Pinguin Radio presenteert Volkskrant Radio – editie april 2018

Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de beste albums van het moment samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant. Deze editie hebben we overigens de beste albums van het afgelopen jaar voor je geselecteerd.

 

de Volkskrant

De kroniek van de nieuwe muziek

Lees hieronder alle cd-reviews van de albums van het moment volgens de redactie van de Volkskrant.

Ronnie FlexRonnie Flex – Nori (Top Notch)
Hij had het vorig jaar na het verschijnen van zijn album Rémi al aangekondigd. Zijn volgende release zou een zogeheten trap-mixtape worden. Verwijzend naar de harde, rauwe productiestijl uit het zuiden van de Verenigde Staten, bedoelde de populairste rapper van Nederland dat hij met een meer op de dansvloer gerichte, harde feestplaat zou komen.

Door: Gijsbert Kamer 29 maart 2018 lees meer

Young FathersYoung Fathers – Cocoa Sugar (Ninja Tune/PIAS)
Toen het Schotse Young Fathers in 2014 de prestigieuze Mercury Music Award won voor zijn album DEAD, werd het trio nogal eens weggezet als hiphopcrew. Maar daarmee werden Alloysious Massaquoi, Graham ‘G’ Hastings and Kayus Bankole toch een beetje tekortgedaan. Hun raps gingen toen al verscholen achter curieuze ritmische constructies, door elkaar fladderende samples en melodische synths die niet zelden bijna leken te ontsporen.

Nu, twee platen verder, is alles zo mogelijk nog moeilijker onder een noemer te brengen.

Door: Gijsbert Kamer 15 maart 2018 lees meer

Jonathan WilsonJonathan Wilson – Rare Birds (Bella Union/PIAS)
De mooie arrangementen op Rare Birds geven dat gevoel van weidse, Californische breeziness

Door: Menno Pot 2 maart 2018 lees meer

Naive SetNaive Set – Naive Set (Subroutine)
Om met droevig indienieuws te beginnen: het fijne gitaarbandje Ultimate Painting uit Londen is er op 12 februari zomaar mee gestopt.

Het goede nieuws dan: de helft van Ultimate Painting, James Hoare, nam voor de breuk, in zijn thuisstudio in Londen, het titelloze derde album van Amsterdamse collega’s Naive Set op, dat donderdag werd gepresenteerd en nog mooier is dan voorganger Dragon (2015).

Naive Set is een multinationaal gezelschap (Nederlands-Duits met een Amerikaanse spil, Mikey Casalaina) dat ontdekt en aanbeden zou moeten worden door iedereen die houdt van The Clean, Real Estate, The Feelies en Ultimate Painting dus.

Naive Set klinkt alsof de band zachtjes aan doet voor de buren: drummer, bassist, gitaristen, zangers, iedereen houdt zich in, iedereen is lief, maar in al die beheerste onnadrukkelijkheid ontvouwen zich de mooiste liedjes die de band schreef: So Far So Gone, Easy Jesus, Feminine Ending, maar proef de overige acht vooral ook.

Yo La TengoYo La Tengo – There’s a Riot Going On (Matador/Beggars)
Nee, het betreft hier geen herschepping van het electrosoul-meesterwerk van Sly & The Family Stone uit 1971. Yo La Tengo, het al sinds de jaren tachtig actieve indie-trio uit Newark, heeft zich net als Sly Stone destijds wel degelijk door de donkere tijden laten inspireren, maar alles klinkt zo ingetogen, verstild zelfs, dat de titel There’s A Riot Going On de ironie voorbij lijkt.

Door: Gijsbert Kamer 29 maart 2018 lees meer

Lucy DacusLucy Dacus – Historian (Matador/Beggars)
Al een paar weken uit, maar te mooi om te negeren: Historian, tweede album van de 23-jarige singer-songwriter Lucy Dacus uit Richmond, Virginia. Ze schrijft bloedmooie, wat gedragen liedjes, met een zangstem zo achteloos warm en soepel als die van Aimee Mann, ooit.

Door: Menno Pot 22 maart 2018

Je zou ze daardoor bijna als ingetogen omschrijven, de tien liedjes op Historian, maar veel ervan zijn dat helemaal niet: erachter verrijst vaak een aardige muur van indierock, maar die wordt geneutraliseerd door de warme, wollen deken van melancholie die ze eroverheen drapeert.

Lucy Dacus hoort tot een generatie jonge, belangwekkende Amerikaanse vrouwen waartoe ook Courtney Marie Andrews, Anna Burch, Phoebe Bridgers en Dacus’ goede vriendin Julien Baker horen. ‘Down under’ staan ze ook op: Julia Jacklin, Nadia Reid en meer. In de gaten houden. Lucy Dacus komt op 4 mei naar de Sugar Factory, in Amsterdam.

Claw Boys ClawClaw Boys Claw – It’s Not Me, The Horse Is Not Me Part 1 (Butler/Bertus)
Wie 35 jaar geleden bij het verschijnen van hun debuutalbum Shocking Shades Of…. niet alleen had voorspeld dat Claw Boys Claw nu nog actief zou zijn, maar ook dat de Amsterdamse gitaarband in 2018 een van zijn beste platen zou uitbrengen, zou vooral door voorman Peter te Bos hard zijn uitgelachen.

Door: Gijsbert Kamer 15 maart 2018

Toch is het wonderlijk getitelde album It’s Not Me,The Horse Is Not Me/Part 1 een van de beste platen van de ooit als Nederlandse garage-goden onthaalde band. De schreeuwerige garagerock heeft Claw Boys Claw nooit helemaal achter zich gelaten, maar zanger Peter te Bos kan – zo weten we zeker sinds de hit Rosie (1992) – ook gewoon mooi zingen.

En het is die combinatie van absurdistisch kabaal en puntige pop die Claw Boys Claw nu ook weer zo bijzonder maakt. Samen met het enige andere originele bandlid, gitarist John Cameron, heeft Te Bos een dertiental nummers gecomponeerd die een muzikale tocht maken van klein en lieflijk (Waiting For The Sun) via pubrock (Suck Up The Mountain) en psychedelisch dreinen (In A While) naar een slepende Nick Cave-blues (Fade) tot slot.

Heel fijne rock-‘n-rollplaat van een band die nog net zo vitaal klinkt als ruim drie decennnia geleden.

The ExThe Ex – 27 Passports (Records/Konkurrent)
Een week geleden kreeg Claw Boys Claw op deze plek terechte lof: 35 jaar bezig en nog altijd vitaal. Maar dan The Ex, al 39 jaar het even eerbiedwaardige als ontembare geweten van de Nederlandse underground.

Door: Menno Pot 22 maart 2018

Ze maakten de laatste jaren platen met Getatchew Mekurya en improvisatievrienden Brass Unbound, maar het nieuwe 27 Passports is toch vooral de opvolger van Catch My Shoe (2011): een ‘echte’ Ex-plaat, met z’n vieren, geen vrienden over de vloer, tien gierende en stuiptrekkende Ex-granaten, voortgejaagd door de drilboorgitaar van Terrie Hessels. Die van Andy Moor en Arnold de Boer (frontman sedert 2009) cirkelen er als straaljagers omheen.

De Boer kneedde een gedicht van de Friese dichter Tsjêbbe Hettinga tot het ongrijpbare Piecemeal. Zodra drumster Kat zingt, is er prompt iets van een folksensatie (Birth). Het regent intrigerende zinnen (‘Soon all cities will have the same roundabouts/ Soon all cities will have the same accidents’), deinend op rondtollende drumpatronen en tektonische lagen van gitaar, hypnotiserend in hun repetitieve waanzin.

