Afterpartees – Hallelujah

Getver! Heeft Afterpartees zich nu ook al gewaagd aan een cover van Hallelujah!?

Wees gerust fans. Het Hallelujah van onze vrienden uit Horst is een eigen nummer. Maar het klinkt wel alsof je het al een keer eerder hebt gehoord. Dat komt misschien omdat het Hallelujah van Afterpartees hier en daar best wel iets wegheeft van een oud Iers volksliedje, zo’n song waarop gedronken moet worden. Het gaat dan ook gegarandeerd een live-favoriet worden. Misschien een ideetje voor Rowwen Heze om Hallelujah te coveren? Die van Afterpartees dus, niet die andere.

Afterpartees viert hun 12 en half jarige bestaan binnenkort met de release van een nieuwe EP en een concert op 24 april in TivoliVredenburg.

Kerala Dust – Bell

Een paar jaar geleden penetreerde Kerala Dust de Graadmeter met nummers van hun tweede album, Violet Drive.

De van oorsprong Britse, maar in Zürich en Berlijn verblijvende band maakte deel uit van een achteraf gezien kortstondige wederopstanding van de krautrock. De stroming bleek niet bestand tegen Postpunk. Voor Kerala Dust is dat geen reden om van missie te veranderen. Ook nieuwe single, Bell kent kenmerken van Germaanse bands als Can en NEU! En van John Lee Hooker, de patriarch van de gitaarboogie. Dat pompende ritme maakt van Bell een song die bijna dwingt tot meebewegen, ja zelfs dansen. Al is dat laatste niet erg gebruikelijk in de artrock scene waar Kerala Dust in vertoeft. Over een nieuw album is nog niets bekend.

Moreish Idols – All In The Game

Succesvol kunnen we Moreish Idols – buiten onze eigen Graadmeter om- nog niet echt noemen, maar onbekend is de band uit Cornwall/Londen ook niet meer.

Onder artistieke leiding van Dan Carey heeft Moreish Idols een debuutalbum opgenomen dat enthousiast is ontvangen. Onze eigen Oor noemt Moreish Idols in één adem met Black Midi en Black Country, New Roads. Voorwaar geen slecht gezelschap. De gedeelde stijl is prog-indie: eigentijdse progressieve muziek met ingeval van Moreish Idols ook een jazzy randje. Met zijn meerstemmige zang, freewheelende sax en spacy solo’s is All In The Game representatief voor het nieuwe album. Het is dan ook niet voor niets het titelnummer.

Fit – Be Gone Now

Utrechter smeltkroesband Fit zet met Be Gone Now een nieuwe stap richting dominantie van de Europese noisepunk/postgrunge/spacegaze-scene.

Met z’n niet aflatende, ja zelfs genadeloze beat staat de nieuwe single garant voor mosh-pits, stage-diving en andere compulsief enthousiaste gedragingen van een ieder die het geluk heeft de band live te mogen meemaken. Fit is nog maar drie singletjes oud, maar mag nu al meedoen met de grote jongens.

Viagra Boys – Uno II

De tattooed lover boys uit Zweden komen weer prima voor de dag met een song over de dentale problemen van een hazewindhond.

We kunnen er niks anders van maken. Het beest in kwestie heet Uno II en is van Viagra Boys frontman, Sebastian Murphy. Niet echt een onderwerp voor een postpunksong toch? Uno II is dan ook geen doorsnee postpunkliedje. De zang is weliswaar parlando, maar de begeleiding is lichtvoetig en heeft leuke elektronische accentjes. Wanneer Sebas gezelschap aan het eind krijgt van een anonieme dame wordt het lied over die arme hond nog sexy ook.

Daisy the Great – Ballerina

Daar zijn de Daisies weer! Eind ’21 riepen we Glitter van Daisy The Great uit tot IJsbreker.

Het nummer staat op het tweede album van Kelley Dugan en Mina Walker a.k.a. Daisy The Great. Die plaat is een groot succes geworden. De dames hebben dan ook ruim de tijd genomen om aan een opvolger te sleutelen. Het eerste resultaat is hoopgevend. Op Ballerina herkennen we het kwetsbare en naïeve duo van weleer, maar horen we ook een stevig rockende band die blaakt van zelfvertrouwen. Het nieuwe album van de girls en boys uit Brooklyn heet ‘The Rubber Teeth Talk’ en wordt eind juni verwacht.

Grandmas House – From The Gods

Terwijl Grandmas House in de Graadmeter triomfen viert met ex IJsbreker, Slaughterhouse offreren de dames alweer nieuwe single! Op From The Gods is goed te horen dat we hier met een punkband te maken hebben. Ze zijn wat subtieler dan hun verre voorgangers, maar niet minder overtuigend.

Terwijl haar zusters er op lekker los rocken, klinkt frontvrouw Yasmin Berndt alsof ze haar zangpartij heeft opgenomen na een avondje stappen. Wie van Lambrini Girls houdt heeft ook aan Grandmas House ook een goede.

EP, ANYTHING FOR YOU volgt op 11 april.

Deep Sea Diver – What Do I Know

Deep Sea Diver bestaat al best lang, ruim 10 jaar, maar lijkt nu pas echt haar draai te hebben gevonden.

Niet dat oudere releases niet okay zouden zijn. Ze waren vooral vaak wat saai. Op hun nieuwe, vierde album heeft de band plots wel de pit die we eerder misten. Waar die peper in de reet plots vandaan komt? We weten het niet, maar ons hoort je niet klagen. Elk nummer op Billboard Heart heeft wel iets en What Do I Know misschien nog wel het meest. En dan doelen we op aangescherpte gitaren, bevlogen zang en een spanning waarop je een stadsbus kan laten rijden. Deep Sea Diver is geestelijk eigendom van Jessica Dobson uit Seattle. De songs op de oudere albums schreef ze alleen, die op de nieuwe plaat met de hele band. Waarschijnlijk is dat het antwoord op de eerder gestelde vraag.

Sports Team – Maybe When We’re 30

Sports Team toont zich een van de veelzijdigste bands van dit tijdsbestek. Elke nieuwe single heeft een andere smaak. Na een poppy song, een funky ding en een country-achtig iets komt de band nu aanzetten met een duet over ouder worden. En alle vier zijn ze dik de moeite waard.

Een titel als Maybe When We’re 30 roept de vraag op hoe oud zijn de leden van Sports Team dan? Op die vraag geeft google nog even geen antwoord. Maar als we er van uit gaan dat de dame en mannen rond de twintig waren toen ze in 2017 hun eerste single uitbrachten, komt die mijlpaal al aardig in zicht en is dit een goed moment om eens te reflecteren op huisje, boompje, beestje. Dat levert gouden zinnen op als, ‘Maybe When We’re 30 we can get a dog. And Once A Year we’ll go out and watch the War On Drugs’.

Het 3e album van Sports Team heet Boys These Days (23/5).

Marathon – Shadow raised A Star

De laatste single voor de release van het langverwachte debuutalbum van het Amsterdamse Marathon is een ballad.

Geen zoetgevooisd aanstekerlied voor jongverliefden, we hebben hier ten slotte te maken met een postpunk annex noiseband. Maar een beschouwende song met een traag tempo waarmee de band laat horen de kunst der suggestie tot in de perfectie te beheersen. Vanaf de eerste tonen wordt er een uitbarsting beloofd en die komt ook, maar cool en beheerst en daardoor indringender dan je had verwacht. Marathon is niet boos, Marathon is bedroefd. Nog een maandje en het Fading Image album is onder ons. Zie de socials voor tourdata.