Live Review: Complexity Fest schot in de roos

Live Review: Complexity Fest @ Patronaat, Haarlem
05 maart 2016
Tekst Milo Lambers

Complexity Fest17/8 maatsoorten, operametalbreakcore, mathcore, djent-rap. Je kon het zo gek niet verzinnen of het kwam zaterdag in Patronaat voorbij. De eerste editie van Complexity Fest had voor een ieder wat wils die van hard en ingewikkeld houdt. Een festival voor prog, djent en mathcore. Dat hadden we nog niet in Nederland. En dat terwijl er zeker een publiek voor is. Dat blijkt zaterdag wel. Al bij de eerste bands staat het vol. Prog en vooral djent zijn hot.
Voor wie geen metaal in z’n hoofd heeft: djent is in de eerste plaats de meest treffende omschrijving van het geluid van een laaggestemde metalgitaar. Met dank aan bands als Meshuggah, Periphery en Tesseract is het zelfs een volledig genre geworden dat gekenmerkt wordt door met brute riffs, polyritmiek en virtuoos gitaarwerk.

De djent is zaterdag prominent aanwezig in Haarlem. Originaliteit is voor sommige bands nog een probleem. Het Hongaarse Orient Fall speelt retestrak, maar wijkt nergens af het boekje ‘hoe speel ik djent?’ De Italianen van Destrage (foto) zijn duidelijk een stap verder. Bulderende riffs, van de pot gerukte tussenstukken, bizarre solo’s; het is genieten geblazen. Zeker omdat de muzikanten geboren showmannetjes blijken te zijn. Als die geen ADHD hebben…. IJzersterke show!

DestrageTextures is natuurlijk Neerlands trots op het gebied van technische metal. De band is strak als vanouds en geniet zichtbaar van het in grote getalen aanwezige publiek. Het nieuwe werk van album Phenotype is even wat zwaarder dan dat van zijn voorganger. Het zorgt ervoor dat een slepend nummer als Awake bijna aanvoelt als een ballad. Een welkome ballad, want de kracht van de band blijft hem zitten in z´n dynamiek.

Ook het gitaargeluid van The Algorithm uit Frankrijk mag je djent noemen. De band onderscheidt zich echter door het gebruik van elektronica. Het is zelfs voor een getraind oor af en toe niet te volgen wat er hier ritmisch allemaal gebeurt. Georganiseerde chaos.
Hacktivist is een voorbeeld van een band die een totaal eigen draai aan djent heeft gegeven. De band opereert met rappers in plaats van grunters. En dat werkt. Als de nü-metalbands uit de jaren negentig dit destijds hadden gekend, waren ze waarschijnlijk niet eens opgericht.

Djent is volop aanwezig, maar Complexity biedt meer. Het Duitse The Hirsch Effekt houdt met zenuwslopende jazzcore weinig heel van het Patronaat-café. Rolo Tomassi is schreeuwig en neigt meer naar de hardcore. Blikvanger is de schattig ogende, maar angstaanjagend schreeuwende Eva Spence. De band is meester in het je op het verkeerde been zetten van z’n luisteraars.

Liefhebbers van death metal komen aan hun trekken met Apophis en Alkaloid. Voor wie het echt niet extreem genoeg kan, is er Igorrr. Beenbrekende beats vol dissonante gitaren, bliepjes en knallen worden voorzien van grunts en zelfs operazang. Mening gitaarliefhebber haakt hier af, maar het getuigt van lef dat de organisatie ook dit soort acts een podium geeft.

Complexity Fest vult een hiaat in de festivalwereld op en de eerste editie is meteen een schot in de roos. Op naar volgend jaar!

Pinguin Radio presenteert Volkskrant Radio #6

Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de belangrijkste 10 albums samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant.

de Volkskrant

SoulwaxSoulwax – Belgica (PIAS)
Zo rond 2004, na drie albums, begon het te wringen dat de broertjes Stephen en David Dewaele als dj-duo en eclectische popfröbelaars (The Flying Dewaele Brothers, 2Many DJ’s) veel succesvoller waren dan met hun gitaarband Soulwax.

Het leidde tot een fascinerende zoektocht naar een manier om hun parallelle werelden te verenigen: de band en het dancefeest, de riffs en de beats, de eigen songs en de onbedwingbare lust tot plaatjes draaien en mixen. Soulwax Nite Versions. Radio Soulwax. Soulwax dat remixen van 2Many DJ’s live uitvoerde.
De soundtrack bij de film Belgica is het eerste studioalbum met nieuwe Soulwax-songs sinds 2004 en een glorieuze halte tijdens de zoektocht. De plaat is als een toverbal in de kleverige vingers van twee jongetjes uit Gent die graag Soulwax willen zijn, maar dat keurslijf toch te benauwend vinden.

