Biig Piig – Lavender

Biig Piig is de muzikale schuilnaam van Jessica Smyth, een in Ierland geboren deels in Spanje getogen en momenteel in Londen woonachtige rapper/rocker/singer/songwriter.

In 2017 bracht Jessica de eerste van inmiddels zo’n 20 singles uit. Als je door de nummers heen prikt hoor je een scala aan stijlen met naast Engels ook Spaanstalige songs. Je zou de indruk kunnen krijgen dat ze nog op zoek is naar een eigen stijl, maar het is juist die diversiteit die kenmerkend is voor haar werk. Desondanks is er wel een rode lijn te ontwarren. De meeste Biig Piig songs hebben een beat uit de drums ‘n bass catalogus. De meeste, maar dus niet allemaal.

Haar nieuwe single bijvoorbeeld valt onder het kopje luister thuismuziek. Lavender laveert tussen spooky en zwoel. Op een stroperige beat en omgeven door dreigende keyboards komt Miss Piigy uit de mix als een ware femme fatale. Hoe zeggen ze het ook alweer? Alle verzet is zinloos! Wie nog twijfelt aan haar malafide intenties moet maar eens naar de clip te kijken. Doe dat echter niet op je werk.

The Black Keys – Crawling Kingsnake

‘The Blues Had A Baby And They Named It Rock & Roll’ zong blueslegende Muddy Waters zo’n halve eeuw geleden. Blues is dus een van de pijlers waar popmuziek op rust. Nu is blues niet meer zo prominent aanwezig als in de jaren zestig en zeventig met bands als The Stones en Led Zeppelin, maar dankzij o.a. Stevie Ray Vaughn en The Black Crowes en in deze eeuw o.m. The White Stripes en The Black Keys is de blues nooit helemaal uit beeld verdwenen.

Als producer werpt Dan Auerbach van The Black Keys zich op als conservator van Amerikaanse roots-genres, blues en country dus. We raden iedereen die ook maar een beetje van blues houdt aan om eens naar het door Dan geproduceerde nieuwe album van Robert Finley te luisteren, een van de laatste nog levende authentieke blueszangers. Voor zijn zendelingenwerk heeft Dan nu ook zijn eigen band ingeschakeld. Het nieuwe album van The Black Keys bevat louter covers, voornamelijk van  ‘Hill Country Blues’ zangers ‘Mississippi’ Fred McDowell, Robert Lee Burnside en Junior Kimbrough. Hill Country ligt in het noordelijke deel van de staat Mississippi aan de grens met Tennessee. Met zijn accent op de groove (boogie) onderscheidt Hill Country Blues zich van andere vormen van country of delta blues.

Het Delta Kream album is zo goed als live, in slechts tien uur opgenomen. Net als vroeger zeg maar. Voor de gelegenheid is The Black Keys met twee veteranen uit het bluesveld uitgebreid tot kwartet. Bassist Kenny Brown en gitarist Eric Deaton zijn voormalige begeleiders van Kimbrough (1930 – 1998) en  Burnside (1926 – 2005). Het zijn deze twee bluesmannen die de jonge Dan Auerbach en Patrick Carney het bluespad hebben op geleid. Aan hen dankt het album ook zijn authentieke atmosfeer.

De single die de kar moet trekken is het bekendste nummer van het album, een versie van Crawling King Snake van John Lee Hooker. Aan deze titel hebben The Doors zich ook een keer gewaagd, maar met een heel andere uitkomst. Er zijn twee versies in omloop, een radio-edit en de oorspronkelijke van zes minuut plus. Uiteraard draaien wij de laatste.

Alyson McNamara – After Hours

After Hours is precies wat de titel suggereert; een zich langzaam uitrekkend wiegelied met een slaperige beat. Dat je toch wakker blijft komt door de trage maar tegelijk krachtige gitaar die mooi contrasteert met de rustgevende stem van de maakster.

Alyson McNamara heeft na verschillende omzwervingen in de muziekscene van Toronto nu toch echt haar muze heeft gevonden. Dat bleek al op haar eerste soloalbum, een collectie onthaastte folk-rocksongs, maar de drie songs van haar nieuwe album die nu online staan tillen haar naar een nog hoger plan. De nieuwe songs spannend en ontspannend tegelijk. Een soort muzikale valium. Gelukkig heb je voor de muziek van Miss McNamara geen doktersrecept nodig.

Let Me Sleep, Alyson’s nieuwe album verschijnt begin juni.

PIT – Dromers Onder Ons

Voor veel muziekliefhebbers in Nederland is de Engelse taal onlosmakelijk verbonden met het idioom popmuziek. Zodra een artiest in onze taal zingt haken hele bevolkingsgroepen af. Kijk maar eens naar de commentaren als we een nummer van bijvoorbeeld Eefje de Visser draaien. De taalhaat is natuurlijk geen reden om niet af en toe een nummer op te pikken dat in onze moerstaal wordt gezongen. Zeker niet als het zo’n sterk liedje is als Dromers Onder Ons van PIT.