The Ex heeft met 27 Passports een van zijn beste platen gemaakt, een album zinderend van avontuur en zeggingskracht.

A.A.L (Against All Logic)A.A.L. (Against All Logic) – 2012-2017 (Other People)
Nicolas Jaar was in zijn laatste platen niet bepaald het zonnetje in huis. De Chileens-Amerikaanse producer maakte twee jaar geleden een bedachtzame en wat duistere plaat genaamd Sirens, en ook uit zijn project Darkside waaide erg introspectieve en een beetje sombere, cinematografische elektronische muziek.

Door: Robert van Gijssel 8 maart 2018 lees meer

Death AlleyDeath Alley – Superbia (Century Media/Sony)
De Amsterdamse band Death Alley trekt al een paar jaar een spoor van brandend rubber door het clubcircuit, binnen én buiten Nederland. Live is Death Alley een niet te missen rock-act, zo’n band waarbij je jezelf weer eens in een ouderwetse ‘mosh pit’ wilt storten.

Door: Robert van Gijssel 29 maart 2018

Op plaat doet Death Alley geen kansloze poging om die rauwe podiumenergie te benaderen. De band grijpt in de studio eerder de kans wat verdieping te zoeken, in uitgesponnen rockliedjes die op de nieuwe plaat Superbia vooral ook de muzikaliteit van de mannen onderstrepen.

We kunnen de komende clubtour hier weer hard met het hoofd tegenaan bonken
Ze tappen wel uit hetzelfde vaatje. Death Alley rockt retro, in rauwe en spetterende riffs uit de protopunk van The Stooges. Maar daar doorheen gieren ook de kettingzagen van Hawkwind en Motörhead, en natuurlijk de mystieke gitaartjes van de Eindhovense band The Devil’s Blood, die gitarist Oeds Beydals van die band naar Death Alley heeft getransporteerd. Het openingsnummer Daemon heeft zo’n schitterend occult sfeertje, dat ook schemert in die andere mooie Nederlandse rockband Dool.

In de langwerpige nummers mag Beydals uitwijden, en zijn spel verveelt geen seconde. De riffs in bijvoorbeeld het slotnummer The Sewage zijn acrobatisch en opwindend, en vooral avontuurlijk: knap hoe je een diep in de traditie gravend rocknummer toch zo vrij van rock-clichés kunt houden. En daar draagt ook de ritmesectie aan bij, de nieuwe bassist Sander Bus lijkt al als een sticker op drummer Uno Bruniusson geplakt te zitten: ze spelen strak en compact.

In de wat kortere, scheurende rockliedjes als Headlights in the Dark schittert zanger Douwe Truijens, met zijn lekker ijle, raspende rockstem die je rechtstreeks de psychedelische hemel van de jaren zeventig binnenzingt. Wat een topnummer, en wat kunnen we daar bij de komende clubtour weer hard met het hoofd tegenaan bonken.

 

Luister hier naar de vorige editie!
Volkskrant Radio – februari 2018

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

 

Pinguin Radio presenteert podcast Volkskrant Radio – maart 2018

Pinguin Radio en de Volkskrant slaan de handen ineen voor een maandelijkse radio-uitzending waarin de luisteraar bij de hand wordt genomen langs de beste albums en de beste tracks van het moment.

de Volkskrant

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

De Kroniek der betere Popmuziek

Door Robert van Gijssel

In tijden van hiphopmanie, ‘exportprijzen’ voor dj’s en een naderend faillissement voor instrumentenfabriek Gibson, is het wel fijn zo nu en dan toch nog eens tegen stronteigenwijze gitaarmuziek aan te lopen. Muziek zonder grote commerciële ambities maar met het hart op de goede plaats en dus het liefst een paar gitaren die dwars tegen de muzikale modes insteken.

De plaat Microshift van de Britse band Hookworms zet de oren vanaf track nummer één op scherp. Nummers als Negative Space en Boxing Day klinken als een lijstverbinding tussen Duitse krautrock uit de jaren zeventig en dance van de Britse band Underworld, en tóch stelen de gitaren de show. De muziek golft voorbij in een fijn hypnotiserende cadans, en de hoge, ijle vocalen van frontman Matthew Johnson doen soms een beetje denken aan die van zanger James Mercer van The Shins. En dat is een aanbeveling. De gitaren trekken op met de synthesizers en tekenen mooi melodieuze en licht psychedelische lijnen uit.  Een hoopgevend prachtplaatje, dat in de Britse krant The Guardian een maximale sterrenscore kreeg toebedeeld.

Het album met de wat sarcastische titel What a Time to be Alive van de Amerikaanse indierockband Superchunkstemt net zo optimistisch, al is de lading hier venijnig en maatschappijkritisch. De liedjes zijn kort en strak maar zitten ook al zo mooi in elkaar, van kop tot staart, met enerverende boosheidsrefreintjes waarbij je even met je vuist in de lucht wilt pompen. ‘Meesterlijke, verslavende powerpop’, schreef de recensent in de Volkskrant. ‘Zoals die eigenlijk veel te weinig komt bovendrijven.’

Maar gelukkig, er steekt nog een eigengereid Brits gitaarbandje het hoofd om de hoek van de afspeellijsten en – vooruit – de platenzaak. De Marmozets uit Bingley, West Yorkshire, mengen hardcore met Britse gitaarrock en zangeres Becca Macintyre weet op de tweede plaat Knowing What You Know Now precies het midden te vinden tussen boze schreeuwzang uit de hardcore en de metal en superaanstekelijke pop. Luister maar naar de van pure opwinding uit elkaar knappende nummers Major System Error en Play. En begrijp waarom ook deze Marmozets het pessimisme over de toekomst van de puntige gitaarmuziek doen verwaaien. Over vier maanden staan de Marmozets op Pinkpop, we zijn er klaar voor.

Verder: We konden de afgelopen weken natuurlijk toch niet om Kendrick Lamar heen. Hij gaf een hooggewaardeerd concert in de Amsterdamse Ziggo Dome en cureerde ook nog even een fijne ‘soundtrack’ bij de superheldenblockbuster Black Panther, met muziek geïnspireerd op die film. Luister ook naar de aangrijpende en belangwekkende plaat Rifles and Rosary Beads van de Amerikaanse rootszangeres Mary Gauthier, een plaat die zij schreef met oorlogsveteranen.

Dit alles, en meer, is te vinden op de maandelijkse Volkskrant Radio-podcast op Pinguin Radio.

Beluister dit alles en meer, in de Volkskrant Radio-podcast op Pinguin radio.

===> Lees hier alle recencies van:

Black Panther – The Album (Interscope/Universal)
Everything Is Recorded – Everything Is Recorded by Richard Russell (XL Records/Beggars)
Hookworms – Microshift (Domino/V2)
AWKWARD i – Kyd (Excelsior/V2)
U.S. Girls – In A poem Unlimited (4AD/Beggars)
Superchunk – What A Time To Be Alive (Merge/Konkurrent)
Fischerspooner – Sir (Ultra Music/Sony)
Mary Gauthier – Rifles And Rosary Beads (Proper Records/ Bertus)
Marmozets – Knowing What You Know Now (Roadrunner/Warner)
Rolo Tomassi – Time Will Die And Love Will Bury It (Holy Roar/ Bertus).

Pinguin Radio presenteert Volkskrant Radio – editie maart 2018

Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de beste albums van het moment samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant. Deze editie hebben we overigens de beste albums van het afgelopen jaar voor je geselecteerd.

