Josy Basar – Alinéa

Josy Basar – Alinéa (Coco Machine)

Josy Basar was afgelopen Haldern Pop de ontdekking van het Duitse festival. De Fransman trad er driemaal op. Op één dag. Drie verschillende podia, driemaal een ongelooflijk, intensief optreden. Een gekkenhuis. Of zoals ze in Frankrijk misschien wel zeggen: une maison de fous.

Basar, sympathiek tot op het bot, heeft zich voor zijn elektronische geluid laten inspireren door gelijkgestemde Franse artiesten als Koudlam, Daniela Pes, Baxter Fury en Rouge Gorge. Zij die het gebruik van elektronica bovendien niet schuwen. Obscuurder dan Basar zelf, die zonder enkele twijfel in staat moet zijn een groot publiek te gaan bereiken met zijn sound, die over het algemeen net zo opzwepend als meeslepend is. Zijn voorliefde voor elektronische bands uit de jaren 70 en 80 horen we ook terug. Zelf noemt hij Kraftwerk en Grauzone als invloeden.

In de elektronische muziek van de in Metz woonachtige Basar – hij leefde ook drie jaar in Shanghai en in Parijs – herkennen we een bepaalde vrije expressie die ook naar voren komt in het geluid van een ander project van de Fransman: technopunkband 2 Panheads. Neem een track als  Les Jonquilles, die ook een voorliefde voor punk verraadt. Het is een van de briljante tracks op Alinéa, het debuutalbum van Basar, zeer gelimiteerd uitgebracht op vinyl.

Prijsnummer, ach, dat zijn ze alle acht in feite, is het óngelooflijk opzwepende Terminus, met zijn technoritme en de achtergrondpraatzang van danseres Lena Angster, wier dictie subliem aansluit bij het vocale raffinement waarmee Basar de show steelt. Alinéa is een meesterwerk. Niets meer en niets minder. Pieter Visscher

Ghost Woman – Welcome To The Civilized World

Ghost Woman – Welcome To The Civilized World (Full Time Hobby)

Zullen we het een spannende plaat of een verrukkelijke plaat noemen, die nieuwe van Ghost Woman? We doen het allebei, omdat de waarheid in het midden ligt. Spannend én verrukkelijk. Wel zo lekker.

De vierde worp van het duo is van A tot Z een belevenis vanjewelste. Niet alleen vanwege de wat abstracte teksten. Ook omdat het allemaal zo lekker ruig en lo-fi is. Het kraakt en het schuurt en daar worden muziekliefhebbers in de indiehoek steevast behoorlijk opgewonden van. En dan is het ook nog eens retemelodieus en puilt het album dus uit van de goeie liedjes.

Wat wil een mens eigenlijk nog meer dan? Helemaal niets. Het regent immers overheerlijke fuzzy gitaarakkoorden. De reverb spat uit je speakers. En ja, hoe is zo’n meesterwerkje, want dat is het, dan tot stand gekomen? “Het album is geïnspireerd door de absurditeit van menselijk gedrag en het circus dat het leven is: soms voelt het alsof je in een kamer zonder vloer bent. Daar komen veel van deze nummers vandaan”, aldus de Canadese ene helft van het duo Ghost Woman, Evan Uschenko, die zonder de Belgische drumster Ille van Dessel slechts een roepende in de woestijn zou zijn. Gelukkig vonden de twee elkaar en het project wordt alleen maar indrukwekkender.

Welcome To The Civilized World, een wat cynische titel, staat vol met uitdagende garagerock met invloeden uit de punk en psychedelica. Dat de plaat is opgenomen met vintage apparatuur en instrumenten is extra hartverwarmend en zorgt voor een geluid dat je de hele dag wel wil horen. Fantastisch album. Het zalige That Jesus is een nummer voor de eeuwigheid. Pieter Visscher

 

Shame – Cutthroat

Shame – Cutthroat (Dead Oceans)

Wat wordt er overheerlijk afgetrapt op de vierde plaat van het Londense Shame. Cutthroat, het titelnummer, beukt er meteen in met een verslavende gitaarriff. “Motherfucker! I was born to die”, horen we Charlie Steen briesen.

De gang blijft er lekker inzitten in het leeuwendeel van de songs, op een plaat die een iets gepolijster Shame laat horen, zonder het oorspronkelijke postpunkgeluid van de band al te veel geweld aan te doen. Verantwoordelijk daarvoor is de onder meer voor Angel Olsen, Gossip, The Roots en Spoon actieve John Congleton, op de cd-hoes zowel producer als ‘our friend’ genoemd. Dat de band tussen de vijf onderling uitstekend is hoor je ook terug op Cutthroat, waar het speelplezier vanaf druipt. Opvallend is een redelijk poppie liedje als After Party, dat zelfs wat lieflijk overkomt.

Waarna meteen het gaspedaal weer hard wordt ingetrapt. Het is tijdens de twaalf songs veelal catchy en meeslepend en we noteren een hoog meezingpercentage. Opvallend is ook het dwarse Packshot, met wat noisy elementen.

