Pinguin Radio presenteert podcast Volkskrant Radio – juli 2017

Pinguin Radio en de Volkskrant slaan de handen ineen voor een maandelijkse radio-uitzending waarin we u bij de hand nemen langs de beste albums en de beste tracks van het moment.

de Volkskrant

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

Volkskrant

 

===> Lees hier alle recencies van:

Floating Points – Reflections Mojave DesertJason Isbell and the 400 Unit – The Nashville SoundBig Boi – BoomiverseDeltawerk – PassagesFleet Foxes – Crack-UpDan Auerbach – Waiting on a SongLittle Steven – SoulfireJustin Townes Earle – Kids in the StreetVince Staples – Big Fish Theory en Kevin Morby – City Music.

Album van de Dag: Lindsey Buckingham & Christine McVie

Lindsey Buckingham & Christine McVieLindsey Buckingham & Christine McVie – Lindsey Buckingham / Christine McVie (East West/Warner Music)
Wie deze twee namen ziet staan, denkt onwillekeurig natuurlijk gelijk aan Fleetwood Mac. Say You Will is het laatste wapenfeit van deze band en die plaat stamt alweer uit 2003. Hierop speelt Christine McVie echter niet mee en daarom moeten we dan ook terug naar Tango In The Night uit 1987 om de laatste samenwerking te horen.

Gezien de reünie van de klassiek line-up, leek er een plaat in het verschiet te zijn. Stevie Nicks gooide echter roet in het eten. Gevolg is dat Buckingham en McVie de beoogde Fleetwood Mac-plaat nu dan maar onder eigen naam afgemaakt en uitgebracht hebben. Natuurlijk klinkt de plaat als het moederschip, al was het maar omdat naast de naamgevers ook de ritmesectie van Fleetwood Mac paraat is.

Toch wordt er ook afgeweken van het format, zo is het vooruit geschoven Is In My World wel een typisch Buckingham-track, maar is Feel About You nu niet direct een typisch McVie-nummer. Er is in de tien nummers weer veel te genieten en het is dan ook mooi dat, behalve de hier en daar gedeelde songschrijverscredits, McVie en Buckingham samen afsluiten in Carnival Begin. Het maakt nog eens duidelijk dat we met een fraai volwaardig product te maken hebben. Tekst Mania | Hermen Dijkstra

Liefhebbers van Fleetwood Mac luisteren uiteraard ook naar Pinguin Classics!

Live Review: Metropolis 2017 @ Zuiderpark, Rotterdam

Live Review: Metropolis Festival @ Zuiderpark, Rotterdam
02 juli 2017
Tekst Muzine.nl | Ronald Renirie & Wim Du Mortier
Foto’s Tess Janssen & Jan Rijk

De weersvoorspellingen waren bar en boos, enkele dagen voor zondag 2 juli 2017. Maar de festivalweide van de 29ste editie van het Metropolis Festival was zonovergoten vanaf de eerste muzikale noten die vanuit het Rotterdamse Zuiderpark klonken. Dat terwijl weeronline.nl het eerste zonnetje pas vanaf 17.00u voorzag. Maar het lijkt wel alsof ze daar ook verstand van muziek hebben, want de zon mocht dan al vroeger gaan schijnen, het eerste voorzichtige muzikale hoogtepunt diende zich pas om 17:00 uur aan.

Vroeg in de middag is Altin Gün – wat zoveel betekent als ‘gouden dag’ – een speldenprik. De oorsprong van de band ligt in een bezoek van bassist Jasper Verhulst aan Istanbul om er met Jacco Gardner te spelen. Verhulst ontdekte er traditionele Turkse muziek en raakte eraan verslingerd. Eenmaal thuis legde hij de basis voor wat nu Altin Gün is. De band brengt tal van traditionals, maar het klinkt als een mooie cross-over in de handen van deze band met westerse invloeden. En dankzij de verbluffende inbreng van Jasper Verhulst op zijn oude, ploppende bas, waarop je elke aanraking met het plectrum prachtig kunt horen, klinkt het mateloos funky. De drukke riedels op snaarinstrumenten en synthesizers vallen niet bij iedereen in de smaak. Die elementen brengen wel de ontegenzeggelijk oosterse invloeden in de muziek, naast de opzwepende ritmes, hoekige breaks en de zoete zang van Merve Dasdemir. De ritmesectie van Altin Gün staat als een huis. Rake strakke drums, speelse percussie en het knappe spel op de bas. Het speelplezier druipt ervanaf. De band zet een lekkere dansbare show neer die het publiek, hier en daar nog wat aarzelend, in beweging brengt. Altin Gün is een belofte die nog wel kan werken aan het repertoire, want niet alle nummers zijn even sterk als single Goca Dünya.

 

Wanneer je vervolgens richting de Workers-tent loopt, hoor je een hele tijd niets. Pas als je je in de tent begeeft, hoor je dat er een band aan het spelen is. De akoestische popliedjes van Joseph worden op minimaal volume gebracht. Drie zusjes die met hun meerstemmig gezongen liedjes de tent stil krijgen. En dat is best knap, want vorige week ging Spinvis tijdens DTRH nog onderuit door het geroezemoes vanuit de tent. Joseph is eigenlijk The Staves, maar dat is prima.

 Joseph

Voor Jimmi Jo Hueting alias Jo Goes Hunting is spelen op Metropolis een thuiswedstrijd. Vrienden en familie stromen al voor aanvang naar de Thinkers-tent om hun held te zien spelen. Samen met bewonderaars, want de multi-instrumentalist heeft met zijn plaat Come, Future al een leuk publiek opgebouwd. Hueting maakt gekunstelde muziek die zich laat aanhoren als een collage van geluiden waarmee hij melodieën, sferen en een spanningsopbouw construeert. En verrek, live komt het nog uit de verf ook. En misschien nog wel organischer en daarmee vloeiender en nog prettiger dan op de plaat. Met een flinke batterij aan instrumenten én muzikanten om hem heen, zingt en bespeelt Hueting de drums. Eigenaardige composities als Winner en Without You weet de band vlekkeloos uit te voeren en dat moet voor wie het voor het eerst hoorde een aparte ervaring zijn geweest. Maar hij zal ook weer wat zieltjes hebben gewonnen met bijvoorbeeld de dynamische uitvoering van Without You. Dat nummer bouwt langzaam op, waarbij elk instrument aanvankelijk bijna zijn eigen weg lijkt te volgen tot al die puzzelstukjes uiteindelijk samenkomen in een krachtige climax. Best knap en dus niet verwonderlijk dat deze band op verschillende festivals door het land is opgepikt. Waar het overal een verdeelde ontvangst zal krijgen, want ook in Rotterdam was niet iedereen gecharmeerd van de teksten vol adolescentenverdriet en muzikale kunstgrepen.

 Jo Goes Hunting

Ondertussen stromen heel wat jongeren naar de tent waar Yungblud wordt aangekondigd. Een nieuwe belofte, al gedraaid op 3FM, het gaat hard met deze tiener die volgens de geruchten nog maar één liedje op zijn naam heeft staan. Na het arriveren van een drummer en een gitarist komt daar dan de jonge held het podium op; haartjes netje gekamd, met overdreven grote passen en een intimiderende blik. Energiek gaat het van start met de ene na de andere stampende radiovriendelijke deun. De bas en andere geluiden die de liedjes wat aankleding geven, komen uit een onzichtbaar doosje. Yungblud spreekt zijn publiek toe in het Engels met een lekker moddervet accent. En de liedjes klinken ook zo Engels als het maar zijn kan, tot en met stuiterende ska. Maar is dit nu de belofte die ons werd beloofd? Is dit nu die ziener die hiphop en stevig gitaarwerk op een leuke vernieuwende manier combineert? Niets van dat alles. Hitgevoelige 3FM-ramsj die leuk is voor de kinderen op de achterbank of hooguit voor een kwartiertje op Metropolis, maar die we liefst ook weer snel vergeten.

