Live Foto Review: Jennylee @ Bitterzoet

Live Foto Review: Jennylee @ Bitterzoet, Amsterdam
07 april 2016
Foto’s Willem Schalekamp

Jenny Lee Lindberg heeft tijdens haar drukke bestaan als bassiste van de psychedelische indieband Warpaint ook ruimte gevonden om eigen muziek te schrijven en componeren. Dat resulteerde in haar debuutalbum right on!. Het is een donker en intiem album geworden met voorzichtige new wave en postpunk invloeden.

Jennylee Jennylee @ Bitterzoet

Jennylee Jennylee @ Bitterzoet

Jennylee Jennylee @ Bitterzoet

Jennylee Jennylee @ Bitterzoet

Album Reviews: Michelle David en Roald van Oosten

Michelle DavidMichelle David – The Gospel Sessions, Vol. 2. (Excelsior)
Heel even schiet het door me heen. Zat de verkeerde LP in de hoes? Een heruitgave van een mij onbekende diamant op, ongetwijfeld, Atlantic ergens midden jaren zestig? Het is echter wel degelijk My Praise, het losjes op Walk Around Heaven All Day gebaseerde openingsnummer van het tweede deel van de samenwerking tussen Beans & Fatback mannen Onno Smit en Paul Willemsen en zangeres Michelle David.

Was het op deel 1 een zo kaal mogelijke variant, op deel 2 pakken ze uit met rijk gearrangeerde Gospel/Soul, diep gedrenkt in traditie, maar volstrekt eigentijds klinkend. De schitterende productie en de ijzersterke songs zijn echter slechts de opmaat voor het vocale talent van David, die we natuurlijk wel kennen van Big, Black & Beautiful, maar hier luidkeels de indruk geeft de plek te hebben gevonden die ze altijd al zocht. Deel 1 was een geslaagd experiment, Deel 2 is een meesterwerk. De kerken gaan weer vollopen. Tekst Mania | Jurgen Vreugdenhil

LIVEDATA 13/04 Huis Verloren, Hoorn 01/05 Noorderkerk, Sneek 08/05 Here Comes The Summer, Vlieland 04/06 Nacht van de Kunst & Wetenschap, Groningen 28/07 Stortemelk, Vlieland 31/07 Zomer op het Plein, Alkmaar

Roald van OostenRoald van Oosten – Oh Dark Hundred (V2)
Toch handig voor de recensent: een artiest die zelf duiding aan zijn album geeft. Van Oosten vat de sfeer van zijn album al aardig samen in de albumtitel en de titel van het openingsnummer. Laten we beginnen met de albumtitel, Oh Dark Hundred. Dat is een uitdrukking die vooral door militairen wordt gebezigd en betrekking heeft op een tijdstip in het holst van de nacht. Een nachtplaat dus. Het eerste nummer van de plaat heet Snug, wat te vertalen is als ‘warm en comfortabel’. Ook dat is treffend; Oh Dark Hundred voelt als een warme popplaat die meteen al vertrouwd aandoet.

Roald van Oosten is overigens geen nieuwkomer dus een korte samenvatting van zijn carrière kan geen kwaad. Zo halverwege de jaren ’90 maakt hij furore als frontman van de band Caesar, een band die de eer heeft om de allereerste Excelsior-release op hun naam te hebben. Ze bouwen in die tijd een stevige live-reputatie op met hun gruizige opzwepende rock en cult-hit Situations / Complications. Na zo’n tien jaar (waarin ze zelfs met Steve Albini hebben samengewerkt) komt er een einde aan de band, waarna Van Oosten zich richt op filmmuziek en een album opneemt met de nieuwe band Ghost Trucker, ook met een filmische sfeer. In een recent interview geeft hij aan niet alwéér een nieuw bandje te willen opstarten en dus is zijn nieuwe worp onder zijn eigen naam.

Een bandgeluid is er echter wel degelijk te horen op Oh Dark Hundred maar toch voelt het inderdaad aan als een solo-aangelegenheid. Het album draait namelijk om ingetogen, melancholische popliedjes. Fans van Caesar opgelet: scheurende gitaren blijven achterwege. Daarvoor in de plaats komen subtiele geluidseffecten die de muziek zo nu en dan iets spookachtigs geven. Juist, een nachtplaat dus. Ook in de teksten komen thema’s als dromen en het duister veelvuldig terug. Van Oosten zelf vertelt in een interview dat hij gewoon maar liedjes over ruimteschepen en katten schrijft, maar daar doet hij zichzelf te kort mee; op Oh Dark Hundred is de zanger juist persoonlijker dan ooit. Ruimteschepen komen weliswaar aan bod maar regelmatig doen de teksten reflectief aan, passend bij de melancholie van de liedjes.

