Loupe – Forest Of Memories

Nog net geen lente, maar al wel een nieuw geluid van Loupe waar je positieve kriebels van krijgt.

Forest Of Memories is indiepop op haar puurst met typische Loupe elementen als een tot swingen dwingende ritmesectie, een tropisch gekleurd gitaargeluid en overtuigende zang van ‘nieuwkomer Nina, die inmiddels binnen de band past als een hand in een handschoen. Dit alles weer verpakt in een elegante melodie. In april gaa de vrouwen op tournee in Duitsland. Op het tourschema staan maar liefst acht shows. Op 3 mei is Loupe weer terug in Amsterdam voor een optreden in Bitterzoet.

J Mascis – What Do We Do Now

J Mascis – What Do We Do Now (Sub Pop)

Dinosaur Jr. bestaat veertig jaar in 2024 en dat is toch wel iets om even bij stil te staan. Omdat de formatie die toch altijd wat in de marge van de rockmuziek opereert, met alle respect, nog immer grote populariteit geniet van de hondstrouwe fans. Waaronder ondergetekende.

Je moet sowieso maar houden van die altijd en eeuwig lijzige stem van J Mascis, anders heb je sowieso een probleem om van de muziek van hem en zijn band te genieten. Die scheurende gitaren bovendien. Ook op zijn vierde soloalbum herken je de Amerikaan uit Massachusetts uit duizenden. Dat geldt ook voor de indierock die hij al vier decennia op plaat zet. Solo wat ingetogener dan met Dinosaur Jr, maar nooit dat je denkt: nou mensen, hier gebeuren momenteel wel héél erg aparte dingen. J blijft te allen tijde dicht bij het geluid van de band die hij groot maakte.

“I don’t even know if I like my own singing”, zegt Mascis over zichzelf en dat tekent ‘m wel een beetje. Er zit een stuk onverschilligheid in de muziek van J. Die ook What Do We Do Now kenmerkt. Een album waarop hij het gaspedaal wat harder intrapt dan op vorig solowerk. Maar ook weer niet heel veel harder.

What Do We Do Now is grotendeels tot stand gekomen tijdens de pandemie. Er staan tien nummers op en een zwakke broeder vinden op het album lukt je niet. Ouderwets vakwerk, zeggen we dan. Pieter Visscher

 

 

Mannequin Pussy – Loud Bark

Mannequin Pussy was wat ons betreft een net niet band.  Met de inlijving van gitariste Maxine Steen is de balans echter doorgeslagen naar een echt wel band.

Maxine mag zich ook met de songs bemoeien en dat heeft zeer positieve gevolgen. Loud Bark is (nog) geen officiële single, maar een track op het nieuwe I Got Heaven album die er uitspringt. Marisa ‘Missy’ Dabice zingt in het begin nog vrij rustig, maar zet het al snel op een schreeuwen met algehele opwinding als gevolg. Ritmesectie en gitaristen proberen de boel nog te sussen, maar de duvel is uit het doosje en uiteindelijk gaat iedereen er met uitgestrekt been in. Prachtig. En wat is de boodschap van deze pop/punk/indie explosie? Pas op voor de hond.

Paris van The Cure 30 lentes jong

Wat vliegt die tijd toch, denk je dan wanneer je je realiseert dat Paris, het dubbele livealbum van The Cure, 30 jaar bestaat. Drie decennia al een van de allerlekkerste livealbums die zijn verschenen wereldwijd. Om een en ander te vieren worden geremasterde 2lp- en 1cd-versies opnieuw uitgegeven met twee bonustracks.

Paris is niet geremasterd door een externe kracht, maar door Robert Smith persoonlijk, hierin bijgestaan door Miles Showell. En dan mag de locatie er ook nog eens zijn: in de Abbey Road Studios in Londen. De lp, die voor het eerst sinds 1993 op zwart vinyl verschijnt, werd door Miles Showell in Abbey Road geknipt. Paris was de tweede van twee liveplaten die de tour van de band in 1992 documenteerden ter ondersteuning van hun negende album Wish. Het eerste album Show kwam uit in september 1993 en werd in juli vorig jaar opnieuw uitgebracht.

Het veertien nummers tellende album werd opgenomen gedurende drie avonden in Le Zénith de Paris in oktober 1992 en bevat de singles Lovesong, Catch, A Letter To Elise, Charlotte Sometimes, Close To Me en livefavorieten als Play For Today en One Hundred Years.