 

de Volkskrant

De kroniek van de nieuwe muziek

Lees hieronder alle cd-reviews van de albums van het moment volgens de redactie van de Volkskrant.

Door: Robert Van Gijssel 14 februari 2018

Lamar is de superheld van de Amerikaanse hiphop; alomtegenwoordig en bovendien een kunstenaar van groot maatschappelijk belang. De analyses van Lamar over de zwarte identiteit en cultuur zouden zonder aanpassing al onder de film Black Panther passen.

Dat Lamar tijd had zich in een ambitieus soundtrackproject te storten, is wel weer een sterk staaltje. Lamar bracht vorig jaar zijn meesterwerk Damn uit, won daarna zo’n beetje alle muziekprijzen, trad op in awardshows en ging op een tournee langs de grootste muziekzalen ter wereld.

Toch klinkt de soundtack niet als een haastklus. Integendeel: de plaat is een weldadig geproduceerd pretpakket van de zwarte muziek, waarin Lamar scheert over de continenten, vanuit Amerika via de Caraïben richting Afrika. Lamar laat een artiestenoptocht voorbijkomen: van rapper Vince Staples tot zangers als The Weeknd, James Blake en SZA.

Black Panther The Album is een ‘gecureerde soundtrack’, hetgeen betekent dat slechts een enkel nummer is terug te horen in de film. De plaat dient vooral als muzikaal uithangbord voor de film, maar in de nummers wordt wel steeds verwezen naar verhaallijnen uit Black Panther. Bij de funky liefdesraps van The Ways bijvoorbeeld, een van de leukste tracks van de plaat, zingt gastzanger Swae Lee (de helft van hiphopduo Rae Sremmurd): ‘Power girl, power girl, If I had you, I’d travel light years for you.’

Lamar heeft de plaat niet volgestopt met tribaal Afrikaans drumwerk uit het fictieve land Wakanda – dat was ook wat te gemakkelijk geweest. De verwijzingen naar antieke Afrikaanse muziek zijn subtiel verstopt; slechts hier en daar een mystieke flard percussie. Maar in het topnummer Seasons graaft Lamar diepe Afrikaanse roots uit, met een sterk refrein in het Zoeloe en een tokkelende duimpiano.

Het spannendst is Black Panther The Album als Lamar in een filmrol stapt en stiekem toch zichzelf blijft. In King’s Dead schuift hij in het hoofd van Killmonger, de aartsvijand van Black Panther, en misschien wel van ons allemaal: ‘Fuck integrity, fuck your pedigree, fuck your feelings, fuck your culture, fuck your moral, fuck your family, fuck your tribe.’ En in de hit Pray For Me, met een heerlijk gezongen r&b-refreintje van The Weeknd, rapt Lamar zich recht naar de ziel van Black Panther: ‘I fight the world, I fight you, I fight myself. I fight God, just tell me how many burdens left.’

Everything Is RecordedEverything Is Recorded – Everything Is Recorded by Richard Russell (XL Records/Beggars)
Richard Russell kennen we vooral als de platenbaas van Adele, The Prodigy en Jack White. Maar zelf heeft hij ook ambities als muzikant en producer. Hij haalde in 2010 Gil Scott-Heron en een paar jaar later Bobby Womack naar zijn label en produceerde hun beste platen in jaren.

Door: Gijsbert Kamer 16 februari 2018

Een ernstige ziekte bracht Russell een paar jaar geleden ertoe een stap terug te doen bij zijn platenmaatschappij en zelf muziek te gaan maken. Hij bouwde een studio waarin hij elke vrijdag open huis hield. Van Damon Albarn tot Kamasi Washington kwamen ze langs. Russell nam alles op en stelde er een ijzersterk album uit samen. Everything is Recorded is een staalkaart van Britse urban stijlen. Techno, soul, reggaedub en gospel vloeien samen tot een wonderlijke mix, waaraan Russell rake samples toevoegt. Zo lopen de soulvolle vocalen van Sampha in Close But Not Quite prachtig over in de gesampelde stem van Curtis Mayfield. Ook samples van reggaezanger Keith Hudson en Grace Jones krijgen van Russell een prominente plek.

Everything is Recorded volgt zo de lijn die begin jaren negentig begon bij de baanbrekende albums van Soul II Soul en Massive Attack en later werd voortgezet door Damon Albarns Gorillaz.

Albarns vriend Richard Russell maakt met Everything is Recorded een lome, soulvolle dubversie van de meer uitbundige Gorillaz-pop. Fraai.

HookwormsHookworms – Microshift (Domino/V2)
De belangwekkendste nieuwe plaat op het Domino-label is niet de nieuwe Franz Ferdinand, maar Microshift van Hookworms. Een ironische albumtitel, want de stilistische verschuiving die de band uit Leeds op dit derde album maakt, is bepaald niet aan de kleine kant.

Door: Menno Pot 9 februari 2018

Hookworms maakte altijd hypnotiserende, gruizige noiserock, met verwijzingen naar de shoegaze-band Spiritualized. Mooi, maar veel verder dan de kleine zalen reikte de horizon voor Hookworms niet.

Op Microshift gaat ineens het licht aan: lawaaigitaren eruit, synthesizers erin. Resultaat: meer kieren waar een frisse wind doorheen waait en meer focus op de liedjes en de uitstekende zangmelodieën (Negative Space, Shortcomings).

Het mooiste is: de hypnotiserende, repetitieve gekte (fijne krautrockgroove in Opener) is glorieus intact gebleven en je kunt er soms nog op dansen ook (Ullswater).

Zo is Hookworms plotseling een band geworden die lonkt naar een vrij breed indiepubliek. Meer popgevoel, zonder de kernwaarden in te leveren, het is een hoeraatje waard.

Awkward iAWKWARD i – Kyd (Excelsior/V2)
De laatste jaren maakte Djurre de Haan muziek voor films (De ontmaagding van Eva van End, Aanmodderfakker, Monk) en theater (Het verhaal van de getallen, Alleen op de wereld). Zijn pseudoniem Awkward I reserveert hij voor zijn popprojecten.

Door: Menno Pot 9 februari 2018

Op het derde AWKWARD i-album KYD moesten we ruim zes jaar wachten (de voorganger Everything on Wheels verscheen in 2011), maar het geduld betaalt zich uit.

De Haan beleefde vijf roerige jaren, waarin hij vader werd zonder dat hij er erg in had en zijn moeder een beroerte kreeg. Het leven zette een punt achter zijn jeugd, een constatering waarvan De Haan een montere, lucide muzikale vertaling meenam naar de wereld van AWKWARD i. Zijn mooiste, best klinkende en rijkst gearrangeerde album is het resultaat.

Hier en daar verraden de liedjes welke songschrijvers hij bewondert: in Road is Rock leent hij de dictie van Bill Callahan, The Shotgun Position roept associaties op met Ron Sexsmith. De Haan heeft een feilloos gevoel voor liedjes die niet de geijkte route nemen, maar parmantig hun eigen weg zoeken. Zoals de prachtsingle Milkshakes Funnelcakes, die je doet beseffen dat er zoiets als geamuseerde melancholie bestaat.

U.S. GirlsU.S. Girls – In A poem Unlimited (4AD/Beggars)
Meg Remy maakte als U.S. Girls al een handvol albums voordat ze in 2015 voorzichtig naam maakte met het album Half Free. Langzaam heeft Remy zich meer weten te ontdoen van een wat rammelend indie-geluid, wat nu met In A Poem Unlimited heeft geleid tot haar sterkste plaat.

