Norma Bell (altsax, zang), Roy Estrada (bas) en Terry Bozzio (drums). Op typische Zappa-manier zorgde The Maestro ervoor dat deze historische shows achter het IJzeren Gordijn werden vastgelegd.

Zappa Records/UMe heeft Zappa ’75: Zagreb/Ljubljana nu uitgebracht, met de beste uitvoeringen van de Joegoslavische concerten in de exacte volgorde van de setlist van de show om voor het eerst de crème de la crème van elke avond te presenteren.  Geproduceerd door Ahmet Zappa en Zappa Vaultmeister Joe Travers. Het 27-track livealbum bevat bijna twee en een half uur volledig onuitgebrachte muziek en is digitaal beschikbaar (26 tracks zonder disc-breaks) of op 2cd, compleet met een 32 pagina’s tellend boekje vol met foto’s van het tijdperk en de line-up door Gail Zappa en John Rudiak met inzichtelijke liner notes van Travers, een interview tussen hem en opnametechnicus Davy Moire die de show opnam en van 1975-78 met Zappa werkte, plus een verslag en illustratie uit de eerste hand van drummer Terry Bozzio.

De details over de opnames van het concert zijn onbekend, maar op de een of andere manier was het zo georganiseerd dat de shows semi-professioneel werden opgenomen.

Een van de hoogtepunten van het album zijn de geïmproviseerde instrumentale jams van het concert, met name Chunga’s Revenge en Zoot Allures, die Zappa gebruikte als een palet om te experimenteren met solo’s en nieuwe riffs van de band in realtime te laten stuiteren.

Zappa ’75: Zagreb/Ljubljana is een belangrijk stuk Zappa-geschiedenis omdat het niet alleen Zappa’s enige optredens in Joegoslavië vastlegt, vroege versies van liedjes die fans zouden leren kennen en waarderen, maar ook deze unieke en zeldzame line-up die kort daarna zou verdwijnen.

Pixies – Doggerel

Pixies – Doggerel (BMG/Mattan)

Mag je van een band die er zo lang uit was en in 2014 opeens weer platen ging maken verwachten dat het heilige vuur er nog altijd is? Jazeker. En hebben de Pixies met Indie Cindy (2014), Head Carrier (2016) en Beneath The Eyrie (2019) dat dan ook bewezen? Absoluut. En ook met Doggerel is het weer raak. Klassiek Pixies-album. Echt waar. Het heilige vuur is er dus nog altijd. Hoor Frank Black eens heerlijk vocaal muren omver gooien in het knallende Dregs Of The Wine.

Terwijl er niet veel bands zijn met zo’n grillig carrièreverloop als Pixies, zijn er ook niet veel bands die na zo’n lange periode nog zo relevant kunnen zijn. En met een, betrekkelijk, urgente plaat op de proppen kunnen komen. Surfer Rosa (1988), Doolittle (1989), Bossanova (1990) en Trompe Le Monde (1991) betekenden in vier jaar tijd vier albums en heel veel genialiteit die aan het brein van Black was ontsproten. Black was er toen ook meteen klaar mee en ging het solopad op. Succesvol. “Wij zijn een surrealistische band”, heeft hij zich weleens laten ontvallen.

Die surrealistische band, die rockkleur gaf aan het einde van de jaren 80 en het begin van de jaren 90 heeft met Doggerel een album afgeleverd dat niet meer zo invloedrijk is als de eerste drie, oké vier albums. Terwijl het album nog onmiskenbaar en óverheerlijk Pixies is.

Twaalf songs staan erop en als we eerlijk zijn had het album met negen à tien liedjes waarschijnlijk meer zeggingskracht gehad. Toch wat meer urgentie, meer zeggingskracht. Maar ook die iets mindere nummers op Doggerel hebben de kenmerkende rockarrangementen die de muziek van Pixies zo kenmerkt. We mogen niet klagen na al die jaren. Pieter Visscher

50e verjaardag Rory Gallaghers Deuce wordt gevierd

Om de 50ste verjaardag van Rory Gallaghers tweede soloalbum Deuce uit 1971 te vieren, is een luxe cd-boxset uitgebracht. De uitgebreide feestelijke release graaft diep in het Rory Gallagher-archief en bevat een nieuwe mix van het originele album, achtentwintig niet eerder uitgebrachte alternatieve takes, een BBC Radio In Concert uit 1972 met zes nummers en zeven radiosessietracks van Radio Bremen.

Het pakket bevat een hardcover boek van 64 pagina’s met een voorwoord van Johnny Marr van The Smiths, ongeziene afbeeldingen van wijlen Mick Rock, essays en memorabilia van de albumopname. De 2cd en 3lp komen uit de deluxe box en er verschijnt een speciale D2C 1lp van BBC In Concert – Live at The Paris Theatre, 13 januari 1972.

“Er was een dag dat ik meespeelde met het Deuce-album. Dat was een compleet keerpunt voor mij als gitarist”, aldus Johnny Marr. Zeker niet de minste gitarist die dat laat weten. Uitgebracht in november 1971, slechts zes maanden na zijn gelijknamige solodebuut, was het tweede album van Rory Gallagher, Deuce, de samenvatting van alles wat hij had beloofd na de ineenstorting van Taste. Rory wilde het gevoel van een liveoptreden vastleggen, dus hij zou proberen om direct na liveconcerten op te nemen en de productie tot een minimum te beperken.

Hij koos Tangerine Studios, een kleine reggaestudio, in Dalston in Oost-Londen, vanwege de geschiedenis met de legendarische producer Joe Meek. Met Gerry McAvoy op basgitaar en Wilgar Campbell op drums, werd het album ontwikkeld door Robin Sylvester en geproduceerd door Rory. Deuce bevat veel Rory-hoogtepunten, van het zinderende Crest Of A Wave tot het Keltische I’m Not Awake Yet.

