Unknown Mortal Orchestra – That Life

Goed nieuws uit New Zealand. Via Portland dan want daar is het Unknown Mortal Orchestra enige tijd geleden neergestreken, want dichter bij de bewoonde muziekwereld.

That Life is weer een heel andersoortig pareltje dan het nog vrij verse Weekend Run. Haalde orkestleider Ruban Nielson voor die single zijn dansschoenen uit de berging, op That Life blijft hij dichter bij de indie-song stijl waarmee hij -inmiddels ook al weer tien jaar geleden- wereldfaam verwierf. Het charmant krakkemikkige van de vroege songs is er nu wel af. That Life is zo hi als fi maar zijn kan. Zeer geslaagd ook zijn de aan alle kanten opduikende Beatlesque gitaarriedeltjes.

Over een mogelijk nieuw album nog steeds geen nieuws, maar met twee singles binnen een paar maanden begint het daar wel op te lijken.

Claw Boys Claw – Old Man Bones

Claw Boys Claw is weer actief, of nog steeds dat weet je eigenlijk nooit bij de Amsterdamse rammelrockers. De band wil in het najaar weer gaan toeren – onder het bekende voorbehoud- maar wil niet alleen op oude nummers teren. Dus komt er een verse langspeler aan. Kite gaat-ie heten.

Het mogelijk autobiografische Old Man Bones is de tweede single van die plaat. De veteranen rocken alsof er geen 36 jaar liggen tussen Kite en Shocking Shades Of Claw Boys Claw. En gelukkig maar, niks tegen vooruitgang maar op sommige dingen moet je kunnen blijven rekenen. Peter te Bos moet de Nederlandse Iggy blijven (wel met shirt), John Cameron moet gemene riffs blijven produceren, de bassist van dienst moet blijven pompen, en de benjamin van de band drummer Jeroen Kleijn moet zijn fills met achteloze precisie blijven spelen.

Nu maar hopen dat de clubs in het najaar weer normaal open kunnen, misschien met prikpas, maar liever zonder de anderhalve meter regel.

Deafheaven – In Blur

Een serieuze tip voor  mensen die hun muziek graag heavy, maar niet hersenloos hebben is In Blur van het Amerikaanse Deafheaven. De band heeft een verleden in de metal, maar lijkt daar steeds verder van weg te drijven. Daarom worden ze nu bij de post metal ingedeeld. Maar welk etiket er ook op hun muziek wordt geplakt, het blijft boeien wat de mannen doen.

In Blur is afkomstig van Infinite Granite, Deafheaven album 6, dat op 20/8 uitkomt.

Cari Cari – Jelly Jelly

Cari Cari is een Oostenrijks duo dat een paar jaar geleden goed beet had met het nog steeds zeer innemende Summer Sun. We kunnen nu al verklappen dat Stephany Widmer und Alexander Köck met Jelly Jelly het succes van die oorwurm  gaat herhalen noch overtreffen.

Misschien gaat dat ze nooit meer lukken. Dat neemt niet weg dat een aantal elementen die het duo internationale faam bezorgde nog immer da sind; archaïsche synthesizers, een happy beat, een Oost-Europese sfeertje en maffe zang. Zelfs een kniesoor wordt nog vrolijk van Jelly Jelly. Mocht je Cari Cari  ergens in het popspectrum willen plaatsen dan is dat in de buurt van The B52’s. 

Matt Berninger – I’m Waiting For The Man

Het is ongeveer een halve eeuw geleden dat het befaamde debuutalbum -die met de bananenhoes- van The Velvet Underground uitkwam. Toendertijd bleef de release goeddeels onopgemerkt, maar in de loop der decennia is het een super invloedrijke plaat gebleken. Van Eno is de uitspraak; ‘toen de eerste van de Velvet Underground verscheen kocht bijna niemand hem, maar bijna iedereen die hem wel kocht is later zelf een band begonnen’. En zo is het. Ook latere generaties rockers lieten zich inspireren door de plaat met de banaan.

Op 24 september komt er een remake van het album uit, met bijdragen van o.a. Iggy Pop, Michael Stipe, Kurt Vile en St Vincent. Ook Matt Berninger heeft zich over een van de door Lou Reed geschreven songs ontfermd. Zijn versie van I’m Waiting For The Man is de clip van deze dag

Chubby & The Gang – I Hate Radio

Chubby & The Gang klinken op nieuwe single, I Hate Radio als een The Ramones single op 33 toeren, traag dus. Maar niet minder punk! De Britse bende zou nu ongeveer beroemd zijn geweest als de corona niet was uit gebroken.

De meeste radiostations halen hun neus op voor de maatschappelijk bewogen oerpunk van bands als Chubby & The Gang, die moeten het dus hebben van live-optredens. Dat is nu even een probleem. Om die reden is Chubby nu extra actief op het platenfront.

I Hate Radio is de tweede single van het tweede album in twee jaar van de Chubby’s. Een releasedatum hebben we nog niet, maar al wel een titel, The Mutt’s Nuts. Een mutt kan zowel straathond (vuilnisbakkenras) of mafkees betekenen. Waar nuts voor staat kan je zelf bedenken.

