King Hannah – State Trooper

Een goede cover doet recht aan het origineel, maar draagt ook duidelijk het stempel van de maker. Zo beschouwd is de interpretatie van King Hannah van Bruce Springsteen’s State Trooper een zeer geslaagde onderneming.

King Hannah is gespecialiseerd in broeierige rocksongs die meestal uiteenvallen in een gezongen deel en een instrumentale coda. In part one vertoont Hannah Merrick dan haar verleidelijke zangkunsten en pakt Craig Whittle in het slotdeel ouderwets uit op gitaar. Dat patroon hanteert het duo ook voor hun versie van State Trooper.

Het origineel van The Boss is een donkere, galmende neo rockabilly track over een man die duidelijk iets op zijn geweten heeft. Wat blijft onduidelijk. Zijn grote angst is te worden aangehouden door een State Trooper. Het nummer staat op het meest sobere album van The Boss, Nebraska (1982). King Hannah haakt in op het paranoia karakter van het origineel, maar blijft uiterst cool. Eén keer maar ontsnapt er een kreet uit Hannah’s keel. Je ziet haar zo voor je dolend in het donker op een highway ergens in Amerika. De blik niet op de weg maar voortdurend turend in de achteruitkijkspiegels.

April March – Allons-y

April March heet natuurlijk niet echt zo. Het is de nom de plume van Elinor Blake. De zangeres uit New York heeft de respectabele leeftijd van 55 bereikt, maar had misschien nog liever 75 willen zijn. Dat behoeft enige uitleg.

Miss March is al haar hele loopbaan in de ban van Serge Gainsbourg en zijn creatie de Yé-Yé filles. Ze zingt vaak in het Frans en haar songs klinken alsof ze in 1965 -haar geboorte jaar- zijn opgenomen. Ironisch genoeg is haar grootste succes een Engelstalig nummer. Chick Habit (1995) zit in een van de films van Quintin Tarantino.

April heeft nu de handen ineen geslagen met Olivia Jean Markel, een sessie-gitariste uit het Jack White kamp. Jack heeft op zijn label twee albums van Olivia Jean uitgebracht. Die laten horen dat ook zij (31) de sixties graag bewust had meegemaakt.

De dames hebben samen een EP gemaakt voor Jack’s Third Man Records. Op Palladium staan drie retro a go go songs in zowel een Franse als Engelstalige uitvoering. Single Allons-y c.q. Let’s Go klinkt als de herkenningstune van politieserie uit de tijd dat van minijurken, paardenstaarten en zwart wit tv. Francofoon als wij soms zijn draaien wij Allons-y waarop April soort van rapt en Oliva stevig rockt.

POLICE CAR COLLECTIVE – I THINK I THINK TOO MUCH

POLICE CAR COLLECTIVE heeft dit jaar tot nu toe elke maand een single uitgebracht. Als het duo uit Liverpool dit tempo volhoudt hebben we eind dit jaar een volwaardig album met 12 nummers.

Met volhouden bedoelen we niet alleen de snelle productie, maar ook de hoge kwaliteit. En de variatie. Debuutsingle ALLTHETIME was een tijdloze ballad met mooie elektronische begeleiding en sterk koorwerk. Opvolger MINE was een vlotte neo new wave track met een basloopje waar Peter Hook (Joy Division/New Order) zich niet voor zou schamen.

Single drie, I THINK I THINK TOO MUCH is weer lekker energiek, en poppy zonder plat te worden. De bewerkte zang is van nu, de keyboard-solo zo retro als maar kan. Al met al bevestigt de nieuwe release van Tyler Plazio en Simon Quigley wat we al meteen vermoedden; kan wel wat worden dat POLICE CAR COLLECTIVE.

Sorry – Cigarette Packet

Laten we hopen dat de door Tik Tok gedicteerde songlengte snel weer wordt verlaten, want sommige nummers mogen wel wat langer duren dan twee minuten. De nieuwe single van Sorry bijvoorbeeld.

Cigarette Packet is het muzikale equivalent van een animatiefilm. In het elektronische geluidsbeeld barst het van de gekke geluidjes variërend van een cowbell tot anime stemmetjes. Zangeres Asha Lorenz laat zich niet van de wijs brengen door het rumoer op de achtergrond. Daar heeft ze ook geen tijd voor. Opgejut door een metalen snaredrum  declameert ze in rap tempo een tekst over eh….stoppen met roken?

Rise Against – Nowhere Generation

Rise Against parties like it’s 2004! Of 2006. Of 2008. Alsof de tijd heeft stil gestaan. Aan niets is te horen dat Nowhere Generation spiksplinternieuw is. Is dat een probleem? Helemaal niet! De formule van de oproerkraaiers uit Chicago is na bijna twee decennia nog altijd niet versleten.

Jammer genoeg is de roep om actie van de band tegen homofobie, economische ongelijkheid en voor dierenrechten onverminderd actueel. Je had het de mannen vergeven als ze het hoofd hadden laten hangen en de strijd opgegeven, maar nee hoor. Het heilig vuur brandt is nog lang niet gedoofd.

Nowhere Generation is het titelnummer van Rise Against album numero 9. De eerste met nieuw materiaal in vier jaar. Dat Nowhere Generation weer ouderwets goed klinkt komt mede omdat de band weer in zee is gegaan met de producers die ook tekenden voor onvergankelijke tracks als Saviour, Sattelite en Prayer For The Refugee.

