CCR daagde The Beatles uit: grootste groep ter wereld

Na 50 jaar is het zorgvuldig gerestaureerde album Creedence Clearwater Revival at the Royal Albert Hall uitgebracht samen met de aankomende documentaireconcertfilm: Travelin’ Band: Creedence Clearwater Revival in the Royal Albert Hall. Met het legendarische optreden in zijn geheel, bevat de opname hits als Fortunate Son, Proud Mary en Bad Moon Rising.

Decennialang al mdeden er geruchten de ronde onder de fans van Creedence Clearwater Revival over een lang verloren gewaande opname van hun legendarische show uit 1970 in de Royal Albert Hall in Londen. Craft Recordings was verheugd om aan te kondigen dat de geruchten inderdaad waar zijn. De langverwachte Creedence Clearwater Revival in de Royal Albert Hall presenteert het concert in zijn geheel en vindt CCR op het hoogtepunt van hun carrière, op de meest prestigieuze locatie in Londen. Het album plaatst luisteraars centraal bij de show en bevat John Fogerty, Tom Fogerty, Doug Clifford en Stu Cook die (nu klassieke) hits uitvoeren.

Creedence Clearwater Revival in de Royal Albert Hall is verkrijgbaar op 180 gram vinyl, cd en cassettebandje. Bovendien is het album beschikbaar op digitale platforms, inclusief in hi-res en Dolby® ATMOS-audioformaten. Een gelimiteerde Super Deluxe Edition Box Set volgt later in het jaar.

Na ongeveer 50 jaar in opslag te hebben gelegen, zijn de originele multitrack-tapes minutieus gerestaureerd en gemixt door het GRAMMY® Award-winnende team van producer Giles Martin en ingenieur Sam Okell, die samen talloze veelgeprezen projecten hebben geleid, waaronder de edities van het 50-jarig jubileum van The Beatles van Abbey Road en Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band, evenals audio voor de Elton John biopic Rocketman en Peter Jackson’s The Beatles: Get Back Series. De lp werd gemasterd door de gevierde ingenieur Miles Showell in Abbey Road Studios met behulp van halve snelheidstechnologie voor de hoogste kwaliteit luisterervaring.

Toen Creedence Clearwater Revival 14 april 1970 het podium van de Royal Albert Hall betrad – slechts enkele dagen nadat The Beatles hun breuk aankondigden – waren de Californische rockers misschien wel opeens de grootste band ter wereld. In de aanloop naar de show had CCR een ongekend ‘magisch jaar’ achter de rug, zoals Jeff Bridges in de film vertelt. “In slechts 12 maanden had de band vijf top-10-singles en drie top-10-albums [Bayou Country, Green River, Willy and the Poor Boys] in de Amerikaanse hitlijsten behaald, waarmee ze The Beatles overtroffen. Ze waren verschenen op de legendarische Ed Sullivan Show en speelden voor meer dan een miljoen mensen in heel Amerika, waaronder de honderdduizenden die bij Woodstock waren verzameld. John, Tom, Stu en Doug hadden misschien niet de bekende klank van John, Paul, George en Ringo, maar Creedence daagde The Beatles uit voor de titel van de grootste groep ter wereld.

Inderdaad, het zuidelijk doordrenkte moerasrockgeluid van de band doordrong de wereldwijde ether in 1969.

Depeche Mode trapt Europese deel wereldtournee 2023 af in Amsterdam

Depeche Mode heeft vandaag, tijdens een in Berlijn gehouden persconferentie, bekendgemaakt dat de band weer op wereldtournee gaat. Dus ook zonder de dit jaar overleden toetsenist Andrew Fletcher blijft de band bestaan. Martin Gore en Dave Gahan stonden uiteraard stil bij de dood van hun vriend Fletch.

Een nieuw album van de band verschijnt eind maart. Het Europese gedeelte van de wereldtournee wordt 16 mei afgetrapt in de Ziggo Dome in Amsterdam.

The Amazons – How Will I Know If Heaven Will Find Me?

The Amazons – How Will I Know If Heaven Will Find Me? (Fiction/Virgin/Universal)

How Will I Know If Heaven Will Find Me? is een lekker lange titel. Zo lang zelfs dat The Amazons het niet nodig vonden hun bandnaam af te drukken op de kartonnen cd-hoes. Noch op de voorkant, noch op de zijkant. Dat laatste is wat opvallender.