U.S. Girls is weliswaar geen Amerikaanse meidengroep, maar een vanuit Canada opererende zangeres en componist, die zich laat begeleiden door muzikanten uit de jazz- en funkscene van Toronto.

Juist die volle, aan de beste jarentachtigfunk van Talking Heads refererende sound maakt In A Poem Unlimited zo’n verrassend meeslepend album. Niet iedereen zal even gecharmeerd zijn van de dunne, soms wat afgeknepen stem van Meg Remy, zoals niet iedereen van Björk houdt.

Maar de bewondering voor de liedjes en arrangementen is er niet minder om, terwijl de teksten ook nog eens echt ergens over gaan. Neem M.A.H. (Mad As Hell). Het lijkt even alsof ze zich boos maakt op een (ex-) vriend. Maar het is Obama op wie haar woede zich richt. Remy voelt zich bedrogen door de gewezen president, wat ze tot uiting brengt in een van de sterkste popsongs op dit fraaie album.

SuperchunkSuperchunk – What A Time To Be Alive (Merge/Konkurrent)
Ook de Amerikaanse gitaarband Superchunk maakt zich op zijn nieuwe plaat weer eens flink boos. De woede van voorman Mac McCaughan richt zich op de deerniswekkende situatie waarin zijn land zich bevindt.

Als McCaughan, die daarnaast ook de baas is van het indie-label Merge Records, kwaad wordt, dan komt daar de mooist denkbare venijnige gitaarpop uit voort.

Majesty Shredding (2010) was zo’n uitschieter in de discografie van Superchunk, dat al sinds 1990 platen uitbrengt.

Meesterlijke, verslavende powerpop, dit. Zoals die eigenlijk veel te weinig komt bovendrijven.

FischerspoonerFischerspooner – Sir (Ultra Music/Sony)
Het Amerikaanse electroduo Fischerspooner was de laatste jaren behoorlijk afgedreven van de muzikale modes. Begin deze eeuw paste de kunstzinnige en haast museale elektronische pop van componist Warren Fischer en videokunstenaar Casey Spooner leuk in een kleine electropop-revival, maar die trend is wel zo’n beetje voorbij. En de laatste tracks en platen van Fischerspooner waren zeker geen reden de revival nieuw leven in te blazen.

MarmozetsMarmozets – Knowing What You Know Now (Roadrunner/Warner)
Hun tweede plaat Knowing What You Know Now is wat laagdrempeliger dan de eerste, maar zangeres Becca Macintyre overtuigt aanstekelijk in de stampvolle popzaal De Helling in Utrecht.

De debuutplaat van de Britse band Marmozets werd vier jaar geleden onthaald als een nu eens echt vrolijk feestje voor de harde muziek. Marmozets, een schoolvriendenband uit Bingley, West Yorkshire, maakte op The Weird and Wonderful Marmozets (2014) ziedende hardcore gemengd met catchy Britpop. En dus explosief schreeuwerige maar opwindende punkpopmuziek, die ineens – en om onduidelijke redenen – ‘post-hardcore’ werd genoemd.

De net verschenen tweede plaat Knowing What You Know Now is wat laagdrempeliger dan de voorganger. Zangeres Becca Macintyre schreeuwt iets minder en zingt vooral hard, hoog en ‘schoon’. Dat doet ze nog wel met een zeer aanstekelijke overtuiging, blijkt in de popzaal De Helling in Utrecht, die te oordelen aan de opkomst toch net een slagje te klein is. De zaal is stampvol.

Marmozets heeft een behoorlijk fanatiek publiek aan zich gebonden, want de nummers van de nieuwe plaat worden stuk voor stuk meegebruld vanuit de rossende mosh pit voor het podium. De sfeer zit er lekker in als Marmozets bijvoorbeeld het stuiterende gitaarpopnummer Stay inzetten; jengelend gitaarriffje, messcherp gezongen punkrefrein en dan toch weer zo’n beukende ontlading in de finale, die de grond laat trillen als bij een donderende heavy metalshow.

Die gekke mix van opgewekte pop en extreme schreeuwmuziek maakt Marmozets onweerstaanbaar. Het nummer Major System Error, op plaat gewoon een leuk punkpopliedje, wordt live een kolkende bak herrie waarbij de twee gitaren toch mooi puntig tegen elkaar in blijven steken. De stem van Macintyre is lenig op het acrobatische af: in de hoge noten probeert ze de flessen in de bar aan scherven te zingen. Maar in sluitstuk Captivate You, het mooiste liedje van de debuutplaat, zingt ze toch ook ingehouden geëmotioneerd, waardoor het nummer echt even binnenkomt.

Rolo TomassiRolo Tomassi – Time Will Die And Love Will Bury It (Holy Roar/ Bertus)
Rolo Tomassi uit Sheffield is een sensationele hardcoreband die nog altijd een ‘geheimtip’ voor fijnproevers is: hooggewaardeerd in een kleine kring van gelijkgestemden. Tijd om daar uit te breken, moet de band rond de prachtzangeres Eva Spence hebben gedacht toen ze zich aan de vijfde studioplaat zetten.

De allesvernietigende, met mathematische precisie in elkaar getimmerde hardcore vol tempowisselingen, akkoordenacrobatiek en brullende schreeuwzang wordt op Time Will Die And Love Will Bury It steeds ingeleid met sprookjesachtige sfeerklanken en feeërieke vocalen van dezelfde Spence, die ook in de zuivere zangstand kan betoveren. Rolo Tomassi speelde altijd al met contrasten tussen hard en zacht, zuiver en goor, maar die dynamiek is hier tot hoge kunst verheven. Het nummer Aftermath is eigenlijk een beheerst indierockliedje – met wel loeistrakke drumpartijen – dat daarna overgaat in de bak metalherrie van Rituals. Maar nooit heb je het idee dat er maar wat aan effectbejag wordt gedaan.

Het mooie aan Rolo Tomassi is dat de band je aan de hand meeneemt door een set avontuurlijke liedjes met een verhaal, zonder rockclichés of opgelegde mooizingerij maar geschreven met de beste liedschrijfpen. Een topband, ga ze live zien op 1 april in het Patronaat in Haarlem.

Luister hier naar de vorige editie!
Volkskrant Radio – februari 2018

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

 

Pinguin Radio presenteert podcast Volkskrant Radio – februari 2018

Pinguin Radio en de Volkskrant slaan de handen ineen voor een maandelijkse radio-uitzending waarin de luisteraar bij de hand wordt genomen langs de beste albums en de beste tracks van het moment.

de Volkskrant

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

De Kroniek der betere Popmuziek

Tekst Robert van Gijssel

Het plaatjaar begint zoals gewoonlijk rustig; weinig grote popreleases in januari, maar pas op, veel parels links en rechts van de mainstream. Alsof we het jaar aarzelend begroeten met de bescheiden tokkelende pracht van het oer-instrument van de popmuziek. De gitaar.

Die speelt natuurlijk de hoofdrol in de country, folk en americana, die ons de afgelopen weken werkelijk om de oren vlogen. In rijke roots- en popgeschiedenis geaarde muziek uit, uiteraard, de Verenigde Staten. Maar ook uit Zweden. En Nederland.

