Dazy & Militarie Gun – Pressure Cooker

Dazy, een verbastering van Daisy (madeliefje) is de wat misleidende artiestennaam van James Goodson, een punkzanger uit Richmond, Virginia. Militarie Gun is de veelzeggend naam van een fuzzy rockend gezelschap uit L.A. dat nauwe banden onderhoudt met Drug Church.

Hun gezamenlijke single Pressure Cooker is een mooi voorbeeld van het samen zijn we sterker principe. Presure Cooker is iets poppier, of misschien is gedisciplineerder een beter woord, dan wat de mannen los van elkaar uitspoken. Niet dat hier sprake is van een gepolijst popliedje. Alles behalve. Met zijn dope(y) beat en losbandige samenzang klinkt Pressure Cooker als een onbelicht gebleven albumtrack van Stone Roses. Hopelijk zien ze zelf ook in dat deze ‘one song stand’ voor herhaling vatbaar is.

Elephant – Hometown

Om een bekend gezegde te parafraseren; één goed nummer is een incident, twee goede songs is toeval, heb je drie topnummers dan ben je gewoon goed. Met Hometown levert Elephant hun derde toptrack op rij af.

De Rotterdammers maken countryrock. Ooit was dat de hipste muziek op de planeet en The Eagles net zo cool als nu The War On Drugs. Ja, echt. In de loop de decennia kreeg het genre echter een slechte naam, het gevolg van  plastic koortjes, spekgladde producties en bloedeloze liedjes.

Elephant weet samen met producer Pablo van DeWollf deze klippen fraai te omzeilen. De samenzang is zakelijk, de gitaren klinken aards en de solo heeft een scherpte die doet denken aan countryrock pioniers Poco in hun beste tijd. Prettig ook is dat de band niet doet alsof ze vanuit hun studio uitkijken op de prairie in plaats van de Maasvlakte.

Misschien moet Elephant eens in de V.S. gaan spelen, dan horen ze daar hoe het ook kan, of eigenlijk hoort. 

Working Men’s Club – Widow

Op Widow viert Working Men’s Club feest alsof het 1979 is. Waren op het debuutalbum van de arbeidersvereniging nog wel muzikanten van vleesch en bloed te horen, op Widow heersen de machines.

Toen acts als Gary Numan, Human League en Soft Cell met synthesizers in de weer waren produceerden ze het geluid van de toekomst. Nu zijn die zelfde synths zo retro als een telefoon met draaischijf. Maar daar houdt het erelid van Working Men’s Club, Sydney Minsky Sargeant dus van. hij is niet alleen.

The Smile – Skrting On The Surface

Skrting On The Surface (Skrting schrijf je zonder i) is een al wat ouder nummer, ooit geschreven voor, maar nooit opgepakt door Radiohead. Ten tijde van het In Rainbow album. Wel is de song een paar keer live gespeeld door Yorke’s andere bijband, Atoms For Peace.

Zonder afbreuk te willen doen aan (nou ja een beetje dan) Never Work in TV Again en The Smoke kunnen we vaststellen dat de derde single van The Smile de beste is, om de simpele reden dat Skrting met zijn zacht schuifelende beat, mooi mijmerend zingende York en smaakvolle instrumentatie het meest op vintage Radiohead lijkt. Verschil tussen hoofdband en bijband is dat de productie wat bescheidener is; logisch want The Smile is maar met zijn drieën (plus voor deze gelegenheid een paar blazers). Over die hoofdband gesproken, nu The Smile zich aan Radiohead songs waagt is de kans op een reünie nu waarschijnlijk nog kleiner geworden. 

Arcade Fire – The Lightning I, II

Om de een of andere reden heeft Arcade Fire hun nieuw single gesplitst in twee delen. Bij elkaar duren part I en II vijf en halve minuut, niet bijzonder lang dus. En II gaat verder waar I ophoudt. Aan de andere kant is het niet voor het eerst dat de band in delen denkt, denk aan het vierdelige The Neighbourhood van het debuutalbum, of Sprawl 1 & 2 van The Suburbs. Het maakt verder ook niks uit, want wij hebben de losse delen gewoon aan elkaar geplakt. 

Dit gezegd hebbende, de eerste nieuwe track van de Canadese geweldenaars is puur Arcade Fire; gedreven, ambitieus en vol gas. Plus een tekst met religieuze referenties. The Lightning doet wel aan The Who denken. Win’s stem heeft hier iets weg van die van Roger Daltrey, en het zal zeker niet verbazen als Arcade Fire ooit nog een keer met een rockopera komt aanzetten. Misschien wordt ‘We’ dat wel, het nieuwe album dat op 6 mei uit moet komen.

Oceanator – Stuck

Net als Billie E. maakt Elise Okusami muziek met haar broer, maar daarmee houden alle vergelijkingen meteen op. Elise is een genrebending alleskunner; sportvrouw, wetenschapper, labelbaas, drummer in zes bands en waarschijnlijk nog wel een aantal dingen waar wij geen weet van hebben.