 Yungblud

De Belgische band Balthazar gaat als een speer. Maar wat is er in godsnaam aan de hand binnen die band? Na Maarten Devoldere, die zijn heil zocht in (het overigens zeer geslaagde) soloproject Warhaus, kwam bassist Simon Caster met zijn bandje Zimmerman, en nu zien we op Metropolis J. Bernardt, het egodingetje van zanger/gitarist Jinte Deprez. Zijn elektronische popliedjes zijn warm, worden met de nodige overtuiging gebracht, maar missen de zeggingskracht van Balthazar, en zelfs van collega-vreemdganger Devoldere. Met de liedjes is overigens niets mis. Luister vooral naar het onlangs uitgebrachte album Running Days. Maar inmiddels is het de hoogste tijd voor een nieuw album van Balthazar!

 J. Bernardt

 

 

Metropolis heeft dit jaar weer een programma waar iedereen aan zijn trekken komt. Dat levert ook grote contrasten op. En het contrast kan bijna niet groter als na J. Bernardt IDLES krachtig inzet. Van zwierende elektro worden we in één klap gekatapulteerd naar stampende nietsontziende punkrock vol dissonanten, gekrijs, geschreeuw en brute teksten. Het is alsof Metropolis onder de bewolking uit moest komen, de temperatuur nog wat moest stijgen. En kaboem, de zon uiteindelijk écht tot leven komt en gaat stralen door de tomeloze energie van de Britten. Zanger Joe Talbot loopt al voor aanvang van het concert als een gekooide leeuw over het podium heen en weer. Alsof hij zich opfokt om dan helemaal los te gaan. Als zijn bandmaten zich bij hem voegen, is het vanaf de aftrap ook los in de zaal. Het publiek stroomt nog toe en al snel ontstaat een eerste pit. IDLES dendert van nummer naar nummer in een ongekend tempo. De aderen in de nek van Talbot zwellen op en zijn hoofd kleurt vervaarlijk rood als hij zijn teksten uitkrijst. Gitarist Mark Bowen is naast de zanger de blikvanger. Hij beweegt zich als in een slapstickfilm over het podium voort, trekt gekke bekken, rent tussen fotografen door en springt tegen het einde van de set tot ieders vermaak het publiek in.IDLES is een festivalband pur sang. Met een uitbundige, politiek getinte show waar overal op het podium voortdurend iets gebeurt en de snoeiharde en razendsnelle energieke punkrock je ergens, waar dan ook, raakt. Of je kotst ervan en moet onmiddellijk weg of je gaat erin mee: headbangen, en met een ‘nosebleed in your ears’ – zoals de band het zelf noemt – springen tot je niet meer kunt. IDLES is het hoogtepunt van Metropolis 2017.

 IDLES

Waarom Beach Slang op het zogenaamd ‘vooruitstrevende’ Metropolis Festival staat, is een raadsel. Hun laatste album A Loud Bash Of Teenage Feelings dateert alweer van 2016, maar aan de andere kant zit de band nog steeds volop in de promo van die plaat. De mannen uit Philadelphia gaan vanaf het begin goed van start met hun typisch Amerikaanse punkrockliedjes. Deze gasten hebben de pech dat ze in het programma gedeeltelijk overlappen met IDLES, want de tent is bij aanvang slechts half gevuld. Pas na vijftien minuten loopt de Thinkers-tent vol (als IDLES klaar is dus), en vanaf dat moment lijkt ook Beach Slang echt wakker te worden. Het viertal werkt zich uit de naad en krijgt uiteindelijk loon naar werken van het publiek. Het is opvallend dat de band op zijn sterkst is in de spaarzame nummers die iets minder hey-ho-let’s-go-snel zijn dan het gros van het materiaal. Op die spaarzame momenten ontpopt zanger James Alex zich namelijk tot een prettige kopie van The Afghan Whigs’ Greg Dulli. Op die momenten gaat zijn band ook moeiteloos mee in die sensualiteit. En natuurlijk helpt het sexappeal van de prachtige gitariste Aurore Ounjian daar een handje aan mee.

Beach Slang

Het is best leuk om een paar harde bandjes na elkaar te programmeren, maar de urgentie en energie van een band als IDLES blijkt vandaag letterlijk ‘hard to follow’. Wie met een onuitwisbare glimlach op het gezicht hun show verliet zal op Metropolis niet veel meer hebben gezien met een vergelijkbare impact. Dat geldt zeker niet voor de postpunk van Priests. De band uit Washington D.C. klinkt gewoon te veel als de voorbeelden uit die stad van weleer om direct te boeien. Voeg daarbij dat de blonde zangeres Katie Alice Greer wel erg graag een kruising van Blondie en Kathleen Hannah wil neerzetten. Zij zingt, net als haar voorbeelden, geregeld half vals of bijkans hysterisch. En het houterige spel van de band – maar zo hoort dat in dit genre – gaat voorbij het predicaat ‘smakelijk rammelend en lofi’. Het leek vooraf een leuke act te zijn, maar Priests mist daarvoor voldoende eigenheid. Al snel na aanvang begint de stroom die de tent aanvankelijk vol liet lopen gestaag aan de uittocht. Het publiek laaft zich liever buiten de tent aan de zomerse avondzon.

 Priests

Gelukkig is er daarna nog The Orwells. Deze Amerikaanse indierockers ademen invloeden die variëren van The Strokes en Nirvana tot aan The Replacements en The Black Keys. Heel erg schokkend is het allemaal niet, maar nondeju, wat is dit lekker zeg! Een mooie afsluiter van Metropolis 2017, omdat we (de voltallige, vier man sterke Muzine.nl-redactie) ervoor kiezen om na The Orwells het multiculti feestje van Janka Nabay & The Bubu Gang over te slaan en ons richting Rotown te begeven, waar de afterparty tot in de late uurtjes zal duren.

 

Talent Stage

Wat een succes, in die uithoek van het Zuiderpark! Op het Talent Stage vechten vanaf 14.00u zes bands, waarvan de muzikanten qua leeftijd niet ouder dan 21 jaar mogen zijn, om de felbegeerde hoofdprijs. De winnaar krijgt studiotijd in de Rotterdamse LGM Studio, begeleiding van de Popunie, een professionele fotoshoot en een optreden op het Eendracht Festival in Rotterdam.
Opener The Brightt (nu met dubbel t) zijn we bij Muzine.nl al eens eerder tegengekomen op WeitjerRock en het is sindsdien niet heel veel beter geworden. Belegen bluesrock uit Zeeland, waarbij je je afvraagt of muziek die na 2000 is uitgekomen wel in het Zeeuwse is doorgedrongen. Enige pluspunt is de fantastische drummer, die gewoon een nieuw bandje moet gaan zoeken waarmee het wel gaat lukken.
Ook de psychedelische rockers van het Haagse Beyond The Moon, de piepjonge, overigens schattige, punkrockertjes van The Spark en het Rotterdamse Hearing Dogs For Deaf People kwamen tekort om de hoofdprijs in ontvangst te nemen.
Het waren de talentvolle gastjes van Speakeasy die er met de hoofdprijs vandoor gingen. Volgens jurylid Yvo Tap van V2 Records/ Bertus Distributie was het helemaal duidelijk. “Deze gastjes komen het podium op, gaan staan en go! En dat is echt heel knap. Speakeasy stak er met kop en schouders bovenuit. De terechte winnaar.“

