The Beatles – The Beatles (The White Album) (Universal)

white albumZonder twijfel het grilligste album dat The Beatles opnamen en dan ook nog een dubbelaar. John Lennon, Paul McCartney, Ringo Starr en George Harrison beleefden niet hun gezelligste tijd samen bij het tot stand komen van The Beatles, dat in de volksmond The White Album is gaan heten. 50 jaar geleden verscheen het en daarom is er uitgepakt met diverse heruitgaven. Producer Giles Martin (remastering) en technicus Sam Okell bemoeiden zich met dat proces.

Onder andere de 27 tracks van de fameuze Esher-demo’s, nooit eerder officieel uitgebracht, maken de heruitgaven verdomd interessant. Want nooit eerder officieel uitgebracht dus. Je hoort de lol die de vier dan toch hebben, met name tijdens het opnemen van Back In The U.S.S.R., dat zowel een Beach Boys-parodie is (surfsound) en refereert aan Chuck Berry’s Back in the U.S.A.

Maar neem ook het wat carnavaleske Ob-La-Di, Ob-La-Da (McCartney) dat totaal niet in goede aarde viel bij Lennon, toen hij het voor het eerst hoorde. Hij schaamde zich er zelfs voor. Dat het uiteindelijk een Lennon-McCartney-product is geworden, komt met name door de tempoversnelling die Lennon aan de song gaf. Dat dat onder invloed van verdovende middelen gebeurde, was geen verrassing, omdat er sowieso enorme hoeveelheden drugs doorheen werden gejaagd door het Liverpoolse kwartet. Dat McCartney de song knetterstoned schreef, kan dan ook nauwelijks worden uitgesloten. Tijdens het optreden van Macca in Ahoy in 2012 ontstond een polonaise in de zaal, waarvan ondergetekende een partij plaatsvervangende schaamte kreeg die nauwelijks onder woorden is te brengen.

Ob-La-Di, Ob-La-Da is een van de dissonanten op The White Album dat met zijn 30 songs uiteraard meer dan genoeg pareltjes bevat, want we hebben het wel over The Beatles. Blackbird is er een van. McCartney op zijn breekbaarst. De Esher-kampvuurversie kent die fragiliteit ook al. Esher is de plaats waar die demo’s werden opgenomen, in George Harrisons bungalow aldaar.

Op de demo’s is nog vrijwel niets te horen van de vertroebelde werksfeer die er was toen The White Album ontstond. Niet in de laatste plaats door de aanwezigheid van Yoko Ono, waarnaar Lennon zijn oren wel héél erg liet hangen, hetgeen de andere drie geregeld in het verkeerde keelgat schoot. Zij ergeren zich kapot aan het feit dat Lennon te pas en te onpas met Ono op de proppen komt in de studio. Ze bemoeit zich ook nog eens doodleuk met de opnames. McCartney kan haar bloed wel drinken. Een en ander maakt The White Album, dat met het door Harrison geschreven While My Guitar Gently Weeps een van de fraaiste liedjes uit de Beatles-historie herbergt, extra fascinerend. Tijdens de Esher-sessies is nog niet te horen hoe magisch het uiteindelijke resultaat wordt. We moeten het produceertalent van George Martin in dezen postuum nogmaals onder de aandacht brengen. Die Vijfde Beatle inderdaad. Pieter Visscher 

 

Beth Hart – Live at the Royal Albert Hall (Provogue)

Beth HartWanneer je als artiest de gelegenheid krijgt de Royal Albert Hall in Londen te vullen, dan sta je torenhoog op de muziekladder. Op zich dus logisch dat Beth Hart de kans kreeg. En de 46-jarige Amerikaanse is op deze dubbelaar buitengewoon goed op dreef.

Liefst 23 tracks lang verspreidt ze haar bluesrock met een flinke dosis jazzfusion en soul, het bekende recept. Maar de manier waarop zij haar concerten, en met name deze registratie, invulling geeft, valt in hoge mate te prijzen. Nooit 99,99% geven, maar altijd 100%, liefst meer. Volle bak, hart op de tong, het publiek meer willen geven dan verwacht.