Achter PIT zit Pieter van Vleuten, een gediplomeerd componist en producer die met Dromers Onder Ons zijn eerste publiekelijke werkstuk aflevert. De songtitel geeft al aan in welke richting we het moeten zoeken. De debuutsingle is inderdaad een dromerig nummer met een aangenaam tempo, zacht vloeiend gitaarwerk en sfeervolle fluisterzang. In het Nederlands dus. Maar dat hoor je alleen als je het weet, zo diep in de mix zit de zang. Waarschijnlijk zullen er nu mensen zijn die daar over gaan klachten, ‘haters gonna hate’. Maar van ons geen klachten. ‘File under very promising’

Ryley Walker – Course In Fable

Ryley Walker – Course In Fable (Husky Pants/Konkurrent)

Toen ik Ryley Walker interviewde zes jaar geleden viel zijn puurheid meteen op. Niets was gemaakt aan de Amerikaan, met zijn ontwapenende lach. Oprecht geïnteresseerd in de interviewer, terwijl dat meestentijds louter andersom is bij artiesten. Tijd hè, want tijd is geld.

De weergaloze gitarist Ryley Walker (32) is in heel veel aspecten een vreemde eend in de bijt in de wereld van de showbusiness. In de muziekwereld vooral. Heeft onder andere te maken met zijn komaf. Opgegroeid in Chicago. De stad waar hard werken heel normaal is en het nog veel normaler is om zo veel mogelijk normaal te doen. Doe maar lekker gewoon joh, zeggen ze in Chicago. Blijf jezelf. Dat is al lastig genoeg op deze merkwaardige planeet.

Op die manier is Ryley Walker al tien jaar zeer productief met het uitbrengen van ep’s en albums. Zijn nieuwste worp, Course In Fable, telt slechts zeven songs, maar ze zijn lekker lang, uitgesponnen, en zo komen we tot zo’n 40 minuten kwalitatief hoogstaande singer-songwritermuziek. Niet slecht voor iemand die alleen nog met zijn rechteroor hoort, na een paar jaar terug te zijn aangereden door een “drunk motherfucker”.

Onwillekeurig leidde die ellende tot een verslaving aan alcohol, cocaïne en heroïne. Hij probeerde alle rotzooi achter zich te laten in 2019. Maar zijn  zelfmoordpoging mislukte. Walker is inmiddels clean en verkeert in de vorm van zijn leven. Je hoort dat aan alles. Zijn geluid is levendiger dan ooit, opgewekter, hoopgevender. Ryley heeft het lek weer boven. Het vijfenhalve minuut durende Clad With Bunk is misschien wel het fraaiste nummer dat hij schreef tot nu toe. Mooie tempowisselingen, verrassende wendingen. Nick Drake is nog altijd in de buurt.

Ook in Rang Dizzy, met de behaaglijke cello van Nancy Ives, die steeds wat pregnanter aanwezig is. Een song aangestuurd door levenslust. Met een tekst die het hele verhaal van de laatste jaren in een notendop voorbij laat komen: “I am wise. I am so fried. Rang dizzy inside. Fuck me, I’m alive..Pieter Visscher

Briston Maroney – Bottle Rocket

Sinds 2018 slingert Briston Maroney om de paar maanden een liedje de ether in. En niet zonder gevolgen. Ruim 2 miljoen maandelijkse luisteraars trekt hij inmiddels. Zijn doorbraakhit verscheen vorig jaar en heet Freaking Out On The Interstate.

Opvallend is dat dat nummer niet op zijn net verschenen debuutalbum staat. Briston heeft duidelijk geen gebrek aan songs, wat een van de tekenen is waaraan je een ‘echte’ artiest kunt herkennen. Een andere is een constante output. Ook dat vakje is aangekruist bij mister Maroney. Een laatste teken van talent is veelzijdigheid en ook dat zit wel snor bij hem. Wat overigens niet wil zeggen dat hij geen eigenstijl heeft. Alleen al door zijn nasale stemgeluid onderscheid Briston zich van zijn collegae.

Onze man uit Knoxville, Tennessee rockt indie op zijn Amerikaans van Tom Petty-aanse heartland rock tot The Districs-achtige garage rock. Zijn songs getuigen van een puur pop-instict wat zijn populariteit verklaart. Voor wie Briston nog niet kent is Bottle Rocket een prima opstappunt. Je hoort 90’s gitaren, een 80’s drumsound en 60’s geluidseffecten op de zang. Classic rock op zijn millennials dus. Wordt vervolgd.

Andy Stott – Hard To Tell feat. Alison Skidmore

Zoals meer dance-producers in deze clubloze tijden heeft Andy Stott zijn dansschoenen voorlopig even in het vet gezet en maakt hij nu muziek voor de thuissituatie. Dat hij van meerdere markten thuis is bleek al uit zijn inmiddels 7 titels omspannende albumcollectie. Daarop hopt Scott ook van hot naar her, maar er was altijd wel een dansvloer vriendelijke (techno-dub) beat te ontwarren.