Op Cutthroat horen we een band in topvorm en dat belooft nog wat voor de eind deze maand startende Europese tournee. Je kunt er vergif op innemen dat we de Britten ook veel gaan zien in de aankomende festivalzomer. Pieter Visscher

 

Zonovergoten Misty Fields 2025 sprankelt als vanouds

Misty Fields 2025 had op geen beter moment kunnen plaatsvinden. De regen viel de hele week geregeld met bakken uit de lucht. Tot vrijdag. Toen Misty Fields startte. De omstandigheden zijn verbluffend warm en zonnig in Heusden. Álle weergoden, van Zeus en Indra tot onze bijzonder grote vriend Donar, zijn fan van Misty Fields. Het beste indiefestival van Nederland.

Tekst en foto’s: Pieter Visscher

Nadat de vrijdag wordt gestart met prachtige acts als Mên An Tol, Tropical Fuck Storm, Yard Act en het verpletterende elektronische monster Scaler is het een dag later al vroeg de beurt aan Outahead (foto). Ze veroverden een plek op de poster van Misty Fields 2025, die vier mannen. Boze grungepunk uit Nijmegen, die goed uit de verf komt op de (zeer) vroege zaterdagmiddag. Nirvana is zo te horen een inspiratiebron geweest. Het is evenwel allemaal wat ruiger, rauwer en verwoestender wat we horen op Het Veld. Soundtrack voor auto-ongelukken noemen ze het zelf. Of slachthuisrock-‘n-roll. We keuren het allebei goed. Twee zangers. Beiden zouden hoge ogen gooien tijdens Kurt Cobain-imitatiewedstrijden. Enorm bereik.


Travo op hetzelfde podium. Portugese psychedelische garagerock waar de nodige reverb overheen wordt gedonderd. Teksten onverstaanbaar, terwijl je wel het idee hebt dat er belangrijke dingen de revue passeren. Het giert en raast. Inclusief enthousiaste drummer.
Fijn ook die melodieuze indierock van Terra Twin. Uit Londen. Vroeger met z’n vieren, nu een trio. Niets aan geluid ingeleverd.
Opvallend op de zaterdagmiddag zijn vijf straaljagers die over het festivalterrein scheren. Wanneer zagen we die voor het laatst?
Kaat van Stralen heeft er geen last van in Het Bos. Vlaamse rock met punkinvloeden. Lekker springerig. Prima teksten ook, vol met humor en boodschappen.


TVOD uit Amerika is een bijzonder prettige act halverwege de zaterdagmiddag. Hitgevoelig repertoire uitgevoerd door een band van zes. Veel energie en het is al snel feest in de tent. We horen wat flarden van LCD Soundsystem. Die komen ook uit New York.
The Sophs, uit die andere metropool Los Angeles, is ook zo’n lekkere, frisse band uit de VS. Alternatieve rock met een eigen signatuur. Niet in de laatste plaats vanwege frontman Ethan Ramon.


Floodlights (foto) komt uit Australië. Dat betekent 24 uur in een vliegtuig zitten, maar we hebben dan ook wat. Goudeerlijke, vaak schitterende rocknummers horen we voorbij komen. We lezen iets over evocatieve teksten in de app van Misty Fields en denken dan: verdomd. Er is heel erg weinig wat niet klopt aan Floodlights. Niets, eigenlijk. Band om meteen smoorverliefd op te worden. Wat een ontdekking!

La Sécurité (foto) uit Montreal komt met een niet alledaags geluid op de proppen. Elementen uit krautrock, shoegaze en punk worden erin vermengd. Een niche-sound met een prominente rol voor percussie en elektronica, terwijl we toch ook een vrij traditionele band op het podium zien, met twee gitaristen en een bassist. Het swingt in elk geval als de neten. En er wordt nog hard gerockt ook als ze daar zin in hebben. En dat is toch wel geregeld. Wat een hits!
C.O.F.F.I.N. Met allemaal hoofdletters en puntjes inderdaad, is ook afkomstig uit het enorme Australië, met dat naar verhouding zeer geringe aantal inwoners. Schijnen naar Motörhead te hebben geluisterd en dat klinkt aannemelijk.

Zo zien we De Plaag (foto) staan óp de container van de Verloren Lading, in plaats van erin. Stapelgekke elektropop uit Dordrecht, waarin we elementen uit het geluid van Prins S en de Geit, Goldband en misschien wel vooral Die Antwoord ontdekken.
The Black Lips hebben net een (prachtige) nieuwe plaat uit en daarvan horen we wat tracks in Het Bos. De Amerikaanse garagerockers maken er vanaf de eerste klanken een feestelijk, dansbaar optreden van en er wordt dan ook vrolijk gecrowdsurft onder de bomen. En dan zien we DIIV de zaterdag afsluiten in De Mist. Band waarvan tijdens het weekeinde verreweg de meeste T-shirts zijn verkocht en dan weet je het wel. Zachary Cole Smith en zijn band zijn in topvorm.


De zondag wordt op Het Veld geopend door De Stekkers. Uit Eindhoven. Aanstekelijke rammelpunk van een band met geinige 3-D-brillen op het hoofd. We zien mensen heel erg voorzichtig al wat met een van de twee knieën bewegen. Terwijl er nog wat slaap uit de ogen wordt geveegd. De Stekkers komen er wel.
Nonne uit Noorwegen is een duo dat een knotsgekke elektronische pastiche op Happy Mondays lijkt. Dansbare, repetitieve ritmes zorgen voor beweging in De Mist. Fijne, sfeervol aangeklede tent. Nonne zingt in het Noors. Daar verstaan we geen reet van. Maar het heeft natuurlijk wel iets. Dat het uiteindelijk op de zenuwen gaat werken bijvoorbeeld.