Soulwax komt tot ons in vijftien verschillende gedaanten: fictieve popacts, van de soulpopzangeres Charlotte tot rockband The Shitz, van hardcoreband Burning Phlegm tot de LCD Soundsystem-achtigen Erasmus en Rubber Band. Light Bulb Matrix is reggaepop. Kursat 9000 biedt een Turks hipsterfeestje.
Allemaal Soulwax (plus gasten), maar toch ook weer niet. Het knappe is: vrijwel alle tracks zijn volstrekt geloofwaardig. Zo blijven de Dewaeles, ook als veertigplussers, popkameleons om van te houden. Veelvraten die alles tegelijk willen en er nog mee wegkomen ook.

Ty SegallTy Segall – Emotional Mugger (Drag City/V2)
De boog kan niet altijd gespannen blijven bij iemand die zo veel platen uitbrengt als de Californische garagerocker Ty Segall. Het laatste half jaar bracht hij een plaat uit met zijn psychedelische rockband Fuzz en onder eigen naam een album, Ty Rex, met T.Rex-covers.

Door: Gijsbert Kamer – 03 februari 2016

Leuke platen voor liefhebbers van het rauwere meer gruizige gitaarkabaal, maar het werd toch wel weer tijd voor een echte Segall met door al het gitaargeweld heen ook een paar onontkoombare nieuwe liedjes.

INTENS
Zo’n plaat is Emotional Mugger, waarop Segall veel intenser klinkt dan op Manipulator (2014), zijn poging toenadering te zoeken tot meer mainstreamrockmuziek.
Zo verbeten als op Emotional Mugger horen we Segall eigenlijk het liefst. Zo gemeen als hij op gitaar soleert als in Candy Sam is zeldzaam. En wat een ijzersterk liedje is Mandy Cream. Zo een die Segall-verzamelaars onmiddellijk in hun playlist met beste hedendaagse garagesongs zullen plaatsen. Wat een heerlijk opruiend plaatje, dit Emotional Mugger, zoals alleen Ty Segall dat kan en gelukkig ook weer wil maken.

Cavern of Anti-MatterCavern of Anti-Matter – Void Beats/Invocation Trex (Duophonic)
Tim Gane van de experimentele indieband Stereolab toog naar Berlijn en vormde een trio met onder anderen de synthesizertovenaar met de best denkbare synthesizertovenaarsnaam Holger Zapf.

Er kwamen vrienden langs, onder wie Bradford Cox van Deerhunter. En het werd gezellig, getuige de heerlijke plaat van Cavern of Anti-Matter. Want de instrumentale stukken op Void Beats/Invocation Trex zijn opgewekt en enerverend, en goed voor ruim een uur vrolijke vervoering.
De mooiste genres uit de instrumentale muziek worden samengevoegd, in sessies die in één keer live lijken opgenomen; hoekige postrock, warme analoge Krautrock, groovende synthpop en in Blowing My Nose Under Close Observation pure Detroitse techno a la Drexciya.

De plaat zit vol ideeën en pakkende meefluitmelodietjes. Langgerekte tracks als Melody in High Feedback Tones ontwikkelen zich als waren ze elektronische progrock van de meest toegankelijke soort. Void Beats/ Invocation Trex is voorlopig de gaafste instrumentale plaat van het jaar en hoera.

Marlon WilliamsMarlon Williams – Marlon Williams (Dead Oceans/Konkurrent)
Verrassing uit Nieuw-Zeeland: de titelloze plaat van Marlon Williams uit het sprookjesachtige havenstadje Lyttelton kan zich meten met de nieuwe Amerikaanse generatie country- en rootstalent. Williams deed ervaring op in tal van bluegrass – en folkbandjes, en die betaalt zich uit in een magnifiek eerste soloalbum.