Aha, het is dus een terneergeslagen singer-songwriterplaat? Nee, zeker niet! Er zit juist een aangename vaart in de muziek, de melodieën voelen opgewekt aan, en de sfeer is weliswaar nachtelijk maar ook warm en gloedvol. Het is een knappe prestatie: aan de ene kant schrijft Roald van Oosten liedjes die je vanaf de eerste luisterbeurt al inpakken, maar aan de andere kant doet dat niets af aan de gelaagdheid en diepgang. Het doet denken aan Pergola, de Nederpopklassieker van Johan. Maar ook aan een band als dEUS in de jaren ’90, niet in de laatste plaats vanwege de gelijkenis in stem met Stef Kamil Carlens (ook bekend van Zita Swoon).

Hoogtepunten zijn er in de vorm van het meeslepende Snug, het quasi-lichtvoetige A Different Light, het licht psychedelische Let’s Go Spacey en de mijmerende afsluiter A Great New Town, maar eigenlijk is elk liedje raak. Liedjes die je steeds meer in je hart sluit. Daarmee is Oh Dark Hundred een plaat om te koesteren. Arnout de Vries

LIVEDATA 13/04 Paradiso, Amsterdam 15/04 W2 Poppodium 16/04 Vera, Groningen 17/04 Hedon, Zwolle

Live Foto Review: The Last Shadow Puppets @ Paradiso

Live Foto Review: The Last Shadow Puppets @ Paradiso, Amsterdam
07 april 2016
Foto’s Willem Schalekamp

Exact acht jaar na het uitbrengen van hun wereldwijd geprezen debuutalbum The Age Of The Understatement zijn Alex Turner en Miles Kane terug met een nieuw album. Niet dat de heren in al die jaren stil hebben gezeten. Met zijn Arctic Monkeys bracht Alex Turner nog drie uiterst succesvolle albums uit, sloot twee keer Glastonbury af en groeide uit tot excentrieke frontman van één van de grootste rockbands van deze tijd. Kane bracht op zijn beurt onder zijn eigen naam twee albums uit, speelde voor uitverkochte zalen over de hele wereld en speelde vaak mee bij de grootste shows van Arctic Monkeys. Nu zijn de twee beste vrienden naar eigen zeggen “fucking grown men” geworden en richten ze hun pijlen weer op The Last Shadow Puppets.

The Last Shadow Puppets @ Paradiso The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets @ Paradiso The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets @ Paradiso The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets @ Paradiso The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets The Last Shadow Puppets @ Paradiso

The Last Shadow Puppets The Last Shadow Puppets @ Paradiso

Album Reviews: Ben Harper en John Coffey

Ben HarperBen Harper & The Innocent Criminals – Call It What It Is (Caroline)
Vroeger, toen de lucht nog schoon was en de seks vies. Met dat flauwe cliché opent Ben Harper Call It What It Is, het album dat het hem na acht jaar weer verenigt met de Innocent Criminals. Gelukkig doet hij dat muzikaal zo sterk, dat je het hem direct vergeeft. Rauw, groovend en krachtig, zoals Harper op zijn beste momenten klinkt.

In het aansluitende Deeper And Deeper horen we direct zijn andere karakteristieke kant: gevoelig en breekbaar, met een falsetto die je op slag kippenvel bezorgt. De reünie met zijn oude begeleidingsband heeft Ben Harper duidelijk teruggebracht in een comfortabele en vooral ijzersterke vorm. Op Call It What It Is horen we Harper weer vertrouwd laveren tussen blues, soul, gospel en rock. Met zijn herkenbare Weissenborn, fantastische stem en vooral ook kritische kijk op de wereld.

De bluesy titeltrack laat wat dat betreft weinig aan de verbeelding over: “They shot him in the back, now it’s a crime to be black.” Inderdaad, Call It What It Is noemt Amerika’s complexe kwesties bij hun naam. Dat is indrukwekkend en inspirerend, zeker als je bedenkt dat Harper dergelijke boodschappen al meer dan twintig jaar vertolkt zonder ook maar iets van relevantie of felheid te verliezen. Wie nog wel eens met weemoed terugdenkt aan zijn geweldige albums uit de jaren 90 heeft er met Call It What It Is absoluut een nieuwe favoriet bij. Tekst Mania | Martijn Koetsier

LIVEDATA 18/10 Vorst Nationaal, Brussel 24/10 Paradiso, Amsterdam

Bestel en win een gesigneerde canvas!!!

John Coffey - A House for TheeJohn Coffey – A House For Thee (V2)
Op doorbraakplaat The Great News van vorig jaar klinkt John Coffey toegankelijker dan ooit. Steeds vol energie, branie en agressie, maar met songs bruisend van melodie. Een plaat met een hoog popgehalte dus. Dit tussendoortje lijkt daar een reactie op, want A House For Thee klinkt donker en een tikje serieuzer.