Tim Knol trapt 2018 af met een plaat die het hele jaar op de draaitafel kan blijven liggen en het waarschijnlijk wel volhoudt tot in de eindejaarslijstjes – ja, die beginnen we maar vast weer in te vullen. Cut the Wire is een prachtige, beheerste songwritersplaat waarop de zoete stem van Knol kan schitteren en toch ook wat herinneringen ophalen aan het beste werk van Daryll Ann. Natuurlijk ook omdat Knol weer terzijde wordt gestaan door gitarist Anne Soldaat van die band.
De melodieën van gitaar en stem kringelen om elkaar heen, in het wel zeer toepasselijk getitelde Sweet Melodies. En in het bijna feeërieke nummer Weight of Clouds, dat zich al na een keer luisteren nestelt in een plekje vlak naast je hart. Wat een topplaat.

Uit de geboortegronden van de popmuziek, en dus de zuidelijke delen van de Verenigde Staten, komt de fris gedouchte countryjongen Tyler Childers tot ons met een vrij traditionalistische countryplaat genaamd Purgatory. Childers kan tot het kamp van de aloude ‘outlawcountry’ van Waylon Jennings en Willie Nelson worden gerekend, omdat hij scherp snijdende en lichtelijk onaangepaste country maakt, voorzien van nogal rebelse teksten. Het nummer Whitehouse Road bijvoorbeeld, een echte countryradiohit in wording, is een ode aan de cocaine en andere witte poeders, en dus het snelle leven op de linkerweghelft. De refreinen zijn stuk voor stuk meezingers en Purgatory is dus een echte feestplaat. Niet moeilijk doen, maar countryrocken.

Dat doet de Amerikaanse Ben Miller Band ook, op de volwassenwordingsplaat Choke Cherry Tree. Ben Miller is al jaren een rootsfestivalfavoriet omdat de shows van de band rond Ben Miller erg enerverend zijn. De band begon een beetje als novelty-act, met zelfgebouwde instrumenten en een basgitaar met een wastobbe als klankkast, maar op de nieuwe plaat bewijst Miller vooral een erg goede songwriter te zijn. De arrangementen zijn avontuurlijk, zeker als de band zich laat begeleiden door strijkers, in de nummers Lighthouse en Mississippi Cure. Een dwingende tip, deze Ben Miller Band. Luister zelf.

En pik dan ook even de verrassend goede rootspopplaat van de Zweedse zussen Klara en Johanna Söderberg alias First Aid Kit mee. En de uitmuntende en erg toegankelijke metalplaat Down Below van de ook al Zweedse band Tribulation, die begonnen is aan een grote internationale doorbraak.

Beluister dit alles en meer, in de Volkskrant Radio-podcast op Pinguin radio.

===> Lees hier alle recencies van:

Shame – Song of Praise, Ben Miller Band – Choke Cherry Tree, Kacy & Clayton – The Siren’s Song, Tyler Childers – Purgatory, Tim Knol – Cut the Wire, Case Mayfield – Egomaniac, First Aid Kid – Ruins, Robert Finley – Going Platinum, Tribulation – Down Below en Watain – Trident Wolf Eclipse.

Pinguin Radio presenteert Volkskrant Radio – editie februari 2018

Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de beste albums van het moment samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant. Deze editie hebben we overigens de beste albums van het afgelopen jaar voor je geselecteerd.

 

de Volkskrant

De kroniek van de nieuwe muziek

Lees hieronder alle cd-reviews van de albums van het moment volgens de redactie van de Volkskrant.

shameShame – Song of Praise (Dead Oceans/Konkurrent)
Eindelijk weer een Britse gitaarrockband die de luisteraar doet opveren. Uit Brixton komen vijf jongens die zichzelf Shame noemen en de eerste goede rockplaat van 2018 voor hun rekening nemen.

Door: Gijsbert Kamer 12 januari 2018

Songs of Praise is stevig geworteld in het postpunkgeluid waarin vooral de Britten begin jaren tachtig goed waren. Zanger Charlie Steen sneert meer dan hij zingt en klinkt soms als een nazaat van The Falls Mark E. Smith. En dan zijn er nog die ijzige, guur afgestemde gitaarpartijen, die herinneringen oproepen aan al dan niet vergeten bands als Killing Joke en The Chameleons.

Maar Shame appelleert niet alleen aan nostalgische sentimenten bij de generaties ouder dan zij, daarvoor zijn de songs te eigenzinnig en de teksten te brutaal. ‘I like you better when you’re not around’, zingt Steen in Tasteless. Een liedje dat zo op het laatste album van het ook al zo geweldige Protomartyr had kunnen staan.

Het mooiste nummer, Angie, bewaart Shame voor het laatst. Zeven minuten duurt het en de dreiging wordt met de minuut sterker.

Meanderende gitaarakkoorden, zanger Steen die zich even inhoudt en zich al murmelend een weg baant om dan helemaal los te komen. Zijn wanhoop en verlangens worden overtuigend verklankt. Eindelijk, zeggen we dan. Eindelijk is er weer eens een jong Brits gitaarbandje dat echt nieuwsgierig maakt naar hoe het zich verder zal ontwikkelen.

Ben Miller BandBen Miller Band – Choke Cherry Tree (New West Records/Pias)
De Amerikaanse Ben Miller Band uit Joplin in de staat Missouri begon ruim tien jaar geleden als gadgetband, met zelfgemaakte instrumenten uit de voorraadschuur, zoals een bas gebouwd op een wastobbe, met een bezemsteel en een fietsband als snaar. Maar het stadium van leuke novelty-act op een festival is de band allang voorbij. Het kwartet toerde vijf jaar geleden de wereld over met ZZ Top en bouwde zo een flinke fanbase op, want vooral de concerten zijn meeslepend. Ook omdat het liedwerk van Miller gewoon goed is.

Door: Robert van Gijssel 26 januari 2018

Op Choke Cherry Tree wordt stevig in de zuidelijke Amerikaanse rootstraditie gegrepen. Met stompende, rauw scheurende gitaarblues in Big Boy, waar zo te horen de hellehonden achteraan rennen. Maar opvallend genoeg ook in zachtzinniger folk- en cajunsongs als Trapeze, waarin zanger Miller het goed doet als verteller.

De mannen en dame zitten niet vast in americanahokjes, dat blijkt wel uit het opmerkelijkste nummer van deze plaat: Akira Kurosawa. Inderdaad, over de Japanse cineast, voor wie Ben Miller kennelijk een diepe fascinatie koestert. Origineel. Net als de toevoeging van een cello en zelfs een compleet strijkorkest aan het plattelandsinstrumentarium, in bijvoorbeeld het tranentrekkende nummer Lighthouse en het slotnummer Mississippi Cure. Dat liedje valt nog het beste te omschrijven als een neoklassiek Randy Newman-lied. De arrangementen rond de meerstemmige zangpartijen zijn prachtig. Er zit nog heel veel groei en avontuur in deze band, die vooral serieus genomen wil worden, ver voorbij de wastobbe.

Kacy & ClaytonKacy & Clayton – The Siren’s Song (New West Records/Pias)
De muziek van het Canadese duo Kacy & Clayton klinkt alsof ze komt overgewaaid vanuit de Laurel Canyon, die groene wijk in de heuvels rond Hollywood waar de hippies in de jaren zestig bloemen plukten uit de prinsessenhof van Joni Mitchell. Kacy Anderson en Clayton Linthicum, nicht en neef, maken op traditionalistische wijze gemengde folk en country, en zij doen dat zo aardig dat bijvoorbeeld Jeff Tweedy van de bands Wilco fan is geworden. Tweedy produceerde het album The Siren’s Song, dat in de Verenigde Staten al een paar maanden uit was, maar vanaf deze week ook in Nederlandse platenzaken ligt.