Haar 3-koppige band haalt alles uit de kast, Beth Hart zingt en speelt de toetsen. Opzwepend en met de absolute wil om haar publiek de avond van hun leven te geven. Niemand ging na het concert teleurgesteld naar huis, onder meer ook door het magistrale geluid, en de perfecte registratie daarvan komt uitstekend tot zijn recht op deze dubbel-cd. Tekst Mania | Hans van der Maas

LIVEDATA
BETH HART SOLO
29 november 2019 | AFAS Live, Amsterdam
BETH HART WITH BAND
30 november 2019 | AFAS Live, Amsterdam

 

Van Morrison – The Prophet Speaks (Exile / Caroline International)

Van MorrisonTien jaar geleden, toen Van Morrison de pensioengerechtigde leeftijd in zicht kreeg, leek het even of hij het rustiger aan zou gaan doen. Niet meer bijna elk jaar een nieuwe plaat, maar liefst vier jaar tussen Keep It Simple en Born To Sing. Het bleek slechts zijn.

Sinds de Ier de zeventig is gepasseerd, is hij productiever dan ooit. Zo bracht hij in 2017 al binnen twaalf maanden twee platen uit en dit jaar doet hij dat gewoon nog een keer. Voor zijn veertigste studioalbum werkte Van The Man opnieuw samen met Hammondvirtuoos Joey DeFrancesco, die ook op het in april verschenen You’re Driving Me Crazy een belangrijke rol speelde. Een succesvolle samenwerking, want die plaat was een van de meest geïnspireerd klinkende van Van Morrison uit het afgelopen decennium.

The Prophet Speaks werd gemaakt op basis van hetzelfde recept. Zes nieuwe eigen nummers en acht goedgekozen covers, waaronder I Love The Life I Live (Willie Dixon), Gotta Get You Off My Mind (Solomon Burke) en Dimples (John Lee Hooker). Uiteraard zijn er weer hoofdrollen voor het swingende orgelspel van DeFrancesco en de kenmerkende stem van Van Morrison, maar ook de rest van de band mag er zijn.

Het chagrijn waarmee Van Morrison in het verleden vaak werd geassocieerd, is in geen velden of wegen te bekennen. Het resultaat is opnieuw een heerlijk losse plaat waar het spelplezier van afspat. Tekst Mania | Marco van Ravenhorst

Fleetwood Mac – 50 Years (Rhino / Warner Bros. Records)

Fleetwood MacFleetwood Mac gerecenseerd in Blues Magazine? Voor die lezers die dat zich afvragen: ooit in de jaren zestig startte Fleetwood Mac als bluesband onder de bezielende leiding van zanger/gitarist/componist Peter Green. In die hoedanigheid scoorde de band ook in ons land stevig met Need Your Love So Bad, Albatross, (deze liedjes haalden de Top 40 zelfs twee keer !)  Man Of The World, Oh Well en The Green Manalishi. Deze nummers treft u aan op de eerste schijf van de 3-cd-box tezamen met andere klassiekers als Black Magic Woman, Rattleshake Snake en Sentimental Lady; die laatste uit de tijd dat Bob Welch deel uitmaakte van Mac.

Daarna kwam de transitie van bluesband naar de West Coast-outifit, die pas commercieel gestalte kreeg toen Lindsey Buckingham en Stevie Nicks instapten. In 1975 verscheen het succesvolle ‘Fleetwood Mac’, maar het was ‘Rumours’ dat de band wereldfaam opleverde. Niet zo vreemd dus dat van die langspeler maar liefst zeven nummers zijn opgenomen.

Wat daarna volgt is een fraaie bloemlezing uit alle albums, ook met songs van de wat minder geslaagde platen zoals ‘Time’ en ‘Behind The Mask’. Voor ondergetekende was het extra genieten van de hierboven genoemde hits, de nummers van ‘Rumours’, Think About Me, Monday Morning, Say You Love Me, Rhiannon, Hold Me, Gypsy, Seven Wonders, As Long As You Follow.

Gaat u voor de single cd-versie, dan haalt u een fraaie, twintig songs tellende, dwarsdoorsnede in huis, met de nadruk op het latere werk van de band die inmiddels Crowded House-voorman Neil Finn en Mike Campbell (Tom Petty & Heartbreakers) heeft ingelijfd ter vervanging van Lindsey Buckingham om wederom te gaan touren, een tour die doorloopt tot in de lente van 2019.

Ook maakt de groep zijn opwachting op Pinkpop. Om het ‘wonder’ Fleetwood Mac beter te kunnen doorgronden, is de keus voor de 3-cd-box of de 5-lp-versie met maar liefst 50 tracks, met dezelfde setlist als de drie cd’s, vanzelfsprekend de beste. Tekst BluesMagazine.nl | Joop van Rossem

LIVEDATA
8 t/m 10 juni 2019 Pinkpop @ Megaland, Landgraaf

Anderson .Paak – Oxnard (Aftermath / Warner/ADA)

Anderson .PaakSlechts weinigen hebben de afgelopen jaren zo’n indruk achtergelaten op de Nederlandse podia als Anderson .Paak. Zijn liveshows zijn een onwaarschijnlijk opwindende mix van neo soul, hip hop en keiharde raps, niet zelden voorzien van ’s mans eigen drumkunsten.