Het onderwerp van de songs leent zich hier ook voor, want de Utrechters snijden tekstueel de vluchtelingencrisis aan. Een gevoelig onderwerp dat door de punkrockers messcherp en met veel ironie wordt verwoord. Opener No House For Thee gaat over een badgast die niets van vluchtelingen moet weten tot hij een drenkeling aantreft. De boosheid en verontwaardigheid van de band over het lot van deze mensen klinkt door in de muziek. Zanger David Achter de Molen schreeuwt dit keer weer meer dan dat hij zingt. De meeschreeuwrefreintjes waar de band op The Great News zo in excelleert, ontbreken dit keer.

No House For Thee en Nails on the Blackboard missen muzikaal een beetje richting, maar weten de luisteraar tekstueel te boeien. In slepende songs Needless en One Size Fits All horen we een kant van John Coffey die we nog niet zo vaak hebben gehoord; een indrukwekkend staaltje sfeervol beukwerk. Als dit een voorproefje voor het nieuwe volledig album is, hoor je ons niet klagen. Milo Lambers

LIVEDATA 05/05 Bevrijdingsfestival Zwolle 05/05 Bevrijdingsfestival Haarlem 05/05 Bevrijdingsfestival Utrecht 28/05 Graspop Festival, Rasquert 03/06 Vestrock, Hulst 11/06 Retie Rock, Retie (B) 24/06 Jera On Air, Ysselsteyn  09/07 Stonerock, Dalfsen 16/07 Valkhof Festival, Nijmegen 22/07 Zwarte cross, Lichtenvoorde 26/08 Nirwana Tuinfeest, Lierop 02/09 City Rock, Leeuwarden

Live Review: Monster Truck @ Melkweg, Amsterdam

Live Review: Monster Truck @ Melkweg, Amsterdam
01 april 2016
Tekst Jeroen Bakker

Met enkele kleinschalige showcases in Europa wilden Monster Truck het bewust intiem houden. Slechts enkele optredens in Duitsland, Engeland, Frankrijk en Nederland moesten voldoende zijn om de interesse te wekken van festivalprogrammeurs, diverse media en uiteraard de gelukkige fans die er in waren geslaagd om een kaartje te bemachtigen.
Geen wonder dat de kleinste zaal van de Melkweg, al ver voor aanvang uit zijn voegen barstte met een kleine tweehonderd aanwezigen die vol van verwachting geen seconde van het exclusieve optreden willen missen. ‘The Truck’ heeft zich namelijk ontwikkeld tot een indrukwekkend rockvehikel waar serieus rekening mee dient te worden gehouden of zoals ze zelf zeggen: “Don’t Fuck With The Truck”.

Monster TruckMet groot gemak was een zaal van ruimere omvang ook goed gevuld geraakt maar dat dit de laatste keer is dat we Monster Truck op dergelijke wijze hebben kunnen meemaken, staat als een paal boven water. Er blijkt grote behoefte te zijn aan ongecompliceerde hardrock zoals deze waarin een heerlijk southern en licht gepeperd sausje de boel goed op smaak heeft gebracht. Wie niet beter weet zou denken dat het viertal afkomstig is uit één van de zuidelijke staten in Amerika. Niets blijkt minder waar. Monster Truck heeft de lange wilde haren al van jongs af aan gewassen in de Canadese Niagara-waterval. Het is eveneens nauwelijks voor te stellen dat deze band aanvankelijk als een zij-project is gestart. Ieder bandlid had al enige ervaring opgedaan maar Monster Truck heeft recentelijk pas het tweede volwaardige album uitgebracht. Na het goed ontvangen debuut Furiosity uit 2013 is onlangs Sittin’ Heavy verschenen.

Vanzelfsprekend staat dit optreden geheel in het teken van deze recente release en eerlijk is eerlijk, het wiel hebben ze niet opnieuw opgevonden, maar wat doen die nieuwe tracks het allemachtig lekker als je allemaal broederlijk naast elkaar, met een biertje in de hand, de nekspieren losgooit en op de maat van Don’t Tell Me How To Live of Why Are You Not Rocking? stampvoetend de maat aangeeft.

Vanavond worden de mouwen opgerold en staat alles in het teken van de energie, dynamiek, decibellen en vooral een flinke dosis werklust. Het is welhaast een onmogelijke opgave om een genre waarin men zich nogal eens te buiten gaat aan de ene na de andere cliché, toch zo fris voor de dag te komen. Heel bewust is er voor gekozen om samen met de fanatieke fans goed warm te draaien voor de komende maanden waarin de Truck diepe sporen zal achterlaten op diverse festivalterreinen en waarin later dit jaar, in de rol van support-act, vele fijngevoelige Nickelback-oortjes geteisterd zullen worden.

