Sam Fender – Hypersonic Missiles

Sam Fender – Hypersonic Missiles (Polydor/Universal)

Hoe je het ook wendt of keert, de intrede van digitaal aangeboden muziek sloeg een krater in de romantiek van muziekbeleving.
Gelukkig niet volledig de nek omgedraaid, want er zijn nog platenzaken. Pareltjes in de door eenheidsworsten gedomineerde stadsharten. Laten we ze koesteren.
Want wees eerlijk: er gaat niets boven een fysieke geluidsdrager in je handen. Zo’n plaat uit de hoes halen; natuurlijk, het is geen orgasme, dat is wat gechargeerd, maar je wordt er zó verdomd gelukkig van. Het cd-boekje, met al die details, de liedteksten. Waar is de handel opgenomen, hoe heet die producer?

Jongen die het snapt is Sam Fender (25). Oude ziel in een jong lichaam. Dat hoor je terug in zijn muziek en lees je terug in zijn teksten. Hij werd geboren toen het cassettebandje al lang uit de gratie was. De compactdisc en cd-speler werden immers grootschalig aan de wereld gepresenteerd in 1982. Wat een gemak en wat een vooruitgang, met alle respect, ten opzichte van de cassetteband. Je had dat potlood ook niet meer nodig als de boel weer eens was vastgelopen. Fuck!

Niettemin, in een hang naar eerdergenoemde nostalgie, beleeft het cassettebandje, door sommigen muziekcassette genoemd, een soort renaissance. Ook Sam Fenders debuutalbum Hypersonic Missiles is op cassette verschenen. Met name in de Verenigde Staten is deze geluidsdrager bezig aan een nieuwe opmars. Toch zijn er weinigen in de muziek die er naast vinyl en cd voor kiezen. Maar die oude ziel in een jong lichaam dus wel. Lang leve Sam Fender. Mind you: Hypersonic Missiles is ook gewoon op plaat en cd verkrijgbaar.

Sam Fender is die Engelse gozer die de muziekwereld in 2017 uit het niets veel mooier maakte met de prachtsingle Play God. Tekstueel ‘flirtend’ met dystopie, schatplichtig aan George Orwell. Bij ondergetekende ging het subiet tienmaal op repeat. Verslavend ritme, tekst die stevig binnenkomt en een stem die in de verte doet denken aan die van Jeff Buckley. Jongen om in de gaten te houden.

En nu, twee jaar later, is er het debuut van de man uit Newcastle. Dertien nummers staan erop. Geen mispeer te vinden. Is de indiepop en -rock muzikaal wat minder spannend – Two People en Call Me Lover? Fenders stem redt de zaak. Hij heeft er de tijd voor genomen en het resultaat is er naar. Geen haastwerk. Heeft ie vast geleerd van z’n zingende pa, die de nodige honneurs krijgt in de liner notes. “When that pimary school teacher said I was shit at everything, you said “What about his drawing?” Who the fuck likes maths at 7 years old anyway?”

Hypersonic Missiles is geen typische singer-songwriterplaat geworden, maar een bandalbum. Met multi-instrumentalist Fender geregeld zelf op bas, gitaar, achter synthesizer, piano en orgel en drummend. Het levert een coherent geheel op, dat wordt afgesloten met bonustrack Use. Live opgenomen. Sam Fender achter de piano in een gedragen song waarin hij zangtechnisch alle registers opentrekt en in de finale wel heel erg raakt aan Jeff Buckley. Pieter Visscher

LIVEDATA 05/11 Melkweg, Amsterdam (uitverkocht) 06/11 La Madeleine, Brussel (uitverkocht)

 

Whitney – Forever Turned Around

Whitney – Forever Turned Around (Secretly Canadian/Konkurrent)

Opeens is Whitney daar, met de heerlijke hit No Woman. Het is 2016 en je weet meteen dat het raak is. Het hele album van de band klopt ook nog eens en die falset van zingende drummer Julien Ehrlich went sneller dan gedacht. De Amerikanen teren inmiddels ruim drie jaar op het album Light Upon The Lake en daarom is het fijn dat de nieuwe plaat er is.