Wat valt er nog meer op aan de nieuwe Amazons? De band heeft afscheid genomen van Catherine Marks, die de eerste twee albums van de band produceerde. Voor How Will I Know If Heaven Will Find Me? is in zee gegaan met Jim Abbiss, die we kennen van zijn werk voor onder meer Arcade Fire, Arctic Monkeys, Editors, Adele en The Verve. Heeft dat het geluid van de band sterk veranderd? Niet heel erg. De indierock van de band uit Brighton herken je uit duizenden. Ook al door het fenomenale stemgeluid van Matt Thomson, die de net zo bombastische als melodieuze rock van het Britse kwartet voorziet van veel extra emotie. Thomson drukt een zwaar stempel op het geluid van The Amazons.

How Will I Know If Heaven Will Find Me? (geen idee) is zo’n plaat die per draaibeurt meer kleur op de wangen krijgt. Positiviteit in de hoofdrol, in tijden waarin we die ook zo nodig hebben. Thomson, verantwoordelijk voor het leeuwendeel van de muziek van de band, schreef de meeste teksten tijdens de ‘hoogtijdagen’ van de coronapandemie. Veel gaan over zijn Amerikaanse vriendin, die hij weinig zag in die periode.

Veelzeggend is een couplet uit There’s A Light: “I want you. I want you like the morning. Waiting for the same old sun to rise. Always catch the light at different times.” Het is een van de elf nummers op een plaat die kwalitatief steeds meer gaat raken aan de eerste twee uitstekende worpen van The Amazons. Neem je tijd ervoor. The Amazons spelen maandag 7 november in het Amsterdamse Paradiso. Kan weleens een heerlijk avondje gaan worden. Dansschoenen aan! Pieter Visscher

Phoebe Green – Lucky Me

Phoebe Green – Lucky Me (Chess Club Records/Mattan)

De titel Lucky Me, van de eerste langspeler van Phoebe Green is misleidend, vast wat cynisch. Want Green heeft er altijd voor moeten knokken; voor dat geluk. Ze legt het op haar manier uit: “I’ve been so lucky in terms of my upbringing and early life that I’ve felt almost uneasy and guilty about it, because from a young age I believed that success was only earned through suffering. It’s frustrating because despite circumstantial privilege, I’m still fucking traumatised and I find it sort of humiliating.”

De 24-jarige uit Manchester schreef grotendeels alle songs op dit album, nadat ze al furore maakte met twee ep’s. Ze lijkt met Lucky Me, dat behoorlijk wat kartelrandjes heeft, maar wat poppier is dan de ep’s, haar beste geluid te hebben gevonden. Niet in de laatste plaats door de hulp die ze kreeg van producer Dave McCracken, die eerder werkte met onder meer Stone Roses, dEUS en Depeche Mode. McCracken is op Lucky Me zelfs wat meer geweest dan ‘slechts’ producer; zo schreef hij mee aan vijf van de dertien songs.

Op de plaat zoekt Green naar zichzelf, onderzoekt ze haar eigen gedrag. Ze kijkt kritisch naar alle tegenstrijdigheden en complexiteiten die ze in zich heeft. Alsof ze haar eigen psychiater is. Dat is knap en her en der ontrafelt ze zichzelf feilloos.

Alleen op die manier wil ze anderen raken. Niet in staat om om de hete brij heen te draaien of veilig aan de oppervlakte te blijven zweven. Ze zoekt de connectie met anderen. Als zij Greens kwetsbaarheid zien dan zouden ze dezelfde emoties kunnen voelen, doet ze uit de doeken.

Phoebe Green probeert in het reine te komen met haar chaos en doet dat door een pompende bas aangedreven titelnummer het mooist. “Did I get what I wanted? Was it worth the blood, sweat and vomit?” Vermoedelijk wel. Pieter Visscher

Built To Spill – When The Wind Forgets Your Name

Built To Spill – When The Wind Forgets Your Name (SubPop)

De Amerikaanse indierockband Built to Spill is nooit onopgemerkt gebleven in de wereld van de alternatieve muziek, maar echt doorgebroken naar het grote publiek is de rond zanger/gitarist Doug Martsch geformeerde formatie nou ook weer niet. Dat gaat met de tiende langspeler When The Wind Forgets Your Name bovendien niet gebeuren. Terwijl het weer een ouderwets sterke plaat is.