I Hate Radio is meest radiovriendelijke nummer van The Gang to nu toe. De vraag werpt zich echter op; ‘vanwaar die haat van ons geliefde medium?’. Het blijkt dat je de titel met een korreltje zout moet nemen. I Hate Radio gaat over iemand wiens verkering uit is en nu de ene na de andere lovesong hoort op de radio, nummers die hem doen denken aan hoe het had kunnen zijn. Daar baalt hij van en dus niet van de radio. 

Tropical Fuck Storm – New Romeo Agent

Het eigenzinnige Australische Tropical Fuck Storm komt binnenkort met een derde album. Dat dat net als de twee vorige weer spekkie voor het bekkie van liefhebbers van muzikale vrijdenkers wordt, wordt al snel duidelijk bij het horen van New Romeo Agent.

De nieuwe single is een ballade over de twee enige onderwerpen die er echt toe doen; liefde en dood. Voor de verandering neemt Erica Dunn de vocale honneurs waar. Haar zang is minder neurotisch dan die van Gareth Liddiard, maar dat weerhoudt de band er niet van om de grenzen van de (a)tonaliteit op te zoeken.

Het ‘grote’ publiek zal Tropical Fuck Storm ook dit keer niet bereiken. Met zo’n bandnaam (op FB heten ze TFS) is dat sowieso niet eenvoudig, maar de fans zullen weer smullen. En wie weet winnen ze er ook wat zieltjes bij. 

Amyl & The Sniffers – Security

De laatste plek waar je Amyl and the Sniffers verwacht tegen te komen is wel de hitparade. Toch, met het radiovriendelijke Security komen de Australische herrieschoppers ineens akelig in de buurt.

Security is luidruchtig en compromisloos, precies zoals we Amyl en haar Sniffers hebben leren kennen en waarderen. Maar Security heeft ook een killer refrein, een heerlijke drive en Amyl gaat dit keer geen enkele keer in het rood. Dat is wel eens anders geweest. Live is dat geen probleem, integendeel zelfs, maar op plaat heeft haar zangstijl bij veel mensen het zelfde effect als krassende nagels op een schoolbord. Denk echter niet dat Amyl consessies doet of lijdt aan ouderdomsverschijnselen. No way, Jose!

Security is de tweede single van het nieuwe Sniffers album. De eerste hebben we om boven geschetste reden maar even overgeslagen. Comfort To Me staat voor 9 september.

Turnstile – BLACKOUT

Turnstile is een stevig rockende band uit het roemruchte Baltimore (VICE!). De band maakt indruk, en vrienden met een zelf gekweekte vorm van pop/punk/metal. Het energieke BLACKOUT is een overtuigend staaltje van hun handelswaar.

Voor wie wat meer houvast wil hebben, stel je een mix voor van Back Sabbath en Cheap Trick. Van de eerste hebben ze de loodzware riffs, van de tweede de speelse songs en ‘lichte’ zang. Wat Turnstile zelf inbrengt is de gave om oude rockclichés een nieuwe glans te geven. Ook is de band niet bang om buiten hun oevers te treden. Op het iets eerder verschenen en evenmin te versmaden ALIEN LOVE CALL is Blood Orange te horen, een Engels r&b artiest (met een punk verleden ;).

BLACKOUT is de openingstrack en naamgever van een nieuwe EP en zal eind deze maand ook een plekje krijgen op het nieuwe, vierde Turnstile album, Glow On.

Public Service Broadcasting – Blue Heaven

Feitelijk zijn het een soort podcasts die Public Service Broadcasting maakt,  swingende geschiedenislessen, inclusief historische quotes en mooie muziekjes.

Eerder behandelden de Britten al de Blitzkrieg behandeld, Russische ruimtevaartpioniers, de beklimming van Mount Everest en zelfs ‘onze’ Elfstedentocht’. Op hun nieuwe album, Bright Eyes duiken J Willgoose Esq. en de zijnen in de geschiedenis van Berlijn, specifiek de periode tussen de twee wereldoorlogen, het zogeheten interbellum. Het hedonisme vierde hoogtij in het Berlijn van de jaren dertig. Zelfs anders geaarden werden er getolereerd, een unicum in de geschiedenis. Het bezorgde Berlijn wel het imago van poel des verderfs.

Een van de aanstootgeefsters werd na de tweede wereldoorlog een internationale ster, Marlene Dietrich. Over haar gaat Blue Heaven. Het blue in de titel verwijst naar een roemruchte film van La Dietrich, Der Blauwer Engel (1930).

Tot voor kort vorste PSB naar samples in audio-visuele archieven van publieke omroepen en mediabedrijven. Op hun nieuwe album breken ze met die werkwijze en gebruiken ze ‘levende’ stemmen.  Op Blue Heaven hoor je de stem van de uit de Berlijnse band Gurr afkomstige Andreya Casablanca.

Al zijn de geluidsfragmenten verdwenen, toch kinkt Blue Heaven  meer als de oude PSB dan op ‘People Let’s Dance’, de vorige single. Dat komt vooral door het stevig stuwende gitaarwerk dat ook van songs als Go, Spitfire en Spunik een feest voor de geest en de benen maakte.  

Bright Magic verschijnt op 24 sept

 

 

Bright Magic verschijnt op 24 september