Forever Turned Around is geen album geworden dat laat horen dat de band muzikaal enorme sprongen heeft gemaakt. Het is een album dat voortborduurt op de kwaliteit van het debuut. De folky countrypoprock van het in Chicago residerende gezelschap ademt nog altijd gemoedelijkheid en zorgzaamheid. Zwaarmoedig wordt het gelukkig nooit. Past ook niet echt bij die stem van Ehrlich, eerlijk gezegd.

De instrumentatie is andermaal rijk, met strijkers en blaasinstrumenten. Het voorkomt min of meer dat een enkele song mogelijk iets te sterk voortkabbelt. Echte uitschieters zijn dan ook niet te vinden op Forever Turned Around, dat een soort herfstachtige kleurenpracht oproept, wanneer je de ogen sluit. De albumcover sluit daar naadloos op aan.

Speels is het instrumentale, ruim twee minuten durende Rhododendron. Lekker jazzy, een trompet pakt de hoofdrol. De heren moeten gelachen hebben bij het bedenken van die titel: Rhododendron. Had Tol Hansse nog geleefd; hij zou er zonder twijfel zijn goedkeuring aan hebben gegeven. Achter de Rhododendron was immers een van zijn grote hits, in 1978.

Mooie woorden van de band op de cd-hoes voor geliefden en zij die meespelen op Forever Turned Around. De wereld wordt een stuk mooier van bands als Whitney. Dat er geen nieuw No Woman te vinden is op de tweede worp zien we daarom moeiteloos door de vingers. Pieter Visscher

LIVEDATA 18/11 Paradiso, Amsterdam  19/11 Ancienne Belgique, Brussel

 

 

Seratones – Power

Seratones – Power (New West Records)

Het is goed mogelijk dat Seratones nog niet is opgepikt door het grote publiek omdat debuut Get Gone (2016) te veel kanten uit waaide. Van punk, naar garagerock, naar soul. Mijn schoonmoeder zou er nerveus van worden. Nu definitief een richting lijkt te zijn gekozen, althans met tweede album Power, lijkt de band klaar om een groot publiek te gaan bereiken. Want Power is een klassealbum.

Voornaamste wapen van de band uit Shreveport, Louisiana is het stemgeluid van voormalig gospelzangeres A.J. Haynes, die doet wat ze maar wil met haar stem. Met speels gemak zet ze de nummers op Power naar haar hand.

Met teksten over rassengelijkheid, het recht op abortus, milieutoestanden, poëzie en persoonlijke sores word je net zo bij de les gehouden als muzikaal. De (rauwe) soulrock waarvoor gekozen is, lijkt een blijvertje. Al draait Haynes haar hand dus ook niet om voor punk of garagerock. Niet alle klappen zijn raak op Power, maar de meeste wel – erg raak zelfs. Terwijl het nogal een klus was om alle neuzen dezelfde richting in te krijgen bij het tot stand komen van het album.

“We went through a pretty dramatic shift with this record,” legt Haynes uit. “The band lineup, the creative process, the sound: all of it changed in ways that really reflected our growth and evolution. With this album, I knew that I really wanted to draw from the pantheon of soul music. Soul was what I danced to in the kitchen with my mother. It’s what I’d come home at night and listen to on my record player. Things are really heightened and scary and overwhelming in this country right now, and returning to soul music was a way of reaching for comfort and security in all of that.”

In feite is Haynes dus heel dicht bij zichzelf gebleven en dat heeft geleid tot een van de allersterkste nummers die dit jaar zijn verschenen: titelnummer Power (sublieme, heerlijke video ook!). Voor de productie, lekker rauw, is Cage the Elephant-gitarist Bradley Shultz verantwoordelijk. Hij moet met gepaste afgunst hebben geluisterd naar het eindresultaat, vergeleken met het geluid van zijn eigen, niet onsuccesvolle bandje. Ja, had je A.J. Haynes maar gehad hè.

Want wat schiet ze ook zálig uit de startblokken in het gejaagde Heart Attack, dat ook al tot het beste behoort wat dit jaar is verschenen. Ook wanneer gas wordt teruggenomen op Power is het smullen geblazen. Gaat in vele eindlijstjes verschijnen in december. In die van ondergetekende bijvoorbeeld. 22 november speelt de band in Cinetol, Amsterdam. Pieter Visscher

 

 

 

Rory Gallagher – Rory Gallagher

Rory Gallagher – Rory Gallagher (Universal) 

Tijdens de laatste editie van Bospop viel het ook weer op hoe immens populair Rory Gallagher nog altijd is. Om de haverklap liep je iemand tegen het lijf met een T-shirt van de Ier. Die op 47-jarige leeftijd overleed, in 1995. Gallagher heeft wereldwijd nog een immense fanschare. Mensen die elkaar geregeld opzoeken. Gallagher leeft voort.