Album Reviews: Yeasayer en Giant Tiger Hooch

YeasayerYeasayer – Amen & Goodbye (Mute)
2007. Brooklyn trio Yeasayer brengt All Hour Cymbals uit en waar zij de wereld ontdekken, ontdekken wij Yeasayer. Middels experimentele neopsychedelische pop en een gesmolten matrix van Oosterse en Afrikaanse geluiden schitteren nummers als 2080, Sunrise en Wait For The Summer. Opvolger Odd Blood is meer indie en glansrijk dankzij onder meer O.N.E. en Madder Red. In 2013 komt Fragrant World uit. Een ietwat dromerige plaat, maar fier overeind blijvend door tracks als Fingers Never Bleed en Henrietta.

Is Amen & Goodbye gezien de titel de laatste langspeler? Hopelijk niet. Per album lijkt Yeasayer iets vager en ongeregeld te worden, maar ze komen er telkens mee weg. Zo ook nu. Instrumentaal gepriegel en minder pakkende nummers als Dead Sea Scrolls en Divine Simulacrum worden weggevaagd door juweeltjes als I Am Chemistry, Silly Me, Half Asleep en Gerson’s Whistle. Drie luisterbeurten en ik was om. Verslavend album van een geweldige band. Tekst Mania | Jelle Teitsma

LIVEDATA 12/06 Handelsbeurs, Gent 19/06 Best Kept Secret, HilvarenbeekGiant Tiger HoochGiant Tiger Hooch – Panda! Panda! Panda! (Sounds Haarlem Likes Vinyl)
Het had maar weinig gescheeld of de langverwachte opvolger van het succesvolle ’76 dat Giant Tiger Hooch enkele jaren geleden uitbracht, was er nooit gekomen. “Je moet stoppen op het hoogtepunt”, verklaarde frontman Jeroen Ligter toen vervolgens de twijfel over het al dan niet doorgaan, toesloeg. De gitarist van de band was bijna naar Engeland vertrokken en er was ook nog onzekerheid of en waar de plaat zou worden uitgebracht. Grote opluchting is er nu de opvolger toch nog, volgens Ligter: “is uitgepoept”.

We kunnen er kort over zijn. Het wachten wordt beloond. Gestoken in prachtig stijlvol door Everaldo Pechler ontworpen artwork, springt de luid ‘Panda! Panda! Panda!’ brullende Giant Tiger je tegemoet, om je vervolgens met zijn uitgestoken klauwen meedogenloos bij de kladden te pakken en gedurende een ruim half uur niet meer los te laten. Onder vakkundige leiding van Mischa den Haring (bekend van o.a. T-99 en eerdere mooie produkties van Big Blind, Sugar Boy & The Sinners en Death Letters) en Ralph Verdult, zijn met een rotgang tien tracks opgenomen en afgemixed. Wie het schorem van Giant Tiger Hooch ooit van dichtbij heeft gemaakt zal zich realiseren dat dit een prestatie is die zijn gelijke niet kent. Het eerste lintje in de categorie ‘onmogelijke verdiensten’ kan alvast worden klaargelegd.

Rauw, ongepolijst, vuig, smerig maar vol energie is men in de studio tekeer gegaan. “Wij gaan niet heel diep in de muziek hoor. Zolang we maar tegelijk starten en samen eindigen is het goed”, aldus Ligter die met dit album onbewust de hele Nederlandse muziekindustrie die zichzelf veel te serieus neemt, te kakken zet. Hier worden nergens concessies gedaan. Gewoon inpluggen en vol overgave alles geven, luidt het devies. Luister naar de beukende opener Head en je begrijpt wat hier wordt bedoeld: “I Keep My Head Up High”, terwijl je de microfoon bijna tegen zijn huig aan hoort hikken.

Voor compromissen hoef je bij deze heren duidelijk ook al niet aan te kloppen maar voor een portie volvette boogie in de geest van John Lee Hooker zoals in Miles kun je altijd een beroep op ze doen. De opgefokte ritmetandem en zeker ook de stuwende gitaarloopjes van Jorrit Makkinga verraden dat er wel degelijk meer achter zit dan alleen maar ‘gelijk beginnen en samen eindigen’. Tijd voor bezinning is er met Ho Ho Ho waarvoor de band zich in de gospel heeft ondergedompeld. Dan kan Ligter heel oprecht beweren ‘A New Way Of Life’ te zijn ingeslagen maar volgens ons is het al te laat. Tegen deze mate van bezetenheid is werkelijk niets bestand. Dit komt gelukkig nooit meer goed. Jeroen Bakker

LIVEDATA 16/04 Record Store Day @ Sounds, Haarlem (11:00) 16/04 Record Store Day @ Concerto, Amsterdam (14:00) 16/04 10 jaar Goomah @ Hedon, Zwolle 21/04 Sugar Mountain Festival @ Paradiso, Amsterdam (release party) 24/04 Ekko, Utrecht (+ Black Box Revelation) 05/05 Bevrijdingstrash Pacific Parc, Amsterdam

Podcast Volkskrant Radio #7

Pinguin Radio en de Volkskrant slaan de handen ineen voor een maandelijkse radio-uitzending waarin we u bij de hand nemen langs de beste albums van de maand.