 Speakeasy

Het was zeker dankzij het weer een mooie editie van Metropolis, met mooie bezoekersaantallen. Het kwam wat langzaam op gang, maar het eindschot was lekker. Het Britse IDLES was de absolute kraker van de dag, maar ook The Orwells, Jo Goes Hunting en J. Bernardt deden van zich spreken. Programmeur Joey Ruchtie meldde ’s middags al dat Metropolis het lastig heeft om op het juiste moment een programma samen te stellen en dat daarom wellicht volgend jaar het festival niet op de eerste, maar op de tweede zondag van juli gaat plaatsvinden. Het Roskilde Festival en Werchter schuiven volgend jaar namelijk ook een weekendje op en allicht valt er dan iets meer uit die vijvers te vissen. Maar al met al heeft Metropolis het met bescheiden middelen weer uitstekend gedaan. En laten we even niet vergeten hoe bijzonder het is dat een festival als dit nog altijd gratis toegankelijk is. Hulde!

 

Weergaloos Arcade Fire, Royal Blood en Thurston Moore blinken uit op Rock Werchter 2017

rw 17 3Het Zesde Metaal heeft de eer om de mainstage van Rock Werchter 2017 te openen. Nog slechts een kleine duizend man op de wei op het vroege tijdstip (13.15 uur) zien de in het West-Vlaams zingende band genieten. De kleine, verstilde liedjes vragen om aandacht en die krijgen Wannes Cappelle en zijn mannen absoluut. Rock Werchter is rustig van start gegaan. Het blijkt de start te zijn van een topweekend. Qua weer en zeker muzikaal.

 

Tekst en foto’s Pieter Visscher

 

Minstens zo verstild zijn de songs van het Amerikaanse Cigarettes After Sex dat in The Barn staat. Volle bak en zanger Greg Gonzalez slaagt erin zijn toehoorders gefocust te houden, tijdens een optreden dat misschien wat opwinding mist. Daarvoor is Savages aangetrokken, dat op de mainstage haar kunsten mag vertonen. Jehnny Beth heeft er zin in en is bijzonder actief. Knap dat ze zo tekst- en toonvast blijft, al crowdsurfend. Het zou zo maar eens een hobby van Beth kunnen worden, gezien het plezier dat ze erin heeft. Ze zweept de massa op terwijl er stevig wordt gepogood op de postpunk van de vier dames. Eerste hoogtepunt van de dag. Bevlogen en overtuigend.

mark laneganHet is niet zo dat de composities ondergeschikt zijn aan het stemgeluid (uit duizenden herkenbaar) van Mark Lanegan (foto) maar hij is wel in staat songs met een wat magerder melodie naar een hoger niveau te tillen. Het zweet gutst de Amerikaan van het voorhoofd in The Barn, feeëriek verlicht aan het plafond, als ware het Kerstmis. En welja, gods zoon op het podium met zijn rasperige stem. Je moet het je in durven beelden en dan krijg je ook wat. Het dreigende Nocturne, van zijn onlangs verschenen album Gargoyle, is misschien wel de beste song die Lanegan ooit op plaat heeft gezet. In de finale plots een cover en niet de minste: Joy Divisions Love Will Tear Us Apart. Meesterlijk vertolkt door Lanegan en zijn band.

Het optreden van Prophets Of Rage op de mainstage wijkt niet gek veel af van dat op Pinkpop enkele weken geleden. De ode aan Chris Cornell is anders, zonder Serj Tankian die in Landgraaf de vocalen verzorgde van Audioslaves Like A Stone. De klasse druipt ervan af bij Prophets Of Rage, met al die geweldige namen van Rage Against The Machine, Public Enemy en Cypress Hill. Gitaarvirtuoos Tom Morello steelt nog meer dan op Pinkpop de show.

De zanger van Imagine Dragons Dan Reynolds geeft terroristen een loeiharde beuk op de bebaarde kaak met een hout snijdende reprimande richting IS en ander gewetenloos onkruid op deze aardbol. Die furie wordt helaas niet het gehele optreden vastgehouden, al is de muziek van de band uit Las Vegas daar ook te poppie voor. Niettemin sleept de band een 7 uit het vuur. Dikke voldoende. Ook vanwege de fijne coverversie van Blurs Song 2.

Arcade Fire maakt op hetzelfde hoofdpodium álle verwachtingen waar met een optreden waar de klasse vanaf druipt. Als je de vraag al kunt stellen wat momenteel de beste band ter wereld is, geeft Arcade Fire het antwoord. De Canadezen starten met Everything Now, de catchy hit die herinneringen oproept aan ABBA. Win Butler serveert meer hits en het optreden kakt dan ook nergens in. De diversiteit aan songs, de hegemonie binnen het gezelschap; superlatieven schieten tekort. Er zijn weinig bands die zo veel monden voeden als Arcade Fire. Eenzame klasse. Arcade Fire komt, ziet en overwint. Beste optreden van het weekeinde? Grootste band ter wereld? Deze avond zeker.

Vrijdag

Na een met veel enthousiasme ontvangen hiphopset van de Belgische Coely op de mainstage, volgt Slowdive. De Engelse band speelt shoegaze zoals het ooit bedoeld is. Oerdegelijk gebracht en toch zonder meer onderhoudend. Zangeres Rachel Goswell heeft er plezier in. Ze lacht haar tanden geregeld bloot.

Nathaniel Rateliff & The Night Sweats is de kolderiekste naam op het affiche, al doen Frank Carter & The Rattlesnakes natuurlijk ook een aardige duit in het zakje. Rateliff en zijn kornuiten hebben een hitje te pakken, dat I Need Never Get Old heet en waarop gedanst kan worden. Dat gebeurt prompt. Opvallend is de stem van Rateliff, die geregeld doet denken aan die van Kings Of Leons Caleb Followill, de oerdegelijke afsluiter van de avond ervoor. De bluesy countryrock van Nathaniel Rateliff & The Night Sweats galmde vorig jaar door een van de tenten van Werchter en ditmaal mag de band plaatsnemen op het hoofdpodium. Hij sleept opnieuw een 6,5 uit het vuur.

Let’s grow old together and die at the same time; het blijft een van de krachtigste oneliners uit de muziekgeschiedenis. Het Britse White Lies is er verantwoordelijk voor. Liefde is sowieso de rode draad door de teksten van de band. Ze staan voor de zoveelste keer op Rock Werchter en elke keer weer verbaas je je over het enorme aantal hits dat White Lies laat horen. Postpunk met een gouden randje. Paar weken terug speelden ze nog in poppodium Victorie in Alkmaar voor een uitverkochte zaal van 800 man en nu staan ze op de wei van Werchter, voor een kleine 80.000 toeschouwers. Met dezelfde bezieling. Zanger Harry McVeigh is een van de vrolijkste jongens in het circuit.