Prachtig is het geremasterde debuut van Gallagher dat nu is verschenen op 180 gram heavyweight vinyl. Het resultaat mag er zijn. Zo nu en dan klinkt het alsof je er bij bent wanneer je je ogen sluit. Bij Rory in de studio. Kraakheldere bluesrock, gezongen en gespeeld door een van de grootste gitaristen die de wereld heeft gekend. “The man who changed my musical life was Rory Gallagher. I picked up a guitar because of him”, vertelt een andere gitarist van bijzonder grote klasse: Johnny Marr. Brian May zegt zelfs dat hij zijn geluid te danken heeft aan Gallagher en ook U2’s The Edge is groot fan.

Gallaghers solodebuut, dat titelloos was en daarom Rory Gallagher heet in de volksmond, verscheen in 1971, nadat hij de Ierse bluesrockband Taste had verlaten. Onder meer Mitch Mitchell, bassist en drummer in The Jimi Hendrix Experience, deed auditie om in Gallaghers band te komen. Gallagher koos uiteindelijk voor twee muzikanten uit Belfast; drummer Wilgar Campbell en bassist Gerry McAvoy. Het powertrio knalde meteen uit de startblokken met een tien songs tellende klassieker – inmiddels.

Het speelplezier dat je terughoort, wordt misschien wel het best samengebald in het betrekkelijk korte (2.38) maar ook retevrolijke It’s You. Gallagher leeft zich uit op de mandoline en luisterend naar het drumwerk van Campbell weet je zeker dat hij met een lach van oor tot oor in de studio moet hebben gezeten. Gerockt wordt er uiteraard ook genoeg. Laundromat is een typische Gallagher-song, wat ook geldt voor Hands Up. Hoe vaker je luistert, des te sterker dringt de grootsheid van Gallagher weer tot je door. Neem ook zo’n I Fall Apart; wat een schoonheid. Wat een perfecte bluessong. Pieter Visscher

 

Spoon – Everything Hits At Once

Spoon – Everything Hits At Once (Matador/Beggars)

Hoeveel rockbands in de afgelopen 25 jaar konden wegkomen met een album met de grootste hits? Everything Hits At Once (The Best Of Spoon) is een carrièreomvattend retrospectief waar de complete mensheid van opkalefatert.  Het is een vlekkeloze compilatie van hun bekendste, meest geliefde nummers, maar het zit nog steeds vol verrassingen – het enige wat je kunt verwachten van een band die een hele carrière heeft verrast met het verrassen van mensen.

“Het idee om een ​​best-of te doen leefde al een poosje”, zegt Britt Daniel, zanger en grootste brein van de band. “Eerst wist ik niet zeker wat ik ervan vond, maar op een gegeven moment herinnerde ik me dat ik vroeger ook best-ofs kocht. Van The Cure en New Order bijvoorbeeld. Zo kwam ik zelfs in aanraking met die bands.”

Spoon leek niet de meest waarschijnlijke band om geschiedenis te schrijven. Maar ze hebben dit bereikt door te weigeren iets toe te geven aan de mode, weigeren te erkennen, weigeren zichzelf te herhalen, door zich te verzetten tegen de impuls om het veilig te spelen. Ze zijn hun eigen weg blijven gaan.

Spoon heeft een belachelijk uitgebreide catalogus opgebouwd waarover mensen urenlang ruzie kunnen maken; over hun favoriete hoogtepunten.

Hoe kwam deze complexe en diverse reeks albums op één schijf terecht? “Eerlijk gezegd, het was een strijd”, zegt Daniel. “Ik luisterde naar de oude platen en noteerde de nummers – als je het volume harder wil zetten, is dat een goed teken. De lijst is echt ingekort, dus dit zijn de beste. I Summon You was nooit een knallend nummer, niet voor de radio althans, maar het moest er wel zijn. Het is een van de beste dingen die we hebben gedaan, denk ik.”