Tegelijk in zes bands zitten vond ook zij wat overdreven, dus heeft Elise daar een streep onder gezet. Nu kan ze zich volledig te werpen op haar eigen muzikale avontuur als Oceanator. Onder die naam bracht ze twee jaar geleden een eerste album uit dat op 8 april een vervolg krijgt met ‘Nothing’s Ever Fine’. Daarvan is Stuck de tweede single.

Was de eerste single, Bad Brian Day een fuzzy punksong met een saxsolo, met zijn loodzware gitaarriff en dystopische slot klinkt Stuck als een onlangs ontdekte outtake van Black Sabbath. Tussen de explosies door zingt Elise ijzig en lijzig een tekst over het ophopen van trauma’s en teleurstellingen. We mogen blij zijn dat ze muziek heeft als uitlaatklep anders waren er vast ongelukken gebeurd.

Kurt Vile – Hey Like A Child

Hey Like A Child is een tweede hoofdstuk van het persoonlijke nieuwe album, (watch my moves) (15 april) van Kurt Vile waarop hij de strijd aangaat met zijn zijn angsten en demonen. Net als op ‘Exploding Like Stones’ heeft Kurt weinig moeite gedaan om de song mooier te maken dan hij is. Het losjes rammelende Hey Like A Child klinkt een beetje als Lou Reed op de country tour.

Kurt’s nieuwe album wordt zijn eerste voor het befaamde Verve label dat vooral in jazzkringen hoog aanzien geniet. Dat maakt Kurt (postuum) labelgenoot van o.a. Billie Holiday, Ella Fitzgerald en Nina Simone.

Rolling Blackouts Coastal Fever – Tidal River

Quizje: wat is de overeenkomst tussen Lynyrd Skynyrd, Parliament en Rolling Blackouts Coastal Fever? Ze hebben alle drie drie sologitaristen!

Die van RBCF hebben hun handen vol aan Tidal River, trekker nummer twee van het nieuwe album van de Australiërs, Endless Rooms (6 mei). Het tempo is up, maar de stemming niet zo. Tidal River gaat over almaar groter wordende tweedeling van de maatschappij, waar de ‘haves’ steeds minder rekening houden met de ‘have-nots’.

Vanavond om 21:00 uur de Volkskrant Radio special: rocken op de dansvloer

In een serie artikelen onderzoekt de Volkskrant het belang van de clubcultuur. Aflevering 3: wat is er toch geworden van de goede oude rockdisco in het nachtleven? De Utrechtse dj St. Paul legt het uit, en vertelt hoe we de betere gitaarmuziek en rockende indie terug kunnen krijgen op de dansvloer. Lees hier het hele artikel.

Luister naar V’s Radio-Dancecollege

Elke vrijdag om 21.00 uur draait de Volkskrant de fijnste plaatjes uit het nachtlevenartikel van de week op Pinguin Indie. En we praten ze aan elkaar met een smakelijk college over de muziek in kwestie. Deze vrijdag hoor je er de rockdisco uit dit artikel. De uitzending is daarna terug te luisteren op Pinguin Indie, waar ook de eerdere afleveringen te horen zijn (over hoe het nachtleven de popmuziek voorgoed veranderde door op de dansvloer de remix uit te vinden, en hoe acid in 1988 een nieuwe hedonistische tijdgeest inluidde).

 

Alt-J – The Dream

Alt-J – The Dream (Infectious/BMG/Mattan)

Joe Newman, Gus Unger-Hamilton en Thom Green staken de koppen maar weer eens bij elkaar en opeens lag-ie op de planken, de nieuwe Alt-J. Muzikaal bij vlagen nog wat sterker vervreemdend dan we van de band uit Leeds gewend waren. Dat is dus nogal wat. Maar niks is wat het lijkt, want gaandeweg vallen puzzelstukjes in elkaar.

We wisten natuurlijk al van drie eerder verschenen platen dat de Britten allesbehalve dertienineendozijnrock maken. Het is allemaal wat studentikoos, wat ingewikkeld en soms ook wat onsamenhangend. Alt-J doet vaak lekker gek en zo ook weer op The Dream. Nóg wat gekker dan anders dus. Analoog aan de situatie op onze planeet zou je kunnen zeggen. We kijken immers nergens meer van op.

Zo ook niet van het feit dat The Dream steeds sterker binnen blijft komen, ook al had je daar geen rekening meer mee gehouden. Mind you: mits je het album hard genoeg afspeelt. Het is een plaat die zijn geheimen zeldzaam traag ontvouwt om, eenmaal daar, niet meer los te laten. Neem de tijd en je wordt beloond. Dat werk. Al die verwarrende elektronica en gelaagde percussie voelen steeds comfortabeler aan. Wat ook geldt voor het stemgeluid van Joe Newman, die nou eenmaal zo zingt.

Past wel prima bij de geregeld wat tegendraadse artrock van de band die met Get Better het persoonlijkste nummer tot nu toe op plaat heeft gezet. Newman zingt voor zijn zieke vriendin. Een kleingehouden liedje. De band klinkt kwetsbaarder dan ooit. Pieter Visscher