Volkskrant Radio

 

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!JTNDaWZyYW1lJTIwd2lkdGglM0QlMjIxMDAlMjUlMjIlMjBoZWlnaHQlM0QlMjIxMjAlMjIlMjBzcmMlM0QlMjJodHRwcyUzQSUyRiUyRnd3dy5taXhjbG91ZC5jb20lMkZ3aWRnZXQlMkZpZnJhbWUlMkYlM0ZmZWVkJTNEaHR0cHMlMjUzQSUyNTJGJTI1MkZ3d3cubWl4Y2xvdWQuY29tJTI1MkZwaW5ndWlucmFkaW8lMjUyRnZvbGtza3JhbnQtcmFkaW8tNy0yMDE2LTA0LTA0JTI1MkYlMjZoaWRlX2NvdmVyJTNEMSUyNmxpZ2h0JTNEMSUyMiUyMGZyYW1lYm9yZGVyJTNEJTIyMCUyMiUzRSUzQyUyRmlmcmFtZSUzRQ==

Pinguin Radio presenteert Volkskrant Radio #7

Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de belangrijkste 10 albums samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant.

de Volkskrant

Michelle DavidMichelle David – The Gospel Sessions Vol. 2 (Excelsior)
The Gospel Sessions was vorig jaar een aangename verrassing. De plaat die de Amerikaanse, in Nederland wonende zangeres Michelle David maakte, was een prachtige ode aan gospel, soul en blues, zoals die in de jaren veertig, vijftig van de vorige eeuw door bijvoorbeeld Sister Rosetta Tharpe werd grootgemaakt.

Door: Gijsbert Kamer 30 maart 2016

Met precies de juiste sobere, maar swingende begeleiding van twee gitaren en drums maakte David een soort muziek dat uitgestorven leek. Gelukkig is er nu een Vol. 2. Opnieuw gemaakt met onder anderen Onno Smit en Paul Willemsen van Beans & Fatback en Lefties Soul Connection. David zingt wat uitbundiger in liedjes die meer naar de soul en r&b van na 1950 opschuiven.
De arrangementen zijn wat breder. In de begeleiding horen we een voorzichtig orgeltje en zelfs een strijkje. Voor een deel zijn de liedjes nieuw en autobiografisch, maar als David een traditional als Tradewinds brengt, maakt ze die op superieure wijze eigen. The Gospel Sessions Vol. 2 is opnieuw een prachtig doorleefd klinkend en smaakvol geproduceerd gospelsoulalbum, zoals die ook internationaal te weinig worden gemaakt.

MonomythMonomyth – Exo (Suburban Records)
De synthesizers leggen de keien, de gitaren rollen eroverheen en de heerlijke rockdrums rammen het plaveisel met oerkracht de grond in. Pas bij de ontlading, bij een euforische, slechts een enkel akkoord tellende gitaarriff, kun je weer ademhalen (en de vuisten de lucht in steken).

Door: Robert van Gijssel 23 maart 2016

Het is volbracht. De muzikale reis van de held uit Monomyths trilogie is met Exo ten einde. De Haagse rockband, met wortels in de dance, begon drie jaar geleden aan een driedelige albumtrip die nu, bij de voltooiing, moet worden genoteerd als de gedenkwaardigste Nederlandse rockconceptreeks.

Het debuut van Monomyth, in 2013, was al opmerkelijk: een afgewogen en supermuzikaal mengsel van space- en krautrock en rockende trance, dat zonder vocalen toch nogal iets wilde vertellen. Bij opvolger Further, uit 2014, trad de berusting in, in nog steeds vette rockstukken maar zonder die aanstekelijke riffs en instrumentale refreinen.

DE FINALE VAN HET AVONTUUR
Dat we met Exo in de finale van het avontuur terecht zijn gekomen, wordt vanaf het eerste nummer Uncharted duidelijk. In een klein kwartier wordt een verbluffend stuk progressieve rock uitgerold dat je al vanaf de eerste seconde het lied in trekt.
De synthesizers leggen de keien, de gitaren rollen eroverheen en de heerlijke rockdrums rammen het plaveisel met oerkracht de grond in. Pas bij de ontlading, bij een euforische, slechts een enkel akkoord tellende gitaarriff, kun je weer ademhalen (en de vuisten de lucht in steken).