Er zal waarschijnlijk tot het eind der tijden worden gesproken over de keuzes die Spoon maakte bij het tot stand komen van deze verzamelaar. Waarom, echt, waarom heeft The Fitted Shirt van Girls Can Tell (2001) het bijvoorbeeld niet tot de eindlijst geschopt? We pinken een traantje weg. Pieter Visscher 

The Black Keys – Let’s Rock

The Black Keys – Let’s Rock (Nonesuch Records/Warner)

Die elektrische stoel op de cover van de nieuwe van The Black Keys staat niet los van de titel van het negende album van de twee Amerikanen. “Let’s rock!”, waren de laatste woorden van de ter dood veroordeelde Edmund Zagorski, vorig jaar. Zagorski had wat mensen in koelen bloede vermoord en dan weet je dat je in sommige staten in Amerika niet je hele leven achter tralies hoeft. Jongen met humor in elk geval, zo vlak voor zijn laatste adem.

Let’s Rock is gevuld met de bluesrock die we kennen van zanger/gitarist Dan Auerbach en drummer Patrick Carney. Het is geen plaat waar we compleet van van slag raken. Vrolijk word je er wel van. Omdat het bruist, positief is en gevuld met bluesrockliedjes waar toch altijd weer dat kwaliteitsstempel op is gedrukt.

Neem zo’n heerlijk heupwiegend liedje als Every Little Thing, dat tekstueel niet al te veel voeten in de aarde moet hebben gehad en ook muzikaal is het qua akkoordenschema’s niet het lastigste wat de mannen op plaat hebben gezet en tóch druk je op de repeatknop. De klasse druipt er opnieuw vanaf. In no time zit het in je kop en probeer maar eens te ontkomen aan meezingen. Dat is zinloos.

Je hoort wat Led Zeppelin terug, The Beatles galmen na, evenals de Stones en je wordt er andermaal ouderwets vrolijk van. Let’s Rock is dan niet het opwindendste album dat The Black Keys hebben opgenomen, het is wel het lekkerste. Een plaat die je op elk moment van de dag kunt opzetten, in wat voor bui je ook verkeert. Het is al een prachtige zomer en The Black Keys maken de mooiste maanden van het jaar nóg veel zonniger. Een en al blijdschap. Check die clip bij Go ook even. Méésterlijk! Pieter Visscher

Thom Yorke – Anima

Thom Yorke – Anima (XL Recordings/Beggars)

Ik las de titel van het nieuwe soloalbum van Thom Yorke ietwat te snel en de i werd een e. Dan krijg je Anema en ik moest onherroepelijk denken aan Aenema van Tool, een van de sterkste albums ooit afgeleverd op deze planeet. Exact 22 jaar geleden. Maar bovendien gingen mijn gedachten uit naar Ype Anema, de noeste verdediger die in de jaren 80 van de vorige eeuw uitkwam voor onder andere AZ, dat toen nog AZ’67 heette. In 1967 fuseerden Alkmaar ’54 en FC Zaanstreek, vandaar dat jaartal.

Dat is mogelijk vrij triviale informatie voor muziekliefhebbers die niet veel op hebben met voetbal, maar zij die de sport een warm hart toedragen, gun ik deze feitjes. Anema had een snor – toen kon dat nog – en bloeide na z’n carrière op in de slagerij van zijn ouders, in het prachtige Friese Bolsward. Anema was wars van scheenbeschermers. Dat kon ook nog, toen. Maar nu houd ik op.

Anima is de nieuwste soloworp van Thom Yorke, het Engelse wonderkind, dat vorig jaar nog op de proppen kwam met de soundtrack Suspiria, voor de gelijknamige horrorfilm. Met Radiohead al niet vies van elektronica, gaat Yorke op zijn soloprojecten nog een stapje verder. Nu ook weer.

Anima is uit computers gerold en is op het stemgeluid van Yorke na andermaal weinig organisch. Nochtans hebben we opnieuw te maken met geluidscollages die beroeren. Want dat is ook nu het geval met de elektronische klanktapijten die uit Yorkes brein zijn ontsproten. Wie wil dansen, wordt ook nog eens op zijn of haar wenken bedient, want die monden worden zonder meer gevuld. Verwacht geen uitzinnig gezwier in de clubs, hoezeer de drumcomputer in Impossible Knots (fijne titel) hartstochtelijk zijn best doet.