Het is ongelooflijk hoe snel de ster van Royal Blood rijst. Geheel terecht overigens, want het is zeldzaam knap wat het Britse duo presteert. Het tweede album van het tweetal How Did We Get So Dark? dat onlangs is verschenen heeft hetzelfde hoge niveau als het debuut en wat klinken ook deze songs live geweldig. Royal Blood heeft zich in no time genesteld in de kopgroep van de mondiale rockmuziek en Werchter gaat opnieuw volledig voor de bijl. Evenals de driemaal hiervoor dat Mike Kerr (zang, bas, toetsen) en Ben Thatcher (drums) op het podium stonden op het terrein aan de Haachtsesteenweg. “I fucking love this festival!”, roept Kerr. And we fucking love your band, my friend!

rw 17 2

Het legendarische The Pretenders is ‘veroordeeld’ tot Klub C. Prachtige tent, absoluut, maar zo’n naam had natuurlijk op het hoofdpodium moeten staan. De belangstelling voor Chrissie Hynde en haar mannen is dermate groot dat de tent zelfs op slot gaat. Dikke rijen belangstellenden moeten de show buiten zien te volgen. Hynde is gekleed in een T-shirt met de tekst This guy needs beer. Ze is een rockdiva die maar niet ouder wil worden. Bijzónder goed bij stem bovendien. Klassiekers als Back On The Chain Gang en Brass In Pocket blijven onverwoestbaar. The Pretenders zijn een van de grote smaakmakers van Rock Werchter 2017.

Radiohead is de afsluiter van de vrijdag. Een headliner vanjewelste, die in de loop der jaren toch wel kind aan huis is geworden op het Belgische festival. De band uit Engeland komt bijzonder moeizaam op stoom door vrijwel alleen onbekender werk te spelen. Albumtracks waarop het grootste gedeelte van het publiek geenszins zit te wachten, die in een tent ook veel beter uit de verf zouden zijn gekomen, ware het niet dat Radiohead daar veel te groot voor is. Zorgvuldig opbouwen kun je dat noemen, maar de realiteit is dat de wei steeds leger geraakt en Radiohead af en toe verzuipt in haar eigen experimenten; nodeloos gepriegel zo nu en dan. Zelfs het bloedstollend fraaie You And Whose Army komt niet uit de verf. Even veert het publiek op, tijdens Paranoid Android en afsluiter Karma Police, dat eindigt in een mooie samenzang met het overgebleven publiek. Al met al echter een afknapper, dit optreden. 5’je voor de moeite.

Zaterdag

rw 3De zaterdag wordt om 13 uur overweldigend geopend door Frank Carter & The Rattlesnakes. Furieuze punkrock uit Londen, bijzonder aanstekelijk gebracht door de opvallende verschijning Frank Carter, die eigenlijk in niets onderdoet voor zijn landgenoot Johnny Rotten. Sterker, hij is de verbeterde versie. De in een knalharde, woeste punkrocksong verpakte boodschap aan terroristen (“The stupidest form of emptiness”) komt keihard binnen. Zijn Frank Carter & The Rattlesnakes al de winnaar van de dag?

 

 

Meer rock’-n-roll op de mainstage komt van Bluespills, uit Zweden. Zangeres Elin Larsson, blootsvoets en met benen waarnaar je blíjft kijken, heeft flink wat beklijvende liedjes meegenomen vanuit Scandinavië. Jefferson Airplanes Somebody To Love is een schot in de roos als afsluiter van de show.

Machine Gun Kelly verwerkt zeker 150 keer het woord motherfucker in de openingssong van het gezelschap uit Cleveland. De kans dat het nummer Motherfucker heet, is dan ook aanzienlijk. Of die 150 keer in een song een record is, wordt op moment van schrijven nog onderzocht. Machine Gun Kelly is een soort Linkin Park light. Muzikaal allemaal net even wat te magertjes om serieusgenomen te kunnen worden, als is Colson Baker zeker geen onaardige rapper. Eindcijfer: 5-.

rw 17

Achter het pseudoniem Sohn gaat de in Wenen woonachtige Chris Taylor schuil. In de schitterende The Barn produceert hij samen met zijn band een smaakvolle mix van soulvol gezongen, elektronische songs. Die nodigen uit om even de ogen te sluiten en dat is geen overbodige luxe, na tweeënhalve dag festival. Stukje contemplatie. De kopstem van Taylor wordt mooi aangevuld door de vrouwelijke muzikant in zijn band, die ook achter een palet aan knoppen en toetsen zit.

 

Het blijft opvallend hoe – laten we eerlijk zijn – toch wat mediocre rockbandjes als Jimmy Eat World en Blink 182, achtereenvolgens te vinden op het hoofdpodium in Werchter, de wei zo aan het springen krijgen. Dat is dus wat er gebeurt, met name tijdens het optreden van Blink 182. Tatoeages? Goed verzorgd hoor. Zonnebril oplaten, terwijl het volledig bewolkt is? Check. Er wordt een rits clichés aaneengeregen om u tegen te zeggen. En dat doen we dan ook. Het verlangen naar System Of A Down neemt toe..

Dat verlangen wordt beantwoord wanneer blijkt dat de Amerikaans-Armeense metalgoden geen vleugje energie hebben verloren na hun bevlogen zegetocht op Pinkpop een paar weken eerder. System Of A Down klinkt bovendien nog net zo urgent als tijdens de hoogtijdagen van de band, ten tijde van Toxicity (2001). Geen overbodige poespas, geen maniertjes, terwijl de zon voorzichtig ondergaat en een sprookjesachtig wolkendek zich openbaart. Een decor dat SOAD toekomt, of afdwingt. Allebei waarschijnlijk.

Linkin Park neemt als afsluiter van de zaterdag vooral revanche op zichzelf en het net verschenen, veel te poppie album One More Light, met een gedreven show. Sterke, afwijkende versies van een aantal hits en heel veel interactie met het publiek maken het allemaal erg aangenaam om naar te kijken en te luisteren. Chester Bennington staat langer tussen zijn fans dan op het podium. Onvermijdelijke songs van One More Light zijn feitelijk de enige dissonanten tijdens een verrassend, vlammend optreden.

Zondag

karen elsonKaren Elson (foto), voormalig model voor Louis Vuitton en Yves Saint Laurent, opent Klub C  met ingetogen songs in de traditie van Nick Cave. Fraaie stem en nog altijd een snoet om blij van te worden. Ze heeft onder meer een harpiste meegenomen, als een soort honing-mosterddressing op een schaal met verse krulsla en rijpe tomaten. Ravissant, naast een stuk kipfilet en gebakken aardappelen. Zeer smakelijk optreden aan het begin van de zondagmiddag, terwijl de zon voorzichtig doorbreekt.

 

Nadat Nothing But Thieves de wei heeft opgewarmd met een foutloos optreden, waarin de androgyn ogende zanger Conor Mason continu de show steelt – zeker tijdens de afsluitende prachtsingle Amsterdam – is het de beurt aan Thurston Moore in The Barn. Een van de weinige artiesten op deze planeet die je echt kan bedwelmen met zijn instrument. De Amerikaanse gitaargod is nadat Sonic Youth uiteenviel eigenlijk op dezelfde voet doorgegaan. Er is nauwelijks sprake van een stijlbreuk in vergelijking met de New Yorkse band, hoewel Moore het experiment misschien nog wat minder schuwt. Steve Shelley zit bovendien achter het drumstel, net als bij Sonic Youth.

thurston mooreDe Thurston Moore Band (foto) speelt voor een volle Barn en heeft dat ook verdiend met het hoge niveau dat Moore haalt op zijn soloalbums. Zo ook op het onlangs verschenen Rock n Roll Consciousness. Thurston Moore is een van de grote smaakmakers van Rock Werchter 2017 en benadert de perfectie geregeld met een nietsontziende portie noise, die door merg en been gaat. Natuurlijk mis je Kim Gordon, de vrouw waarvan Moore in 2013 scheidde, op het podium, maar ook niet meer dan dat. “Peace and love!“, zegt Moore, terwijl hij het podium af loopt. De vuist gebald in de lucht. Een overwinningsgebaar, want wát een zegetocht!