De heruitgave van The Cure ter ere van het 30-jarig jubileum van Paris is nu uitgebreid met de toevoeging van twee onlangs ontdekte, niet eerder uitgebrachte nummers Shake Dog Shake en Hot Hot Hot!!! die nu bovenaan en achter het album staan. De startvolgorde van het album is dienovereenkomstig opnieuw geconfigureerd.

In december sloot The Cure een 90 dagen durende, 33 landen tellende Shows Of A Lost World-tour af met overweldigende fans en lovende kritieken. Er zit nog geen sleet op de band.

Slowwves – Anywhere Else

Hoe wijdverbreid shoegaze inmiddels wel niet moge blijken uit het feit dat Slowwves uit Bangkok komt. Zelfs in de hoofdstad van Thailand wordt in galm en reverb gedrenkte gitaarmuziek geproduceerd met zacht fluisterende vrouwenzang.

Anywhere Else, de debuutsingle van Slowwves is geschreven door Iya Ngoentaweekoon. Of dat de zangeres is of de gitarist weten we niet, maar we vonden het een te mooie naam om niet even te noemen. Meer dan dit is er nog niet te vertellen over Slowwves, wat je waarschijnlijk moet uitspreken als Slow Waves. Maar het is niet ondenkbaar dat we nog meer gaan horen uit Bangkok. En niet alleen van Slowwves.

The Black Keys – This is Nowhere

Dan en Pat hebben voor de opnamen van hun nieuwe album de hulp ingeroepen van Beck. Hij schreef mee aan twee van de drie singles die vooruit zijn gestuurd.

Onder invloed van meneer Hansen lijken The Keys hun bluesroots te hebben ingeruild voor een meer poppy aanpak. This is Nowhere is simpele song met een hoge meezingfactor. Mooi gemaakt dat wel, maar niet echt een meesterwerk, laat staan een nieuw hoogtepunt in het oeuvre van The Black Keys. De fans denken daar echter heel anders over. In de comments op Youtube lees je teksten als ‘Dan and Pat are the gift that keeps on giving’ en ‘loving the new song so much’ en ‘This is not nowhere. This is straight FIRE! Love this track’, en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Reden genoeg dus om ook This Is Nowhere te gaan draaien

Habibi – On The Road

Het is alweer vijf jaar geleden dat we een niet onaanzienlijk deel van onze luisteraars in het harnas jaagde door het draaien van het nummer Come My Habibi van Habibi.

Deze vroege single van de Amerikaanse damesband klonk charmant krakkemikkig, maar dat was niet de reden van protest. Waar men moeite me had was met de kreten die de meiden slaakten. De technische term voor deze vorm van orale uitingen is ululeren. Zoek maar op als je precies wilt weten wat dat is. Het is bij dat ene experimentje gebleven. Habibi ontwikkelde zich als serieuze, licht exotische indie-rockband met twee lekker lopende albums op hun naam. De band is nu in blijde verwachting van een derde. Openingsnummer On the Road heeft nog wel die lekker losse DIY kwaliteit van successongs als I Got The Moves en Angel Eyes, maar is net even strakker en vooral ook beter opgenomen. ‘Garage disco’ zou een benaming kunnen zijn van de nieuwe sound van Habibi. De release van Dreammachine staat voor 31 mei.

Been Stellar – Passing Judgement

‘Scream from New York, NY’, luidt de zeer beknopte bio van Been Stellar dat zo vers is dat ze nog geen album hebben.

Maar daar wordt aan gewerkt. Enige eigenwijsheid en zelfs lef kan het vijftal niet worden ontzegd. Maken ze  veel vrienden met een geslaagde shoegaze EP,  gooien ze het met Passing Judgement over een heel andere boeg! De nieuwe single speelt zich meer in het grunge spectrum af. Niet zo hip als shoegaze, maar ook niet verkeerd natuurlijk. Been Stellar blijkt van meerdere markten thuis.

Bij nader onderzoek blijkt de strofe ‘Scream from New York, NY’ overigens geen bio te zijn, maar de titel van dat eerste album. De plaat komt uit op Dirty Hot, het label van The 1975 en is geproduceerd door de welbekende Dan Carey (Fontaines DC/Wet Leg).

Good Looks – If It’s Gone

Soms vraag je je af hoe komt een band aan hun naam? Zo’n band is Good Looks niet. Toen de vier mannen besloten een band te beginnen heeft er vast iemand gezegd; ‘maar goed dat jullie dat jullie zulke goede muzikanten zijn, want van jullie good looks’ moeten jullie het niet hebben.