The Courettes (foto) hebben er zin in in Het Bos, waar we het duo hun sixties-garagerock met surf- en punkinvloeden zien brengen. Ideaal op zo’n bloedhete zondagmiddag, terwijl er natuurlijk behoorlijk wat schaduw is te vinden onder de bomen.
De lichtpsychedelische hardcore van Swallow The Rat mag er ook zijn. Ook even vliegen (Nieuw-Zeeland) maar dan hebben we wel weer wat. Een band met zingende drummer, die op Het Veld zieltjes wint. Onder shoegazers bijvoorbeeld. Dat de bassist ook wat stukken voor zijn rekening komt de diversiteit ten goede.
De indiedroompop van Chartreuse, uit Engeland, is ook een verademing op de warme zondagmiddag. In De Mist is het goed toeven niettemin, omdat de wind z’n werk doet. De stemmige liedjes van de band gaan erin als een patat oorlog na een middagje zwemmen. Band die ruimte maakt voor een stuk contemplatie. Wat overpeinzing. Erg mooi.


Friedberg (foto) op Het Veld, is opnieuw verpletterend goed. De vier dames uit Oostenrijk wonen tegenwoordig in Londen, waardoor er, onbewust mogelijk, een wat grootstedelijker geluid is ontstaan. De alternatieve pop-rock zorgt voor een van de sterkste optredens van het weekeinde.
Gut Health, wederom uit Australië, heeft met de beweeglijke blikvangster Athina Uh Oh goud in handen. Ze zingt en is ook kunstenares. Het zestal heeft een potpourri van stijlen in petto waarop het sowieso goed dansen is. Ontwrichtende, bij vlagen hallucinerende elektronica zorgt voor een bijzondere, eigenzinnige rocksound, die vurig van vocalen wordt voorzien door de bijzonder uitdagende Uh Oh. Zeer expressief en vol emotie. Woede ook, soms. Optreden van het weekeinde. Zonder meer.

Forth Wanderers – The Longer This Goes On

Forth Wanderers – The Longer This Goes On (Sub Pop)

Forth Wanderers is de Amerikaanse formatie rond zangeres Ava Trilling (schitterende achternaam). Door psychisch ongemak stopten ze een poosje, maar The Longer This Goes On is inmiddels het derde album van de band. Mind you: noem het woordje comeback niet in vredesnaam. Vinden ze maar niks. LL Cool J zou hetzelfde hebben gezegd.

Zo is Forth Wanderers dus nooit weggeweest en dat is fijn. Een hitje als 7 Months wordt niet voor niets veel gedraaid op Pinguin Radio. Indierock waar we wel mee uit de voeten kunnen immers. Goeie hooks, prettige melodieën en meezingteksten. Niet te hoogdravend proza, wel recht uit het hart. Met een stukje humor. Dat vinden we ook terug op de achterkant van de cd. Op plaat de vierde track, maar achter op het album als achtste genoteerd. Alsof ze zeggen: kijk maar effe.

Band met een enorm sterke chemie, trouwens, zeggen de bandleden stuk voor stuk. En wanneer je aandachtig luistert hoor je die ook wel terug. Of is dat verbeelding? Alsof dat wat uit zou maken. Je voelt het of je voelt het niet.

Ondergetekende voelt dat dit een halfuur durend pareltje is dat in veel eindlijstjes hoog gaat eindigen. Sterker: ondergetekende haalt er zelfs de barbecue voor uit de garage. Het bier staat sowieso altijd koud. Pieter Visscher

Divers Lowlands 2025 omarmt de gitaar wat sterker

​Lowlands 2025 is een feilloze editie geweest. Met talloze muzikale hoogtepunten, verrassingen op allerlei diverse vlakken en weersomstandigheden om in te lijsten. Geen wanklanken, alleen maar fijne mensen. Lowlands blijft vooral Lowlands. Nederlands imponerendste festival.