Williams heeft geen aangeboren briljante zangstem, maar dat biologische feit compenseert hij met een aangename theatraliteit en daarmee veel vertelkracht, die zelfs antieke country & westernliedjes als Hello Miss Lonesome fascinerend maakt.
In het plechtstatige rootslied Dark Child laat Williams Nick Cave en psychedelische sixtiespop door zijn americana zweven en daarmee ontstijgt zijn muziek de retromanie. In de gedragen en orkestrale cover I’m Lost Without You doet Williams ineens denken aan The Walker Brothers, en zo blijf je je verbazen.En dan volgt nog een geniaal afsluitend drieluik. Strange Things is weer zo’n fijn theatraal, maar ogenschijnlijk luchtig rootsliedje, over een loodzwaar onderwerp: dood door kanker. En When I Was a Young Girl is een welhaast opera-achtige folksong die je niet meer loslaat. Wát een debuut!

Lucky Fonz IIILucky Fonz III – In Je Nakie (Top Notch)
Jarenlang zocht Otto Wichers de juiste vorm voor de muziek die hij als Lucky Fonz III componeerde. Engelstalig? Nederlandstalig? Croonen of juist zingen als een Amerikaanse roots-zanger? Hij kan het allemaal, maar het liefst horen we hem toch in het Nederlands zingen, zoals op het album Hoe je honing maakt uit 2010.Door: Gijsbert Kamer – 17 februari 2016

Op In je nakie, zijn zesde album, heeft hij zijn ideale vorm te pakken. Veertien Nederlandstalige liedjes die hem van zijn openhartigste kant laten zien. Goudeerlijk, soms een beetje ongemakkelijk, maar altijd geloofwaardig. Wichers raakt daarmee aan de essentie van hiphop en de kern van goede folk, en dat zijn precies de stijlen die de basis vormen voor het treffend getitelde In je nakie. Hij zingt over zijn liefde (Linde met een E) of over het raadsel van de ontroering die sporters bij hem teweegbrengen als ze terugkeren naar de plek van hun jeugd (Sporters). Regelmatig schiet je van zijn zinnetjes in de lach, zoals in Dat was gisteravond: “En word je dan gelukkig van die sukkel van een gast? / Gaan je vrienden zeker zeggen dat-ie beter bij je past.”

De liedjes zijn kaal, soms een beetje moeilijk gearrangeerd. Maar de valse orgeltjes en lelijk zoemende synths zijn met zorg gekozen en voorkomen dat Lucky Fonz III richting kleinkunst afglijdt.
Hij maakt gewoon popmuziek zoals de door hem in Linde met een E genoemde voorbeelden: ‘Guusje Meeuwis, Meindert Talma, Elly & Rikkert, Ronnie Flex.’ Daar mogen de namen Armand, Tol Hansse en Peter Koelewijn aan worden toegevoegd. Zo goed is Lucky Fonz III op In je nakie op dreef.

TexturesTextures – Phenotype (Nuclear Blast Records)
De technische hardcore en metal (ofwel ‘metalcore’) van de Etten-Leurse band Textures wordt tot in India bejubeld. In eigen land blijft de adoratie wat achter. Het probleem met veel ingewikkelde en syncopische metal: het ontbreekt vaak aan aanknopingspunten – een lekker refrein, een goed uitgespeelde riff – waardoor de muziek zelden meeslepend wordt. Maar op Phenotype weet Textures boeiende muziekstukken uit te vouwen.

Door: Robert van Gijssel – 17 februari 2016

Textures kan verpletterend zijn, zoals in het prachtige Shaping a Grain of Sand, dat vermomd is als bijna conventioneel thrashmetaltrackje met vet grommende brulzang en zagende gitaren. Maar al snel komt een schoon gezongen en aanstekelijk refrein bovendrijven en schieten de gitaren weer kronkelige zijwegen in. Dat gebeurt ook in het epische rocklied The Fourth Prime. De gitaristen Joe Tal en Bart Hennephof zijn hier hard, strak en eindeloos creatief, etherisch en zwevend mooi: geen maat klinkt hetzelfde en dus blijf je verbijsterd luisteren.

Hexvessel
Hexvessel – When We Are Death (Century Media
)
Conceptplaten over De Dood, daar zijn er meer van. De Finse psychedelische (en heidense) folkrockband Hexvessel weet rond ons aller eindbestemming desondanks een gedenkwaardig album op te trekken, met nummers die in alle zwaarmoedigheid toch ook troost bieden.

Door: Robert van Gijssel – 10 februari 2016

De zanger en frontman van Hexvessel, de in Finland wonende Brit Mat McNerney, lijkt in zijn muzikale carrière wat weifelachtig. Met zijn bands Grave Pleasures en Beastmilk maakt hij straffe, maar epigonistische postpunk, met Hexvessel schakelt hij graag een tandje terug en zoekt hij de rockende puurheid bij de jaren zestig en zeventig, bij spacerock en psychedelische blues.