We horen de raakvlakken met generatiegenoot Dinosaur Jr opnieuw en dat doet sowieso altijd deugd. En ook Neil Young blijft steevast in de buurt. Ook al omdat de stem van Martsch raakvlakken vertoont met die van Young. Ze gaan beiden geregeld de hoogte in.

Built to Spill is (lange zin) die band van de vervreemdende teksten en die mix van louter te adoreren melodische gevoeligheid en verzengende gitaarsolo’s, die gek genoeg maar nooit willen vervelen, analoog aan het geluid van eerdergenoemd Dinosaur Jr. En dan is When The Wind Forgets Your Name ook nog eens een album waarin je keer op keer kunt verdwalen. Doug Martsch neemt je onder zijn hoede. Neem het weelderig uitgesponnen Spiderweb. Wat een klasse.

When the Wind Forgets Your Name is een soort retroalbum geworden, zonder dat het dat is. Want als we heel kritisch naar de plaat kijken is de band stil blijven staan in zijn muzikale ontwikkeling in al die jaren, gelijk, wederom, Dinosaur Jr. Maar waarom zou je in hémelsnaam ook steeds maar willen doorontwikkelen, terwijl je met het geluid waarmee je startte al die jaren tevreden bent gebleven. Zolang er binnen die sound maar goeie liedjes blijven ontstaan. En dat is het geval op When The Wind Forgets Your Name. Belachelijke titel trouwens. Pieter Visscher

 

Interpol – The Other Side of Make-Believe

Interpol – The Other Side of Make-Believe (Matador)

Interpol heeft nooit makkelijke platen afgeleverd. The Other Side of Make-Believe is de lastigste. Snel doorgronden is er niet bij. Heb je zo een luisterbeurt of zes voor nodig. Om te beginnen. Maar zo kennen we ze weer, ten slotte.

Voor The Other Side of Make-Believe werd Flood uit de hoge hoed getoverd. De topproducer, die de groten der aarde onder zijn hoede nam: Smashing Pumpkins, U2, Depeche Mode, Nine Inch Nails, Nick Cave en PJ Harvey bijvoorbeeld. Alan Moulder, ook niet onbekend met die namen, bemoeide zich ook nog eens met de productie. Maar Moulder is geen onbekende voor Interpol.

De productionele hoogstandjes komen pas tot volle wasdom wanneer gebruik wordt gemaakt van een steengoeie koptelefoon, heeft ondergetekende gemerkt. Wat een aankoop is dat geweest zeg. Zo vallen de foefjes van Flood en Moulder pas op, want de nieuwe Interpol, hard over de (prima) luidsprekers, klinkt her en der productioneel net even te dichtgesmeerd. Komt nog eens bij dat serieuze uptemposongs ontbreken op Interpols zevende. Waardoor stroperigheid op de loer ligt. Het wordt ternauwernood voorkomen. Song negen, het ronduit zalige Gran Hotel, vol met onmiskenbare Kessler-hooks schakelt door naar z’n vier en dat hadden we net even nodig. Klassiek Interpol-geluid. Dat ook nog eens. En wat te denken van het verslavende Into The Night? Om smoorverliefd op te worden. Och, wat doet dat drumwerk van Samuel Fogarino aan Joy Division denken.

Al met al is The Other Side of Make-Believe ‘gewoon’ weer een echte Interpol-plaat geworden. Met die eeuwige hoofdrol voor het sonore stemgeluid van Paul Banks. Verveelt nimmer. Maar ook weer een glansrol voor gitarist Daniel Kessler. Juist zij maken van The Other Side of Make-Believe een onmiskenbaar Interpol-album, waarvoor de verwachtingen na vier jaar wachten al met al misschien toch net wat te hooggespannen zijn geweest. Juist door het fabuleuze productieteam. Pieter Visscher

 

R.E.M.’s sjabloon voor de hele indierockbeweging

R.E.M.’s debuut-ep Chronic Town viert dit jaar zijn 40-jarig jubileum en wordt voor het eerst uitgebracht als een op zichzelf staande cd met uitgebreide liner notes door de originele producer Mitch Easter. Het wordt uitgebracht in drie verschillende formaten: cd, picturedisc en cassette.

