Babe Rainbow – Inner Space

Waarom Australië zo’n relatief grote psychedelische rockscene heeft? Misschien wel omdat er ‘down under’ zo’n 20 tot 30 soorten ‘magic mushrooms’ gewoon in het wild voorkomen.

Tame Impala wordt wel gezien als de (aan)stichters van de Australische paddo-rock school. Tot de ijverigste leerlingen horen King Gizzard & Co en Babe Rainbow. King Gizzard veranderd zo’n beetje per album van stylo, Babe Rainbow houdt redelijk bij zijn leest.

Nieuwe single Inner Space sluit naadloos aan bij in het verleden behaalde successen als Peace Blossom Boogie, Zeitgeist en Something New. Weer een zo’n geestverruimende wegdroomtrack dus vol rare kronkels, onverwachte zijpaadjes en geluidseffecten die sinds Syd Barrett  ze bedacht in de gereedschapskist zitten van elke zichzelf respecterende  psych-rockband.

Mocht er een album volgen dan wordt dat het vijfde van de band uit surf city Byron Bay in New South Wales, het eerder dit jaar verschenen live album niet meegerekend.

The Terrys – Situation 99

Het heeft even geduurd, maar de trots van Gerringong heeft nu ook onze kust bereikt.! Voor wie last heeft van een roestige geografische kennis. Gerringong is een stadje aan de kust van New South Wales, zo’n 130 km ten zuiden van Sydney.

We danken het bestaan van The Terrys aan Corona. De kern van de band doodde de tijd tijdens de eerste lockdown met lekker jammen in hun gezamenlijke trailer. Met zo’n bandnaam zou je misschien verwachten dat er meerdere Terrys in de opstelling staan, maar nee. De band is genoemd naar hun huisbaas, misschien in ruil voor een maand huur. Hij vond het in ieder geval prachtig.

Dat is nu twee jaar een iets meer dan een dozijn nummers geleden. Situation 99 is de allernieuwste en een mooi voorbeeld van de ‘kein geloel fussball speilen’ mentaliteit van de band. The Terrys beoefenen een stijl die je Oz-pop zou kunnen noemen, een Australisch antwoord op Britpop. D.w.z. compacte kop-staart songs gezongen in Australisch dialect en doorspekt met gitaarsolo’s waarin de kenners iets van een surfrock sound zullen herkennen.  

Phoebe Green – Lucky Me

Phoebe Green – Lucky Me (Chess Club Records/Mattan)

De titel Lucky Me, van de eerste langspeler van Phoebe Green is misleidend, vast wat cynisch. Want Green heeft er altijd voor moeten knokken; voor dat geluk. Ze legt het op haar manier uit: “I’ve been so lucky in terms of my upbringing and early life that I’ve felt almost uneasy and guilty about it, because from a young age I believed that success was only earned through suffering. It’s frustrating because despite circumstantial privilege, I’m still fucking traumatised and I find it sort of humiliating.”

De 24-jarige uit Manchester schreef grotendeels alle songs op dit album, nadat ze al furore maakte met twee ep’s. Ze lijkt met Lucky Me, dat behoorlijk wat kartelrandjes heeft, maar wat poppier is dan de ep’s, haar beste geluid te hebben gevonden. Niet in de laatste plaats door de hulp die ze kreeg van producer Dave McCracken, die eerder werkte met onder meer Stone Roses, dEUS en Depeche Mode. McCracken is op Lucky Me zelfs wat meer geweest dan ‘slechts’ producer; zo schreef hij mee aan vijf van de dertien songs.

Op de plaat zoekt Green naar zichzelf, onderzoekt ze haar eigen gedrag. Ze kijkt kritisch naar alle tegenstrijdigheden en complexiteiten die ze in zich heeft. Alsof ze haar eigen psychiater is. Dat is knap en her en der ontrafelt ze zichzelf feilloos.

Alleen op die manier wil ze anderen raken. Niet in staat om om de hete brij heen te draaien of veilig aan de oppervlakte te blijven zweven. Ze zoekt de connectie met anderen. Als zij Greens kwetsbaarheid zien dan zouden ze dezelfde emoties kunnen voelen, doet ze uit de doeken.

Phoebe Green probeert in het reine te komen met haar chaos en doet dat door een pompende bas aangedreven titelnummer het mooist. “Did I get what I wanted? Was it worth the blood, sweat and vomit?” Vermoedelijk wel. Pieter Visscher

Marathon – Age

Post punk uit de hoofdstad. Het zijn serieuze types die we hier aan het werk horen. We citeren de bio; ‘Marathon beweegt zich al enkele jaren door de Amsterdamse underground; ruim twee jaar aan opgekropte frustratie heeft de band naar de oppervlakte gedreven.’ Wat volgt is een lijst  ergernissen, die lang genoeg is om nog jaren op te teren.

Met debuutsingle Age legt het trio de lat meteen vrij hoog. Boze praatzang wordt afgewisseld met indringende gitaarpartijen. De sfeer is nachtelijk, een beetje gothic misschien.

Hoe geslaagd deze eerste opname van Kay, Lennart en Nina ook is, je hoort dat Marathon live pas echt in zijn element is. Goed nieuws dus dat de band een dezer maanden bij jou in de buurt te zien zal zijn onder de wimpel van de Popronde.

The Bobby Lees – Ma Likes To Drink

THE BOBBY LEES rocken je weer uit je sokken met het korte maar prachtige Ma Likes To Drink. Moeders houdt wel van een borreltje als tegenhanger van Ach vaderlief toe drink niet meer. Tenminste dat zou je denken.