ALLE GOEDS SAMEN
Op When We Are Death komt alle goeds samen, in kosmische bluesballads als Cosmic Truth en het benevelende rocknummer Drugged up on the Universe – het hoogtepunt van de plaat. Eigenlijk is elk nummer raak, dankzij de sterke refreinen, de betekenisvolle poëtische teksten en passend geëxalteerde zang van McNerney en natuurlijk het fijne en laagdrempelige bandgeluid van kermende gitaren en zoemende orgels. De luxe cd-versie, met secuur vormgegeven tekst- en fotoboek in zware verpakking, is een aanrader.

ShearwaterShearwater – Jet Plane and Oxbow (Sub Pop/Konkurrent)
Breed gebarende, theatrale gitaarrock vol verwijzingen naar symfonische rock, compleet met plechtige, soms geëxalteerde zang: Jonathan Meiburg en Shearwater bewegen zich over aalglad terrein, maar het levert al heel wat jaren prachtalbums op.

Door: Menno Pot – 10 februari 2016

Jet Plane and Oxbow is de achtste reguliere studioplaat van de band uit Austin, Texas, begonnen als afsplitsing van Okkervil River.
Hoe herkenbaar het bandgeluid ook is, toch is weer van alles anders: na een groots, bijna orkestraal drieluik over eilanden en vogels (2007-2010) en een plaat die kaler, rauwer en persoonlijker was (Animal Joy uit 2012) wordt Jet Plane and Oxbow gedomineerd door synthesizers, beats en in de tekst een flinke eetlepel politiek.

LEKKER IN PARADISO NOORD
“Where are the Americans?”, vraagt Meiburg zijn landgenoten, die hij een ‘dimmed conscience’ verwijt.
De musicerende ornitholoog heeft weer een gelaagd, meeslepend en melodieus album afgeleverd, vol knap uitgewerkte songs als A Long Time Away, Pale Kings en de schitterende ballad Only Child. Shearwater is zo’n zeldzame band die groots en dramatisch durft te klinken, maar toch vrij klein bleef, zodat we ze zaterdag (red. afgelopen 13 februari) lekker in Paradiso Noord kunnen zien spelen, dezelfde avond als Blitzen Trapper.

NonkeenNonkeen – The Gamble (R&S/ N.E.W.S.)
Vrijwel geen piano te bekennen bij het instrumentale gelegenheidsproject Nonkeen van de Duitser Nils Frahm. En dat doet de muziek van de posterboy van de neoklassieke verstillingspop hoorbaar goed: van al te veel minimalistische piano krijg je ook een keer de zenuwen.

Door: Robert van Gijssel – 10 februari 2016

Nonkeen is een samenwerking van Frahm met twee ex-schoolvriendjes, met wie Frahm in de tussenuren geluidsopnamen maakte; van schreeuwende leraren tot speelvreugd op het schoolplein.
Oude bandopnamen zijn bewerkt en gebruikt als inspiratie voor sfeervolle, zeer analoge en dus akelig mooie synthesizer- en samplemuziek. Je dwarrelt mee op bescheiden dance en dub, op warm en wollig omgevingsgeluid en zo nu en dan stuurse jazz- en krautrock met behoorlijk driftige drumpartijen.

STUURLOOS
Aanvankelijk een beetje stuurloos: je vraagt je af welke kant dit instrumentale verdikkingsmiddel op zweeft. Maar bij de aangrijpende ambient van Re:Turn! of bij de dromerige jazzjam van This Beautiful Mess, vol bijna verstopte maar prachtige melodieën, ben je toch weer verkocht. En dan merk je dat je steeds meer van dit goudeerlijke en pretentieloze plaatje gaat houden.

Lucinda WilliamsLucinda Williams – The Ghosts of Highway 20 (Bertus)
Bij zo’n enorme productie van een roots- en countryrockzangeres die wat op leeftijd raakt zou je denken: selecteer strenger en breng dat ene meesterwerk uit. Maar verdomd, de veertien liedjes op dit nieuwe album, inclusief covers, komen in de buurt.