Met zulke geliefde klassiekers in het repertoire van de band als Gardening At Night, Wolves, Lower en 1.000.000, was de ep met vijf nummers, zoals Rolling Stone opmerkte, “een werk om naar uit te kijken.” Als debuut was R.E.M.’s Chronic Town een anomalie… een plaat die niet helemaal paste in de beperkingen van wat er op de radio werd gespeeld. Dus in plaats van te proberen in een genre te passen, heeft R.E.M. geholpen bij het creëren van hun eigen collegerock. Chronic Town, de opvolger van hun doorbraaksingle Radio Free Europe, die in 1981 werd uitgebracht, diende als toegangspoort tot wat een van de grootste bands van de alternatieve rock zou worden. “Je zou met een beetje fantasie kunnen zeggen dat Chronic Town het geluid was van een expeditie, klaar voor alles, op weg”, zegt Easter liefdevol over de ep. “Als R.E.M.’s single Radio Free Europe een wegwijzerzou zijn, was Chronic Town was de atlas.”

De introductie van hun arpeggio gitaarspel, cryptische en vaak niet te ontcijferen teksten en stralende refreinen die al snel zouden opduiken als handtekeningen van het klassieke R.E.M.-geluid is Chronic Town het geluid van een rusteloze band, boordevol ideeën, opererend met een post-collegiaal budget. Charmant en verfrissend heeft de band onmiddellijk veel impact. Wolves, Lower opent de ep met de kenmerkende impressionistische en eigenzinnige teksten van Michael Stipe, terwijl de rubberachtige baslijnen van Mike Mills en de jankende Rickenbacker van Peter Buck het onvoorspelbare drumwerk van Bill Berry in toom houden. Het is deze combinatie die de band niet alleen de komende decennia van brandstof zou voorzien, maar ze net zo betrouwbaar zou maken als songsmeden. Gardening At Night, dat diende als een sjabloon voor collegejangle-pop uit de jaren 80, smeedde een stijl die hartige ritmegitaren combineerde met een meanderende baslijn die een solide blauwdruk bleek te zijn voor toekomstige universiteitsbands.

De impact en invloed van Chronic Town op de toekomst van alternatieve muziek is onbetwist en wordt door Magnet Magazine beschreven als “in wezen een sjabloon voor de hele indierockbeweging.”

Viagra Boys – Cave World

Viagra Boys – Cave World (Mattan)

Prachtige hoes van de nieuwe Viagra Boys, die tekentechnisch wat aan de fratsen en avonturen van Cowboy Henk doet denken. Viagra Boys zijn ook nog eens niet veel minder gestoord dan onze cowboy.

Cave World is het derde album van die band uit Stockholm. De belangrijkste band uit Zweden van het moment? Ex aequo met Mando Diao. Laat ze het onderling maar uitvechten. Stukje concurrentie kan nooit kwaad.

Cave World is opgedragen aan de vorig jaar overleden gitarist Benjamin Vallé, die wat al te veel opging in zijn drugsgebruik, waardoor zijn hart het uiteindelijk heeft begeven. Vallé is 47 geworden. De rest van de band, ook niet vies van allerhande verdovende middelen heeft zich inmiddels een soberder levensstijl aangemeten en is zelfs gaan sporten, volgens zanger Sebastian Murphy.

Het knotsgekke boegbeeld is ongeschonden uit de coronaperiode van lockdowns en andere ellende gekomen en draagt met Creepy Crawlers een ‘ode’ op aan de tijd van vaccinaties. Steekt hij nou de draak met de zogenaamde wappies, die geloven in ingespoten microchips, of is hij hoogstpersoonlijk iemand die in allerlei schizofrene theorieën is gaan geloven? Oordeel zelf..

Oh, they got kids growing up with animal tails, man
They’re putting microchips in the vaccine
And they’re putting creepy crawlies in the microchips
The kids without the vaccines are getting harvested
Because their blood isn’t tainted
Oh, their blood is pure
Their blood is pure and it’s perfect for adrenochrome
Adrenochrome

Viagra Boys tapt op Cave World uit hetzelfde vaatje als op de eerste twee platen, maar was niet eerder zo op dreef. Cave World weet van voor naar achter de aandacht vast te houden. We plakker weer stickers met postpunk, rock en met veel ADHD geïnjecteerde disco op de cd of het vinyl én de tekst: Kijk uit! Voor u het weet, staat u nogal wild en ongecontroleerd te bewegen. Gewaarschuwd mens telt voor twee. Pieter Visscher

 

Sex Pistols: grommend, woest boegbeeld van de revolutie

The Sex Pistols: The Original Recordings beslaat een historische periode waarin de band zelden uit het nieuws of de hitlijsten kwam. 20 van de Sex Pistols-opnames van 1976 tot 1978 zijn samengebracht. Om nogmaals het verhaal te vertellen van een van ‘s werelds meest invloedrijke en buitengewone bands.