Stuk minder spannend zijn The Kills, op het hoofdpodium. Een enkele uitschieter daargelaten. Vlak en ook wat ongeïnspireerd. Na de wilde stamgasten Dropkick Murphys, met een stevige dosis folkpunk, is The Kills misschien wel een rustpunt waar sommigen op de wei aan toe zijn. The Lumineers tapt ook uit een folkvaatje, maar houdt het bij Jupiler light, om in biertermen te blijven. Hitje Ho Hey wordt uit volle borst meegebruld door de massa. Het is evenals donderdag en vrijdag schitterend festivalweer, met temperaturen boven de 20 graden en geen spat regen. Beter kan eigenlijk niet.

Alt-J, op het hoofdpodium nota bene, is een regelrechte miskleun op Rock Werchter. Hoop sterke nummers, zonder meer, maar duidelijk een band voor een tent. Het komt allemaal gewoon niet uit de verf bij de Britse indierockformatie, met tienduizenden mensen voor hun snufferd. Zelfs niet tijdens de hits. Toetsenist Gus Unger-Hamilton oogt ook daardoor met de minuut lulliger, zéker vanwege dat kolderieke snorretje. Even met de Philishave eroverheen luidt het advies. Zo gebeurd.

linkin parkTopheadliner Foo Fighters is tegenwoordig de gedroomde afsluiter van elk groot festival. De band van wonderkind Dave Grohl is dan ook vrijwel nooit op een misstap te betrappen. Grohl en zijn mannen zijn blij dat ze van hun hobby hun werk hebben kunnen maken en stralen dat ook uit op het podium. Kings Of Leon zou eens moeten informeren hoe hun landgenoten dat nou toch doen. Foo Fighters speelt voor een uitzinnige wei, een dansende en zingende 80.000 man. Tussen de nummers door neemt de band misschien net te veel tijd, terwijl het publiek smacht naar meer, meer, meer.

 

Wat blijft This Is A Call toch een overheerlijke song, afkomstig van het titelloze debuut van Foo Fighters uit 1995. Nog altijd het sterkste album dat de Amerikanen hebben afgeleverd, hoewel de huidige topsingle Run, van het in september te verschijnen Concrete & Gold zeer veelbelovend is. Het is een van de prijsnummers in de set, die geen seconde de aandacht doet verslappen. Rock Werchter 2017, een vlekkeloze editie, heeft recht op een uitsmijter van dit niveau en wordt op haar wenken bediend.

Pinguin Radio presenteert Volkskrant Radio – editie juli 2017

Elke eerste maandag van de maand op Pinguin Radio van 20:00 tot 22:00 uur de beste tracks van de beste albums van het moment samengesteld door de muziekredactie van de Volkskrant.

de Volkskrant

De kroniek van de nieuwe muziek

Door Robert van Gijssel

Van de dames kwam het vuurwerk niet, de laatste popweken. Katy Perry bracht de afgelopen maanden leuke singles uit als Chained to the Rhythm en Bon Appétit, maar op haar net verschenen album Witness blijken die leuke singles ook echt de enige leuke singles. De Nieuw-Zeelandse Lorde legt de lat wel wat hoger, op haar tweede album, maar een toekomstige klassieke popplaat, nee, dat wordt Melodrama vermoedelijk niet. Al zijn de meningen over Lorde verdeeld. Zoals het hoort.

Bij wie kun je dan altijd terecht? Natuurlijk, de mannen met een gitaar en een blocnote vol met liedjes. In een verscheurde wereld kunnen de singer-songwriters de boel als geen ander weer wat aan elkaar lijmen. Dat was al zo vanaf Woody Guthrie en Bob Dylan, en zo zal het altijd blijven gaan.

Jason Isbell, de ex-zanger van de rootsrockband Drive-by Truckers, legt de maatschappelijke onrust in de Verenigde Staten onder het vergrootglas op zijn plaat The Nashville Sound. In het schrijnende liedje White Man’s World laat hij ‘de blanke man’ aan het woord, die niet begrijpt dat zijn dromen maar niet uitkomen. Terwijl de blanke man het land in de loop der eeuwen toch zo keurig had aangeharkt, ten koste van de niet-blanke man. Een pijnlijk maar gevoelig rootspopliedje.

Justin Townes Earle, inderdaad: de zoon van de grote boze cowboy Steve Earle, schrijft ook al zo scherp op zijn plaat Kids in the Street. In het schemerige nachtclubcountryliedje What’s Goin’ Wrong knoopt hij vreugde en zorgen knap naast elkaar: ‘I got a good feeling that’s what’s been going wrong.’

Gelukkig houdt ook Dan Auerbach, de helft van het bluesrockduo The Black Keys, de moed er een beetje in op zijn opmerkelijk lichtvoetige plaat Waiting on a Song. Zo soulvol en opgewekt hoorde we Auerbach nog niet eerder, en liedjes als Shine on Me en Malibu Man zijn instant meezingers.

En die doen het in een zomerse afspeellijst natuurlijk uitstekend naast de rockende soul van de grote Little Steven. De platenbaas, sideman van Bruce Springsteen, acteur (The Sopranos, Lilyhammer), politiek activist en onvermoeibare rocker gooit er op 66-jarige leeftijd nog maar eens een spetterende plaat, met onbekommerde en breed uitgemeten songs als I’m Coming Back, met juichende gospelkoren, en het pittig scheurende Blues Is my Business, dat zo in de soundtrack van The Blues Brothers had gepast.

De heren worden bedankt.

Andere toppers: het fris elektronisch geproduceerde hiphopalbum Big Fish Theory van Vince Staples en de licht progrockende plaat Crack-Upvan Fleet Foxes. Beluister ze allemaal, in de Volkskrant Radio op Pinguin Radio, vanavond om 20:00 uur!

Lees hieronder alle cd-reviews van de albums van het moment volgens de redactie van de Volkskrant.

Floating PointsFloating Points – Reflections Mojave Desert (Pluto/ NEWS)
De Britse dj Sam Shepherd legt een mooie weg af, van de draaitafels en laptops naar livebands en -ensembles, en dus ook van dance naar jazz en klassiek. De plaat Reflections – Mojave Desert is een conceptalbum en videoproject, waarop Shepherd met zijn vijfkoppige band Floating Points contact zoekt met de woeste Amerikaanse natuur.

30 juni 2017

Shepherd nam plaats in de woestijn met een Fender Rhodes en andere klassieke keyboards, en een gitarist, bassist en drummer, en liet daar zijn muziek inwerken op de natuur. En andersom. Op de buitenopnamen hoor je, als je heel goed luistert, de wind langs de microfoons strijken en heel af en toe klinkt een verre vogelkreet.

De live opgenomen muziekstukken hebben met dance vrijwel niets meer van doen: Shepherd doet vooral aan sferische jazzrock, die doet denken aan een kruising tussen de oude Pink Floyd en de elektronische jazz van Miles Davis, van bijvoorbeeld de plaat In a Silent Way.
In het stuk Kelso Dunes worden bliepende en atmosferische synthesizerloopjes uitgebouwd tot een rockende jazzgroove en hoor je bij wijze van spreken laagje voor laagje een duinlandschap ontstaan.