Het niveau blijft zo hoog, in nummers die zich steeds ontwikkelen en je soms bijna gek maken van ingehouden spanning – wanneer komt die gitaarclimax nou? Je kunt je bij dit geweldige Exo maar één angstige vraag stellen: deze aanwinst voor de Nederlandse rockscene zal er na dit voltooide meesterwerk toch niet ineens de stekker uit trekken?

Bob MouldBob Mould – Patch The Sky (Merge)
Hij zal altijd vooral worden herinnerd vanwege de klassieke punkrockplaten die hij in de jaren tachtig uitbracht met het trio Hüsker Dü, maar de laatste jaren is de Amerikaanse zanger-gitarist-songwriter Bob Mould weer buitengewoon sterk op dreef als solo-artiest.

Door: Gijsbert Kamer 30 maart 2016

Het twee jaar geleden uitgebrachte Beauty & Ruin was met prangende liedjes over onder meer de dood van zijn vader al fraai, Patch The Sky is zelfs nog beter. Opgedragen aan zijn inmiddels ook overleden moeder is het geluid wat breder.

Mooi hoe Mould akoestische en messcherpe elektrische gitaren dubbelt, terwijl zijn zang net wat minder dreint dan op zijn vroegere solowerk. Monotonie lag bij veel van Moulds inmiddels meer dan tien soloplaten nogal eens op de loer, maar op Patch the Sky weet hij zijn woede, verdriet en andere emoties weer goed te kanaliseren in puntige, krachtige liedjes.

Iggy PopIggy Pop – Post Pop Depression (Caroline)
Of het echt zijn laatste album is, zoals de 68-jarige Iggy Pop her en der heeft beweerd, valt te bezien. Maar zijn zeventiende soloplaat Post Pop Depression is in elk geval een van zijn allerbeste geworden. Niet dat er heel veel voor nodig was om weer eens in positieve zin op te vallen, want het aantal echt goede platen staat in geen verhouding tot de reputatie die Iggy Pop al decennia lang live geniet.

Door: Gijsbert Kamer 16 maart 2016

Maar Post Pop Depression kan zich echt meten met de platen The Idiot en Lust For Life die Pop eind jaren zeventig maakte met David Bowie. Dat is voor een belangrijk deel de verdienste van Josh Homme. De voorman van The Queens Of The Stone Age produceerde de plaat niet alleen, hij is naast Pop ook het belangrijkste bandlid.
Homme en Pop hebben de plaat precies dat donkere, wat onheilspellende geluid gegeven dat past bij de vaak donkere teksten van Pop, die ook tot de betere behoren die hij de laatste decennia heeft geschreven. De productie is droog en kaal, maar gemeen en Pop zingt met zijn donkere soms croonende stem over het naderende afscheid.

De ene keer werpt hij zich op als America’s greatest living poet (Gardenia), de andere keer lijk je naar het relaas van een oorlogsveteraan te luisteren en soms vallen beide personages samen, zoals in het zeer opzwepende, licht huiveringwekkende slotstuk Paraguay. ‘I’m going where the losers go / To hide my face and spend my dough’, zingt hij. We hopen dat hij nog even blijft, want met Josh Homme heeft hij het beste in zichzelf naar boven gehaald.

I Am OakI Am Oak – Our Blood (Snowstar Records)
Beklemmend waren de platen die de Utrechtse singer-songwriter Thijs Kuijken als I Am Oak uitbracht altijd al. Maar op Our Blood weten zijn donkere folkliedjes nog net wat meer te beroeren dan voorheen.

Door: Gijsbert Kamer 16 maart 2016

Mogelijk komt dat doordat Our Blood zo sterk is opgebouwd. Een stemmig orgeltje en de kenmerkende donkere stem van Kuijken roepen de herfstige sferen op van Tindersticks en The National. Meer rock dan folk en zeer melancholisch. Een stemming die op Our Blood knap wordt volgehouden, terwijl de muziek gaandeweg rijker wordt en de songs meer spanning krijgen. Het mooiste bewaart Kuijken tot het laatst. In Our Blood zingt hij hoger dan gebruikelijk en durft hij muzikaal ook wat meer uit te pakken. Zou hij vaker mogen doen. Prachtige finale en climax van een plaat die blijft groeien.

HÆLOSHÆLOS – Full Circle (Matador)
Nieuwe albums van Tricky én Massive Attack, plus een nieuwkomer – HÆLOS – die zegt beïnvloed te zijn door Portishead. Dat betekent maar één ding: triphop is terug.