Zijn nieuwe langspeler, Never The Right Time is zeker niet geheel gespeend van dansbare ritmes, maar de tracks zijn meer naar binnen gericht, op kamermaat gemaakt voor thuisdansers. Het mooiste nummer heeft de Britse producer voor het laatst bewaard. Hard To Tell klinkt alsof het is opgenomen in een grot.  Zangeres Alison Skidmore maakt hier haar platendebuut. Ze is Andy’s pianolerares. Ze blijkt de juiste vrouw op de juiste plek. Als een weemoedige fee zweeft ze door het stereobeeld.

We hopen dat we de lockdown snel achter ons kunnen laten en Scott en zijn laptop weer hun nachtelijke escapades kunnen gaan plannen. Maar we hopen ook de thuisblijvers niet vergeet.

Flyte – Under the Skin

Namen die opduiken in de bio van Flyte zijn o.a. The Lemon Twigs en Lord Huron. Met hen heeft de band uit Londen getoerd. Ook Angel Olson, Father John Misty en Big Thief worden genoemd. Met hun producers (Justin Raisen, Dave Cerminara en Andrew Sarlo) heeft Flyte hun nieuwe album opgenomen. Verder vallen de namen van de Britse schrijver Evelyn Waugh en The Sunday Times. Van de eerste hebben ze de bandnaam (Sebastian Flyte is een personage uit Waugh’s Brideshead Revisited) de tweede noemde hun debuutalbum, The Best British Debut of The Year’. Dat was in 2017.

Uit al dat ‘name dropping’ kunnen we een paar dingen opmaken. De bandleden zijn belezen (de schrijver), ze hebben connecties (de krant), ze hebben een kapitaal krachtig label achter zich (de big time producers) en ze hebben smaak (alle genoemden).

Flyte beoefent een genre dat powerpop heet, Beatlesque rock gespeeld in de basisopstelling van bas, drums en twee gitaren. Met hier en daar een toeter en een bel. De eerder uitgebrachte singles van het nieuwe album zijn goed maar niet erg bijzonder. Under The Skin is dat wel.

De meest recente voortrekker van het lang verwachte tweede album van Flyte – This Is Really Going To Hurt – is neurotisch op een aangename manier. Het begin is spannend, maar neutraal, maar. naarmate het nummer vordert duiken er steeds meer dissonante tonen op van keyboards en gitaar. De zanger zingt onverstoorbaar door, maar om hem heen breekt de chaos uit. Dit alles ter illustratie van het onderwerp van Under The Skin, een relatie die ten einde loopt zonder dat iemand er iets aan kan of wil doen. De tekst is auto-bio. Zanger Will Taylor hoopt nooit meer zoiets te willen meemaken, zei hij in een interview. Terwijl we hem het allerbeste toewensen hopen wij toch dat………

Bull – Shiny Bowl

Het debuutalbum van Bull is het beste bewaarde geheim van 2021 tot nu toe. Het Engelse kwartet koppelt het beste van grunge -de gitaarsound- aan het mooiste van  Britpop -de melodieën- en voegt daar een eigengereidheid aan toe. Daarnaast wordt er op hoog niveau gemusiceerd en heeft de zanger een ontzettend fijne stem. Om met onze voormalige EU partners te spreken, ‘what’s not to like’?

Om Bull de aandacht te geven die ze verdienen hebben we een derde track aan onze playlist toegevoegd, Na Eugene en Bonzo Please hebben we nu onze keus laten vallen op Shiny Bowl, een nummer dat Bull op zijn best laat horen; rijk aan gitaar, zomers van karakter en een refrein waar The Kinks een beloning voor hadden uitgeloofd. Dat plus een gitaarsolo om je vingers bij af te likken.

En dan te bedenken dat er op het Discover Effortless Living album van Bull nog 12 van dit soort juweeltjes staan.

Angel Olsen – It’s Every Season (Whole New Mess)

Als je nou denkt bij het horen van It’s Every Season (Whole New Mess), de nieuwe single van Angel Olsen ‘dat is wel heel veel tekst en wat weinig melodie’, wacht dan nog even met je oordeel tot je ook het eind hebt gehoord. Dat is namelijk van epische proporties en alleen daarom al het entreegeld waard.

En als Angel dan toch je aandacht heeft, loont het ook de moeite om eens naar de tekst te luisteren. Cru gezegd is het thema van Miss Olsen’s nieuwe single ‘uithuilen en opnieuw beginnen’. We schrijven nieuwe single, maar dat is niet helemaal waar.

It’s Every Season is een orkestrale herbewerking van Whole New Mess van het vorig jaar verschenen gelijknamige album. Dat was een vervolg op het inmiddels klassiek verklaarde All Mirrors uit 2019. Het album dat nu op stapel staat -en waarvan It’s Every Season de voorloper is- heet Song Of The Lark And Other Memories en is weer een vervolg op Whole New Mess.

Het drieluik komt binnenkort uit als boxset met nog een extra album met daarop remixes, outtakes en een cover van Roxy Music’s More Than This. Plus een 40 pagina’s tellend boek. Een leuk hebbedingetje voor de fans dus. Ben jij daar een van? Reserveer dan nu alvast een exemplaar bij je platenhandelaar, want de oplage is beperkt tot 3000 stuks.