Door: Robert van Gijssel – 17 februari 2016

Haar stem klinkt nog wat ouder, slepender dan voorheen. Maar dat komt de intensiteit van existentiële overpeinzingen in de trage rootsrocker Dust juist ten goede. Het bijzonderst aan deze Williams is de begeleiding van die prachtig zwabberende stem, en vooral de vluchtige gitaren van Greg Leisz en jazzgitarist Bill Frisell, die weergaloos ineenvlechten in een gaaf gitaarjazzliedje als Place in my Heart.

Beklemmend is het titellied, een spookachtige countryballad, waarin Williams de angst van zich af probeert te zingen met een zuchtende, vermoeide maar bloedmooie kraakstem.

Live Foto Review: The Libertines @ Paradiso

Live Review: The Libertines @ Paradiso, Amsterdam
02 maart 2016
Foto’s Sharon & Maureen

De geschiedenis van The Libertines is op z’n zachtst gezegd tumultueus. Maar zonder wrijving geen glans en ondanks – of juist dankzij – die spanningen is de band uitgegroeid tot mythische proporties. Het derde album Anthems for Doomed Youth is net uit en laat wederom horen waarom The Libertines in één adem worden genoemd met The Sex Pistols, The Jam, The Clash en The Smiths.

The LIbertinesThe LIbertinesThe LIbertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe LibertinesThe Libertines

Album Reviews: Birth Of Joy en Bombay

Birth of JoyBirth Of Joy – Get Well (Suburban Records)
Het zijn mooie tijden voor liefhebbers van psychedelische rock van Nederlandse bodem. We hebben Jacco Gardner, Pauw, DeWolff en Birth Of Joy. Die laatste band maakt al een paar platen lang zompige rock met slechts gitaar, orgel en drums. Get Well moet de opvolger worden van doorbraakplaat Prisoner en dat is meer dan gelukt.

Het trio gaat tekeer met intensiteit en urgentie, waarbij de gejaagde zang van Kevin Stunnenberg beurtelings aan Jim Morrison en Robert Plant doet denken. Het tempo ligt behoorlijk hoog; songs als Blisters, Carabiner, You Got Me Howling en Hands Down denderen lekker door, terwijl Midnight Cruise bluesy swingt.

Op Numb wordt de spanning langzaam opgebouwd en Meet Me At The Bottom vliegt op het eind heerlijk uit de bocht. Het titelnummer, een uitgesponnen, hypnotiserende psychotrip, steekt daar weer mooi bij af. Get Well is tien nummers lang een ijzersterk groovende rocktrein, die weinig te wensen overlaat. Tekst Mania | Louk Vanderschuren

Birth Of Joy doet op 12 maart een INSTORE in Plato Deventer/De Hip!
Aanvang 14:00 uur. Toegang uiteraard gratis!

LIVEDATA 03/03 ‘t Beest, Goes 04/03 Asteriks XL, Leeuwarden 05/03 Grenswerk, Venlo 06/03 Where The Wild Things Are Festival, Zeewolde 10/03 TivoliVredenburg, Utrecht 11/03Vera, Groningen 12/03 Burgerweeshuis, Deventer 13/03 Paradiso Noord @ Tolhuistuin, Amsterdam 23/03 Muziekodroom, Hasselt 26/03 Paaspop, Zieuwent 28/05 Dauwpop, Hellendoorn 23/07 Zwarte Cross, Lichtenvoorde

BombayBombay – Show Your Teeth (V2)
Als jochie kreeg ik eens een obscure druk van Iron Maiden’s Seventh Son of the Seventh Son in mijn handen gedrukt. De volgorde was alfabetisch. Dat wist ik niet, maar toch hoorde ik dat de volgorde van songs niet logisch was. Dat zelfde gevoel bekruipt me bij Dolly Doesn’t want to Face the Facts van het Amsterdamse Bombay. Zonder twijfel het mooiste nummer van deze plaat, maar een opener? Nee, echt niet.

Het getuigt wel van lef om als rockband zo sfeervol te beginnen. Bovendien is het liedje exemplarisch voor de nieuwe koers van de Amsterdamse indierockers. De band spint songs meer uit en moet het meer van sfeer dan van riffs hebben. Bombay klinkt – pak alvast maar een teiltje – volwassen. Hier horen we een band met een duidelijk beeld van wat het wil. Of het nu gaat om compromisloze songs als Sea en Bored of het spannende Friendly Fire, de overtuiging spat er constant van af. Zoete koek voor indiekids, hipsters en verstokte rockers. Bombay kan z’n stek op de festivalkalender gaan vastleggen. Milo Lambers