Door: Robert van Gijssel 23 maart 2016

Meer lezen…

Prins ThomasPrins Thomas – Principe del Norte (Supersound/NEWS)
In de dance wordt driftig aan bronnenonderzoek gedaan en dat levert mooi retrospectief werk op. De Noor Prins Thomas, die zich normaliter bezighoudt met dansbare ‘space-disco’, brengt een dubbel-cd uit met bewerkingen van oude tracks die zijn geremixt naar voorbeelden uit de begintijd van de dance.

Door: Robert van Gijssel 16 maart 2016

In spannende ambientstukken getiteld A tot en met H roept Thomas herinneringen op aan The Orb en pionierende dancebands als The Black Dog. Hij heeft afstand gedaan van gangbare drumcomputers en muzieksoftware en laat subtiel melodieuze tracks als D en F vertolken door analoge synths en soms een reverbgitaartje. In de ruststukken passeren dan ook nog Terry Riley-riedeltjes en Duitse krautrock.

Gaandeweg wordt de muziek dwingender. In het slotstuk H gaat Thomas langzaam richting hedendaagse koele, kille en kale techno, waarmee dus een prachtige dancetijdreis is afgelegd, bij uiterst toegankelijke en soms betoverend mooie synthesizermuziek.

Loretta LynnLoretta Lynn – Full Circle (Legacy / Sony Music)
Toen Loretta Lynn in 2004 haar album Van Lear Rose uitbracht, moet iedereen – producer Jack White incluis – hebben gedacht dat het haar laatste wapenfeit zou zijn.

Door: Robert van Gijssel 9 maart 2016

De First Lady of Country Music was al in de zeventig. Nu is Lynn 83 en komt ze doodleuk met een nieuwe plaat. En wat voor een. Full Circle is een adembenemend retrospectief van Lynn op haar eigen carrière, waarin ruimte is gemaakt voor nieuw werk dat moet worden beluisterd als testament.
Full Circle begint ontroerend, met een door producer John Carter Cash geïnterviewde Lynn die memoreert waar ze haar eerste eigen liedje schreef, in 1960, terwijl ze zat te vissen. Daarna zingt ze Whispering Sea met een stem die een octaaf lager blijkt afgesteld maar nog altijd scherp en zuiver is. Dat hier een 83-jarige aan het woord is, verraadt zich alleen in het enigszins moeizame vibrato.

Lynn trekt daarna een spoor langs haar eigen countryklassiekers, die gezien haar hoge leeftijd extra lading krijgen. Haar hits Everybody Wants to Go to Heaven (But Nobody Wants to Die) en Fist City bijvoorbeeld, die overigens opmerkelijk jeugdig worden uitgevoerd. En ze gooit er een nieuw liedje uit, dat je gelijk stevig bij de keel grijpt: Who’s Gonna Miss Me?

De slotliedjes zijn ook al zo bijzonder: Everything It Takes, gezongen met Elvis Costello, en het door tokkelende gitaren begeleidde duet Lay Me Down met Willie Nelson. Over Lynn hoeven we ons echt geen zorgen te maken, zingt de countrydiva zelf: ‘My spirit stood on solid ground, I’ll be at peace when they lay me down.’

Heron OblivionHeron Oblivion – Heron Oblivion (Sub Pop / Konkurrent)
Meg Baird, zangeres van de neo-folkgroep Espers maakte al enkele sterke soloplaten, maar overtreft zichzelf in Heron Oblivion. Een gelegenheidsband? Laten we het niet hopen, want samen met bassist Ethan Miller en de gitaristen Noel V. Harmonson en Charlie Saufley heeft ze een overdonderend mooie plaat gemaakt.

Door: Gijsbert Kamer 9 maart 2016

Niet zo gek eigenlijk, want Miller en Harmonson dreven ooit de Californische psychedelische gitaarband Comets on Fire tot grote hoogten. Maar folk en psychedelica kwam zelden zo sterk samen als op dit debuut.

Invloeden van Sandy Denny, Led Zeppelin, Crazy Horse en Sonic Youth worden hier verwerkt tot een fraai geheel. Baird zingt prachtig, de gitaristen vlechten hun solo’s strak om elkaar en ze nemen er waar nodig lekker de tijd voor. Knap hoe Baird op haar verleidelijkst Rama inzet, dat langzaam bijna uit zijn voegen barst en tien minuten later net niet ontploft. Laat ze snel naar Nederland komen, want Heron Oblivion lijkt een band die live helemaal ongenaakbaar is.

Michael DavesMichael Daves – Orchids and Violence (Nonesuch Records/ Warner)
Dat volksmuziek van pakweg honderd jaar oud nog zo opwindend kan zijn. Michael Daves uit New York is een virtuoze bluegrassjongen met lenige gitaarvingers en een nasale, driftig overslaande jodelstem die het vooral goed doet in twee- of driestemmige zangstukken.