Tekst: Pieter Visscher

Het feest start traditioneel al op de donderdag in Biddinghuizen, waar allerhande deejays in het flinke gebied ArmadiLLow het publiek opwarmen met diverse sets. Pinguin Radio start de dag met zes uur lang de allerlekkerste indie. Het is opvallend hoeveel mensen op donderdag al richting de campings zijn gereisd. Zeker meer dan de helft van de 65.000 bezoekers heeft daar tijd voor gemaakt. De heerlijke weersomstandigheden geven er dan ook extra aanleiding toe. Mooie opwarmer voor al wat komen gaat. Op vrijdag bijvoorbeeld, waar we de geweldige Amerikaanse soulzanger Jalen N’Gonda de Bravo zien openen. Wat een stem, wat een partij goeie liedjes. Dit is soul van de allerbovenste plank. Loepzuiver. Onder contract bij Daptone Records, wat logisch is. N’Gonda is hard op weg een absolute wereldster te worden. Daarna de Nederlandse postpunkformatie Marathon die we zien debuteren in de X-ray. Een vlekkeloos optreden van de band die met Fading Image dit jaar een prachtig debuutalbum heeft afgeleverd. Het zorgt ervoor dat Marathon inmiddels ook buiten de grenzen geboekt wordt. In Engeland bijvoorbeeld. Zo gaat Wodan Boys op termijn datzelfde pad bewandelen. Zonder twijfel. De formatie uit rockcity nummer één Den Haag laat de India alle hoeken van de rock verkennen. Een band die zich niet vastpint op een genre. Flink wat moshpits. Zeer overtuigend. Deadletter, uit Engeland, doet er in dezelfde tent niet voor onder. Mooie, door Talking Heads beïnvloede postpunk, gezongen door de charismatische Zac Lawrence. De saxofoon geeft extra cachet aan het geluid van de band. London Grammar zien we in de Alpha. Een vrij ingetogen show. Veel publiek buiten de Alpha, in de zon. Het venijn zit in de staart, met een bijzonder dansbaar slotnummer. We hebben het even nodig. Met Queens Of The Stone Age op hetzelfde podium verlies je geen moment de aandacht. Snoeihard, in your face met een Josh Homme die op dreef is. Bovengetekende heeft de band zo’n vijftien keer gezien, maar zag nog nooit zo veel interactie met het publiek. Homme wordt op handen gedragen, wanneer hij zelfs gaat crowdsurfen. Ronduit spectaculair. QOTSA laat geen steken vallen.

Net zo interessant wordt het in de X-ray met Warmduscher. Een band die zoveel genres omarmt dat alle muzikale monden worden gevuld. Van rock tot disco en alles daar tussenin. De rockschuur barst uit z’n voegen. Mooie opmaat naar Tramhaus, uit Rotterdam. Overtuigend gebrachte postpunk, die ook op Lowlands tot het beste hoort wat we te zien krijgen. Dikke pluim, ondanks wat technische mankementen.

Zaterdag

De zaterdagmiddag wordt in de Heineken geopend door de dartelende Sylvie Kreusch, die er net zo goed uit de verf komt als een weekeinde eerder tijdens Haldern Pop in Duitsland. Zelfde witte sprookjesjurk. We zien het schitterende The Beaches in dezelfde tent de sterren van de hemel spelen. Wat een ongelooflijk prettige band blijft dit toch om naar te kijken. Jordan Miller in bloedvorm. Wat een stem, wat een genot om ook naar haar te luisteren en haar drie Canadeze bandgenoten. Indiepop/rock waar ontzettend veel genot uit valt te peuren. De luchtige dwarrelliedjes van Vampire Weekend gedijen goed in de inmiddels weer stevig aanwezige zon voor de Alpha, waar het druk is op de heuvels. Muzikaal heeft het echter niet al te veel om het lijf. Behang voor de massa. Lome pop. Om tot rust te komen. Nee dan My Baby in de Bravo. Ingevallen voor Royel Otis, dat afzegde. Catho heeft vrijdagnacht nog staan dansen in dezelfde tent, vertelt ze. Ze heeft zich moeiteloos weten op te laden voor een tent die met het nummer wat voller wordt. Het tentdak gaat er tijdens de bevlogen dancerock niet zo af als tijdens Paaspop een paar maanden terug, maar doet er nauwelijks voor onder. Catho’s broer, drummer Joost van Dijck, stelt een wedstrijdje sneldansen voor. Er wordt massaal gehoor aan gegeven. Niemand heeft het over Royel Otis.

We zien The Murder Capital in de India, waar de band niet zo sterk uit de verf komt. Het is allemaal wat matjes. We hadden hoger ingezet, terwijl ze een prachtige plaat afleverden dit jaar. Dan naar Papa Roach, in de propvolle Heineken. In 2004 speelde de band rond blikvanger Jacoby Shaddix voor het laatst in Biddinghuizen. Papa Roach verrast. Levendiger dan ooit. Muzikaal is de band nooit zo overdreven spannend geweest, maar het optreden is bevlogen. Indringende aandacht is er voor het zeer hoge zelfmoordpercentage onder jongeren wereldwijd. Er is heel veel emotie. Een groot gedeelte van het publiek houdt het niet droog. Het is alleszeggend. Last Resort in de finale. Uit tienduizend kelen. En dan naar Chappell Roan in de Alpha, met een sprookjesachtig decor dermate indrukwekkend dat het nauwelijks valt te beschrijven. De lichtvoetige popliedjes komen goed uit de verf bij Roan, die over een sublieme stem beschikt.

Zondag

Mooi moment om zo’n zondag mee te beginnen is Black Country, New Road dat de gevoelige indiepop die ze op plaat zetten ook live goed voor de dag laten komen. Een aandachtig publiek is getuige van de misschien wel rustgevendste show van Lowlands 2025. Een muzikaal hoogtepuntje. Zalvend. En dan zien we de excentrieke, wulpse, vervreemdende Sofia Isella in de India. Waar ze een theatraal optreden verzorgt. Donker, atmosferisch. Ze wisselt fluisterzachte (praat)zang af met helder gezongen momenten. De beats, soms hintend naar Nine Inch Nails, komen uit de computer. Isella creëert haar eigen universum. Soms éven met gitaar.