Marlon Williams – My Boy

Marlon Williams – My Boy (Dead Oceans)

My Boy is het derde soloalbum van Marlon Williams en ook zijn avontuurlijkste. Hij verkent de uithoeken van zijn muzikale interesses en dat leidt tot veel wonderschone liedjes. Opnieuw.

De Nieuw Zeelander heeft op zijn titelloze debuut (2018) en met name op de plaat die twee jaar later verscheen laten horen wat hij allemaal in petto heeft. Make Way For Love staat stijf van de klasse. Het was zo’n zogenaamd break-upalbum, nadat de relatie met zijn geliefde, minstens zo getalenteerde, Aldous Harding op de klippen liep.

My Boy is vooral een Williams die volop geniet van het leven. Ook van zijn andere carrière; die van acteur. De vorm die Williams is die van een onbezorgde wereldreiziger, die alles en iedereen omarmt. Easy Does It is wat dat betreft een titel die boekdelen spreekt.

Hoewel de boventoon wordt gevoerd door een zekere vrolijkheid is Williams ook niet te beroerd zijn kwetsbaarheid te tonen. In het titelstuk bijvoorbeeld. Prijsnummer is het (goeie video!) discoachtige Don’t Go Back, met een glansrol ook voor Hollie Fullbrook (geinige naam), die het nummer van nog meer Nile Rodgers-achtige elementen voorziet. My Boy is Williams’ meest poppie album tot nu toe – vol met scherpe radjes, dat wel – en zet de deur naar wereldwijd succes nog wat wijder open. Pieter Visscher

CCR daagde The Beatles uit: grootste groep ter wereld

Na 50 jaar is het zorgvuldig gerestaureerde album Creedence Clearwater Revival at the Royal Albert Hall uitgebracht samen met de aankomende documentaireconcertfilm: Travelin’ Band: Creedence Clearwater Revival in the Royal Albert Hall. Met het legendarische optreden in zijn geheel, bevat de opname hits als Fortunate Son, Proud Mary en Bad Moon Rising.

Decennialang al mdeden er geruchten de ronde onder de fans van Creedence Clearwater Revival over een lang verloren gewaande opname van hun legendarische show uit 1970 in de Royal Albert Hall in Londen. Craft Recordings was verheugd om aan te kondigen dat de geruchten inderdaad waar zijn. De langverwachte Creedence Clearwater Revival in de Royal Albert Hall presenteert het concert in zijn geheel en vindt CCR op het hoogtepunt van hun carrière, op de meest prestigieuze locatie in Londen. Het album plaatst luisteraars centraal bij de show en bevat John Fogerty, Tom Fogerty, Doug Clifford en Stu Cook die (nu klassieke) hits uitvoeren.

Creedence Clearwater Revival in de Royal Albert Hall is verkrijgbaar op 180 gram vinyl, cd en cassettebandje. Bovendien is het album beschikbaar op digitale platforms, inclusief in hi-res en Dolby® ATMOS-audioformaten. Een gelimiteerde Super Deluxe Edition Box Set volgt later in het jaar.

Na ongeveer 50 jaar in opslag te hebben gelegen, zijn de originele multitrack-tapes minutieus gerestaureerd en gemixt door het GRAMMY® Award-winnende team van producer Giles Martin en ingenieur Sam Okell, die samen talloze veelgeprezen projecten hebben geleid, waaronder de edities van het 50-jarig jubileum van The Beatles van Abbey Road en Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band, evenals audio voor de Elton John biopic Rocketman en Peter Jackson’s The Beatles: Get Back Series. De lp werd gemasterd door de gevierde ingenieur Miles Showell in Abbey Road Studios met behulp van halve snelheidstechnologie voor de hoogste kwaliteit luisterervaring.

Toen Creedence Clearwater Revival 14 april 1970 het podium van de Royal Albert Hall betrad – slechts enkele dagen nadat The Beatles hun breuk aankondigden – waren de Californische rockers misschien wel opeens de grootste band ter wereld. In de aanloop naar de show had CCR een ongekend ‘magisch jaar’ achter de rug, zoals Jeff Bridges in de film vertelt. “In slechts 12 maanden had de band vijf top-10-singles en drie top-10-albums [Bayou Country, Green River, Willy and the Poor Boys] in de Amerikaanse hitlijsten behaald, waarmee ze The Beatles overtroffen. Ze waren verschenen op de legendarische Ed Sullivan Show en speelden voor meer dan een miljoen mensen in heel Amerika, waaronder de honderdduizenden die bij Woodstock waren verzameld. John, Tom, Stu en Doug hadden misschien niet de bekende klank van John, Paul, George en Ringo, maar Creedence daagde The Beatles uit voor de titel van de grootste groep ter wereld.

Inderdaad, het zuidelijk doordrenkte moerasrockgeluid van de band doordrong de wereldwijde ether in 1969.

Depeche Mode trapt Europese deel wereldtournee 2023 af in Amsterdam

Depeche Mode heeft vandaag, tijdens een in Berlijn gehouden persconferentie, bekendgemaakt dat de band weer op wereldtournee gaat. Dus ook zonder de dit jaar overleden toetsenist Andrew Fletcher blijft de band bestaan. Martin Gore en Dave Gahan stonden uiteraard stil bij de dood van hun vriend Fletch.

Een nieuw album van de band verschijnt eind maart. Het Europese gedeelte van de wereldtournee wordt 16 mei afgetrapt in de Ziggo Dome in Amsterdam.