Jason IsbellJason Isbell and the 400 Unit – The Nashville Sound (Southeastern Records/Thirty Tigers/Bertus)
Jason Isbell (ex-Drive-by Truckers) is zo’n Amerikaanse singer-song-writer die met weinig woorden maar veel compassie de vinger op de zere plek kan leggen. In het nummer White Man’s World van zijn nieuwe plaat The Nashville Sound zingt Isbell over de stukgeslagen Amerikaanse dromen van de blanke man, en de schade die diezelfde blanke man heeft aangericht op het continent.

23 juni 2017

“I’m a white man, living on a white man’s street. I’ve got the bones of the red man under my feet. The highway runs through their burial grounds, past the oceans of cotton.” Een schrijnend liedje, scherp en indringend gezongen door Isbell en slepend en rockend gespeeld door zijn vaste begeleidingsband 400 Unit, inclusief tweede stem en viool van Isbells vrouw Amanda Shires.

Eigenlijk is elke song goed op deze veelbetekenende rootsrockplaat, die steeds de staat van Isbells land (en de wereld?) lijkt te bezingen. Isbell schrijft beschouwende teksten in poëtische, maar klare taal en zijn vocale melodieën, ook in getokkelde ballads als If We Were Vampires, zijn bijzonder en aangrijpend.

Artistiek hoogstaand wordt het als een driftig rockende gitaarchaos in het nummer Anxiety de staat van verwarring van de hoofdpersoon verbeeldt. En als het nummer daarna ineens vertraagt, en Isbell zingt over zijn angsten en depressies: “How do you always get the best of me? I’m out here living in a fantasy. I can’t enjoy a goddamn thing.”

Big BoiBig Boi – Boomiverse (Sony Music)
Het lijkt alweer een eeuwigheid geleden dat OutKast hiphop uit Atlanta, Georgia, op de kaart zette.

23 juni 2017

De reeks albums die André 3000 en Big Boi vanaf Southernplayalisticadillacmuzik (1994) maakten, gaven southern hiphop een positieve, soms euforisch klinkende funky dimensie. Aquemini (1998) en Stankonia (2000) zijn waarachtige hiphopklassiekers en nummers als Miss Jackson en Hey Ya! zijn tot de popcanon van het vorig decennium doorgedrongen.

Op Big Bois derde soloplaat staan een paar nummers die er qua zeggingskracht en aanstekelijkheid bij in de buurt komen. Het lekkere popdeuntje All Night bijvoorbeeld, of het pakkende Kill Jill, ondersteund door een doorlopende sample van de virtuele, Japanse popster Hatsune Miku.

Het productieteam Organized Noize, al aanwezig op de vroege OutKast-platen verricht hier opnieuw knap werk. Er klinkt in alle nummers een aangenaam popgevoel door. Maar om dat met een gastrol voor Maroon 5-zanger Adam Levine te onderstrepen, gaat een stapje te ver. Als dit de manier is waarop Big Boi de hitparade denkt te kunnen imponeren, dan maar niet. Wat horen die Amerikanen toch in dat karakterloze stemmetje van die man?

Snel skippen dit Mic Jack, om dan door een reeks opgewekt klinkende rapnummers te huppelen die nergens inzakt. Allemaal met een net iets andere, verzorgde productie. Een beetje reggae (Freakonomics) of elektro (Chocolate): het werkt allemaal. Big Boi, inmiddels een veteraan in het circuit, zal er geen nieuwe fans mee krijgen, maar net als bijvoorbeeld Snoop Dogg op zijn laatste album weet hij wel volop te amuseren met een bekend, toegankelijk en positief geluid.

DeltawerkDeltawerk – Passages (Atomnation/ !K7)
Een ambitieuze naam voor een mooi nieuw muziekproject: Deltawerk. En als je de fraaie vinylbox uitpakt, dan voelt het ook echt alsof je een stoer Nederlands bouwwerk in handen hebt: vier platen, in een hoes met doorkijkvenster waar steeds nieuwe afbeeldingen achter kunnen schuiven. Hoera.

16 juni 2017

Deltawerk is een samenwerking van producer en drummer Hessel Stuut, van dat andere fijne Nederlandse duo Polynation, en Pascal Terstappen alias Applescal, dj en producer met kwaliteitsgarantie. Zij knoopten op het album Passages hun mooiste analoge synths en drumcomputers aan elkaar en verkenden de warme wereld der elektronische geluidsstructuren. Dat resulteerde in een danceplaat die zo te horen dienst doet als eerbetoon aan de melodieuze en nog altijd opwindende elektronische dansmuziek van de jaren negentig, toen die dance nog ‘intelligent’ werd genoemd.

In het ruim tien minuten durende openingsstuk worden koperachtige klanken uit de synths getrokken en in de goede banen van de behoorlijk pompende en straffe bassdrums en vierkwartsmaten geleid. De fijnzinnig opgebouwde tracks roepen dankzij hun beheerste climaxen en die afgemeten en percussieve, xylofoonachtige melodietjes soms even het vroege prachtwerk van Speedy J in herinnering.

Maar Passages biedt meer dan analoge nostalgie. De track Kyte is een monotoon brommend sfeerdancenummer, met breed uitwaaierende, atmosferische synth-akkoorden die beelden oproepen van nachtelijke verkeersaders door verre metropolen. En Square is een wat vierkanter en dus prettig dwingende dansvloervuller. Een traktatie voor de draaitafel, maar zeker ook voor uw allerbeste koptelefoon die de laagste basregionen aankan. En een belofte voor de podia, want Deltawerk heeft grote live-plannen. Daarover later meer.

Fleet FoxesFleet Foxes – Crack-Up (Nonesuch/Warner)
Na twee schitterende en onverwacht succesvolle albums vond Robin Pecknold, spil en zanger van indiefolkband Fleet Foxes, het tijd voor bezinning. Hoe verder na dat debuut vol prachtliedjes en die opvolger waarop bij vlagen het experiment werd gezocht?

16 juni 2017

Ruim zes jaar na Helplessness Blues (2011) is hij er eindelijk uit: Crack-Up gaat door waar Helplessness Blues ophield (letterlijk: het openingsdrieluik sluit aan op de afsluiter uit 2011) om vervolgens nóg meer het experiment te zoeken.

Het was geen toeval dat het negen minuten lange middenstuk van het album als single werd uitgebacht: dat prachtige Third of May/Odaigahara geeft precies aan wat Pecknold wil, namelijk de oude Fleet Foxes-ingrediënten (folk en hemels galmende samenzang) gebruiken als basisbestanddelen voor meanderende progfolk en in elkaar overvloeiende twee- en drieluiken die soms naar Animal Collective of Grizzly Bear neigen (Cassius). Net als je begint te verlangen naar een eenvoudig stukje pop, komt Fool’s Errand voorbij. Nog zoiets lichts was wel fijn geweest, maar veel meer valt hier niet te klagen.

Dan AuerbachDan Auerbach – Waiting on a Song (Nonesuch/Warner)
Minstens zo sterk als de platen die hij met zijn maatje, drummer Patrick Carney, maakt met The Black Keys, klonk acht jaar geleden het solodebuut van zanger-gitarist Dan Auerbach. Keep it Hid was een sterke liedjesplaat, uitbundiger van opzet en minder rauw geproduceerd dan het Black Keys-werk.

9 juni 2017

Auerbachs tweede soloalbum nam hij op in Nashville, sinds 2010 de thuisbasis van zijn band. Hij nodigde een keur aan lokale sessiemuzikanten uit en ging te werk zoals dat ooit in countryhoofdstad Nashville gebruikelijk was: elke week een liedje schrijven, opnemen en afronden.