De Sex Pistols lieten het Britse establishment trillen toen ze explodeerden in de muziekscene en een kickstart gaven aan wat later bekend werd als punk – een term waar de band zich nooit prettig bij voelde. Jongeren verscheurden niet alleen hun muzikale voorouders, maar ook hun sociale voorouders en Sex Pistols waren het grommende, woeste boegbeeld van de revolutie.

Ze maakten een perfect, 40 minuten durend album met Never Mind The Bollocks in 1977 en van het artwork tot de individuele spelers, de houding en muziek – elk deel ervan beïnvloedde de wereld waarin we vandaag leven. De plaat wordt vaak genoemd als een van de meest invloedrijke albums aller tijden met muzikanten van Joy Division / New Order tot Kurt Cobain, Noel Gallagher, Green Day en Yungblud die ze allemaal als belangrijke inspiratiebron noemen. En dit was niet alleen muzikaal; punk liet zien dat iedereen kon creëren en velen namen de hint over: mode, kunst en design en meer.

Hun single God Save the Queen uit 1977 werd verboden door de BBC en werd nummer 1 in de Britse NME-hitlijst, maar verscheen op nummer 2 op de officiële UK Singles-hitlijst, wat leidde tot beschuldigingen dat het nummer met opzet van de eerste plaats was weggehouden. Voor de enige keer in de geschiedenis van de hitparade werd de track als blanco vermeld, om aanstoot aan de gevestigde orde te voorkomen.

De collectie is een soundtrack van de periode en bevat de belangrijkste singles Anarchy In The UK, God Save The Queen, Pretty Vacant en Holidays In The Sun, essentiële nummers van Never Mind The Bollocks, verdere originelen en covers van The Great Rock & Roll Swindle en enkele essentiële B-kantjes met I Wanna Be Me (de keerzijde van Anarchy…), Satellite (de b-kant van Holidays In The Sun) en Did You No Wrong (uit God Save The Queen).