Door: Robert van Gijssel 19 januari 2018

De stem van Kacy Anderson, die ook viool speelt, is het beste verkoopargument van het duo: een melodieus meanderende, zachtzinnige vertelstem met engelachtig vibrato, die sprookjesliedjes als het titelnummer de juiste psychedelische lading weet mee te geven: ‘On that shining crystal shore, my eyes did squint to see, three pairs of scarlet lips, singing harmony.’ Als gitarist Clayton Linthicum de bescheiden tweede stem laat volgen in refreinen met flarden close harmony, klinken Kacy & Clayton weldadig.

Het wordt minder als Linthicum de hoofdrol op zich neemt. Hij is een gemiddeld begaafde zanger en dat wreekt zich in het liedje White Butte Country, waarin de lage tonen echt even uit het spoor lopen. Maar slaan we dat nummer over, dan hebben we hier toch een mooi nostalgisch folkplaatje te pakken.

Tyler ChildersTyler Childers – Purgatory (Thirty Tigers/ Bertus)
Het platenjaar begint met een aangename rootsverrassing. Tyler Childers uit Kentucky – een kind dus uit de kraamkamers van de Amerikaanse country – is een protegé van de zanger Sturgill Simpson, maar kan uitstekend op eigen benen staan.

Door: Robert van Gijssel 5 januari 2018

Zijn album Purgatory, dat nog wel deels door Simpson is geproduceerd, verwijst naar de onaangepaste countrytijden van Willie Nelson en Waylon Jennings, met door bitse gitaren gegeselde liedjes. Zeer enerverende liedjes, die vooral werken als ze hard uit de autoradio knallen.

Elke track is even opwindend, dankzij de knauwende en soms subtiel overslaande stem van Childers, het jankende samenspel van violen, steelgitaar en hakkende banjo’s en vooral de meezingrefreintjes in fantastische samenzang.
Childers en band gaan geen hippe experimenten aan en blijven trouw aan de ‘outlawcountry’ uit de jaren zeventig. Ook in de teksten, want die zijn behoorlijk rebels. Childers zingt over alcoholisme, moord, ondiepe graven en brute bargevechten, overigens in een welbespraakte en poëtische stijl. En het kwaadaardig rockende topnummer Whitehouse Road lijkt een loflied op de geneugten van Colombiaanse poeders. ‘We been sniffin’ that cocaine, ain’t nothing better when the wind cuts cold. Lord, it’s a mighty hard livin’, but a damn good feelin’ to run these roads.’

Er zijn verschillende manieren om binnen de lijntjes te blijven, wil Childers maar zeggen. Een wild maar onweerstaanbaar countryfeestje.

Tim KnolTim Knol – Cut the Wire (Excelsior)
Het was 2015 en Tim Knol was Tim Knol even zat. Na drie albums onder zijn eigen naam, waarvan het laatste (Soldier On uit 2013) toch ook minder teweegbracht dan de twee voorgangers, maakte hij een plaat met zijn garagebandje The Miseries en leek hij liever zijn fotocamera op te pakken dan zijn akoestische gitaar.

Door: Menno Pot 19 januari 2018

Nu is hij terug met Cut the Wire en hoera: er is (ook voor de maker zelf) weer alle reden om van Tim Knol te houden. Niet omdat hij weer klinkt als op zijn eerste albums, maar juist omdat hij een nieuw, prachtig licht popgeluid smeedde: een bandsound, maar lichtvoetiger dan die van The Miseries. Je hoort duidelijk de hand van Anne Soldaat, zijn trouwe metgezel.

Al na een minuutje van het prachtige openingslied Whispering Heart weet je dat het goed zit: de frisheid is terug in de wiegende, elegante melodieën die Knol zo mooi kan schrijven én met zijn heldere stem prachtig kan inkleuren (Weight of Clouds!).

Hoe opbeurend het ook allemaal klinkt, Cut the Wire is bij vlagen ook een afrekening: met het verleden, de verwachtingen en zichzelf.

Gewoon mooie muziek maken, dat is nu het devies, maar hij doet hier meer dan dat. Het is alsof we Tim Knol op Cut the Wire voor het eerst echt in zijn hart mogen kijken, tot in een roerende ode aan zijn oma aan toe.

Case MayfieldCase Mayfield – Egomaniac (BackStage Hotel Records)
In tien jaar is het BackStage Hotel aan de Leidsegracht uitgegroeid tot een centrale plek en ontmoetingsplaats in de Amsterdamse muziekscene: muzikanten die in de poptempels Paradiso en de Melkweg optreden logeren er, lokale muzikanten treden op in de bar.

Door: Menno Pot 19 januari 2018

Nu is ‘BackStage Hotel’ ook een platenlabel, met het vierde album Egomaniac van singer-songwriter Case Mayfield als eerste uitgave.

Het liet langer op zich wachten dan we van Mayfield (echte naam: Kees Veerman) gewend zijn: ‘Ik was klaar met de muziek en de muziek met mij’, zegt hij in het meegeleverde persbericht. Dat moet nu van beide zijden voorbij zijn, want Egomaniac biedt ons alles wat Case Mayfield bijzonder maakt: onorthodox, intuïtief gitaarspel, meanderende melodieën en die licht hese stem, die nu eens teder en dan weer hysterisch of ronduit agressief kan klinken.

De mensen van het BackStage Hotel-label wisten Case Mayfield weer aan het schrijven te krijgen en hebben de Nederlandse popmuziek daarmee meteen al een eerste belangrijke dienst bewezen.

First Aid KitFirst Aid Kid – Ruins (Sony Music)
Het leek er op, bij Klara en Johanna Söderberg, dat de twee Zweedse zusjes Amerikaanser klonken dan menig americana-zangeres. En het was ook op, zo lezen we in een schrijven bij hun vierde album Ruins. Ze waren klaar met elkaar en met de wat sobere country-folk waarmee ze in vijf jaar naam maakten. Maar ze hebben zichzelf herpakt en komen terug met een vollere popsound, waarbinnen gelukkig volop ruimte blijft voor hun prachtige samenzang.

Die dubbele snik blijft fraai in liedjes als It’s a Shame en To Live a Life. Net als de pedal steel die af en toe opduikt. Het popgeluid past First Aid Kit prima. Het schuurt een beetje tegen dat van HAIM en zelfs Fleetwood Mac aan. Mooi gedaan.

Robert FinleyRobert Finley – Going Platinum (Easy Eye/Warner)
Een mooi decembersprookje diende zich nog even aan in de vorm van Goin’ Platinum, het tweede album van Robert Finley, een zanger/gitarist uit het zuiden van de Verenigde Staten.

Luister hier naar de vorige editie!
Volkskrant Radio – januari 2018

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

 

Pinguin Radio presenteert podcast Volkskrant Radio – januari 2018

Pinguin Radio en de Volkskrant slaan de handen ineen voor een maandelijkse radio-uitzending waarin de luisteraar bij de hand wordt genomen langs de beste albums en de beste tracks van het moment. Deze editie hebben we overigens de beste albums van het afgelopen jaar voor je geselecteerd.

de Volkskrant

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

===> Lees hier alle recencies van:

Mount Eerie – A Crow Looked At MeOumou Sangaré – MogoyaFuture Islands – The Far FieldEmptiness – Not For MusicKendrick Lamar – DamnConverge – The Dusk in UsVince Staples – Big Fish TheoryPeter Perrett – How The West was WonKing Krule – The OozLCD Soundsystem – American Dream, Thundercat – Drunk en The War on Drugs – A Deeper Understanding.