De melodieën op Anima zijn niet snel beklijvend, als ze dat überhaupt al worden na meerdere draaibeurten, en dat maakt het allemaal des te fascinerender. Het knispert, het wrijft, het wringt en is bij vlagen meesterlijk fraai en sleept je ook mee zoals alleen Yorke meeslepend kan zijn. Als je eerlijk bent zijn zijn soloplaten spannender dan alles wat met Radiohead op plaat is gezet en dan met name de liedjesalbums zoals OK Computer en The Bends – meesterwerken uiteraard (!).

Een nummer als Twist, met zijn onvoorspelbare opbouw, ontroert tot op het bot. Zeven minuten lang zweef je mee met Yorke, waardoor je denkt: oké computer, laat die muzikale omhelzing nog maar wat langer duren. Anima is een intrigerende ontdekkingstocht, die met het briljante Runwayaway zelfs stiekempjes knipoogt naar Kraftwerk. Neem er de tijd voor en verdwaal eindeloos in Yorkes wonderland. Pieter Visscher   

 

Kate Tempest – The Book Of Traps And Lessons

Kate Tempest – The Book Of Traps And Lessons (Caroline)

Zeg het ze, Kate. Zég het ze! Ook op haar derde album neemt Kate Tempest natuurlijk geen blad voor de mond. Het is de Britse woordkunstenares op z’n kwetsbaarst.

The Book Of Traps And Lessons is elf nummers lang in-your-face spoken word waar overduidelijke en dieper liggende boodschappen elkaar in hoog tempo opvolgen. Zoals we van haar gewend zijn. Tot zover niet veel nieuws onder de zon, maar schijn bedriegt. Tempest ontroert meer dan ooit. Ze is ook daarin confronterender. Mogelijk heeft Rick Rubin er een rol gespeeld. De topproducer.

Tempest houdt ons een spiegel voor. Opnieuw. Over de leegheid van sociale media en apps, zoals WhatsApp et cetera. Sociale contacten lijken waardevol op een smartphone, maar ze stellen meestal geen reet voor. Tempest komt continu binnen. Het wemelt andermaal van de metaforen en je weet dondersgoed wat ze bedoelt. Hoewel er ook hoop is. Niet alles is gitzwart.

Kapitalisme gaat voor de bijl, racisme wordt keihard op de bek geslagen, de vervreemding van elkaar, terwijl je denkt dat je de ander zo ontzettend goed kent via de whatsApps, facebooks en instagrams van deze wereld. Oja, het ten dode opgeschreven Engeland.

In All Humans Too Late is Tempest emotioneler dan ooit.

Sucking on pork ribs
And summoning pornography
So that we can come when we fuck

Our partners don’t know us
Our families are strangers
Our friends make us nervous

Muzikaal is het ingetogener. Tempest heeft zich losgeworsteld van hiphopconventies en slaat ook die sector in de muziekwereld hard om de oren. Tempest is aan het woord en je luistert.

The Book Of Traps And Lessons is geen plaat die je opzet terwijl je de nieuwe buren voor het eerst uitnodigt voor sjasliek, gamba’s en moten zalm op de grill – al kan de koude pils een hoop goedmaken. The Book Of Traps And Lessons is een album dat je wil horen in de late avonduren. Bij schemerlicht, hangend op de canapé. Indringender wordt het bijna nooit. Pieter Visscher

LIVEDATA 18/08 Pukkelpop, Hasselt 23/10 Paradiso, Amsterdam 25/10 Théatre National de la Communauté, Brussel

 

 

Hot Chip – A Bath Full Of Ecstasy

Hot Chip – A Bath Full Of Ecstasy (Domino/V2)

De zevende van de ‘nerds’ van Hot Chip is een album geworden waar de rode loper voor de dansminnende meute op onze planeet weer breed is uitgelegd. Overdreven veel nieuws onder de zon is er niet. Wel dat we inmiddels klotsende oksels hebben onder de stroboscoop en discoballen. Van vrienden die zichzelf niet al te serieus nemen, net als de wereld om hen heen. “It’s a weird dream world when you’re making music”, legt zanger Alexis Taylor uit. “You’re just exploring things that are of interest to you. Why would that be something to take seriously?”