Door: Robert van Gijssel 2 maart 2016

Voor Orchids and Violence verzamelde hij de top van de New Yorkse bluegrass-scene; banjospelers Tony Trischka en Noam Pikelny, plus mandolinekampioen Sarah Jarosz. Traditionele folksongs als Darling Corey worden tintelend fris gespeeld en gezongen op kippevelkracht. Met de hillbilly-turboversie van klassieker June Apple zou je elk feestje moeten aftrappen.

Vreemd eigenlijk, dat Daves zijn gave bluegrassplaat vergezeld laat gaan van een gelijknamig grungerockalbum, met precies dezelfde traditionals, in dezelfde volgorde, maar dan in scheurende gitaarverpakking. Die logge rockuitvoeringen doen vooral verlangen naar het weliswaar hypertraditionele, maar toch zeer vitaliserende bluegrasswerk van een plaatje eerder.

Live Foto Review: Le Butcherettes @ Melkweg, Amsterdam

Live Foto Review: Le Butcherettes @ Melkweg, Amsterdam
31 maart 2016
Foto’s Willem Schalekamp

Le Butcherettes brengt rake, ongecompliceerde punkrock. Ze weten hun partners in crime goed te kiezen. Voor het laatste album A Raw Youth (release 18 sept 2015), dat werd geproduceerd door Omar Rodriguez-López van The Mars Volta, werkte de Mexicaanse/Amerikaanse band samen met o.a. Iggy Pop en John Frusciante. Gisteren als voorprogramma van de legendarische band At The Drive-In.

Le Butcherettes

Le Butcherettes

Le Butcherettes

Le Butcherettes

Le Butcherettes

Le Butcherettes

 

Album Reviews: The Last Shadow Puppets en Black Mountain

The Last Shadow PuppetsThe Last Shadow Puppets – Everything You’ve Come to Expect (Domino)
De debuut LP van The Last Shadow Puppets uit 2008 was te goed, te uitgewerkt om door te gaan voor een kortstondig zij project van Arctic Monkeys voorman Alex Turner en, toen nog, Rascal Miles Kane. Maar gezien de successen die beiden vierden leek een hernieuwd samenwerking toch niet van de grond te komen. Tot nu dan, want aangezien de beide mannen weer samen in één stad wonen, los Angeles, konden ze genoeg tijd vrij maken om met elkaar de studio in te duiken.

En weer valt op dat er bepaald niet richtingloos gejamd is, maar ze de beste songs die ze hadden lijken te bewaren voor dit tweede album. Opener Aviation is meteen het nummer dat het meeste aansluit bij hun eerste album, alsof ze nog even willen laten horen waar ze gebleven waren. Een mooie tremolo gitaar, veel echo en een ijzersterke song. Daarna worden we verrast door prachtige strijkersarrangementen, die culmineren in het verbazingwekkende soulvolle titelnummer. Bad Habits is het meest aan Acrtic Monkeys denkende nummer, met een punky inslag en bijna agressieve vocalen, maar direkt daarna wordt Roy Orbison’s Running Scared prachtig geciteerd in Sweet dreams TN. De soul komt nog een keer goed terug met het Philly arrangement van Used To Be My Girl. Afgesloten wordt met the Dream Synopsis, waarin Turner vol heimwee zijn liefde voor Sheffield bezingt, daarbij hoorbaar beïnvloedt door stadgenoot en vriend Richard Hawley. Niks geen zijproject of vakantiebaan, een onwaarschijnlijk goed album. Tekst Mania | Jurgen Vreugdenhil

LIVEDATA 07/04 Paradiso, Amsterdam (Sold Out) 03/07 Rock Wechter, Werchter 19-21/08 Lowlands, BiddinghuizenBlack MountainBlack Mountain – IV (Jagjaguwar)
Het Canadese Black Mountain heeft zich in haar 12-jarige bestaan een bijzondere plek verworven in de psychedelische rockwereld. Ik ken ieder geval weinig andere bands die zowel op het experimentele en extreme Roadburn Festival staan als het op americana en rootsmuziek gerichte Take Root Festival. Wovenhand, de band van 16 Horsepowers David Eugene Edwards is de enige die ik kan bedenken en zijn uniciteit is dan ook zeker van toepassing op Black Mountain.

Je hoort dat de wortels van de stoner zich nog vastklampen aan de zware gitaarakkoorden, maar tegelijkertijd zorgen macabere synths en ijle zang voor een vervreemdend effect dat elk genre overstijgt. Soms hoor je daar zelfs de genialiteit van een Alan Parsons Project in terug, zonder dat het direct gedateerd klinkt. IV is een monument van een plaat geworden, die zonder twijfel het beste van de band tot nu toe laat horen. Tekst Mania | Martijn Koetsier

LIVEDATUM 13/04 Botanique, Brussel 14/04 Roadburn Festival @ 013, Tilburg 15/04 De Melkweg, Amsterdam