De hele top-50 van de Volkskrant vind je hier!

Pinguin Radio presenteert Volkskrant Radio – editie januari 2018

Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de beste albums van het moment samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant. Deze editie hebben we overigens de beste albums van het afgelopen jaar voor je geselecteerd.

 

de Volkskrant

De kroniek van de nieuwe muziek

Lees hieronder alle cd-reviews van de albums van het moment volgens de redactie van de Volkskrant.

Mount Eerie – A Crow Looked At Me
De titel van de plaat zegt veel over het levensgevoel dat door de liedjes van Mount Eerie drijft. De Amerikaanse zanger-gitarist Phil Elverum, zijn echte naam, zingt over zijn aan kanker overleden echtgenote, en hij doet dat zo verbluffend goed en aangrijpend dat iedereen er stil van zou moeten worden. Teder en timide, emotioneel en intiem. En dat bij indrukwekkend directe teksten: ‘Death is real. Someone’s there and then they’re not, and it’s not for singing about.’ Zo worden wij op wonderlijke wijze deelgenoot van Elverums verdriet.

Oumou SangaréOumou Sangaré – Mogoya
Oumou Sangaré was de afgelopen tien jaar een beetje een Malinese diva in ruste. Ze deed vooral zaken, en goede ook. Maar de kunst begon kennelijk weer te knagen aan het liedjesbrein, want Sangaré herpakt zich op de kracht gevende topplaat Mogoya. Zij laat haar liedjes in aanstekelijke pop en psychedelica verpakken door de Franse producers van het collectief Albert. En zingt zoals zij dat altijd heeft gedaan: gedecideerd, messcherp articulerend en in de opstijgende toonladders van een magische schoonheid.

Future IslandsFuture Islands – The Far Field
Het Amerikaanse indietrio Future Islands wordt bij iedere plaat beter. De liedjes worden steeds nauwkeuriger uitgewerkt; het geluid, dat herinneringen oproept aan de glorieuze newwave-tijd, wordt steeds verzorgder. Maar de grootste troef is de intense voordracht van frontman Sam Herring, die voortdurend op het randje van de waanzin lijkt te balanceren. Een stevig doormarcherende prachtplaat.

EmptinessEmptiness – Not For Music
De Belgische cultband Emptiness was ooit gewoon een raggend blackmetalbandje. Vergeet die verleden tijd. De plaat Not For Music is een uitpuilend klankenkabinet, dat over je heen dondert bij sissende en fluisterende spookstemmen. Metal? Nou nee. Emptiness componeerde eerder een geheel stijlvrije maar pikzwarte symfonie van onheilstijdingen, waarin steeds meer sprankelende gitaarwondertjes zijn te ontdekken. Oneindig treurig en bloedjemooi.

Kendrick LamarKendrick Lamar – Damn
Twee jaar geleden lachte Kendrick Lamar ons toe vanaf de eerste plek van de Lijst van 50, met zijn meesterwerk To Pimp a Butterfly. Met de opvolger Damn betreedt hij opnieuw de toptien van vrijwel alle jaarlijsten wereldwijd. Lamar heeft de jazz wat verlaten en klinkt op Damn lichtvoetiger en transparanter. Maar luister nu eens naar dat eenvoudige maar schitterende gitaarmotiefje in het nummer Pride. Zó mooi.

ConvergeConverge – The Dusk in Us
Wat kan keiharde muziek soms toch breekbaar en ontroerend zijn. De Amerikaanse band Converge maakt al een jaar of twintig onverstoorbaar hardcoreherrie, maar bereikt op The Dusk In Us een ongekend hoog niveau. De liedjes zijn puur en getergd, de energie die loskomt rond de in elkaar stekende gitaren is elektrificerend. Zanger Jacob Bannon schreeuwt dat we niet elkaar, maar de monsters in ons eigen hoofd moeten bestrijden. Goed punt.

Vince StaplesVince Staples – Big Fish Theory
Vince Staples weet de hiphop op zijn plaat Big Fish Theory weer een nieuwe kant op te duwen. Zijn raps zijn ingebed in een volledig elektronische klank, van bijvoorbeeld de danceproducer Flume, en daarmee klinkt Staples fantastisch. Dat hij een geweldige rapper is, wisten we al. Maar dat hij met succes zo’n compleet nieuw geluid aan zijn hiphop geeft, is toch verrassend.

peter perrettPeter Perrett – How The West was Won
De Britse newwave-rocker Peter Perrett, bekend van The Only Ones uit de jaren zeventig, ontwaakte uit een decennia durende drugsroes. Met een ontroerende plaat, die min of meer bedoeld is als ode aan zijn vrouw. Een haarfijn liedjesalbum met melancholieke gitaarsongs vol authentieke liefdeslyriek, ironische observaties en uiteraard ook best wat zwartgallige overpeinzingen.

King Krule – The Ooz
Archy Marshall alias King Krule is een rusteloze jonge neobeatnik die ons met jazzrap, hiphop, punk en druipende soundscapes meesleept naar de straten van Londen. En dan natuurlijk niet de vrolijkste straten. Op The Ooz weet je soms niet wat je hoort: hiphop uit een angstdroom, gemengd met vage nachtclubjazz en liftmuziek uit vervlogen tijden. Poëtisch, intrigerend, en gewoon ook ontzettend leuk.

LCD SoundsystemLCD Soundsystem – American Dream
LCD Soundsystem van James Murphy werd een paar jaar geleden opgedoekt, en direct daarna weer bijeengebracht. De fans begrepen het allemaal niet meer zo. Maar na deze ‘comebackplaat’ klaagt niemand meer over de grilligheid van frontman Murphy. Op American Dream koppelt hij de paranoia van onze tijd aan zijn eigen angsten en ellende, verlies en aftakeling. Bij ijzingwekkend mooie muziek vol hypnotiserende synths en ontregelende gitaren.

ThundercatThundercat – Drunk
De zanger-bassist Thundercat is vanuit de jazz en funk opgetrokken richting soepele soul en softrock. En dat is best goed nieuws. Thundercat zingt steeds beter en de liedjes zijn strak gecomponeerd. De gastbijdragen van rappers als Kendrick Lamar en Wiz Khalifa zijn ook nog eens raak, en dus hebben we hier te maken met een heerlijk wegluisterend topplaatje.

The War on DrugsThe War on Drugs – A Deeper Understanding
Een bedwelmend album van een band die rockende sereniteit tot grootste gitaarkunst heeft verheven. De liedjes van de Amerikaanse indieband The War on Drugs, over vertwijfeling en vergankelijkheid, zijn nog weidser en melancholieker dan voorheen. Muziek voor bij een Amerikaanse roadmovie in sepiakleuren.

De hele top-50 van de Volkskrant vind je hier!

Luister hier naar de vorige editie!
Volkskrant Radio – december 2017

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

 

Pinguin Radio presenteert podcast Volkskrant Radio – december 2017

Pinguin Radio en de Volkskrant slaan de handen ineen voor een maandelijkse radio-uitzending waarin de luisteraar bij de hand wordt genomen langs de beste albums en de beste tracks van het moment.

de Volkskrant

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

===> Lees hier alle recencies van:

Lilly Hiatt – Trinity Lane, Sharon Jones & the Dap Kings – Soul of a Woman, Mavis Staples – If All I was, was Black, U2 – Songs of Experience, Daniele Luppi & Parquet Courts – Milano, Broederliefde – We Moeten Door, Fever Ray – Plunge, Gord Downie – Introduce Yerself, Converge – The Dusk In Us en Amenra – Mass VI.