De tien liedjes op Waiting on a Song zijn stuk voor stuk prettig in het gehoor liggende deuntjes. Mooi geproduceerd en fraai gearrangeerd. Vol en toch transparant. Vanaf het openingsnummer, de titelsong, heb je het idee naar een aantal nieuwe bewerkingen van klassieke rocksongs uit de jaren zeventig te luisteren, zo bekend klinken ze. Toch zijn alle liedjes nieuw.

Auerbach kreeg hulp van onder anderen John Prine, Mark Knopfler en Duane Eddy, stuk voor stuk grootheden binnen hun eigen métier. Het plezier dat de twintig muzikanten bij de opnamen hadden, slaat al gauw over op de luisteraar. Shine on Me en Stand by my Girl laten zich meteen meeneuriën. Het is volop genieten van de zeer zorgvuldig ingevulde arrangementen. Die geven de op zichzelf best eentonige stem van Dan Auerbach precies de juiste bedding. Een fijn zomers popalbum, hoor.

Little StevenLittle Steven – Soulfire (Wicked Cool/Universal)
Weinig rockers zo cool als de inmiddels 66-jarige Steven Van Zandt, alias Miami Steve, alias Little Steven: gitarist met bandana in Bruce Springsteens E Street Band, maffioso in The Sopranos en Lilyhammer, sympathiek activist, baas van garagerocklabel Wicked Cool.

2 juni 2017

Soulfire is zijn eerste album op eigen titel sinds 1999 en het is zo mogelijk nog mooier dat hij voor het eerst sinds de jaren tachtig naar Nederland komt voor een concert (Carré, Amsterdam, 25 juni) met zijn band The Disciples of Soul.

Negeer die lelijke hoes. Wat een heerlijk album, dat Soulfire. Lekker ongecompliceerde, pretentieloze en zonnige rock-‘n’-roll met veel jubelend koper en een flinke dot soul. De levenslust en het speelplezier spatten eraf. Vooral tussen de uptempo rockers zitten meeslepende songs: I’m Coming Back, I Saw the Light en nog een paar. De aandacht verslapt hooguit tijdens een wat al te zoete ballad als The City Weeps Tonight. Wat een feest.

Justin Townes EarleJustin Townes Earle – Kids in the Street (New West Records/ Pias)
Het is niet eerlijk zonen en dochters van beroemde vaders en moeders te spiegelen aan die ouders. Maar als de vergelijking uitpakt in het voordeel van de jonge generatie, dán mag het natuurlijk wel.

2 juni 2017

Justin Townes Earle maakt tegenwoordig minstens zulke mooie platen als zijn vader Steve Earle. Zijn voorlaatste, Absent Fathers (over die vader dus), was misschien wat te beladen en sentimenteel, maar op het nieuwe album Kids in the Street schudt Justin Townes Earle de adolescente frustraties van zich af. Dat mag ook wel, want de man is inmiddels 35.

Earle verkent de uithoeken van de americana, van rockabilly tot soul en kampvuurfolk, met die songs stuk voor stuk goed zijn: ambachtelijk geschreven en gedetailleerd uitgevoerd in een fijne en kraakheldere productie. Het sterkst is Earle toch in de beschouwende countryliedjes zoals het titelnummer , waarin het moderne en al te vluchtige moderne leven onder de loep wordt genomen. Inderdaad: vroeger was alles beter.

Vince StaplesVince Staples – Big Fish Theory (Def Jam/Universal)
Vince Staples pakt op zijn nieuwe album alles anders aan dan op Summertime ’06, een van de sterkste hiphopalbums van de laatste jaren. Hij houdt het om te beginnen betrekkelijk kort. Slechts 36 minuten duurt Big Fish Theory. Maar in die korte tijd bouwt hij een compleet nieuw universum op. Een waarin een nieuw team producers samen met hem het geluid bepalen.

30 juni 2017

In dat geluid domineert nog altijd zijn prachtig soepele, perfect timende stem. Maar de raps van Staples zijn dit keer ingebed in een volledig elektronische klank. Hij krijgt hier hulp van producers die zich meer in de dance thuisvoelen dan in de hiphop, zoals SOPHIE en Flume.

Die nieuwe sound is fantastisch. De rollende technobeats refereren het ene moment aan de aloude sound van Mr Fingers in Rain Come Down en dan weer aan meer futuristisch knisperende Britse elektronica zoals die door iemand als Jamie xx wordt geintegreerd in zijn vernieuwende popproducties. Veel info geeft Staples niet, maar de stem van Amy Winehouse klinkt opeens in Alyssa Interlude, een mooie beklemmende mix van gospel en rap. En in Yeah Right horen we onmiskenbaar de stem van Kendrick Lamar.

Maar het is steeds Staples zelf die de meeste aandacht opeist. Dat hij een geweldig rapper was, wisten we al. Maar dat hij met succes zo’n compleet nieuw geluid aan zijn hiphop geeft, is toch verassend. Vóór hem durfde eigenlijk alleen Kanye West het aan, zo’n rigide omslag naar elektronische muziek. Vince Staples plaatst zich met dit album definitief naast hem en Kendrick Lamar in de eredivisie van de huidige hiphop.

Kevin MorbyKevin Morby – City Music (Dead Oceans/Konkurrent)
Het lijkt wel alsof de platen van de Amerikaanse singer-songwriter Kevin Morby steeds mooier worden. City Music is zijn vierde soloalbum, nadat hij al eerder te horen was in de folk-rockband Woods en het sixties georiënteerde garagepopcombo The Babies.

30 juni 2017

Zijn vorig jaar verschenen Singing Saw was een mooi geproduceerde, afwisselende liedjesplaat waarop de droefgeestige stem van Morby schitterend naar voren kwam.

City Music laat hem in het openingsnummer Come To Me Now van zijn meest desperate kant horen. Het beklemmende orgel in de productie van Richard Swift geeft het wat nasale stemgeluid van Morby precies de juiste dreiging. Fraaie ballads als deze worden afgewisseld door wat meer gejaagde rockliedjes, met als zeer vrolijk hoogtepunt 1,2,3,4. In een van Plastic Bertrands Ça Plane Pour Moi geleende melodie brengt Morby een ode aan de Ramones, die je niet uit je hoofd krijgt.

Mooie, afwisselende popplaat dit City Music. Echt zo een die je steeds weer opzet. Niet om iets nieuws op te ontdekken, maar gewoon omdat het aangenaam rustgevende muziek is die Morby maakt.

Luister hieronder de vorige editie!
Volkskrant Radio – juni 2017

Iedere eerste maandag van de maand tussen 20:00 en 22:00 uur live te beluisteren bij Pinguin Radio en een dag later terug te vinden op Volkskrant.nl als podcast en uiteraard ook bij ons op de site!

===> Lees hier alle recencies van:

The Mountain Goats – GothsThomas Azier – RougePerfume Genius – No ShapeMary J. Blige – Strength of a Woman, Oumou Sangaré – Mogoya, John Moreland – Big Bad LuvAfghan Whigs – In SpadesSlowdive – Slowdive en Life Of Agony – A Place Where There’s No More Pain.