A Bath Full Of Ecstasy is waar de Londenaren ons op trakteren. Nu zelfs met een flinke dosis autotune in twee songs; het niet al te opwindende Spell krijgt het geïnjecteerd evenals het voor Hot Chip-begrippen wat zweverige titelnummer. Terwijl, en dat weten we allemaal, Alexis Taylor over een uitstekende, karakteristieke falset beschikt en dus wél kan zingen, in tegenstelling tot het ongetalenteerde gespuis dat juist afhankelijk is van autotune om niet compleet voor joker te staan (alhoewel).

A Bath Full Of Ecstasy is niet zo opwindend als wereldplaten One Life Stand (2010) en Made In The Dark, dat twee jaar eerder verscheen, al werd er toen ook al lichtjes met autotune gerommeld al hadden we het toentertijd nog niet echt door. Het was functioneel (proest). I Feel Better en Ready For The Floor bijvoorbeeld zijn tracks die tot het beste behoren wat de dance de afgelopen decennia heeft opgeleverd. Niettemin heeft A Bath Full Of Ecstasy ook een prijsnummer en dat is Hungry Child, met een vrij klassieke Hot Chip-opbouw en waarin de jaren 80 nagalmen. Het intro lijkt zelfs een heimelijke ode aan Alphaville. Het is zo’n track die stilstaan domweg onmogelijk maakt. Dat is geen negen nummers het geval, maar Hot Chip sleept al met al een 7 uit het vuur en daar waren we, behalve de nerds vroeger op school, hartstikke blij mee. Pieter Visscher

LIVEDATA 17/08 Pukkelpop, Hasselt 30/08 Into The Great Wide Open, Vlieland 02/12 Melkweg, Amsterdam 10/12 Trix, Antwerpen

Heather Nova – Pearl

Heather Nova – Pearl (Rough Trade/V2)

Het tiende studioalbum van Heather Nova verschijnt exact 25 jaar na haar doorbraakalbum Oyster, dat inmiddels een klassieke status geniet. Pearl laat een Nova horen op wie de tijd geen vat heeft gekregen, al is ze met haar 52 lentes nog jong en gezegend met een lichaam en uitstraling die maar één ding zeggen: de eeuwige jeugd. Wat een rijkdom.

De op Bermuda geboren en getogen singer-songwriter heeft hoe je het ook wendt of keert een nieuwe start gemaakt. Na zich vooral op akoestische optredens te hebben toegelegd de afgelopen jaren vond ze het weer prettig een echte bandplaat te maken en daarmee te gaan toeren. Pearl reflecteert ook een periode die ze achter de rug heeft met een echtscheiding na een huwelijk van twee decennia en een nieuwe liefde die ze vond. Het ingetogen, contemplatieve Rewild lijkt daarover te gaan:

‘Rewild me

In the sweetness of nature

I’m free from the failures

I’m gone

No slave to the longing

I’m one with belonging

I’m gone’

Heather Nova is heel erg zichzelf op Pearl, dat ze schreef in de nabijheid van haar twee honden, terwijl ze inspiratie opdeed in de natuur om haar heen. Ze dankt de wind, die voor eeuwig veranderende luchten zorgt, en de boomkikkers waar ze van geniet op Bermuda.

Hoewel Heather heel erg zichzelf is doet ze toch aan iemand denken in een nummer op de plaat: Some Things Just Come Undone had zo op een album van generatiegenoot PJ Harvey kunnen staan. De drive in de song, het tempo, iets meer venijn in de gitaaraanslag. Tekstueel een excuusbrief aan haar zoon, vermoedelijk, die niet ongedeerd uit de scheidingsstrijd lijkt te zijn gekomen. ‘Should I cry or hide my emotion?’

De nieuwe band die Nova om zich heen heeft verzameld komt het geluid ten goede. Misschien wel de beste ritmesectie die ze heeft gehad, zegt ze zelf, met een hoofdrol voor Youth, die ook basgitaar speelt in Killing Joke. Hij produceerde de plaat bovendien. Zoals hij bij Oyster ook al achter de knoppen zat. Oude liefde, u weet wel. In oktober speelt Heather Nova in Utrecht, Den Haag en Alkmaar. Pieter Visscher

LIVEDATA 22/10 Paard, Den Haag 23/10 TivoliVredenburg, Utrecht 24/10 Victorie, Alkmaar