Lowlands 2022 kent louter winnaars

Wanneer je niet beter zou weten, zou je zeker zijn dat Patagonia dé act van het weekend is op Lowlands 2022. Om de 15 meter kom je immers iemand tegen die groot Patagonia op zijn of haar shirt heeft staan. Maar Patagonia is geen band, hoewel het wél een uitstekende bandnaam zou zíjn. Evenals Puma, Reebok en Diadora. Het T-shirt is wederom het populairste kledingstuk tijdens een heerlijk zonnig Lowlands, waar zo min mogelijk kleding het devies lijkt en dat het zonder écht grote namen doet deze editie. Ja, wie heeft financieel geen jasje uitgedaan de laatste jaren? Begrip wint het van onbegrip en het festival is dan ook stijver dan stijf uitverkocht. Drie muziekdagen, opnieuw zonder wanklanken. Liefde, vrede en harmonie. 
Tekst: Pieter Visscher
Afgelopen weekeinde stal Wet Leg al de show op het Duitse Haldern Pop en het succes breidt zich in gestaag tempo uit; ook Lowlands gaat voor de bijl. Het optreden is speels, overtuigend en met de enorme hit Chaise Longue krijgt de glorieuze zegetocht nog meer cachet. Het is wachten op heg ‘altijd lastige’ tweede album. Benieuwd wat er nog meer in het verschiet ligt.
Balthazar is België’s hoop in bange dagen en stelt geen seconde teleur in de Alpha. Er is een hoop volk afgekomen op onze zuiderburen, die hun set geweldig weten op te bouwen. Net wanneer je denkt: ik zou nou weleens willen dansen, word je op je wenken bediend. Het met veel elektronica aangeklede Fever is een van de pareltjes die het publiek van voor naar achter in beweging krijgt. Als er al een troonopvolger van dEUS gaat komen (waar blijft de nieuwe plaat?) dan kunt u de naam Balthazar al noteren. België’s hoop, nogmaals, in bange dagen. Net als Meskerem Mees, die nochtans schittert door afwezigheid in Biddinghuizen.
Sam Fenders ster is óngekend snel gerezen nadat zijn debuutalbum verschijnt. Teaser van die plaat is het fantastische Play God. Er volgen veel meer hits en de wereld ligt plots aan Fenders voeten. Paar jaar terug nog stond ie in de Charlie. Nog wat bleu en onervaren. Maar wat is het al goed. In de grote Bravo meer bravoure en de fucks vliegen ons om de oren. Samuel L. Jackson staat niet in het publiek, maar wat zou hij trots zijn geweest. Sam Fender is niet meer de ingetogen jongen van weleer. Laten we er maar snel aan wennen. Fender schakelt razendsnel van ingetogen naar hard en heeft teksten met inhoud. Over moeilijke relaties, die met z’n vader bijvoorbeeld. Van de stemproblematiek, waardoor hij Sziget liet schieten, horen we niets meer. Zuiverheid troef. Hij vertelt maar weer eens over zijn liefde voor Bruce Springsteen. We geloven je, Sam.
Living in stereo is het nieuwe motto van danceformatie Jungle, die we al eerder aan het werk hebben gezien in de Flevopolder. Overtuigend, toen, en ook nu weer is het zieltjes winnen voor de mannen. Dry Your Tears is zo’n publieksfavoriet die je maar wil blijven horen. Veel songs van de nieuwe plaat komen voorbij. What D’You Know About Me is een van de prijsnummers. Jungle maakt andermaal een onuitwisbare indruk. Dikke 8.
Het maakt niet uit wat voor weer het is. Liam Gallagher heeft altijd en eeuwig die lange regenjas aan op het podium. Paar jaar terug op Pinkpop ook, toen de gevoelstemperatuur de 40 graden aantikte. Liam is duidelijk een zweter. Moet in Engeland wel de sauna’s platlopen. Prima. Hij heeft na het uiteenvallen van Oasis meerdere soloplaten het licht doen zien en geen van alle zijn ze al te overtuigend. Sowieso geen hits. Die heeft hij, gedeeltelijk, natuurlijk wel geschreven met zijn getalenteerdere broer. Liam maakt er dankbaar gebruik van. Wat een geluid wordt er geproduceerd door de volle Alpha. Wonderwall, dat weet je, laat alle kelen schallen. Champagne Supernova blijft een afsluiter om je vingers bij af te likken. Noel speelt ‘m ook. Liam leunt op Oasis en werkelijk geen haan die ernaar kraait. Integendeel. Komen, zien en overwinnen.
Eefje de Visser heeft met haar laatste show een state of the art-voorstelling neergezet die haar bijzondere liedjes van nog veel meer kleur voorzien. De Visser maakt op haar laatste album Bitterzoet (2020) veel meer dan in het verleden gebruik van elektronica en dat komt haar geluid alleen maar ten goede. Ze speelt ook de wat ‘kleinere’ liedjes en alles valt in de smaak. Is Eefje de Visser het beste wat de Nederlandstalige muziek te bieden heeft momenteel? Samen met Wende vormt ze de voorhoede. De Visser en Snijders zouden samen eens wat op plaat moeten zetten. Magischer gaat het niet worden. Toekomstmuziek?