Of woorden van die strekking. Good Looks komt uit Austin, Texas. Je zou ze retro kunnen noemen, maar tijdloos is een betere omschrijving van hun oer-Amerikaanse rock. T. Petty, B. Springsteen, B. Seger die richting. Nieuwe single If It’s Gone is dan ook niet vernieuwend, maar gewoon te lekker om niet even mee te nemen. Je hoort een hechte band met een bijzondere onderlinge band. Niet lang na de oprichting werd gitarist Jake James onderschept door een auto met o.a. hersenletsel als gevolg. Zijn herstel verliep traag.  Mede dankzij zijn vrienden wist hij zich door deze moeilijke periode heen te slepen. Dit zware jaar vond zijn weerslag op het debuutalbum van Good Looks, het goed ontvangen Bummer Year. Eind goed al goed zou je denken, maar helaas. Op dag één van de corona-pandemie ging de verkering uit van zanger Tyler Jordan. Die luchtte zijn hart in If It’s Gone en nog tig andere songs, genoeg voor een tweede album. Lived Here For A While volgt begin juni.

Live Review: The Smile 16/3 @AFAS Live, Amsterdam

Tekst: Walter van Pijkeren

Zaterdag 16 maart speelde The Smile in een uitverkochte AFAS Live. Het bijzondere project van Radiohead-mannen Thom Yorke en Jonny Greenwood en jazz-drummer Tom Skinner heeft met Wall Of Eyes een tweede album de wereld in geslingerd. Zaterdag had het publiek in Amsterdam de eer om het nieuwe materiaal live te horen. Wall Of Eyes is met zijn experimentelere driften veel abstracter dan zijn voorganger. De vraag is dan ook hoe dit nieuwe materiaal het live zal gaan doen? Vanavond krijgen we het antwoord.

De show begint met Wall Of Eyes. Thom Yorke opent solo op akoestisch gitaar. Jonny Greenwood staat achter hem met zijn armen om zijn elektrische gitaar geslagen, op de voor hem kenmerkende manier. Hij lijkt wel te wachten tot hij mag beginnen. Die kans pakt hij direct in het tweede nummer; het wijduit rockende The Opposite. Het zijn twee nummers die gemakkelijk in het gehoor liggen en die ons meetrekken de wereld van The Smile in.

Eenmaal binnen in hun kosmos neemt The Smile uitgebreid de tijd om al hun muzikale hersenspinsels aan ons voor te schotelen. Daarbij valt vooral de totale beheersing op. Thom en Jonny wisselen veelvuldig van instrument. Het ene nummer speelt Thom gitaar en Jonny bas. Het volgende nummer zijn de rollen omgedraaid. Tom Skinner drumt heerlijk losjes, maar ongelofelijk strak. Voor de live-set is multi-instrumentalist Robert Stillman aan de band toegevoegd. Hij doet voornamelijk het blaaswerk en zorgt voor de kenmerkende sfeer die we kennen van de platen van The Smile. Het geluid in de AFAS is verbluffend goed. De zaal is stil en staat geboeid te kijken en luisteren naar hoe juist nummers van het eerste album uitgesponnen worden tot weidse soundscapes. Speech Bubbles, Skrting On The Surface en Waving The White Flag komen voorbij. Het is allemaal heel mooi, maar het experimentele vernuft vraagt ook veel van de toeschouwer.

Precies op dat moment is daar met Bodies Laughing een nummer dat je weer oppakt. Vanaf dit moment worden de nummers weer concreter en is de aandacht terug. We horen het Radiohead-achtige Friend Of A Friend, het soepel en funky bassen van Thom bij The Smoke, het punkachtige You Will Never Work In Television Again en een krautrockende Jonny in het meeslepende slotakkoord van de eerste set, Bending Hectic. Het zijn bijna allemaal tracks van het tweede album die nu compact en bijzonder trefzeker worden gebracht.

In het slotakkoord gaat er niet nog een schepje bovenop. Met 4 ingetogen nummers zijn we terug bij het begin van de show. De wereld van The Smile is verrassend mooi. Thom Yorke richt zich bij het afkondigen van het laatste nummer, You Know Me, tot de zaal en zegt: “We are The Smile. Nice to meet you!” Het was prettig kennismaken, Thom!