Livedata 17/03 Patronaat, Haarlem 18/03 Asteriks, Leeuwarden 19/03 Metropool, Hengelo 24/03 Hedon, Zwolle 25/03 013, Tilburg 26/03 Ekko, Utrecht 27/03 Paaspop, Schijndel 27/04 Oranjepop, Nijmegen 30/04 Pinguins in Paradiso, Amsterdam

Live Review: Manfred Mann’s Earth Band @ de Bosuil

Manfred Mann’s Earth BandLive Review: Manfred Mann’s Earth Band @ de Bosuil, Weert
26 februari 2016
Tekst & Foto’s Martien Koolen

Manfred Mann’s Earth BandManfred Mann, geboren in Zuid-Afrika, richt in 1971 de Manfred Mann’s Earth Band op en sinds die tijd heeft de band 18 studio albums en 3 live albums geproduceerd. Het eerste album stamt uit 1972 en de beste albums maakt de Earth Band in de jaren zeventig, zoals daar zijn: Solar Fire (1973), Nightingales And Bombers (1975) en The Roaring Silence (1976). Bijna iedereen kent ‘hun’ hits Blinded By The Light, Spirits In The Night, Mighty Quinn en Davy’s On The Road Again en opvallend is natuurlijk dat dit allemaal covers zijn. Ondanks het feit dat ik eigenlijk wel een fan ben van MMEB heb ik ze slechts een maal eerder live mogen aanschouwen, en wel op Pinkpop in 1977!!!

Mann is inmiddels 75 jaar oud en wordt nog steeds bijgestaan door Mick Rogers (gitaar), die er ook in het prille begin al bij was. De setlist is voor de toehoorders van vanavond natuurlijk een feest van herkenning en meteen bij de openingssong, Spirits In The Night (een Bruce Springsteen cover) zingt het publiek uit volle borst mee.

Manfred Mann’s Earth Band

Het geluid is prima en vooral de gitaar van Rogers en de typische keyboardsound (heerlijke mini moog) van Mann zijn goed in de ‘voorgrond’ gemixt. Captain Bobby Stout van het debuutalbum is net zoals het extra lange Martha’s Madman (een van de hoogtepunten vanavond) geschreven door de Amerikaanse componist, zanger en gitarist Lana Tietgen. Martha’s Madman is te vinden op het zeer goede album Watch (1978) en van dat album – een commercieel succes – krijgen we vanavond ook nog de obligatoire nummers Davy’s On The Road Again en Quinn The Eskimo, beter bekend als The Mighty Quinn te horen.

Manfred Mann’s Earth Band

In het middengedeelte van de set na You Angel You en de T-Rex cover Get It On speelt de band het beste nummer van de avond: het heerlijke lang uitgesponnen Father Of Day, Father Of Night (de derde Bob Dylan cover van deze avond). Tijdens dat bijna psychedelische nummer van het album Solar Fire steelt ‘oudgediende’ Mick Rogers de show met zijn nog steeds wervelende en melodieuze gitaarspel. Blinded By The Light van het excellente album The Roaring Silence mag natuurlijk niet ontbreken; maar het publiek gaat vocaal pas echt los bij Davy’s On The Road Again; het laatste nummer van de set.

Toegift nummer een is het stokoude Do Wah Diddy Diddy uit 1964, dat vanavond semi-akoestisch gespeeld door Mick nogal vervelend en erg traag overkomt. Met het onvermijdelijke, waarschijnlijk te veel gespeelde Mighty Quinn, eindigt deze Manfred Mann’s Earth Band show een beetje in mineur.
Conclusie: een heerlijk avondje nostalgische MMEB muziek met hoofdrollen voor Rogers en Mann, maar persoonlijk had ik een beetje moeite met de zang van Robert Hart. Zijn stem, die overigens genoeg volume heeft en ook goed klinkt, past wat mij betreft niet zo goed bij de muziek van de Earth Band zoals die van de oude zanger Chris Thompson. Zeker bij klassiekers zoals Davy’s On The Road Again, Martha’s Madman en Blinded By The Light miste ik dat typische, herkenbare Thompson geluid, maar ja, over smaak valt niet te twisten…

Live Foto Review: Hinds @ Bitterzoet

Live Review: Hinds @ Bitterzoet, Amsterdam
27 februari 2016
Foto’s Willem Schalekamp

Deze meiden uit Madrid hebben ontzettend veel lol in het maken van muziek. De speelse aanpak van Hinds zorgt voor rammelige, aanstekelijke garage nummers. Het is ook niet zo gek dat Mac DeMarco, Ty Segall en The Black Lips tot de voorbeelden van de band behoren. Op 8 januari is na een reeks van EP’s en singles het debuutalbum Leave Me Alone verschenen.