Lola Young in de Bravo is een ander verhaal. Het is zo’n traditionele programmeringsfout die we op veel festivals zien. Ook op Lowlands dus. Hoe komt dat toch? Natuurlijk had de Britse in de Alpha moeten staan. Velen krijgen nu weinig mee van de zangeres die een van de allerbeste popliedjes aller tijden (jawel) op haar naam heeft staan: Messy. Het is veel en veel te druk. Een blamage. Een leermoment. Dat ook (weer). Young maakt, wat we er van mee krijgen, een goede indruk. Prima band. Goed bij stem, zo te horen? Er wordt volop gedanst. Op Messy het hardst. Uiteraard! Volgend jaar maar in de Alpha. Waar ze thuishoort. En dan het hoogtepunt van het weekeinde: Fontaines DC speelt een stevige set in de Alpha. Waar het druk is. Maar het véél drukker had kunnen zijn. De band uit Dublin weet wat er gevraagd wordt op zo’n hoofdpodium. Het is bevlogen, overtuigend. Veel werk van de eerste plaat. Het beste album dat de Ieren afleverden. Het stevigste bovendien. Fontaines DC in de huidige vorm is een van de sterkste bands ter wereld. De band staat op een Lowlands dat de gitaar weer sterk heeft omarmd. Sterker dan in voorgaande jaren. Dat is een uitstekende keus gebleken. Neem een X-ray, toch een rockschuur waar met name elektronische acts de revue zijn gepasseerd de laatste decennia. Erg goede elektronische acts, begrijp me niet verkeerd, maar ze zijn grotendeels verdreven door (post)punk en rock. Elektronica speelt nog altijd een bijzonder grote rol op Lowlands, dat zonder meer. Met name in de nacht, waar je je ook geen moment hoeft te vervelen. Lowlands blijft een subliem totaalfestival.

 

Zaho de Sagazan en Josy Basar grootste winnaars Haldern Pop Festival 2025

Haldern Pop Festival 2025 is er weer een om door een gouden ringetje te halen. Alles klopt opnieuw in het prachtige Duitse dorp, niet ver weg van de Nederlandse grens. Een festival tussen de weilanden met grazende koeien. Waar de tijd soms nog lijkt te hebben stilgestaan. Vlekkeloos, zorgeloos, liefdevol, gemoedelijk. Da sein

Tekst en foto’s (iPhone 16): Pieter Visscher

Donderdag

To Athena (foto) is de formatie rond singer-songwriter Tiffany Limacher uit Zwitserland. Een heerlijke muzikale opener van Haldern Pop 2025 in de schitterende kerk van Haldern, met z’n prettige akoestiek. Die komt het geluid van de melancholische indiepopliedjes vaak ten goede. Her en der is het wat steviger. Soms zelfs wat té stevig qua geluid. Oordoppen cruciaal. We zien een flinke band op het podium, die een rijk instrumentarium heeft meegenomen. Het is goed opletten met dat Zwitsers, dat raakt aan het Duits, maar meer ook niet. Het schitterende, gedragen Angscht wordt héél klein gehouden door Limacher. Slechts een aanzwellende viool. Het applaus is oorverdovend. Angscht doet zowel muzikaal als tekstueel sterk denken aan Voor Alles (bang geweest) van Wende Snijders, met die sublieme tekst van de geweldige Joost Zwagerman. Dit moet toch meer dan louter toeval zijn, denk je dan.

Op de website bandcamp.com lezen we de volgende beschrijving van de ook Zwitserse formatie One Sentence Supervisor: normal music. liebe für lange lieder. under the umbrella. Dat klopt allemaal wel. Ze staan (grotendeels) onder een flinke parasol in de Haldern Pop Bar, waar de woorden BIG SALE onder hangen. Mensen met humor en daar houden we van. De band speelt uitgesponnen, atmosferische postrocknummers waaraan je je heerlijk kunt laven. Zanger/gitarist Donat Kaufmann staat geregeld en profile op het podium. Doet gekke dingen met z’n nek. Dat moet op de lange termijn toch fysiek ongemak gaan opleveren.
De sferische postpunk van Rats On Rafts (foto) krijgt extra gestalte wanneer schrijver Richard Foster spoken word toevoegt aan de set. En dat gebeurt in Haldern. Waar we de Brit Foster onder andere zien voorlezen uit zijn boek The Punk Rock Birdwatching Club. Rats On Rafts’ sterk door Joy Division en Echo and the Bunnymen beïnvloede geluid leent zich er uitstekend voor. Het is overigens óngekend heet in de Jugendheim. Nauwelijks uit te houden. Airco volgend jaar? Onderwijl zien we een dubbelganger van Peter Bosz achter het mengpaneel. Rats On Rafts is een meesterlijke band. Internationale allure uit eigen land.


Minder melodieus en een stuk steviger gaat het eraan toe bij Heavy Lungs (foto) uit Engeland, in de opnieuw volgepropte Haldern Pop Bar, waar de ramen openstaan en het buiten ook uitstekend is te volgen. Zanger die op de bar klimt. Korte cover van Kelis’ Milkshake. “This is a song!” Er wordt wild gepogood. Band die qua gekkigheid en geluid niet onderdoet voor IDLES, waar ze weleens mee worden vergeleken. Gelijkspel. Mínstens! Later op de donderdag treden ze nogmaals op, in de Niederrheintent. Opnieuw het dak eraf uiteraard.