Wie achter in de Bravo staat bij Altin Gün ervaart een zalige frisse bries. Het is bloedheet op de Lowlandszaterdag, nadat de vrijdag iets minder warm was. Wel lekker en een heerlijke bui in de middag. Daar waren we aan toe. Zoals een uurtje Altin Gün er ook altijd ingaat. De Nederlandse band met Turkse roots mag over populariteit niet klagen in de lekker volle Bravo, waar ook aan de achterkant en zijkanten veel Lowlandspubliek te vinden is. De band laat met een uitgekiende set van hun Turkse, wat psychedelische indiepoprock, waaronder bewerkte Turkse traditionals horen waar al die populariteit aan te danken is. Er wordt volop gedanst.
“Piet! Dit moet je horen! Goldband! Het nieuwe Goede Doel!”, appte vriendin Marieke Jonk een poos terug. Dat enthousiasme maakt dan natuurlijk nieuwsgierig. Inmiddels snap ik de link. We horen gitaaarsolo’s die van Sander van Herk zouden kunnen zijn. De teksten zijn Nederlandstalig en gevat. Maar Goldband, allemaal voormalig stukadoors, komt niet uit Utrecht, maar uit rockcity nummer 1 Den Haag. Dat hoor je aan alles. Dat zie je ook in het publiek. Haagse vlaggen, shirts van ADO Den Haag, beelden van Haagse supporters. Goldband is muzikaal wat in de jaren 80 blijven hangen en dat is heerlijk. Overheerlijk. Aan deze act klopt eigenlijk alles. Tot de verkleedpartijen aan toe. Moshpits wisselen elkaar in hoog tempo af. Goldband heeft het in zich die jarentachtigpopulariteit van Het Goede Doel, Toontje Lager en zelfs Doe Maar te gaan benaderen. Tekstueel zijn de verwijzingen sowieso niet van de lucht, ook aan stadsgenoten Klein Orkest van Harrie Jekkers. Geregeld schaamteloos. De band zorgt voor het grootste gekkenhuis van het weekend. Zelfs nog groter dan tijdens een prima optreden van Opposites. In een uitzinnige Alpha. Rock Werchter en Pukkelpop gingen al voor de bijl dit jaar. Nu is het de beurt aan Lowlands. Goldband wordt zonder énige twijfel de grootse band van Nederland. Champagne!
Max Colombie zit duidelijk beter in zijn vel dan ooit na allerlei mentale worstelingen die hem niet in de koude kleren zijn gaan zitten. Hij is daar open over. Angsten en depressies. Hij heeft inmiddels een goede psychiater die hem bijstaat. Dat werpt z’n vruchten zichtbaar en hoorbaar af. Oscar and the Wolf, zijn geesteskind verkeert ook in een geweldige vorm. Het geluid in in de Alpha is hard, spatzuiver en zelfs meedogenloos af en toe. Colombie is emotioneel, zichtbaar flink geraakt door alle enthousiasme. Zijn stem slaat ervan over wanneer hij erover begint. Hij lacht breeduit en veelvuldig, alsof hij wil zeggen: kijk mij nu eens, plots in de vorm van m’n leven. Halverwege de zaterdagavond is het dansen geblazen in de Alpha. Iedereen beweegt op de elektropop van de Belgen, die veel meer richting rock gaat. Overstuurde gitaren, beukende synths. Het is in your face en zwaar overtuigend. Oscar and the Wolf is terug en hoe. Een van de opwindendste acts van het zonovergoten weekeinde in de polder. Hup Max hup!
Opwindend. Dat had Arctic Monkeys ook kunnen zijn, op hetzelfde hoofdpodium. Maar de Britten hebben er of niet zoveel zin in, of ze willen juist eens iets geks doen als headliner in de Alpha. Dat gekke is: een uur lang vrijwel alleen wat rustiger, ingetogen nummers spelen. Dat kan wel een keer, tijdens een kleine clubshow ergens op deze planeet, of in Carré, maar níet zaterdagavond laat, voor 30.000 mensen, die zin hebben uit hun plaat te gaan. Alex Turner praat wat lijziger dan anders, zo lijkt het. Is het een jointje geweest? De paddenstoelen waarnaar Sam Fender vroeg tijdens zijn show? Geen idee. Daarnaast is het geluid ronduit kut. Blikkerige drums, gitaren die verwaaien. Wat is er tijdens de soundcheck gebeurd? Heeft die überhaupt plaatsgevonden? Gedurende het concert wordt het wat beter, gelukkig. De stroperigheid blijft evenwel. Brianstorm, vrijwel direct in de set, en in de toegift nog even (het onvermijdelijke, obligate zelfs) I Bet You Look Good On The Dancefloor weten het optreden, waar de facto muzikaal eigenlijk weinig aan mankeert, niet te redden. Veel van de aanwezigen zijn dan allang ergens anders heen gelopen. Voor een lekker pittig broodje langs de Surinamer of een fijne curry in het Indiase restaurant. Heb je uren later nog steeds heel veel plezier van. In tegenstelling tot het lethargische uurtje Arctic Monkeys. Niet meer doen, Alex.