HindsHindsHindsHindsHindsHindsHinds

Album Reviews: Animal Collective en Teramaze

Animal CollectiveAnimal Collective – Painting With (Domino)
Nadat Avey Tare en Panda Bear zich allebei op een solo-avontuur hebben gericht en Geologist voor zijn dochter heeft gezorgd is de band weer samengekomen voor een album. Dat album, Painting With, klinkt aan de ene kant als typisch Animal Collective, maar heeft aan de andere kant weer net een andere focus. De band noemt het zelf hun Ramones-album. Oftewel: korte liedjes en snel to the point. Maar waar de Ramones hun liedjes vaak juist heel kaal en simpel hielden, gooit Animal Collective hun liedjes propvol met extra beats en arrangementen.

Zoals we van de groep gewend zijn, stuiteren de liedjes hyperactief in het rond en doen ze flink psychedelisch aan. Het knappe aan Animal Collective is echter dat ze net de grens weten te vinden tussen pakkende liedjes en psychedelische chaos. Met aan de ene kant bijvoorbeeld het refrein van leadsingle FloriDada dat niet meer uit je hoofd te branden is, en aan de andere kant vervreemdende electronica, gekke ritmes, en een hoog tempo waarbij je voor je het weet weer in een ander liedje terecht bent gekomen. Vergeleken met vorige albums zijn de liedjes, tussen alle ritmes en geluiden door, net wat moeilijker te doorgronden. Luister je echter goed, dan hoor je de Ramones-achtige popliedjes ergens wel terug als basis, waar vervolgens met veel plezier op z’n Jackson Pollocks overheen is geverfd. De band kleurt op Painting With dan ook continu buiten de lijntjes maar niet zó ver buiten de lijntjes dat het onherkenbaar wordt. Tekst Mania | Arnout de Vries

LIVEDATA 01/04 Botanique, Brussel (sold out) 02/04 Rewire Festival @ Paard van Troje, Den HaagTeramazeTeramaze – Her Halo (Music Theories Recordings/Mascot Label Group)
De vier leden van Teramaze noemen Tool, Dream Theater en Pantera als invloeden. Daarbij zijn de leden ergens in een carrière van drieëntwintig jaren bekeerd. Op Her Halo wordt geen enkele keer gerefereerd aan seks en drugs en gaat het vooral om progressieve metal met een boodschap. Terrormaze was de naam van de groep in de jaren na de oprichting in 1993. Uit die naam sprak agressie en negativisme en dus werd de naam veranderd en de teksten aangepast.

Voorganger Esoteric Symbolism scoorde positieve recensies en liet de zalen volstromen. Niet meer dan logisch dat de Australiërs hebben gekozen voor een release met meer van hetzelfde en opnieuw goede kwaliteit. Opener An Ordinary Dream duurt bijna dertien minuten en houdt de luisteraar in de stoel gevangen. Roffelende drums, strakke gitaarpartijen en lekker lopende baslijnen zorgen voor een progressief, muzikaal fundament waar zanger Nathan Peachy zijn teksten – zonder prekerige boodschappen – op kwijt kan. Singel Out Of Subconscious ging het album vooraf en scoorde in alle metabladen positieve recensies. Acht nummers en Her Halo klokt ruim zesenvijftig minuten muziek. Trapeze is een instrumentaal nummer dat minutenlang van hoogtepunt naar hoogtepunt laveert, terwijl Delusions Of Grandeur de juiste afsluiter is. Teramaze heeft een release uitgebracht die geen moment irriteert door de boodschap en in veel van de nummers fascineert door de strakke drum- en gitaarpartijen. Jaks Schuit

Album Reviews: El Pino and the Volunteers en Joe Louis Walker

El Pino and The VolunteersEl Pino and the Volunteers – El Pino and the Volunteers (Excelsior)
Happy Camper, TIKA, de Daryll-Ann, allemaal redenen waarom we lange tijd niets hoorden van El Pino and the Volunteers. Gelukkig zijn de prioriteiten verlegd en is er eindelijk het derde album, als vanouds op Excelsior. Ook nu geldt weer dat de gehele rock- en popgeschiedenis als invloed heeft gefungeerd, met een lichte voorliefde voor de Americana rock van alle tijden, denk aan The Byrds, The Buffalo Springfield en, meer recent, Wilco.