En of het dak er ook af gaat met de hoofdpodiumopener van het weekeinde Naft? De vraag stellen is ‘m beantwoorden. Floris De Smet, Tom Heynssens, Robbe Latré, Niels Van Paemel, Geraard Buyck en Dimitri Defossé maken livetechno. Met drummers, blazers en toetsen. Zo opzwepend als wat. Eén grote swingende wei!

Ellis-D er meteen achteraan. Lustopwekkende mix van allerlei tegen punk aanschurkende genres die Ellis Dickson en zijn band uit Brighton ten gehore brengen in de spiegeltent, die volgelopen is, en daarbuiten is het ook druk. Ideaal voor wie nog niet uitgedanst is na Naft. Wat is Humdrum toch een verrukkelijke hit. En zo zien we in de Niederrheintent Radio Free Alice uit Australië. Hebben nog geen album uit, maar wat een hits! Vleugje Maxïmo Park, en Django Django schijnt ook een inspiratiebron te zijn geweest. Gaan we heel snel meer van horen. Sensationeel!
Evenals Jacoténe in de spiegeltent. De Australische die beter zingt dan Adèle en Amy Winehouse bij elkaar groeide op met Aretha Franklin en Etta James en dat horen we terug. Schit-ter-end. Wu Lyf zien we op hetzelfde podium. De alternatieve pop-rock van de band uit Manchester is catchy en overtuigend.

Vrijdag

Fovos Alif (foto) trapt op vrijdag af in het Jugendheim, een ontmoetingscentrum aan de rand van het centrum van Haldern. Twee jonge gasten van een jaar of 18 zien we. Héél verlegen, met een zanger/gitarist die geen enkele interactie heeft met zijn publiek. Hij shoegazet met name. De twee zitten in de postpunk/noiserockhoek en talent kun je ze zeker niet ontzeggen. Af en toe horen we wat flarden Sonic Youth. We zien een drummer die vrijwel continu oogcontact zoekt met zijn kompaan. Maar ook hij krijgt nul op het rekest. Ze laten de muziek spreken en die is zonder meer onderhoudend. Nu nog wat interactietraining. Kommt gut?


Fuzzman & The Singin‘ Rebels (foto) is een Oostenrijks kwartet in de Haldern Pop Bar. Het lijkt tijdens het eerste kamermuzieknummer op een trio dat je wel durft neer te zetten wanneer de buurvrouw haar 86ste verjaardag viert, maar schijn bedriegt. We horen expliciete teksten over het leven, waarin seks geregeld de hoofdrol pakt. Herwig Zamernik heeft een uitstekende stem, waarmee hij alle kanten op kan, tot pure hysterie aan toe. Sterk gearticuleerd Duits. Zeer vermakelijk trio. Nog jarigen eerdaags? U weet welke band u moet boeken.

Goodwin is het soloproject van Rob Goodwin, de zanger van The Slow Show, die geen onbekende is in Haldern. Stemmige, miniem begeleide, breekbare liedjes horen we in de kerk van Haldern. Gevoelig, sentimenteel. Het applaus is continu óórverdovend. Dat zegt genoeg.


Josy Basar (foto) uit Metz vult het Jugendheim met speels gemak. Sterker: wachtenden voor de deur. Er klopt héél erg veel aan de elektronica van de expressieve Fransman, die danspassen en bewegingen in huis heeft die zijn opzwepende, geregeld aan Kraftwerk, Depeche Mode (Speak & Spell, ‘81) en Grauzone rakende geluid extra veel kleur geven. Gaat een grote jongen worden. Zó aanstekelijk! Zó meesterlijk. Geweldige dictie. Oh: op tournee stuurt hij ansichtkaarten naar zichzelf. Zwart Adidas-broekje aan. Geen opsmuk. Niet nodig ook. Zouden meer mensen moeten doen. Na afloop even met fans op de foto. Übersympathieke jongen. Een dag later op het terrein spreekt bovengetekende langdurig met hem. Blijven hangen, lekker bandjes kijken. Hitkanon! Encore! Vive la France! Treedt nog tweemaal op vrijdags en wederom een ongelooflijk gekkenhuis op de dansvloer. Gaan we héél snel meer van horen. Josy Basar heeft met zijn vintage maar ook zó urgente geluid werkelijk alles in huis om heel erg groot te worden.


Hamburger Marlo Grosshardt (foto) tapt uit een heel ander vaatje op het hoofdpodium met zijn geregeld politiek geëngageerde singer-songwriterliedjes en mooie band. Tweede stem van dame op het podium mag er ook zijn. Ze bespeelt haar cello. De indiepop-rock van Soft Loft, uit Zwitserland, is een behoorlijke tree hoger. Sublieme zangeres Jorina Stamm en mooie tweede stem van een vrouwelijke collega achter de toetsen. Als er jaren-80-synths worden ingezet wordt het extra aantrekkelijk en horen we ook hits. Opnieuw zo’n pareltje van een ontdekking in Haldern.
Waar we Sylvie Kreusch wulps op het podium zien dartelen in haar spierwitte jurk. Wat een diva en zó veel goeie liedjes. Ze zingt ook even een moppie mee bij Warhaus, het bandje van haar vriend Maarten Devoldere. Speels optreden, zoals altijd. Devoldere staat opeens midden in het publiek (heus) om een karaokeversie van Tina Turners The Best op te voeren. Nee, we bedenken dit niet. Prima fratsen.