Met het album Malibu vestigde hij ook zijn naam als album artiest, en was het dus uitkijken naar zijn nieuwe werk. Opnieuw genoemd naar een Californische kustplaats, dit keer trouwens zijn geboorteplaats, zeggen de eerste tonen van Oxnard al genoeg. Alsof Shaft zelf Compton binnen komt rijden, met de wah wah gitaar op de bijrijdersplaats, knalt opener The Chase de speakers uit.
Met Headlow, tekstueel gezien verantwoordelijk voor de explicit lyrics sticker op de voorkant, blijft het muzikale niveau hoog, maar de samenwerking met Kendrick Lamar in Tints zou wel eens het echte hoogtepunt van dit album kunnen zijn, en zal ook live elke zaal weer tot grote hoogtes kunnen opzwepen.

Het grootste deel van het album is geproduceerd door Dr. Dre, die zelf ook tekent voor een ongemeen harde rap in Mansa Musa, en ook de rest van de gastenlijst is indrukwekkend. Snoop Dogg brengt wat relaxte vibes in Anywhere, en Q-Tip brengt wat meer jazz invloeden mee in Cheers. Bijna onvermijdelijk is tegenwoordig de anti-Trump rap, en die pakt Paak zelf op in 6 Summers.

Een behoorlijk divers album, met opnieuw genoeg hoogtepunten om te bewijzen dat Anderson .Paak niet alleen een van de fijnste talenten uit de Californische scene is, maar muzikaal gezien ook een bijzonder brede doelgroep kan bedienen. Tekst Mania | Jurgen Vreugdenhil

LIVEDATUM 09 maart AFAS Live, Amsterdam

 

David Bowie – Glastonbury 2000 (Parlophone / Warner)

bowieKijk eens hoe imponerend die blik in de ogen van David Bowie is terwijl hij naar de immense massa op de wei voor het hoofdpodium van Glastonbury 2000 tuurt. Net zo intens als die blik is het optreden van Bowie. Hij lijkt in de kracht van zijn leven, terwijl hij vier jaar later een eerste hartaanval krijgt. Vijf andere hartaanvallen zouden volgen, voordat Bowie uiteindelijk overlijdt aan leverkanker, op 69-jarige leeftijd. Bijna twee jaar geleden. Ja, zo snel gaat de tijd.

Ik herinner nog als de dag van gister dat ik Bowie aan het werk zag op Roskilde 1996, vier jaar eerder dus. “Beter wordt het niet”, zeiden we tegen elkaar. Tijdens sommige concerten heb je dat. Rage Against The Machine op Lowlands 1993, Tool in de Oosterpoort in 2002, Depeche Mode in de Waldbühne in Berlijn dit jaar, Nine Inch Nails in 1999 in de 013, Rolling Stones op Werchter Classic in 2014, Sonic Youth in Vredenburg, 1996. Shows die je bijna van begin tot eind kunt terughalen in je gedachten, al zijn ze soms decennia terug.

Wie erbij was in 2000 op Glastonbury heeft diezelfde ervaring gehad, wanneer je de berichten leest die deze op cd en prachtig vinyl verschenen release heeft opgeleverd. Toonaangevend Brits muziektijdschrift NME wist het al meteen na de show: “Not only the greatest Glastonbury headline performance, but the best headline slot at any festival ever.”

Voor aanvang van zijn optreden had Bowie al publiekelijk gemaakt dat hij nogal wat hits zou gaan spelen op Roskilde. “As of 1990 I got through the rest of the 20th century without having to do a big hits show. Yes, yes, I know I did four or five hits on the later shows but I held out pretty well I thought…big, well known songs will litter the field at Glastonbury this year. Well, with a couple of quirks of course.

Er was niemand die bedrogen uitkwam, met krakers als Life On Mars?, China Girl, Rebel Rebel, Ashes To Ashes, Absolute Beginners, Under Pressure en Let’s Dance, om er enkele klassiekers uit te pikken. Een greatest hits-show om diep voor te buigen.

Luisterend naar Bowie op Glastonbury voel je hoe betoverend het moet zijn geweest. Op zijn geboortegrond, op het festival waar hij in 1971 voor het eerst optrad. Alles ademt magie.