Opener Top Of Everything combineert dat weer met een Beatlesque en fungeert gelijk als aanjager van een album waar de energie van afspat. Het tempo ligt, gemiddeld, hoog, de composities zijn compact en van een constant hoge kwaliteit. De, uiteraard, gitaar georiënteerde begeleiding is lekker stevig zonder uit de bocht te vliegen, en zanger David Pino klinkt geïnspireerder dan ooit. Het was een lange pauze, maar als je dan met zo’n tijdloos album terugkomt is dat meteen vergeven. Tekst Mania | Jurgen Vreugdenhil

LIVEDATA 03/03 W2, Den Bosch 06/03 Ekko, Utrecht 10/03 Rotown, Rotterdam 11/03 Luxor Live, ArnhemJoe Louis WalkerJoe Louis Walker – Everybody Wants A Piece (Provogue/Mascot label Group)
Debuut Cold In The Night verscheen in 1986! Everybody Wants A Piece is bijna dertig jaren later het tweeëntwintigste album van deze electric blues veteraan. Het is fascinerend om de geschiedenis van Walker te lezen. Geboren op 25 december 1949 pakte het kerstkind pas op veertienjarige leeftijd de gitaar op. Walker ontmoette Mike Bloomfield, die hem introduceerde bij Jimi Hendrix en Grateful Dead. De daarop volgende omzwervingen zijn op de door de jaren heen verschenen albums te horen. Walker werkte onder meer samen met Branford Marsalis, James Cotton, Tower Of Power, Bonnie Rait, Buddy Guy, Taj Mahal, Ike Turner en Clarence Brown. Een rij namen om aan te geven dat Walker niet alleen beïnvloed is door de grote muzikanten uit de blues scene, maar ook zijn invloed heeft achtergelaten.

Het titelnummer Everybody Wants A Piece opent en zet de toon. Het is een uptempo bluesnummer waarop Walker naar hartenlust soleert. Duidelijk is dat deze release geen grote verrassingen bevat. Walker speelt en zingt met veel plezier en laat horen dat de blues tijdloos is. Afsluiter 35 Years is het laatste nummer van een klein uur bluesmuziek zoals alleen enthousiaste, begeesterde muzikanten die kunnen maken. Titels als Gospel Blues en Wade In The Water vertellen over de muziek die JLW (Joe Louis Walker) al meer dan dertig jaren maakt. Everybody Wants A Piece! Joe Louis Walker lijkt te willen zeggen dat het niet OK is om alleen maar het eigen stuk te willen claimen. Walker geeft alle liefhebbers van de blues voor de tweeëntwintigste keer een gloeiend nieuw album waar de geschiedenis vanaf spat. Jaks Schuit

Live Foto Review: PINS @ Bitterzoet

Live Review: PINS @ Bitterzoet, Amsterdam
22 februari 2016
Foto’s Willem Schalekamp

PINS zijn vijf meiden uit Manchester die de postpunk van hun debuutalbum Girls Like Us iets hebben laten vieren en meer indierock en sixties girlpop zijn gaan maken. Dat nieuwe geluid is goed te horen op het tweede album Wild Nights. Op het podium zorgt het voor zeer dynamische optredens waar hard rocken wordt afgewisseld met meer catchy en dansbare nummers. Ze deelden het podium al met Best Coast, The Growlers, Sleater Kinny en Warpaint; een rijtje artiesten waar de band prima tussen past.

PINSPINSPINSPINSPINSPINS

Live Foto Review: Arno @ Muziekgieterij

Live Review: Arno @ Muziekgieterij, Maastricht
19 februari 2016
Foto’s Hub Dautzenberg

I’m just an old motherfucker, dat is de titel van de nieuwe bluesy single van de Belgische zanger Arno. Engels en Frans, verleden, heden en toekomst… Hij gooit ze bewust door elkaar en blijft zijn onvoorspelbare zelf. Op 15 januari 2016 is zijn nieuwe album Human Incognito uitkomen.

“Ja, dat is zo. Ik ben een old motherfucker. Soms praat ik ook als een oude motherfucker. Ik vind bijvoorbeeld dat rock tegenwoordig te berekend is. Niemand durft nog risico’s te nemen. Er is te weinig rebellie. Net zoals de wereld in het algemeen is rockmuziek conservatief geworden.”

ArnoArnoArnoArnoArno