“Nice to meet you. I am Zaho de Sagazan (foto). I’m here with my friends.” Zij, uit Saint-Nazaire, is de absolute headliner van HPF25. De ster van de Française rijst als een malle. Zij en haar vrienden hebben een enorme bups aan (modulaire) synthesizers meegenomen. Om voor een intense geluidsmuur te zorgen. Wat een dictie (à la Josy), wat een teksten en wat een geluid wordt hier neergezet. Verbluffende, windstille omstandigheden. Frankrijks grootste muzikale troef van het moment gaat nog veel en veel groter worden. Grandioze topact. Vrouw met boodschappen. En expliciete teksten: “Hab sex mit mir”, herhaalt ze een keer of 50 in een technonummer dat steeds hypnotiserender wordt. En dan afsluiten met het ronduit zalige Modern Love van Bowie. Champagne!!

Zaterdag
Dat is een goed stel hoor. Dat zie je meteen. Welly, begin van de zaterdagmiddag in de Haldern Pop Bar. Ze komen op met Is This The Way To Armarillo van Tony Christie keihard uit de speakers. De toon is gezet.
Welly staat garant voor aanstekelijke indierock en heeft vijf gangmakers in huis. Zelden een band gezien die zoveel interactie heeft met zijn publiek. Niet alles is compositorisch of tekstueel even sterk, de beats komen uit de computer, maar wat een heerlijk bandje zeg.
De overgang naar de Amerikaanse singer-songwriter Hannah Francess in het Jugendheim is groot. Ze begeleidt zichzelf op gitaar. Breekbare, melodieuze liedjes horen we. Een rustpunt voor alle rumoer die ons wacht.
Sarah Julia zijn Amerikaanse zussen. Ze hebben nog twee vriendinnen en een vriend meegenomen. In het vliegtuig. Terwijl de zussen, zo vertellen ze, op jonge leeftijd graag en vaak naar programma’s over vliegongelukken keken. Ze overwonnen die vliegangst uiteindelijk en dan sta je opeens in Haldern. Ze schreven er ook een schitterend liedje over. Zo horen we louter folky indieliedjes met een kop en een staart. Voortreffelijke stemmen. Geregeld hemels. Joni Mitchell, zegt u? Nee joh, véél mooier.

Anna Francesca, zangeres van Beaks, heeft dat onderkoelde van Florence Shaw van Dry Cleaning. Muzikaal is de indierock met postpunkelementen van de band uit Wenen wat melodieuzer. Maar ze kan ook boos worden, die Francesca. Als ze “Bite me” schreeuwt, klinkt het gemeend. Prettige furie uit Oostenrijk.


Niet minder wild gaat het eraan toe bij Gurriers (foto) op het hoofdpodium. Zanger Dan Hoff van de Ierse band staat in no time tussen zijn publiek te springen. Postpunk om in te lijsten van de Ieren, die geen onbekenden zijn in Haldern. Vól in de zon staan ze. Het is bloedheet in Duitsland. Geen reden om minder los te gaan op de wei. Haldern Pop is ook in 2025 weer het allerbeste festival ter wereld. Eén groot vreugdevol, vlekkeloos muziekfeest. Hulde, hulde en nog eens hulde. Louter winnaars in prachtig Duitsland.

Die Anteile – Pelzwerk

Die Anteile – Pelzwerk (Tapete Records)

Het Berlijnse duo Die Anteile zouden we eind jaren 70 van de vorige eeuw en in het begin van de jaren 80 gepositioneerd hebben in de neue Deutsche welle. Het geluid van de twee klinkt moderner. Want we zijn ruim veertig jaar verder.

Op het dansbare albumdebuut van Die Anteile horen we alternatieve elektropop met een lichtpsychedelische twist. Gezongen door een zangeres die met speels gemak hoge en lage noten haalt. Zéér prettige stem, die zorgt voor extra veel olijkheid in het geluid van Die Anteile. Het zeer aangename, broeierige Cocktailstrauchtomaten komt geregeld voorbij op het indiestation van Pinguin Radio. Albumafsluiter Und Nun Die Lottozahlen is van een verslavende vrolijkheid die zelfs de sikkeneurigste buurman van de bank afhaalt. Wat een hit!

De twee van Die Anteile haalden hun inspiratie bij Talking Heads, DAF, Peaches en Ryuichi Sakamoto vandaan. Ze vinden zichzelf bij de platenboer het liefst terug in de bakken met krautrock. Een genre dat Duitse experimentele muziekacts zich in de jaren 60 en 70 graag opspeldden.

In het kort komt het erop neer dat we te maken hebben met een geluid waarmee elke willekeurig barbecuefeest dat maar niet op gang wil komen de juiste boost krijgt, zodra Pelzwerk in de cd-speler wordt geschoven. Daarover gesproken: wil je kans maken op zo’n album? Mail dan naar p.visscher@hotmail.com. Pieter Visscher

The Bug Club – Very Human Features

The Bug Club – Very Human Features (Sub Pop)

The Bug Club is zo’n band waarop je spoorslags smoorverliefd wordt wanneer je ze voor het eerst hoort. Het overkwam ondergetekende een paar jaar terug.