Pinguin Radio presenteert Volkskrant Radio – editie december 2017

Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de beste albums van het moment samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant.

de Volkskrant

De kroniek van de nieuwe muziek

Lees hieronder alle cd-reviews van de albums van het moment volgens de redactie van de Volkskrant.

Lilly HiattLilly Hiatt – Trinity Lane (New West Records/PIAS)
De zangeres Lilly Hiatt is al tijden uit de voetsporen van haar vader John getreden. Toch spelen haar jeugd en dus de relatie met haar pa een grote rol in haar muziek. Zo ook op haar mooie derde plaat, Trinity Lane.

Die zijn voor het merendeel geschreven door Neal Sugarman en Gabriel Roth (Bosco Mann), de mannen achter haar platenlabel Daptone. Het label dat haar begin deze eeuw op haar 45ste een late, maar fraaie carrière bezorgde. En die veel te vroeg eindigde.

Hoezeer dat nog altijd is te betreuren, blijkt op het nu postuum verschenen Soul of a Woman – misschien wel het meest doorleefd klinkende album dat Jones heeft opgenomen.

Van het aanvankelijke plan een album met groot orkest te maken, is uiteindelijk afgeweken. Wel wordt de tweede helft van Soul of a Woman gevuld met groots gearrangeerde ballads, terwijl de wat meer gepeperde felle songs aan het begin staan.

Wat had ze toch een geweldige band, denk je wanneer ze in Matter of Time en Sail On haar krachtige soulstem opzet. Gitarist Binky Griptite vervult in veel nummers de hoofdrol. Zoals in het mooi klein gehouden Pass Me By.

Alles wordt aan het eind nog één keer uit de kast getrokken voor het enige door Jones zelf geschreven liedjes Call on God. Een diepe gospel die zo intens wordt gezongen dat je Jones bijna voor je ziet, kloppend aan de hemelpoort.

Mavis StaplesMavis Staples – If All I was, was Black (ANTI-/Epitaph)
Voor de derde achtereenvolgende keer liet soul- en gospelvedette Mavis Staples haar album produceren door Jeff Tweedy van de band Wilco. If All I Was Was Black markeert een voorlopig hoogtepunt van die samenwerking.

Voor het eerst componeerde Tweedy alle liedjes speciaal voor een album van Mavis Staples (78) en behalve als gitarist in de meeste nummers is hij in Ain’t No Doubt About It ook te horen als zanger.

Een prachtig liedje, dat zo van Wilco had kunnen zijn. Veel andere nummers lijken geschreven met de legendarische Staples Singers in gedachten. Gospel vermengd met soul en een beetje pop, zoals zij dat in de jaren zestig in liedjes als I’ll Take You There en Respect Yourself zo meesterlijk over het voetlicht brachten.

De liedjes op If All I Was Was Black zijn kleiner, Staples zingt wat lager maar de urgentie is niet minder dan destijds. Tweedy’s teksten zijn ingegeven door de actualiteit van een steeds onverdraagzamer en ongelijker Amerika. Mavis Staples maakt zich die zorgen knap eigen op een prachtig ingetogen, sober maar raak geproduceerd album.

U2 had met hun veertiende studio-album iets goed te maken. Niet alleen was hun vorige plaat Songs Of Innocence (2014) muzikaal ondermaats, ook de manier waarop het ongevraagd miljoenen iTunes-bestanden werd ingeduwd leverde het Ierse viertal veel kritiek op.

De geweldige indiegitaarband Parquet Courts en zangeres Karen O (Yeah Yeah Yeahs) weten mooi de New York-sound van rond 1980 te vangen: dissonante gitaren, zanger Andrew Savage die klinkt als een kruising tussen Lou Reed en Jonathan Richman, en Karen O die haar beste Lydia Lunch-kirretjes laat horen.

Het kraakt allemaal wat minder dan de muziek van DNA en Lounge Lizards destijds. Luppi heeft dan ook echt een stel sterke, transparante liedjes geschreven zoals Talisa en Mount Napoleon. Sterk is ook de ode aan het Milanese designmerk Memphis, waarin Bob Dylans Stuck Inside the Mobile with the Memphis Blues Again wordt aangehaald. The Fall en Pere Ubu zijn andere referenties hier. Niet New Yorks, maar waarschijnlijk wel erg populair onder alto’s in Milaan.

BroederliefdeBroederliefde – We Moeten Door (Top Notch/ Universal)
Broederliefde blijft soms behoorlijk vlammende raps combineren met van die heerlijk zangerige refreintjes. Maar vergeleken met de vorige platen is Broederliefde op We Moeten Door een stuk volwassener.

Lees meer

Fever RayFever Ray – Plunge
Toen The Knife in 2014 bekendmaakte ermee te stoppen, leek het haast alsof het Zweedse duo (Olof en Karin Dreijer, broer en zus) was bezweken onder het gewicht van het laatste album Shaking The Habitual (2013): honderd minuten ongrijpbare, dwarse, kunstzinnige, militant-politieke elektronica. The Knife was klaar. Meltdown.

Door: Menno Pot 3 november 2017

Nu is Karin Dreijer terug als Fever Ray, de naam waaronder ze in 2009 al een album heeft uitgebracht. De opvolger Plunge (nu digitaal verschenen; in februari volgen cd en vinyl) is een indrukwekkende elektroplaat die het beste van de laatste twee Knife-albums in zich verenigt: het donker-toegankelijke van Silent Shout (2006) en het schurend-provocerende van Shaking the Habitual.

De beats struikelen en stotteren in To The Moon And Back. Elektronische straaljagers scheren laag over in Wanna Sip. Uit het roffelende IDK About You stijgen geile kreuntjes op. Karin Dreijer zingt en spuugt haar teksten eroverheen, over seks en relaties en politiek. Alleen in de kalme, spacey titeltrack lijkt ze even tijd te nemen voor een pauze.

Zo spannend kan elektropop dus zijn, want hoe sinister en rafelig het af en toe ook is: altijd ligt er een liedje aan ten grondslag.

Gord DownieGord Downie – Introduce Yerself (Arts & Crafts)
Toen de ongeneeslijk zieke Gord Downie op 27 september dit jaar aankondigde dat hij nog één album zou uitbrengen, moet hij hebben gevoeld dat het een postuum album zou worden. De zanger van de Canadese rockband The Tragically Hip stierf op 17 oktober, op 53-jarige leeftijd, aan een hersentumor.


ConvergeConverge – The Dusk In Us (Epitaph)
Stemt het verstrijken der jaren de mens echt milder? Je zou het, met een blik op het haatreservoir in de sociale media, misschien niet zeggen.

Luister hier naar de vorige editie!
Volkskrant Radio – november 2017

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

 

Pinguin Radio presenteert podcast Volkskrant Radio – november 2017

Pinguin Radio en de Volkskrant slaan de handen ineen voor een maandelijkse radio-uitzending waarin de luisteraar bij de hand wordt genomen langs de beste albums en de beste tracks van het moment.

de Volkskrant

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

===> Lees hier alle recencies van:

Dave Clarke – The Desecration of Desire, Curtis Harding – Face Your Fear, Colleen – A Flame My Love, A Frequency, JW Roy – A Room Full of Strangers, Luwten – Luwten, Sisters of Suffocation – Anthology of Curiosities, Kelela – Take Me Apart, Quiet Hollers – Amen Breaks, Liam Gallagher – As You Were en John Carpenter – Anthology.