Under Pressure, uiteraard zonder Freddie Mercury, maar mét de grandioze bassiste Gail Ann Dorsey in de rol van Mercury is van ongenadig hoog niveau. Ann Dorsey en Bowie tillen elkaar naar enorme hoogtes, evenals de rest van Bowies band – van de buitencategorie.

What a wonderful evening“, sluit The Thin White Duke af, “please be safe, I really, really love you al lot“, voordat hij afsluiter I’m Afraid Of Americans inzet. Bowie weet dan allang dat er geschiedenis is geschreven op Glastonbury. Echte grootheden voelen dat aan en Bowie is een van de allergrootsten die we op muziekgebied hebben gekend op deze verwarde planeet. Pieter Visscher

Gregory Porter – One Night Only (Decca / Universal)

Gregory PorterOp 18 april jl. bracht Gregory Porter het publiek van de Royal Albert Hall in vervoering met een schitterend concert. De live-registratie van dit optreden, One Night Only, ligt in de winkel met als bonus een uitgebreid interview op dvd.

Een uur en negentien minuten lang kun je luisteren naar negentien nummers die vooral afkomstig zijn van het in 2017 verschenen album Nat “King”Cole & Me, aangevuld met eigen composities zoals Hey Laura, When Love Was King en Don’t Lose Your Steam. Dat deze tweevoudig Grammy Award-winnaar zingen kan bewijst hij op dit live-album opnieuw, want laten we eerlijk zijn een in de studio opgenomen album is altijd tot in de perfectie bijgeschaafd en bevat soms tientallen overdubs.

Live klinkt Porter bijzonder goed en voeg je daar zijn combo en een groot orkest onder leiding van Vince Mendoza toe, dan zijn alle voorwaarden aanwezig om te spreken van een meer dan uitstekend product. Tel daar de perfecte akoestiek van de Royal Albert Hall bij op en het kan niet meer mis gaan. Dat merk je ook aan het luisterend publiek: ingetogen, ademloos en naar het einde toe super enthousiast.

Dat Gregory veel repertoire van Nat “King”Cole ingestudeerd heeft komt voort uit zijn jeugd. Zijn moeder speelde vaak de muziek van Cole. Porter groeide op in Bakersfield, kreeg een sportbeurs als American footballspeler. Vanwege een blessure gooide hij het roer om; zingen in plaatselijke jazzclubs, een musicalbijdrage in 1999.

In 2010 verscheen het eerste album van Gregory en wat goed is komt snel. Wereldwijd verkopen zijn albums uitstekend en wie een live optreden heeft gezien weet waartoe hij in staat is. Voor diegenen die dat genoegen nog niet hebben gehad of willen relaxen bij het uitstekende geluid van Gregory Porter: One Night Only. Tekst Mania | Wim Velderman

Neil Young – Songs for Judy (Shakey Pictures)

Neil YoungHet zijn mooie tijden voor liefhebbers van de muziek van Neil Young. Zo verscheen de afgelopen jaren de ene na de andere release uit het rijke archief van de Canadese muzikant.

Met name muziek uit de jaren zeventig, zoals de livealbums Live At The Fillmore East, Live At Massey Hall 1971 en Roxy: Tonight’s The Night Live. En wat te denken van Hitchhiker, het ‘verloren’ studioalbum uit 1976 dat vorig jaar eindelijk werd uitgebracht?

De nieuwe release Songs For Judy vormt hierop een mooie aanvulling, een akoestisch livealbum met in totaal 22 nummers afkomstig van de Amerikaanse solotournee van Young uit 1976. Met naast versies van Heart Of Gold, The Needle And The Damage Done en After The Gold Rush ook een niet eerder uitgebracht nummer: No One Seems To Know.

Jarenlang zwierven de opnames als bootleg rond op internet, maar zijn nu eindelijk ook als officiële release verkrijgbaar. Historische opnames waar je geen genoeg van kan krijgen. Je vraagt je dan ook af: wat voor moois heeft Youngs archief ons nog meer te bieden? Tekst Mania | Godfried Nevels

Daniel Romano – Finally Free (New West / PIAS)

Daniel RomanoDe Canadese muzikant Daniel Romano dook vijf jaar geleden op met het bijzondere Come Cry With Me, waarop hij de countrymuziek uit vervlogen tijden eerde. Iedereen die deze plaat bejubelde hoopt nog steeds dat Daniel Romano de country weer omarmt op een nieuwe plaat, maar voorlopig is daar geen sprake van.