Ook op deze vierde worp van het duo – Sam Willmett en Tilly Harris – uit Wales zijn er weer heel erg veel pijlen die rechtstreeks richting bullseye vertrekken. Niet voor niets wordt een van de prijsnummers, Jealous Guy, al wekenlang grijsgedraaid op het indiestation van Pinguin Radio. Wat een hit!

Het is een van die lo-fi-tracks die je maar niet uit je kop krijgt na een beluistering. Zo ontzettend veel enthousiasme horen we sowieso graag. Rock-‘n-roll met elementen uit de punk en garagerock. Wat matchen die stemmen van Willmett en Harris ook schitterend.

In de verte ontkom je niet aan een referentie als Moldy Peaches, de band waarmee Adam Green aan de weg timmerde voordat hij solitair aan de slag ging. The Bug Club echter is een sterk verbeterde versie van eerdergenoemd duo. Green, de eerlijkheid zelve, zal de laatste zijn om dat te ontkennen. Pieter Visscher

Sparks sprankelt in Haarlemse poptempel PHIL.

Zo fris en springlevend hadden we het nou ook weer niet verwacht. Russell Mael is 76 en zijn broer Ron wordt immers 80 in augustus. Sparks in een zo goed als uitverkochte, bij vlagen kolkende PHIL. in Haarlem betekent een kleine twee uur topamusement. Petje af. Weergaloos.

Gezien: Sparks, PHIL. Haarlem, 26 juni 2025

Tekst: Pieter Visscher

Sparks is dat legendarische duo uit de Verenigde Staten dat in 1967 voor het eerst van zich laat horen met Computer Girl, met een geluid à la Kraftwerk, avant la lettre. De broers Mael zijn inmiddels 58 jaar (!) onafscheidelijk actief en als we dus érgens de sticker met broederliefde op kunnen plakken is het op de twee Amerikanen.

Terwijl Russell Mael een nummer aankondigt van het 24ste studioalbum van de band, A Steady Drip, Drip, Drip uit 2000, wordt hij er door de achter zijn toetsen zittende Ron op gewezen dat betreffende track schittert door afwezigheid op de setlist. Of komt het pas later aan bod? Dat is in eerste instantie onduidelijk. Het zijn van die kleine spitsvondigheden die het aangenaam maken naar een show van Sparks te kijken. Of vergiste Russell zich écht? Het gaat om Please Don’t Fuck Up My World, het afsluitende nummer van A Steady Drip Drip Drip. Niet veel  later komt het wel aan bod. “The song seems more relevant than ever‘, verzucht Russell, die stilstaat bij de puinhoop op Moeder Aarde. Please Don’t Fuck Up My World is een track met een nog hogere urgentie dan vijf jaar terug.
Opvallend hoe het ook uit volle borst wordt meegezongen door het grote aantal jongeren in grote zaal van de PHIL. Niet alleen op zitplaatsen, maar vooral pal voor het podium. Tieners en twintigers, die uiteraard geen fans van het eerste uur zijn, maar teksten uit die periode wel woordelijk meezingen en op vrijwel elke track dansen en springen. Ron komt zelfs even achter z’n keyboard vandaan voor een kort dansje, een knotsgekke variant op Michael Jacksons moonwalk.
Het is ongelooflijk hoe geweldig Russell Mae nog zingt. Ook in het prijsnummer This Town Ain’t Big Enough For The Both Of Us haalt ie werkelijk elke noot en zit er nog totaal geen sleet op zijn falset. Russell huppelt bovendien nog over het podium als ware hij Mick Jagger ten tijde van Emotional Rescue.
Extravagant, carnavalesk pak om het lijf, het haar in de gitzwarte verf. Jong voor altijd. Zo’n attitude en waarom ook niet? Het past zo mooi bij het theatrale karakter van de artpop/rock van Sparks. Het avant-gardemuziekduo dat op het podium wordt ondersteund door een drummer, twee gitaristen en een bassist. Drie van hen doen tweede stemmen. Het is geregeld oorverdovend en in your face wat er wordt neergezet door het zestal, dat het onlangs verschenen Mad! allesbehalve negeert.
In de toegift komen Ron en Russell in schitterende honkbalshirts van Sparks Haarlem het podium op. Gekregen van twee meiden, voorafgaand aan het optreden, zegt Russell. Een rood en een blauw exemplaar. Ron zegt sowieso niets. Stoïcijnsere types kom je niet tegen in het muziekwereldje. Maar de aandachtige toeschouwer ziet ‘m genieten. Halverwege neemt-ie één nummer voor z’n rekening: Suburban Homeboy van Lil’ Beethoven (2002). Wat minder energiek gezongen dan op plaat. De facto zelfs gesproken. Een verfrissend rustpunt tijdens een optreden dat dat rustpunt misschien juist wel even nodig had, omdát het allemaal nog zo energiek is wat er op het podium gebeurt. Het lijdt geen twijfel: Sparks is nog lang niet klaar.