Album van de Dag: King Gizzard & The Lizard Wizard – Murder Of The Universe

king gizzardKing Gizzard & The Lizard Wizard – Murder Of The Universe (Flightless)

King Gizzard & The Lizard Wizard dendert ook in 2017 goed door. Vrijwel elk jaar sinds de oprichting van de band brengt het zevental uit Melbourne een nieuw album uit waarbij we telkens weer struikelen over de bandnaam en albumtitels. Vorig jaar was dat Nonagon Infinity, een langspeler in de meest letterlijke vorm: zet je cd-speler op repeat en de laatste AC/DC’eske riffs van het laatste nummer Road Train gaan zonder het te merken over in opener Robot Stop. Een psychedelische trip die zo lang duurt als je zelf wil. In 2017 brengt de band maar liefst vijf albums uit, waarvan Flying Microtonal Banana, dat eerder dit jaar al uitkwam de eerste was. Het nieuwe album, Murder Of The Universe, is volgens de band een album dat is voortgekomen uit onweer en bliksem, en resulteert in dood, verdoemenis, verval en hergeboorte. De nieuwe plaat is een desoriënterende ervaring; gevoed door diepzinnige teksten en schreeuwende muziek. Het album kan opgedeeld worden in verschillende hoofdstukken en hoofdstuk 3 kreeg de intrigerende titel Han-Tyumi & The Murder Of The Universe. Tekst Mania | Redactie

 

 

Live Foto Review: Indian Summer 2017 @ Langedijk

Live Foto Review: Indian Summer Festival 2017 @ Langedijk
30 juni + 01 juli 2017
Foto’s Peter van Heun

De zeventiende editie van Indian Summer vond plaats op vrijdag 30 juni en zaterdag 1 juli 2017 op evenemententerrein Geestmerambacht in Langedijk. Op het festival maken we er met z’n allen het mooiste feestje van Noord-Holland van. Dit jaar zijn er drie grote stages, maar ook kleine, intieme area’s met de beste pop, rock, dance, hiphop/urban en 80’s/90’s. In totaal treden er meer dan 50 verschillende artiesten en dj’s op.
Laat je verrassen door de theaterfratsen van De Jongens van het Feest, zing zelf mee bij de Tante Joke Karaoke Band, laat je culinair verwennen bij een van de vele foodtrucks of struin rond op de gezellige hippie market!

Vrijdag 30 juni

Avi On Fire Avi On Fire

Teske Teske

Teske Teske

Teske Teske

Racoon Racoon

Racoon Racoon

Chef'Special Chef’Special

Chef'Special Chef’Special

Chef'Special Chef’Special

Chef'Special Chef’Special

Chef'Special Chef’Special

Broederliefde Broederliefde

Broederliefde Broederliefde

Broederliefde Broederliefde

Broederliefde Broederliefde

Avi On Fire Avi On Fire

Avi On Fire Avi On Fire

Avi On Fire Avi On Fire

Zaterdag 1 juli

Indian Summer Indian Summer

Indian Summer

Ronnie Flex Ronnie Flex

Ronnie Flex Ronnie Flex

Ronnie Flex Ronnie Flex

Rondé Rondé

Rondé Rondé

Rondé Rondé

Rondé Rondé

Rondé Rondé

Rondé Rondé

Kensington Kensington

Kensington Kensington

Kensington Kensington

Jett Rebel Jett Rebel

Jett Rebel Jett Rebel

Jett Rebel Jett Rebel

Jett Rebel Jett Rebel

Causes Causes

Causes Causes

Causes Causes

Causes Causes

 

Live Foto Review: Einstürzende Neubauten @ Paradiso

Live Foto Review: Einstürzende Neubauten @ Paradiso, Amsterdam
1 juli 2017
Foto’s Willem Schalekamp

In de industrialscene is Einstürzende Neubauten al sinds begin jaren ’80 een bepalende factor. Oprichters Blixa Bargeld en N.U. Unruh zitten nu, bijna 40 jaar na oprichting, nog steeds op de experimentele tour en blijven hun avant-gardemuziek vernieuwen, gebruikmakende van allerhande speciaal voor hen gemaakte instrumenten. Dit levert het unieke rauwe geluid op waarbij drones en white noise de hypnotiserende percussie en vocalen ondersteunen. Hoe experimenteel de muziek van de band uit West-Berlijn ook is, bij vlagen is het erg dansbaar, net als bij mede-pioniers als Throbbing Gristle en Cabaret Voltaire het geval is.

Dat Bargeld jarenlang met Nick Cave speelde en onderdeel was van The Bad Seeds is het vermelden waard. Na zijn vertrek uit Cave’s band bleef hij actief met diverse projecten, waarvan de samenwerking met Italiaanse componist Teho Teardo de meest recente is. Maar nooit ging dit ten koste van Einstürzende Neubauten’s voortang. Die industrialtrein bleef en blijft altijd rollen.

Einstürzende Neubauten Einstürzende Neubauten Einstürzende Neubauten Einstürzende Neubauten Einstürzende Neubauten Einstürzende Neubauten Einstürzende Neubauten Einstürzende Neubauten

Album van de Dag: Slaid Cleaves – Ghost On The Radio

slaid cleavesSlaid Cleaves – Ghost On The Radio (Candy House)

Singer-songwriter Slaid Cleaves beschrijft al meer dan vijfentwintig jaar het dagelijks leven van de gemiddelde Amerikaan in het algemeen en die van de inwoners van zijn thuisstaat Texas in het bijzonder. Qua hoop en toekomstverwachting zijn we echter, als we Ghost On The Radio mogen geloven, wel op een dieptepunt beland, met de huidige stand van zaken in de VS.

Helemaal hopeloos wordt het nooit, want de positiviteit die toch nog uit songs als So Good To Me en Still Be Mine komt, wordt onderstreept door het feit dat Cleaves dit keer staatgenoot Scrappy Jud Newcomb (Loose Diamons, The Resentments) aantrok om het geheel muzikaal in goede banen te leiden. Diens rootsrockaanpak zorgt voor een verfrissende en stevige sound, waardoor het album ook muzikaal tot de laatste minuut blijft boeien. De situatie in de USA, en alle problemen en vragen die dat met zich meebrengt leidt in ieder geval tot bijzonder fraaie muziek. Ieder nadeel heeft zijn voordeel. Tekst Mania Jurgen Vreugdenhil

LIVEDATA 09/10 Meneer Frits, Eindhoven 10/10 De Waker, Maassluis 11/10 De Breughel, Bree 12/10 TivoliVredenburg, Utrecht 13/10 Muziekpodium Bakkeveen, Bakkeveen 14/10 Café de Amer, Amen 15/10 Paradiso, Amsterdam

 

 

Album van de Dag: Ride – Weather Diaries

rideRide – Weather Diaries (Wichita)

Werd in het vorige nummer van Mania nog het prachtige comebackalbum van Slowdive besproken, kunnen we nu de terugkeer van een andere grote shoegazeband uit de jaren 90 vieren. Met het nog altijd als een huis staande Nowhere (1990) maakte de band een van de belangrijkste platen van het genre, maar dat niveau kon Ride helaas niet vasthouden en na het teleurstellende Tarantula uit 1996 hield men het voor gezien.

Zanger Mark Gardener ging solo en gitarist Andy Bell dook op in het schatplichtige Oasis (en later Beady Eye). Twee jaar geleden was er opeens een succesvolle reünietoer en dus ook een nieuwe plaat, Weather Diaries. Geproduceerd door DJ Erol Arkan laat deze plaat horen dat Ride niet in de jaren negentig is blijven hangen, terwijl tegelijkertijd de beste elementen van Ride (de gelaagde zang, hypnotiserende gitaarlijnen en wall of sound) behouden zijn gebleven. Wat meer elektronica dan vroeger, maar wel volledig in dienst van de meeslepende en vaak ronduit prachtige nummers. Zeer geslaagde comeback! Tekst Mania | Marco van Ravenhorst

LIVEDATA 30/10 Botanique Orangerie Saint-Josse-Ten-Noode 03/11 TivoliVredenburg, Utrecht