De band uit Woodstock, New York heeft iets heel anders voor ogen. Volgens hen zou het nummer gaan over het verschil tussen bloot en naakt. Het eerste betekent ongekleed en is in principe de natuurlijke staat van de mens. Het tweede betekent ontkleed en maakt een mens kwetsbaar. Het maakt nieuwsgierig naar Ma’s gedrag als ze heeft gedronken.

Ma Likes To Drink is de 6e voorloper van het 3e album van THE BOBBY LEES Bellevue dat begin oktober uitkomt.

Elliott Dawson – Truman

De sax is in opmars in de indie-wereld. Let maar op en je hoort ineens opvallend veel toeters. Maar nog maar zelden zo prominent als op Truman van Elliot Dawson.

Zeg je sax dan zeg je al snel jazz. Dat is dan ook de muziek waar Dawson veel affiniteit mee heeft. Dat en het vage genre dat post rock genoemd wordt. Die combi resulteert op Hang Low, het officiële debuutalbum van de Nieuw Zeelander in een aantal tracks die goed zullen vallen bij de wat avontuurlijkere (lees jongere) North Sea Jazz bezoeker*.

Voor onze doeleinden gaan die net even te ver, maar het gedreven Truman is recht in de doelgroep; een soort alternatieve Careless Whisper. Truman is dus niet helemaal representatief voor het Hang Low album van de zanger, maar wel voor zijn veelzijdigheid.

*Ook geschikt voor fans van Jimi Tenor en James White.

Surf Curse – Self Portrait

Surf Curse rockt als een bezetene op nieuwe single, Self Portrait. Het bevlogen gitaarwerk; riff, solo’s en ritme onderstrepen een cryptisch poëtische tekst over hoop en tegenslag. ‘A self portrait gave me hope for today. Just like the rest I threw it away.’

Muzikaal doet de nieuwe single van Surf Curse wel denken aan oude Pixies of heel vroege Pumpkins, maar qua sfeer lijkt het Self Portrait van de band uit Reno Nevada misschien nog wel het meest op De Schreeuw van Edvard Munch.

Fleur – Le Capharnaüm

Om met de songtitel te beginnen, Capharnaüm was een Hebreeuwse nederzetting waar Jezus nog een tijd zou hebben gewoond. Om de een of andere reden heeft Le Capharnaüm in het Frans de bijbetekenis van chaos, zooitje gekregen. O.a. een restauranthouder in Bordeaux en een antiquair nabij Saint-Gervais vonden Capharnaüm wel een leuke naam voor hun nering. 

Lang verhaal kort; to de tekst van de nieuwe single van Fleur online komt hebben we geen idee waarover ze zingt. En misschien zelfs dan nog niet. Wat we wel weten is dat Fleur in haar element is in dit heerlijke neo-retro chansonneke waarin een swinging hammondorgel net niet de show steelt. Achter de schermen zijn heren van The Kick actief die hebben de diva in spe ‘une son des années soixante’ meegeven die bijna nog authentieker klinkt dan de oorspronkelijke Yé Yé sound. Chapeau!

MF Tomlinson – Winter Time Blues

Michael ‘MF’ Tomlinson is een Australische ex-pat die momenteel in Londen bivakkeert. MF debuteerde vorig jaar met een album waarop hij naar voren komt als een verhalenverteller. Hij presenteert zijn ervaringen, observaties en fantasieën in meanderende songs met barokke instrumentatie; violen, blazers, dwarsfluit, dat werk. Zelf speelt MF gitaar en goed ook!

Voor fans van het Strange Time album zal nieuwe single Winter Time Blues een verassing zijn, met name deel twee van het ruim zes minuten durende epos. Met zijn statige tempo en stemmige blazers en ligt het eerste deel nog in de lijn der verwachtingen, maar als MF na een pregnante break zijn gitaar het woord geeft klinkt Winter Time Blues als een verloren gewaand gitaarduel tussen Eric Clapton en Jimi Hendrix: klassieke slow blues dus zoals die midden jaren zestig is geïntroduceerd en sindsdien nooit meer uit het muziekbeeld is verdwenen. Je hoeft er nog geen eens van te houden om voor de bijl te gaan.

MF Tomlinson album 2 heet We Are Still Wild Horses en verschijnt februari volgend jaar. 

Kerala Dust – Pulse VI

Wie denkt dat de Krautrock opleving alweer voorbij is moet even naar Pulse VI luisteren, de nieuwe single van het Londense Kerala Dust (of naar de remix door The National van het nummer I’m Glück van NEU!).

Op het eerste gehoor lijkt er niet zo veel te gebeuren op de eerste single van het trio sinds Corona. Alle aandacht gaat naar de pulserende motorik-beat en hypnotische zang, maar duik je wat dieper in de materie en het nummer blijkt propvol vernuftige verassingen te zitten; sexy stemmetjes, mysterieuze koortjes en  subtiele keyboardjes.

Edmund Kenny, Harvey Grant en Lawrence Howarth beoefenen sinds 2016 een genre dat je kamer-techno zou kunnen noemen. Je kunt er thuis in je eentje helemaal in op gaan of tijdens een festival uit je bol. Een betere soundtrack voor een lange autorit dan de twee albums van Kerala Dust zal je ook niet snel vinden. Hopelijk betekent de release van Pulse VI dat er een derde op komst is.