Terwijl de band als vanouds rockt alsof hun leven er vanaf hangt is de tekst van Nowhere Generation wat beschouwender dan we van de boys zijn gewend. Dat er nog steeds zoveel mensen buiten de boot vallen in de V.S. betekent niet dat de situatie hopeloos is. Het eclatante succes van Rise Against bewijst dat dromen wel degelijk uit kunnen komen. Zelfs The American Dream. De band is zich wel bewust van het feit dat hard werken alleen niet genoeg is. Je moet ook kansen krijgen, ongeacht je afkomst, geaardheid of huidskleur. En daar wil het nog wel een aan ontbreken. Dus gaat de strijd gewoon door.

4 juni staat het album online en ligt het in de winkels.

Twin Shadow – Johnny & Jonnie

George Lewis Jr a.k.a. Twin Shadow verrast met een track die niet had misstaan op een van de latere albums van The Clash. Met zijn Caribische ritme, disco drums een ouderwetse saxofoonbreak neemt Johnny & Jonnie alvast een voorschot op de zomer. Iets heel anders dus dan de coole, maar soms ook koele synthipop waarmee Twin Shadow naam maakte.

Feitelijk kan je zeggen dat George terug naar zijn roots keert. Zijn wieg stond in San Domingo in de Dominicaanse Republiek en hij groeide op in het al even zonnige Florida. Ergens onderweg naar faam en fortuin heeft hij de eighties ontdekt en is hij geïnspireerd door de donkere en sombere klanken uit dat decennium soortgelijke muziek gaan maken en goede ook! Desondanks is Johnny & Jonnie een welkome afwisseling, en gezien de onzekere tijd waarin we leven een goede plaat op het goede moment.

Squid – Paddling 

Voor de nieuwe IJsbreker moet je misschien even goed gaan zitten. Er gebeurt namelijk zoveel in Paddling dat je het nummer onmogelijk in één keer tot je kunt nemen.

Het Britse Squid staat toch al niet bekend om zijn simpele drie akkoorden, drie minuten liedjes, maar Paddling is van alles een paar onsjes meer. We hebben een fade in, een ‘spoken word’ passage, verschillende riffs, meer stops en starts dan de boemel tussen Leiden en Den Haag en dan zijn we nog maar halverwege!

Zie je de naam Squid dan is de term post punk nooit ver weg, maar misschien met uitzondering van Talking Heads en Television zijn er nooit punkbands geweest -post of proto- die klinken als de band uit Brighton. Post prog of post art rock is wellicht een beter etiket. Waarmee maar gezegd wil zijn dat Squid eigenlijk in geen enkel hokje past. En dat zijn vaak de allerbesten.

PACKS – Silvertongue

‘Alles wat goed is komt terug’, luidt een oud-Hollands spreekwoord. Of gaat nooit helemaal weg. Nineties gitaarmuziek bijvoorbeeld. PACKS combineert twee gitaarscholen tot een eigen compacte sound, de grunge en de slacker-rock. Het fuzzy Silvertongue is pas de tweede single van de band uit Toronto, maar nu al zoemt de kwalificatie ‘veelbelovend’ door de lucht.

PACKS begon als solodingetje van Madeline Link. Spelen met een ritmesectie van vlees en bloed beviel haar echter zo goed dat ze haar ZZP’ers een vast contract heeft aangeboden. Een deal bij Royal Mountain Records, dat ons eerder o.a Mac DeMarco en Alvvays bracht, maakte PACKS’ plaatje compleet. Debuutalbum verschijnt op 21 mei.

 

Courting – Grand National

Op hun nieuwe single toont het Liverpoolse Courting zich begaan met het lot van renpaarden. Op een racetrack nabij Liverpool vindt elk jaar in april The Grand National plaats, een internationaal vermaarde handicaprace waarbij steevast talloze ongelukken gebeuren. Voor veel toeschouwers zijn de struikelende paarden en sneuvelende jockeys een attractie, maar voor Courting zanger Sean Murphy-O’Neill zijn deze wreedheden een gruwel.

De vorm waarin Courting hun pro-paarden song heeft gegoten is die van een post-punk song, een bozig gezongen gitaarnummer met weinig opsmuk en veel energie. Grand National is het titelnummer van de debuut EP van Courting met daarop naast nieuwe en vorige single Popshop! nog twee andere verse tracks.

Everything Everything – Supernormal

Weinig bands zijn zo direct herkenbaar als Everything Everything. Zodra Jonathan Higgs zijn mond opentrekt, weet je met wie je te maken hebt. Helaas is niet iedereen gecharmeerd van zijn karakteristieke stemgeluid. Higgs hoge timbre en opgewonden manier van zingen heeft bij sommigen het effect van een krijtje op een schoolbord. Haters moeten daarom maar even koffie gaan zetten of overschakelen naar een van onze andere zenders als Supernormal voorbij komt.

Hoewel zijn stem dit keer vrij diep in de mix begraven zit en zijn uithalen beperkt zijn drukt Higgs weer duidelijk zijn stempel op de nieuwe single. Gelukkig zijn er ook hele volksstammen die wel genieten van nummers als Distant Past, Kemosabe en No Reptiles.

Supernormal past prima in dit rijtje. Het eerste nieuwe nummer van de band uit Manchester sinds het vorig jaar verschenen RE-ANIMATOR album is een opgewonden, sommigen zullen zeggen hysterische smart rocksong over de rol van instinct in de manier waarop we (homo sapiens) reageren op stimuli. Typisch Everything Everything dus.