De Canadese muzikant bracht aan het begin van het jaar nog twee compleet verschillende platen uit via zijn bandcamp pagina (inmiddels zijn ze ook weer verdwenen), maar ook op de echter opvolger van het vorig jaar verschenen Modern Pressure is Daniel Romano weer blijven hangen in de popmuziek uit de jaren 60 en 70.

Toch horen we op Finally Free weer een andere kant van de Canadese muzikant. Finally Free klinkt vaak als een singer-songwriter plaat en het is er een van het soort dat in de jaren 60 en 70 veelvuldig werd gemaakt, maar de met eenvoudige middelen opgenomen plaat kan ook zo maar ontsporen in psychedelica.

Finally Free is een tijdloos klinkende plaat, maar ook een plaat die je steeds weer kan verrassen, precies zoals Daniel Romano nu al een aantal platen doet. Knap. Tekst Mania | Erwin Zijleman

Ty Segall – Fudge Sandwich (In The Red Records/Konkurrent)

Ty SegallIk heb even zitten tellen en zie dat dit Ty Segall’s tweeëntwintigste soloalbum is sinds zijn solodebuut in 2008. En dit is zijn vierde album al van dit jaar. En dan heb ik de limited edition cassette ‘Orange Rainbow’ voor het gemak maar even niet meegeteld. En dat geldt ook voor zijn singles en de tijd waarin hij lid was van bands als The Perverts en The Sic Alps.

Het is dan ook niet zo gek dat Ty nu gekozen heeft voor een album vol covers. Maar zelfs dan kiest Ty niet voor de makkelijke weg. Hij speelt de nummers niet klakkeloos na maar maakt er totaal onverwachte en zelfs af en toe onherkenbare versies van. Uiteraard ontbreekt er bij Ty nooit een ontzettend rauw garagefuzz geluid. Maar ook dat geldt niet voor alle covers.

Zo klinkt de opener Low Rider totaal anders dan het latinofunk geluid van het origineel van de band War. Bij Ty verzuipt het nummer in trage industriële synthesizerklanken waarover Ty griezelig gromt in de beste Marilyn Manson traditie. Van het origineel blijft dus geen spaan heel. Wat overblijft is een indrukwekkende versie waarin Gary Numan met Marilyn Manson lijkt te spelen. De versie van de Spencer Davis Group klassieker I’m A Man blijft, qua zang in elk geval, nog het dichtst bij het origineel. Qua muziek is hier sprake van een funky soort industrial rhythm & blues.

John Lennon’s Isolation was al nooit een echt gezellig nummer maar klinkt hier supertraag en dreigend. De oorspronkelijke p-funk van Funkaderlic’s Hit It And Quit It wordt compleet verpletterd door brandende fuzzgitaren waarin slechts in de verte een gonzende funkgroove te horen is. t-funk?
Voor velen is de Californische punkband The Dils totaal onbekend. Deze band uit eind jaren 70 werd destijds gezien als Amerikaans antwoord op The Clash. Hier verwacht je in hun Class War van Ty dan een ziedende punkuitvoering maar, eigenzinnig als hij is, heeft hij gekozen voor een semi-akoestische versie. Neil Young’s The Loner krijgt daarentegen wel een full speed fuzzpunk behandeling en klinkt ontzettend woest.

Gong was een Australisch/Engelse hippieband, die zoveel van de psychedelica snoepte dat zij regelmatig last had van vliegende theepotten. In de versie van Ty klinkt hun Pretty Miss Titty erg beklemmend en een zios strofe als “masturbating a potato” zegt genoeg over het psychedelica gehalte in dit nummer.
Het Duitse Amon Düül II was al even psychedelisch. Hun Archangel Thunderbird klinkt hier als een funky soort spacerock met overdonderend harde fuzzgitaarriffs. De Britse punkband Rudimentary Peni zal ook niet bij iedereen bekend zijn. Ty’s versie van hun Rotten To The Core komt als een ware fuzzstorm over je heen denderen. De oer hippies van Grateful Dead zouden nooit hebben kunnen vermoeden dat hun St. Stephen ooit als een woest spuitende fuzzpunker te horen zou zijn. Ty’s versie klinkt harder dan hard!

Als afsluiter is Slowboat van The Sparks te horen. Hun van oorsprong neurotische rock is door Ty teruggebracht tot een akoestische ballad met warme zang maar wel weer met waanzinnig slidegitaarwerk!
Elke cover op dit album is verrassend en daarom is dit coveralbum van Thy Segall meer dan geslaagd! Tekst BluesMagazine.nl | Peter Marinus