David Keenan heeft een mooie band meegenomen naar de sfeervolle Lima, waar het relaxed is zo aan het begin van opnieuw een zonovergoten middag. Met name de voorgrondzangeres trekt de aandacht, terwijl Keenan er bijna net zo gesoigneerd bij loopt als Alex Turner een dag eerder; strak in het pak. Dat dan weer wel. Keenan brengt zijn liedjes over hartenleed en relatieperikelen met veel overtuiging en klasse. Zijn geweldige stem pakt de hoofdrol. Belangrijkste Ierse singer-songwriter van het moment. Dikke 8.
Fever 333, in de Heineken, heeft in de loop der jaren goed geluisterd naar Rage Against The Machine. Iets wat je het Amerikaanse trio niet zult horen ontkennen. Het is een show vol furie die de toeschouwer bij de strot probeert te pakken. Teksten minstens zo geëngageerd als die van RATM en passievol gebracht door zanger Jason Aalon Butler, die qua uiterlijk aan Goldie doet denken en vocaal wat wegheeft van Dizzee Rascal. Dat hoge, maar Butler is hartstikke boos. Op de wereld. Op alles en iedereen. Furieus over onderdrukking van minderheden, discriminatie en noem maar op. Fever 333 is een mengsel van hardcore, punk en hiphop. Wildste band van het weekend? Niet overdreven goed, of overtuigend, absoluut niet, maar wel lekker stevig. Voor in de Heineken staaat een man met een T-shirt van Fever 333 te zwaaien. Kijk eens wat ík heb, terwijl tijdens de show geen cliché uit de weg wordt gegaan. We zien het maar door de vingers. Terwijl we er niet aan ontkomen iets te zeggen over de152 tatoeages op Butlers bovenlijf. We hebben ze nageteld. De gele sokken zijn van de Lidl. Maakt het toch af. We noteren al met al een 6-.
Nadat Bab L’ Bluz eerder op de dag al een Afrikaans geluid laat horen in de Lima – de Frans-Marokkaanse formatie met sexy geklede blikvangster Yousra Mansour – mag Mdou Moctar het een paar uur later laten horen op hetzelfde podium. De zogenaamde woestijnrock van de band uit Niger is hard en overtuigend en raakt geregeld aan Led Zeppelin. Jimi Hendrix horen we ook. De tent wordt op zeer overtuigende wijze platgespeeld door Mahamadou Souleymane en zijn band. Hij die uit pure armoede zijn allereerste gitaar eigenhandig maakt en zichzelf muzikant laat worden. Groot fan wordt van Led Zeppelin. En kijk eens waar ze nu staan met z’n vieren?  Jawel, op fucking Lowlands! En er ligt nog veel meer in het verschiet. Echt, veel meer. Lang leve Mdou Moctar.
Nadat Lewis Capaldi al zijn grote hits heeft uitgesmeerd over het publiek bij de Alpha en hij allerhande gênante details heeft gedeeld over zijn tomeloze luiheid, zeker tijdens lockdowns en ander coronagedonder, kleine ballen (!) en dito piemel (!) is het de beurt aan Stromae. Van hem weten we dat ook hij flink heeft geworsteld met zijn geestelijke gesteldheid. Inmiddels ziet de Belg het licht weer aan de horizon en die blijdschap vertaalt hij richting het podium. Een 160-koppig klassiek orkest uit Groningen moet ervoor wijken (wordt volgend jaar allemaal ingehaald) maar dan heb je ook wat. De podiumpresentatie is strak en doet sterk aan die van Kraftwerk denken. Past goed bij het overwegend elektronische geluid van Stromae, dat óngelooflijk goed is gesoundcheckt. In tegenstelling tot dat van Arctic Monkeys, een etmaal eerder. Stromae, Franstalig van origine, spreekt de enorme massa voor en naast de Alpha zowel in gebrekkig Nederlands als in het Engels toe. Je ziet hem en z’n band genieten van alle enthousiasme. De show is tot in de puntjes verzorgd. De visuals achter en naast het podium zijn meer dan complementair aan de muzikale klasse die we horen. “Lowlands, are you happy?” Dat lijdt geen twijfel. Er wordt hard meegezongen met hits als Papaoutai, dat vrolijk lijkt en ís, maar handelt over de dood van Stromaes vader. Vermoord in 1994, tijdens de oorlog in Rwanda. Papa, waar ben je? Ook publieksfavoriet Tous Les Mêmes en Formidable laat de Belg niet liggen. In de toegift wordt tijdens Alors On Danse het laatste zweet uit de vermoeide lijven gedanst. Stromae toont zich een waardig afsluiter van een festival dat weer populairder lijkt dan ooit. Lowlands 2022 kent louter winnaars.
Foto’s van vrijdag, zaterdag en zondag.